Uitvoeringsbesluit ex artikel 48 Grondwaterwet

[Regeling vervallen per 22-12-2009.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 01-11-1997 t/m 21-12-2009

Besluit van 22 januari 1985, houdende vaststelling van nadere voorschriften met betrekking tot de kosten, bedoeld in artikel 48, eerste lid, tweede volzin, van de Grondwaterwet (Stb. 1981, 392)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 7 september 1984, nr. RRW 37114, Hoofddirectie van de Waterstaat, Hoofdafdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Gelet op artikel 48, eerste lid, van de Grondwaterwet (Stb. 1981, 392);

De Commissie Grondwaterbeheer gehoord;

De Raad van State gehoord (advies van 18 december 1984, nr. W09.84.0514/18.4.51);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 14 januari 1985, nr. RRW 00803, Hoofddirectie van de Waterstaat, Hoofdafdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 22-12-2009]

De in artikel 48, eerste lid, onderdeel b, van de Grondwaterwet, bedoelde onderzoekingen bestaan uit:

  • 1. de onderzoeking betreffende het grondwaterregime in de provincie, voorzover deze onderzoeking rechtstreeks noodzakelijk is voor de totstandkoming en de uitvoering van het provinciaal waterhuishoudingsplan in verband met het onttrekken van grondwater dan wel het daarvoor infiltreren van water in de bodem;

  • 2. de onderzoeking naar de samenhang tussen het onder 1. bedoelde grondwaterregime en de daarbij betrokken belangen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 22-12-2009]

De kosten vande in artikel 1 bedoelde onderzoekingen, welke kunnen worden aangemerkt als de kosten, bedoeld in artikel 48, tweede lid, van de Grondwaterwet, zijn de kosten van:

  • 1. het verkrijgen en bewerken van gegevens betreffende de geohydrologische gesteldheid van de provincie;

  • 2. het inventariseren van de bij het grondwaterregime betrokken belangen;

  • 3. de bijdragen aan onderzoeksprogamma's direct verband houdende met de totstandkoming en de uitvoering van de onderzoekingen.

  • 4. het verkrijgen en bewerken van gegevens betreffende de samenhang tussen het grondwaterregime en de daarbij betrokken belangen;

  • 5. het personeel voorzover dat de onderzoeking en de begeleiding daarvan rechtstreeks uitvoert;

  • 6. de publikatie van de resultaten van de onderzoeking.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 22-12-2009]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het is geplaatst.

Lasten en bevelen, dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden verzonden aan de Raad van State.

's-Gravenhage, 22 januari 1985

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

N. Smit-Kroes

Uitgegeven de negentiende februari 1985

De Minister van Justitie,

F. Korthals Altes

Naar boven