Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden en de President der Vereenigde Staten van
Amerika, wenschende de tusschen hen bestaande vriendschapsbanden te versterken en
evenzeer den algemeenen vrede te bevorderen, hebben besloten tot dat doel een verdrag
te sluiten, waartoe Zij als hunne Gevolmachtigden hebben benoemd:
Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden: Ridder W. L. F. C. VAN RAPPARD, Hoogst
Derzelver Buitengewoon Gezant en Gevolmachtigd Minister bij de Vereenigde Staten van
Amerika; en
De President der Vereenigde Staten: Zijne Excellentie WILLIAM JENNINGS BRYAN, Secretaris
van Staat;
Die, na elkander hunne wederzijdsche volmachten te hebben medegedeeld, welke in goeden
en behoorlijken vorm zijn bevonden, omtrent de volgende artikelen zijn overeengekomen.
De Hooge Verdragsluitende Partijen komen overeen dat alle geschillen van welken aard
ook, die tusschen hen mochten ontstaan en waarvan de beslechting niet wordt voorzien
in vroeger aangegane arbitrageverdragen en overeenkomsten, of indien de bepalingen
dier verdragen en overeenkomsten feitelijk niet worden toegepast, ter fine van onderzoek
en verslag zullen worden onderworpen, nadat alle diplomatieke middelen ter regeling
dezer geschillen gefaald hebben, aan eene Permanente Internationale Commissie, die
zal worden benoemd op de wijze voorgeschreven in het volgend artikel; en zij komen
overeen noch den oorlog te verklaren, noch vijandelijkheden te beginnen loopende dat
onderzoek en totdat het verslag zal zijn ingediend.
De Internationale Commissie zal bestaan uit vijf leden als volgt te benoemen:
Eén lid zal worden gekozen door iedere Regeering uit hare eigen onderdanen; één lid
zal worden gekozen door iedere Regeering uit onderdanen van een derde Mogendheid;
het vijfde lid zal in gemeen overleg door beide Regeeringen gekozen worden met dien
verstande dat hij niet zal zijn onderdaan van der beide landen.
De kosten aan de Commissie verbonden zullen gelijkelijk door de twee Regeeringen gedragen
worden.
De Internationale Commissie zal benoemd worden binnen zes maanden na de uitwisseling
der akten van bekrachtiging van dit verdrag; opengevallen plaatsen zullen vervuld
worden op de wijze voorgeschreven voor de oorspronkelijke benoeming.
Voor het geval de Hooge Verdragsluitende Partijen niet zullen geslaagd zijn een tusschen
hen gerezen geschil te beslechten langs diplomatieken weg, zullen zij het onverwijld
aan de Internationale Commissie onderwerpen ter fine van onderzoek en verslag. De
Internationale Commissie kan echter tot dat doel uit eigen beweging hare diensten
aanbieden, in welk geval zij beiden Regeeringen daarvan kennis zal geven, en beider
medewerking tot een onderzoek zal verzoeken.
De Hooge Verdragsluitende Partijen verbinden zich der Permanente Internationale Commissie
alle hulpmiddelen en faciliteiten te verschaffen benoodigd voor haar onderzoek en
verslag.
Het verslag der Internationale Commissie moet gereed zijn binnen één jaar van af den
dag waarop zij zal hebben verklaard dat het onderzoek is begonnen, tenzij de Hooge
Verdragsluitende Partijen dit tijdsverloop met onderling goedvinden zullen wenschen
te verkorten of te verlengen. Het verslag zal in drievoud opgemaakt worden; één exemplaar
zal aan ieder der Regeeringen worden aangeboden, en het derde exemplaar blijven berusten
in het archief der Commissie.
Nadat het verslag der Commissie aan de Hooge Verdragsluitende Partijen zal zijn aangeboden,
behouden deze zich volledige vrijheid van handelen voor in het geschil dat het onderwerp
van het onderzoek uitmaakte.
Dit verdrag zal worden bekrachtigd door Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden
en door den President der Vereenigde Staten van Amerika, wat dezen laatste betreft
op advies en met goedkeuren van den Senaat, en de akten van bekrachtiging zullen zoo
spoedig mogelijk worden uitgewisseld.
Het zal in werking treden onmiddellijk na de uitwisseling der akten van bekrachtiging
en zal van kracht blijven voor een tijdperk van vijf jaren; hierna zal het van kracht
blijven tot twaalf maanden nadat een der Hooge Verdragsluitende Partijen aan de andere
zal hebben kennis gegeven van haar voornemen het te doen eindigen.