-
6. Dit Protocol zal de datum dragen van 14 Mei 1954 en zal tot 31 December 1954 ter ondertekening
opengesteld blijven voor alle Staten, die uitgenodigd zijn tot de Conferentie, welke
van 21 April 1954 tot 14 Mei 1954 te 's-Gravenhage is gehouden.
-
7.
-
a) Dit Protocol zal worden bekrachtigd door de ondertekenende Staten overeenkomstig hun
onderscheidene grondwettelijke procedures.
-
b) De akten van bekrachtiging zullen worden nedergelegd bij de Directeur-Generaal van
de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur.
-
8. Van de dag van zijn inwerkingtreding af zal dit Protocol ter toetreding opengesteld
blijven zowel voor alle in lid 6 bedoelde Staten, die het niet ondertekend hebben,
als voor iedere andere Staat, die tot toetreding wordt uitgenodigd door de Uitvoerende
Raad van de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur.
Toetreding vindt plaats door de nederlegging van een akte van toetreding bij de Directeur-Generaal
van de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur.
-
9. De Staten bedoeld in de leden 6 en 8 kunnen, op het ogenblik van ondertekening, bekrachtiging
of toetreding verklaren, dat zij zich niet gebonden achten door de bepalingen van
Deel I of Deel II van dit Protocol.
-
10.
-
a) Dit Protocol treedt in werking drie maanden nadat vijf akten van bekrachtiging zijn
nedergelegd.
-
b) Daarna treedt dit Protocol ten aanzien van iedere Hoge Verdragsluitende Partij in
werking drie maanden na de nederlegging van haar akte van bekrachtiging of toetreding.
-
c) De omstandigheden, bedoeld in de artikelen 18 en 19 van het Verdrag inzake de bescherming van culturele goederen in geval van een gewapend
conflict, ondertekend te 's-Gravenhage op 14 Mei 1954, zullen de door de Partijen bij het
conflict vóór of na het begin der vijandelijkheden of van de bezetting nedergelegde
akten van bekrachtiging of toetreding onmiddellijk van kracht doen worden. In die
gevallen zal de Directeur-Generaal van de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs,
Wetenschap en Cultuur langs de snelste weg de mededelingen doen bedoeld in lid 14.
-
11.
-
a) Iedere Staat, die Partij is bij dit Protocol op de dag van zijn inwerkingtreding,
neemt alle maatregelen, welke nodig zijn voor het daadwerkelijk toepassen van het
Protocol binnen een tijdsverloop van zes maanden na die inwerkingtreding.
-
b) Dit tijdsverloop bedraagt zes maanden, te rekenen van de datum van nederlegging van
de akte van bekrachtiging of toetreding, voor iedere Staat, die zijn akte van bekrachtiging
of toetreding nederlegt na de dag van inwerkingtreding van het Protocol.
-
12. ledere Hoge Verdragsluitende Partij kan ten tijde van de bekrachtiging of de toetreding,
of op ieder later tijdstip, door een mededeling gericht aan de Directeur-Generaal
van de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, verklaren,
dat dit Protocol mede van toepassing zal zijn op alle of sommige gebieden, voor welker
internationale betrekkingen zij verantwoordelijk is. Deze mededeling wordt van kracht
drie maanden na de dag van ontvangst.
-
13.
-
a) Ieder der Hoge Verdragsluitende Partijen heeft de bevoegdheid dit Protocol op te zeggen
voor zichzelf of voor ieder gebied, voor welks internationale betrekkingen zij verantwoordelijk
is.
-
b) De opzegging wordt medegedeeld door middel van een schriftelijke akte, welke wordt
nedergelegd bij de Directeur-Generaal van de Organisatie der Verenigde Naties voor
Onderwijs, Wetenschap en Cultuur.
-
c) De opzegging wordt van kracht een jaar na de ontvangst van de akte van opzegging.
Indien echter de opzeggende Partij op het ogenblik, dat deze termijn van een jaar
afloopt, betrokken is bij een gewapend conflict, heeft de opzegging geen gevolg zolang
de vijandelijkheden niet zijn beëindigd en in geen geval zolang de terugvoering van
culturele goederen naar het gebied van herkomst niet is voltooid.
-
14. De Directeur-Generaal van de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap
en Cultuur zal zowel de Staten, bedoeld in de leden 6 en 8, als de Verenigde Naties,
in kennis stellen van de nederlegging van alle akten van bekrachtiging, toetreding
of aanvaarding, bedoeld in de leden 7, 8 en 15, evenals van de mededelingen en opzeggingen,
bedoeld in de leden 12 en 13.
-
15.
-
a) Dit Protocol kan worden herzien indien herziening wordt gevraagd door meer dan een
derde der Hoge Verdragsluitende Partijen.
-
b) De Directeur-Generaal van de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap
en Cultuur roept daartoe een conferentie bijeen.
-
c) Wijzigingen van dit Protocol worden pas van kracht nadat zij met eenparigheid van
stemmen zijn aanvaard door de Hoge Verdragsluitende Partijen, welke ter conferentie
zijn vertegenwoordigd, en indien zij zijn aanvaard door ieder van de Hoge Verdragsluitende
Partijen.
-
d) De aanvaarding door de Hoge Verdragsluitende Partijen van de wijzigingen van dit Protocol,
welke zijn aangenomen door de conferentie bedoeld in de alinea's b) en c), geschiedt door de nederlegging van een officiële akte bij de Directeur-Generaal
van de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur.
-
e) Na het van kracht worden van wijzigingen van dit Protocol kan alleen bekrachtiging
van of toetreding tot de aldus gewijzigde tekst van het Protocol plaatsvinden.