Organisaties gerechtigd tot het benoemen van SER-leden

Geraadpleegd op 08-05-2024.
Geldend van 01-04-1994 t/m 16-07-2018

Organisaties gerechtigd tot het benoemen van SER-leden

Wij JULIANA bij de gratie Gods. Koninginder nederlanden, prinses van Oranje-Nassau. enz., enz., enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken van 27 februari 1980, Directoraat-Generaal voor Algemene Beleidsaangelegenheden, Directie Bedrijfsorganisatie, Ondernemingsraden en Bezitsvorming, nr. 20.768, de Sociaal-Economische Raad gehoord;

Gelet op artikel 4, tweede, vijfde en zevende lid, van de Wet op de Bedrijfsorganisatie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

De volgende organisaties worden aangewezen tot het benoemen van het achter hun naam vermelde aantal leden van de Sociaal-Economische Raad:

  • a. organisaties van ondernemers:

    • Verbond van Nederlandse Ondernemingen waarvan één lid te benoemen te zamen met het Nederlands Christelijk Werkgeversverbond: 6 leden

    • Nederlands Christelijk Werkgeversverbond waarvan één lid te benoemen te zamen met het Verbond van Nederlandse Ondernemingen: 3 leden

    • Koninklijk Nederlands Ondernemersverbond: 3 leden

    • Nederlands Christelijk Ondernemers Verbond: 1 lid

    • Koninklijk Nederlands Landbouw-Comité, Katholieke Nederlandse Boeren en Tuindersbond en Nederlandse Christelijke Boeren- en Tuindersbond: gezamenlijk 2 leden

  • b. organisaties van werknemers:

    • Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV): 10 leden

    • Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV): 3 leden

    • Algemene Vakcentrale (AVC): 1 lid Vakcentrale voor Middelbaar en Hoger Personeel (MHP): 1 lid.

Artikel 2

Ons besluit van 3 maart 1970, Stcrt. 51, sedertdien gewijzigd, wordt ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 1980.

Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in de Nederlandse Staatscourant zal worden bekendgemaakt.

Lech, 1 maart 1980

JULIANA.
De

Minister

van Sociale Zaken,

W. Albeda

Naar boven