Protocol bij de Internationale Overeenkomst nopens het gebruik van de aanduidingen van herkomst en van de benamingen van kaassoorten, Den Haag, 18-07-1951

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 28-11-1953 t/m heden

Protocol bij de Internationale Overeenkomst nopens het gebruik van de aanduidingen van herkomst en van de benamingen van kaassoorten

Authentiek : FR

PROTOCOLE

Les Parties Contractantes, à l'exception de l'Autriche non représentée ici, signataires, en date du 1er juin 1951 à Stresa, de la Convention Internationale sur l'Emploi des Appellations d'origine et Dénominations de Fromages, ainsi que les Pays-Bas, sont convenues de ce qui suit:

  • I. Le délai accordé par le paragraphe I du Protocole de Signature aux quatre Etats ayant donné leur signature „ad référendum” est prolongé jusqu'au 1er septembre 1951.

  • II. Les deux réserves faisant l'objet des paragraphes II et III du Protocole de Signature sont levées par les Etats les ayant formulées, en conséquence de quoi ces Etats, soit le Danemark, la Norvège et la Suède sont reconnues Parties Contractantes à la Convention.

  • III. En ce qui concerne le deuxième alinéa de l'Article 4 de la Convention, il est précisé ce qui suit:

    • a) au cas où les Parties Contractantes ci-après: Danemark, Norvège et Suède, conformément aux dispositions de l'Article 4 de la Convention, utiliseraient une dénomination, inscrite en Annexe B par une autre Partie Contractante en vertu du Protocole du 1er juin 1951 et du présent Protocole, elles bénéficieront d'un délai de trois ans, à dater de ce jour, pour adapter la teneur en matière grasse de leur fromage à celle mentionnée dans les caractéristiques devant figurer à l'Annexe B.

    • b) conformément à l'interprétation donnée à l'Article 4 de la Convention lors de la Conférence de Stresa, la protection accordée aux dénominations aux termes du dit article n'empêche par de donner de nouvelles dénominations à des fromages présentant les mêmes caractéristiques que celles qui seront inscrites pour un fromage inclus préalablement à l'Annexe B ; ces nouvelles dénominations pourront être inscrites en Annexe B selon la procédure prévue à l'Article 5 de la Convention; il est cependant souhaitable que les caractéristiques se référant à ces nouvelles dénominations diffèrent le plus possible de celles déjà inscrites en AnnexeB, étant entendu qu'une différence dans les limites fixées pour la teneur en matière grasse est considérée comme une distinction suffisante.

  • IV. Le terme du délai fixé au paragraphe IV du Protocole de Signature, au cours duquel les trois Etats ci-après: Belgique, Pays-Bas et Royaume Uni de Grande Bretagne et d'Irlande du Nord sont admis à la signature de la Convention est reporté de quatre mois, soit au 15 octobre 1951.

  • V. Les adjonctions et la modification suivantes sont apportées à là liste des dénominations de fromages indiquées au Protocole de la Convention sous paragraphe III, pour être inscrites en AnnexeB :

    • (a) adjonctions:

      Gouda (Pays-Bas)

      Edam (Pays-Bas)

      fromage de Leyde (Pays-Bas)

      fromage de Frise (Pays-Bas)

      Fynbo (Danemark)

      Elbo (Danemark)

      Tybo (Danemark)

      Havarti (Danemark)

      Danablu (Danemark)

      Marmora (Danemark)

      Ädelost (Suède)

      (Noblecheese)

    • (b) modification:

      Danbo (Danemark) en remplacement de Danoe.

  • VI. Il est précisé que la disposition de l'alinéa deuxième de l'Article 2 de la Convention s'applique à l'emploi du mot „fromage” pour désigner des produits laitiers ou pouvant prêter à confusion avec, le fromage au sens des dispositions contenues aux Articles 1, 2 et 7 de la Convention et non à l'emploi extensif qui en est fait pour désigner, par exemple, des produits carnés tels que le „fromage de porc” ou „fromage de tête”.

  • VII. Le présent Protocole est ouvert à la signature de l'Autriche, de la Belgique et du Royaume Uni de Grande Bretagne et d'Irlande du Nord jusqu'au 15 octobre 1951.

  • VIII. Le présent Protocole fait partie intégrante de la Convention et des Protocoles signés à Stresa le 1er juin 1951 et est soumis aux mêmes clauses établies aux dits Actes.

EN FOI DE QUOI les soussignés, dûment autorisés par leur Gouvernement respectif, ont signé le présent Protocole.

FAIT à La Haye ce dix-huit juillet 1951 en anglais et en français, les deux textes faisant également foi, en un seul exemplaire qui restera déposé aux archives du Gouvernement de la République Italienne. Le Gouvernement de la République Italienne en transmettra des copies authentiques à tous les Gouvernements signataires et adhérents.

