Overeenkomst ter uitvoering van artikel 5 van Protocol nr. II bij het Verdrag van [...] de op 23 oktober 1954 te Parijs ondertekende Protocollen, Parijs, 14-12-1957

[Regeling vervallen per 30-06-2011.]
Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 13-11-1961 t/m 29-06-2011

Overeenkomst ter uitvoering van artikel 5 van Protocol nr. II bij het Verdrag van Brussel zoals gewijzigd bij de op 23 oktober 1954 te Parijs ondertekende Protocollen

Authentiek : EN

Agreement drawn up in implementation of article V of Protocol No II of the Brussels treaty as modified by the Protocols signed at Paris on 23rd October 1954

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

The Governments of the Kingdom of Belgium, the French Republic, the Federal Republic of Germany, the Italian Republic, the Grand Duchy of Luxembourg, the Kingdom of the Netherlands and the United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland, Parties to the Treaty of Economic, Social and Cultural Collaboration and Collective Self-Defence, signed at Brussels on 17th March 1948, as modified by the Protocols signed at Paris on 23rd October 1954,

Wishing to give effect to the provisions of Article V of Protocol No. II of the Brussels Treaty as modified by the aforementioned Protocols,

Agree as follows:

Article 1

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

The present Agreement shall apply to all armed and uniformed personnel maintained on the mainland of Europe by the member States of Western European Union (hereinafter referred to as “the member States”, with the exception of the forces referred to in Articles I and II of Protocol No. II, subject to any variation in the level of those forces made in accordance with the provisions of Article III of that Protocol.

Article 2

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

For the purpose of the present Agreement and the tables referred to in Article 3, “armaments” shall mean those of the types enumerated in Annex IV to Protocol No. III on the Control of Armaments.

Article 3

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

The strength and armaments of the forces to which the present Agreement applies shall not exceed the maximum levels laid down in the tables approved in accordance with the provisions of Article 6.

Article 4

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

As regards the levels of the forces for the common defence referred to in paragraph 5 of the Resolution implementing Section IV of the Final Act of the London Conference adopted by the North Atlantic Council on 22nd October 1954, the Council of Western European Union shall accept:

  • (a) for the strength of such forces, the levels which shall be communicated annually to it by the North Atlantic Council;

  • (b) for the armaments, the levels which shall be communicated annually to it by member States through the Agency for the Control of Armaments.

The Council of Western European Union shall automatically include these levels in the tables referred to in Article 3.

Article 5

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

Each member State shall report annually to the Council of Western European Union on the strength and armaments of those of its forces stationed on the mainland of Europe and intended for the defence of overseas territories. The Council of Western European Union shall accept the levels thus communicated and shall automatically include them in the tables referred to in Article 3.

Article 6

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

  • (a) Subject to the provisions of Articles 4 and 5, the tables referred to in Article 3 shall be submitted to the Council of Western European Union for unanimous approval.

  • (b) The tables shall be considered by the Council of Western European Union each year and may, in addition, be reviewed at any time on the request of a member State. Any amendment resulting from these reviews shall also be submitted to the Council of Western European Union for unanimous approval, subject to the provisions of Articles 4 and 5.

  • (c) When considering or reviewing the tables, the Council of Western European Union shall take into account, inter alia, any change in the command status of forces which may be decided upon by the North Atlantic Council.

Article 7

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

The present Agreement shall enter into force when all the signatory States have notified the Belgian Government of their acceptance thereof. The Belgian Government shall inform the signatory States of the date of the receipt of each such notification and of the date of the entry into force of the present Agreement.

Article 8

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

The present Agreement, in a single copy in the English and French languages, both texts being equally authoritative, shall remain deposited in the archives of the Belgian Government which shall transmit a certified copy to each of the other signatory States.

In witness whereof, the undersigned Plenipotentiaries have signed the present Agreement.

Done at Paris, this fourteenth day of December, one thousand nine hundred and fifty-seven.

