Notawisseling tussen de Nederlandse Regering en de Regering van het Vorstendom Monaco [...] betreffende de erkenning van reisdocumenten, Parijs, 20-10-1959

Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 31-10-1960 t/m heden

Notawisseling tussen de Nederlandse Regering en de Regering van het Vorstendom Monaco houdende een overeenkomst betreffende de erkenning van reisdocumenten

Authentiek : FR

Nr. I

AMBASSADE ROYALE

DES PAYS-BAS

Paris, le 13 octobre 1959.

Monsieur le Ministre,

J'ai l'honneur de porter à la connaissance de Votre Excellence que le Gouvernement du Royaume des Pays-Bas désireux de faciliter la circulation des personnes entre le Royaume des Pays-Bas et la Principauté de Monaco est disposé à conclure un accord avec le Gouvernement Princier de Monaco conçu dans les termes suivants:

Article 1

  • 1 Les nationaux néerlandais, quel que soit le pays de leur résidence, peuvent entrer en la Principauté de Monaco et en sortir par toutes les frontières sous le couvert de l'un des documents suivants:

    passeport national du Royaume des Pays-Bas en cours de validité ou périmé depuis moins de cinq ans;

    carte touristique (toeristenkaart) en cours de validité.

  • 2 Les facilités prévues au paragraphe précédent ne jouent que pour les séjours inférieurs ou égaux à trois mois.

    Le passeport national en cours de validité demeure nécessaire pour tous les séjours d'une durée supérieure.

Article 2

  • 1 Les nationaux monégasques, quel que soit le pays de leur résidence, peuvent entrer sur le territoire du Royaume des Pays-Bas en Europe et en sortir par toutes les frontières sous le couvert de l'un des documents suivants:

    passeport national en cours de validité ou périmé depuis moins de cinq ans;

    carte officielle d'identité monégasque en cours de validité;

    pour les enfants de moins de quinze ans un certificat de nationalité ou tout autre certificat d'identité délivré ou renouvelé par les autorités monégasques depuis le 1er octobre 1944.

  • 2 Les facilités prévues au paragraphe précédent ne jouent que pour les séjours inférieurs ou égaux à trois mois.

    Le passeport national en cours de validité demeure nécessaire pour tous les séjours d'une durée supérieure.

Article 3

Le franchissement de la frontière ne pourra avoir lieu qu'au points de passage autorisés.

Article 4

Les dispositions qui précèdent ne portent pas atteinte aux prescriptions légales et réglementaires relatives au séjour des étrangers sur le territoire de chacun des deux Etats.

Article 5

Chacun des deux Gouvernements se réserve le droit de refuser l'accès ou le séjour sur son territoire aux nationaux de l'autre Etat qu'il considère comme indésirables.

Article 6

L'Etat dont les autorités auront délivré l'un des documents énumérés aux articles 1 et 2 recevra sans formalité sur son territoire le titulaire de ce document, même dans le cas où la nationalité de l'intéressé serait contestée.

Article 7

Chacun des deux Gouvernements se réserve le droit pour des raisons de sécurité, d'ordre ou de santé publics, de suspendre temporairement l'application du présent accord. Cette mesure devra être notifiée immédiatement par la voie diplomatique et, si possible, après entente préalable. Il en sera de même dès que la mesure en question sera levée.

Article 8

Le présent accord entrera définitivement en vigueur dix jours après la date à laquelle le Gouvernement Royal des Pays-Bas aura fait connaître au Gouvernement Princier de Monaco l'approbation constitutionnellement requise aux Pays-Bas.

Il prendra fin trois mois après que l'un des deux Gouvernements aura notifié à l'autre son intention d'en faire cesser les effets.

Si le Gouvernement Princier de Monaco peut accepter les dispositions qui précèdent, j'ai l'honneur de proposer que la présente lettre et Votre réponse affirmative soient considérées comme constituant l'accord entre nos deux Gouvernements, accord qui sera appliqué provisoirement à partir du dixième jour qui suit la date de Votre réponse.

Je vous prie d'agréer, Monsieur le Ministre, les assurances de ma haute considération.

L'Ambassadeur des Pays-Bas,

J. W. BEYEN.

A Son Excellence

Monsieur Jean Duhamel,

Envoyé Extraordinaire et Ministre Plénipotentiaire

de la Principauté de Monaco,

à

Paris.

Nr. II

LÉGATION DE MONACO

Paris, le 20 octobre 1959.

Monsieur l'Ambassadeur,

En réponse à votre lettre du 13 octobre 1959, j'ai l'honneur de porter à la connaissance de Votre Excellence que le Gouvernement de S.A.S. le Prince, désireux de faciliter la circulation des personnes entre le Royaume des Pays-Bas et la Principauté de Monaco, est disposé à conclure avec le Gouvernement de Sa Majesté la Reine l'accord conçu dans les termes suivants:

[Red: (Zoals in nr. I)]

En accord avec la suggestion de Votre Excellence, j'ai l'honneur de lui faire savoir que le Gouvernement de S.A.S. le Prince a donné son approbation pour que votre lettre sus-mentionnée et ma présente réponse constituent un accord entre nos deux Gouvernements, lequel entrera définitivement en vigueur, conformément à son article 8, dix jours après la date à laquelle le Gouvernement Royal des Pays-Bas aura fait connaître au Gouvernement Princier de Monaco l'approbation constitutionnellement requise aux Pays-Bas et provisoirement le 30 octobre 1959.

Veuillez agréer, Monsieur l'Ambassadeur, les assurances de ma très haute considération.

Le Chargé d'Affaires,

(s.) d'AILLTÈRES.

