AMBASSADE VAN BELGIË
N°. 172/4915
's-Gravenhage, 9 juli 1959
Mijnheer de Minister,
Ik heb de eer Uwer Excellentie mede te delen, dat de bevoegde Belgische Ministers
kunnen instemmen met de aanwijzing, overeenkomstig artikel 1 van het Verdrag nopens
de samenvoeging van de douanebehandeling aan de Nederlands-Belgische grens, ondertekend
te 's-Gravenhage, op 13 april 1948:
-
a) als internationaal douanekantoor voor het wegverkeer: het kantoor Essen op Belgisch
grondgebied dat zal worden genoemd Essen-Nispen, met de daarbijhorende loods op Nederlands
grondgebied;
-
b) als internationale douaneweg: de weg van Essen naar Roosendaal, gemeten vanaf de gemeenschappelijke
grens en langs de as van de weg, over een lengte van 150 meter op Belgisch grondgebied
en 250 meter op Nederlands grondgebied.
In de onder letter b bedoelde internationale douaneweg zijn tevens begrepen de bermen van de weg, het
parkeerterrein behorende bij het internationale douanekantoor, alsmede de straat welke
nabij genoemd kantoor op de weg van Essen naar Roosendaal uitmondt, voor zover die
straat het parkeerterrein ten westen en ten zuiden omzoomt.
Deze regeling wordt van kracht met ingang van 16 juli 1959.
Ik zou het op prijs stellen te mogen vernemen of de bevoegde Nederlandse Ministers
met de bovenbedoelde aanwijzing kunnen instemmen.
Gelief, Mijnheer de Minister, de verzekering mijner zeer bijzondere hoogachting wel
te willen aanvaarden.
(w.g.) VAN DER STRATEN
Ambassadeur van België
Aan Zijne Excellentie
de Heer J. M. A. H. Luns,
Minister van Buitenlandse Zaken,
te 's-Gravenhage