Vertaling : NL

Overeenkomst ter uitvoering van artikel 5 van Protocol nr. II bij het Verdrag van Brussel zoals gewijzigd bij de op 23 oktober 1954 te Parijs ondertekende Protocollen

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

De Regeringen van het Koninkrijk België, de Franse Republiek, de Bondsrepubliek Duitsland, de Italiaanse Republiek, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Britannië en Noord-Ierland, Partijen bij het op 17 maart 1948 te Brussel ondertekende Verdrag van economische, sociale en culturele samenwerking en collectieve zelfverdediging zoals gewijzigd bij de op 23 oktober 1954 te Parijs ondertekende Protocollen,

Verlangende uitvoering te geven aan de bepalingen van artikel 5 van Protocol nr. II bij het Verdrag van Brussel zoals gewijzigd bij voornoemde Protocollen,

Komen het volgende overeen:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

Deze Overeenkomst is van toepassing op al het gewapend en geüniformeerd personeel dat door de Lid-Staten van de Westeuropese Unie (hierna te noemen „de Lid-Staten”) op het vasteland van Europa wordt onderhouden, met uitzondering van de strijdkrachten bedoeld in de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. II, met inachtneming van eventuele wijzigingen in de omvang van die strijdkrachten, aangebracht in overeenstemming met de bepalingen van artikel 3 van dat Protocol.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

Voor wat deze Overeenkomst en de in artikel 3 bedoelde lijsten betreft, wordt onder „bewapening” verstaan die soorten wapens welke zijn genoemd in Bijlage IV bij Protocol nr. III betreffende het toezicht op de bewapening.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

De sterkte en de bewapening van de strijdkrachten waarop deze Overeenkomst van toepassing is, mogen de maximale omvang, neergelegd in de overeenkomstig artikel 6 goedgekeurde lijsten, niet te boven gaan.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

Ten aanzien van de omvang van de strijdkrachten voor de gemeenschappelijke verdediging, bedoeld in lid 5 van de Resolutie ter tenuitvoerlegging van Afdeling IV van de Slotakte der Londense Conferentie, welke werd aangenomen door de Noordatlantische Raad op 22 oktober 1954, aanvaardt de Raad van de Westeuropese Unie:

  • (a) ten aanzien van de sterkte van die strijdkrachten, de omvang welke jaarlijks door de Noordatlantische Raad aan de Raad van de Westeuropese Unie zal worden medegedeeld;

  • (b) ten aanzien van de bewapening, de omvang welke jaarlijks door de Lid-Staten door bemiddeling van het Agentschap voor het toezicht op de bewapening aan de Raad van de Westeuropese Unie zal worden medegedeeld.

De Raad van de Westeuropese Unie zal deze omvang zonder meer opnemen in de in artikel 3 bedoelde lijsten.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

Iedere Lid-Staat brengt jaarlijks aan de Raad van de Westeuropese Unie verslag uit over de sterkte en de bewapening van de op het vaste land van Europa gestationeerde strijdkrachten welke bestemd zijn voor de verdediging van de overzeese gebiedsdelen. De Raad van de Westeuropese Unie zal de aldus medegedeelde omvang aanvaarden en zonder meer opnemen in de in artikel 3 bedoelde lijsten.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

  • (a) Met inachtneming van de bepalingen van de artikelen 4 en 5 worden de in artikel 3 bedoelde lijsten ter eenstemmige goedkeuring aan de Raad van de Westeuropese Unie voorgelegd.

  • (b) De lijsten worden ieder jaar door de Raad van de Westeuropese Unie bezien en kunnen bovendien te allen tijde op verzoek van een Lid-Staat worden herzien. Iedere wijziging die hiervan het gevolg is, wordt, met inachtneming van de bepalingen van de artikelen 4 en 5, ter eenstemmige goedkeuring aan de Raad van de Westeuropese Unie voorgelegd.

  • (c) Bij de behandeling van de lijsten, houdt de Raad van de Westeuropese Unie onder andere rekening met iedere verandering in de status van het bevel over de strijdkrachten waartoe door de Noordatlantische Raad kan worden besloten.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

Deze Overeenkomst treedt in werking zodra alle ondertekenende Staten hun goedkeuring aan de Belgische Regering hebben medegedeeld. De Belgische Regering brengt de datum van ontvangst van iedere zodanige mededeling en de datum van inwerkingtreding van deze Overeenkomst ter kennis van de ondertekenende Staten.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 30-06-2011]

Deze Overeenkomst, opgesteld in één enkel exemplaar in de Engelse en Franse taal, zijnde beide teksten gelijkelijk authentiek, blijft nedergelegd in het archief van de Belgische Regering, die daarvan aan elk der andere ondertekenende Staten een gewaarmerkt afschrift zal toezenden.

Ten blijke waarvan de ondergetekende gevolmachtigden deze Overeenkomst hebben ondertekend.

Gedaan te Parijs, de veertiende december negentien honderd zevenenvijftig.

Naar boven