Son Excellence

Monsieur J. W. Beyen

Ambassadeur des Pays-Bas

Paris.

Vertaling : NL

Nr. I

AMBASSADE DER NEDERLANDEN

Parijs, 13 oktober 1959.

Mijnheer de Minister,

Ik heb de eer ter kennis van Uwe Excellentie te brengen, dat de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden, verlangende het personenverkeer tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vorstendom Monaco te vergemakkelijken, bereid is een overeenkomst te sluiten met de Vorstelijke Regering van Monaco, vervat in de volgende bewoordingen:

Artikel 1

  • 1 Nederlandse onderdanen kunnen, ongeacht het land van hun verblijfplaats, het Vorstendom Monaco binnenkomen en verlaten over alle grenzen op vertoon van een der volgende documenten:

    een geldig of minder dan vijf jaar verlopen nationaal paspoort van het Koninkrijk der Nederlanden;

    een geldige toeristenkaart.

  • 2 De faciliteiten voorzien in het vorige lid gelden slechts voor een verblijf van drie maanden of korter.

    Een geldig nationaal paspoort blijft vereist voor een verblijf van langere duur.

Artikel 2

  • 1 Monegaskische onderdanen kunnen, ongeacht het land van hun verblijfplaats, het grondgebied van het Koninkrijk der Nederlanden in Europa binnenkomen en verlaten over alle grenzen op vertoon van een der volgende documenten:

    een geldig of minder dan vijf jaar verlopen nationaal paspoort;

    een geldige officiële Monegaskische identiteitskaart;

    voor kinderen jonger dan vijftien jaar, een nationaliteitsbewijs of ieder ander identiteitsbewijs na 1 oktober 1944 afgegeven of verlengd door Monegaskische autoriteiten.

  • 2 De faciliteiten voorzien in het vorige lid gelden slechts voor een verblijf van drie maanden of korter.

    Een geldig nationaal paspoort blijft vereist voor een verblijf van langere duur.

Artikel 4

De voorgaande bepalingen doen geen afbreuk aan de wettelijke voorschriften en reglementen betreffende het verblijf van vreemdelingen op het grondgebied van elk der beide Staten.

Artikel 5

Elk der beide Regeringen behoudt zich het recht voor de toegang tot of het verblijf op haar grondgebied te ontzeggen aan onderdanen van de andere Staat, die zij ongewenst acht.

Artikel 6

De Staat wiens autoriteiten een van de in artikelen 1 en 2 genoemde documenten hebben afgegeven, zal de houder van dat document zonder formaliteit terugnemen, zelfs in het geval de nationaliteit van betrokkene in twijfel wordt getrokken.

Artikel 7

Elk der beide Regeringen behoudt zich het recht voor om wegens redenen van openbare veiligheid en orde of volksgezondheid, de toepassing van deze overeenkomst te schorsen. Van deze maatregel zal onmiddellijk langs diplomatieke weg kennis worden gegeven, indien mogelijk na voorafgaande overeenstemming. Hetzelfde geldt, wanneer deze maatregel wordt ingetrokken.

Artikel 8

Deze overeenkomst zal definitief in werking treden tien dagen na de datum waarop de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Vorstelijke Regering van Monaco bericht zal hebben gegeven van de in Nederland grondwettelijk vereiste goedkeuring.

Zij zal een einde nemen drie maanden nadat een der beide Regeringen aan de andere kennis zal hebben gegeven van haar voornemen de werking van de overeenkomst te beëindigen.

Indien de Regering van het Vorstendom Monaco de voorgaande bepalingen kan aanvaarden, heb ik de eer voor te stellen, dat deze brief en Uw bevestigend antwoord beschouwd zullen worden als een overeenkomst, die voorlopig zal worden toegepast van de tiende dag af volgende op de dagtekening van Uw antwoord.

Gelief, Mijnheer de Minister, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

De Ambassadeur der Nederlanden,

(w.g.) J. W. BEYEN.

Aan Zijne Excellentie

de Heer Jean Duhamel,

Buitengewoon Gezant en Gevolmachtigd Minister

van het Vorstendom Monaco,

te Parijs.

Nr. II

GEZANTSCHAP VAN MONACO

Parijs, 20 oktober 1959.

Mijnheer de Ambassadeur,

In antwoord op Uw brief van 13 oktober 1959, heb ik de eer ter kennis van Uwe Excellentie te brengen, dat de Regering van Z.D.H. de Prins, verlangende het personenverkeer tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vorstendom Monaco te vergemakkelijken, bereid is met de Regering van Hare Majesteit de Koningin een overeenkomst te sluiten, vervat in de volgende bewoordingen:

[Red: (Zoals in nr. I)]

Overeenkomstig het voorstel van Uwe Excellentie heb ik de eer haar mede te delen, dat de Regering van Z.D.H. de Prins heeft goedgevonden dat Uw bovengenoemde brief en dit mijn antwoord een overeenkomst tussen onze beide Regeringen vormen, die voorlopig in werking zal treden op 30 oktober 1959 en definitief, overeenkomstig haar artikel 8, tien dagen na de datum waarop de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden aan de Regering van het Vorstendom Monaco kennis zal hebben gegeven van de in Nederland grondwettelijk vereiste goedkeuring.

Gelief, Mijnheer de Ambassadeur, de verzekering van mijn zeer bijzondere hoogachting te aanvaarden.

De Zaakgelastigde,

(w.g.) d'AILLIÈRES.

Zijne Excellentie

de Heer J. W. Beyen

Ambassadeur der Nederlanden

Parijs.

Naar boven