Vertaling : NL

PROTOCOL

De Overeenkomstsluitende Partijen, met uitzondering van Oostenrijk, dat hier niet is vertegenwoordigd, die op 1 Juni 1951 te Stresa de Internationale Overeenkomst voor het gebruik van de aanduidingen van herkomst en van de benamingen van kaassoorten hebben ondertekend, alsmede Nederland, zijn het volgende overeengekomen:

  • I. De termijn, in afdeling I van het Protocol van Ondertekening toegestaan aan de vier Staten die „ad referendum” hebben ondertekend, wordt verlengd tot 1 September 1951.

  • II. De twee in de afdelingen II en III genoemde voorbehouden worden ingetrokken door de Staten die hen hebben gemaakt; derhalve wordt de status van Overeenkomstsluitende Partij toegekend aan deze Staten, te weten: Denemarken, Noorwegen en Zweden.

  • III. Met betrekking tot de tweede alinea van artikel 4 der Overeenkomst wordt het volgende nader bepaald:

    • a) in geval de volgende Overeenkomstsluitende Partijen: Denemarken, Noorwegen en Zweden, overeenkomstig de bepalingen van artikel 4 van de Overeenkomst, een benaming zouden gebruiken welke, krachtens het Protocol van 1 Juni 1951 en dit Protocol, door een andere Overeenkomstsluitende Partij in Bijlage B is opgenomen, zal haar een termijn van drie jaar, met ingang van heden, worden toegestaan om het vetgehalte van haar kaas in overeenstemming te brengen met het vetgehalte, genoemd in de in Bijlage B te vermelden kenmerken;

    • b) in overeenstemming met de te Stresa aan artikel 4 van de Overeenkomst gegeven uitlegging en ongeacht de bescherming, verleend aan de in dat artikel vermelde benamingen, kunnen nieuwe benamingen worden gegeven aan kaassoorten die dezelfde kenmerken hebben als die, welke vermeld zullen worden voor een kaassoort die reeds vroeger in Bijlage B is opgenomen; deze nieuwe benamingen kunnen worden opgenomen in Bijlage B, in overeenstemming met de voorschriften van artikel 5 der Overeenkomst; het is echter wenselijk, dat de voor deze nieuwe benamingen te vermelden kenmerken zo veel mogelijk verschillen van die welke reeds in Bijlage B zijn opgenomen, met dien verstande, dat een verschil in de voor het vetgehalte gestelde grenzen geacht zal worden een voldoende onderscheiding te zijn.

  • IV. De in afdeling IV van het Protocol van Ondertekening vastgestelde termijn, gedurende welke de Overeenkomst voor de drie volgende Staten: België, Nederland en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Britannië en Noord-Ierland, ter ondertekening openstaat, wordt met vier maanden verlengd tot 15 October 1951.

  • V. De volgende toevoegingen en de volgende wijziging worden aangebracht in de lijst van kaasbenamingen, vermeld in afdeling III van het bij de Overeenkomst behorende Protocol, en worden opgenomen in Bijlage B:

    • a) toevoegingen:

      Gouda (Nederland)

      Edam (Nederland)

      Leidse kaas (Nederland)

      Friese kaas (Nederland)

      Fynbo (Denemarken)

      Elbo (Denemarken)

      Tybo (Denemarken)

      Havarti (Denemarken)

      Danablu (Denemarken)

      Marmora (Denemarken)

      Ädelost (Zweden)

      (Noblecheese)

    • b) wijziging:

      Danbo (Denemarken) ter vervanging van Danoe.

  • VI. Nader wordt bepaald, dat de bepaling van de tweede alinea van artikel 2 der Overeenkomst betrekking heeft op het gebruik van het woord „kaas” ter aanduiding van melkproducten of producten die zouden kunnen worden verward met kaas als bedoeld in de bepalingen van de artikelen 1, 2 en 7 der Overeenkomst, en niet op het figuurlijke gebruik ter aanduiding, bijvoorbeeld, van vleesproducten, zoals „Fromage de porc” of „Fromage de tête” (Hoofdkaas).

  • VII. Dit Protocol staat open tot 15 October 1951 ter ondertekening door Oostenrijk, België en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Britannië en Noord-Ierland.

  • VIII. Dit Protocol vormt een wezenlijk deel van de Overeenkomst en de Protocollen welke op 1 Juni 1951 te Stresa zijn ondertekend en is onderworpen aan de daarin genoemde bepalingen.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, behoorlijk gemachtigd door hun onderscheidene Regeringen, dit Protocol hebben ondertekend.

GEDAAN te 's-Gravenhage, de achttiende Juli 1951, in de Engelse en de Franse taal, zijnde beide teksten gelijkelijk authentiek, in een exemplaar, dat in de Archieven van de Italiaanse Republiek zal worden nedergelegd. De Regering van de Italiaanse Republiek zal aan alle ondertekenende en tot de Overeenkomst toetredende Regeringen gewaarmerkte afschriften doen toekomen.

Naar boven