Protocol van ondertekening tussen het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk Denemarken [...] Duitsland inzake het continentaal plat, Kopenhagen, 28-01-1971

Wijziging(en) zonder datum inwerkingtreding aanwezig. Zie het wijzigingenoverzicht.
[Regeling treedt in werking op nader te bepalen tijdstip.]
Geraadpleegd op 12-08-2025.
Geldend van 28-01-1971 t/m heden

Protocol van ondertekening tussen het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk Denemarken en de Bondsrepubliek Duitsland inzake het continentaal plat

Authentiek : NL

Protocol

[Tekst zonder datum inwerkingtreding, zie het wijzigingenoverzicht]

I.

[Tekst zonder datum inwerkingtreding, zie het wijzigingenoverzicht]

  • (1) Het Koninkrijk der Nederlanden, het Koninkrijk Denemarken en de Bondsrepubliek Duitsland hebben op basis van het arrest van het Internationale Gerechtshof van 20 februari 1969 trilaterale onderhandelingen gevoerd inzake de begrenzing van het continentaal plat onder de Noordzee. Tijdens deze onderhandelingen zijn in gezamenlijk overleg de beide heden ondertekende Verdragen opgesteld, te weten:

    • (a) Verdrag tussen het Koninkrijk Denemarken en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de begrenzing van het continentaal plat onder de Noordzee,

    • (b) Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de begrenzing van het continentaal plat onder de Noordzee.

    Deze Verdragen stemmen zover overeen als onder de gegeven omstandigheden mogelijk is.

  • (2) Erkennend dat de beide Verdragen samen de configuratie en de omvang van het Duitse deel van het continentaal plat onder de Noordzee bepalen en derhalve nauw samenhangen, zijn de Regeringen van de drie Ondertekenende Staten voornemens de akten van bekrachtiging van beide Verdragen op een en dezelfde dag te Bonn uit te wisselen, ten einde een gelijktijdige inwerkingtreding mogelijk te maken.

II.

[Tekst zonder datum inwerkingtreding, zie het wijzigingenoverzicht]

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Denemarken stellen vast, dat de Overeenkomst van 31 maart 1966 tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Denemarken inzake de begrenzing van het tussen deze landen gelegen continentaal plat onder de Noordzee door de heden ondertekende, onder I genoemde Verdragen buiten werking treedt, zodra een dezer Verdragen in werking treedt.

III.

[Tekst zonder datum inwerkingtreding, zie het wijzigingenoverzicht]

Het Duitse deel van het continentaal plat onder de Noordzee, waarvoor op basis van het arrest van het Internationale Gerechtshof door de beide onder I genoemde Verdragen grenzen zijn vastgesteld, grenst aan het Britse deel van het continentaal plat.

  • (1) De Regering van de Bondsrepubliek Duitsland is derhalve voornemens met de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland de gemeenschappelijke Duits-Britse grens van het continentaal plat, die loopt van het eindpunt van de Duits-Deense tot het eindpunt van de Duits-Nederlandse grens op het continentaal plat, bij verdrag vast te leggen.

  • (2) De Regering van het Koninkrijk Denemarken is voornemens de Overeenkomst van 3 maart 1966 tussen de Regering van het Koninkrijk Denemarken en de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland inzake de begrenzing van het tussen deze landen gelegen continentaal plat in overleg met de Regering van het Verenigd Koninkrijk te wijzigen, voor zover dit door het onder I (1) (a) genoemde Verdrag nodig is geworden.

  • (3) De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden is voornemens de Overeenkomst van 6 oktober 1965 tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland inzake de begrenzing van het tussen deze landen gelegen continentaal plat onder de Noordzee in overleg met de Regering van het Verenigd Koninkrijk te wijzigen, voor zover dit door het onder I (1) (b) genoemde Verdrag nodig is geworden.

GEDAAN te Kopenhagen, 28 januari 1971, in drievoud in de Nederlandse, de Deense en de Duitse taal, zijnde deze drie teksten gelijkelijk gezaghebbend.