AMBASSADE VAN HET KONINKRIJK
DER NEDERLANDEN
Nr. 14893
Note verbale
De Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden heeft de eer aan het Ministerie van
Buitenlandse Zaken de ontvangst te bevestigen van zijn note verbale van heden, V3
(502) - SA 47, waarvan de inhoud als volgt luidt:
„Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de eer de Ambassade van het Koninkrijk
der Nederlanden onder verwijzing naar artikel 1, lid 5, van de Overeenkomst van 30
mei 1958 tussen de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden nopens
de samenvoeging van de grenscontrole en de instelling van gemeenschappelijke spoorwegstations
of van grensaflosstations aan de duits-nederlandse grens, mede te delen, dat de Regering
van de Bondsrepubliek Duitsland kennis heeft genomen van het schrijven van de Bondsminister
van Financiën d.d. 19 september 1963, III B/3-Z 1108 (Nie) - 143/63, en van het schrijven
van de Nederlandse Staatssecretaris van Financiën, d.d. 18 oktober 1963, D 3/7595,
waarbij conform artikel 1, lid 4, sub a, der Overeenkomst de volgende regeling wordt getroffen:
I
In het wegverkeer worden de Duitse en de Nederlandse grenscontrole als volgt samengevoegd:
-
1. Op de weg van Vaalserquartier naar Vaals op Duits en Nederlands gebied,
-
2. Op de weg van Horbach naar Locht op Duits en Nederlands gebied,
-
3. Op de weg van Barlo naar Woold op Duits en Nederlands gebied,
-
4. Op de weg van Gronau (Westf.) naar Overdinkel op Duits en Nederlands gebied.
II
De zones als bedoeld in Artikel 3 der Overeenkomst omvatten de voor de uitvoering
van de grenscontrole benodigde dienstvertrekken en installaties, met inbegrip van
de laadperrons, alsmede
-
1. een gedeelte van de weg van Vaalserquartier naar Vaals, van de gemeenschappelijke
grens tot op een afstand van
-
a. 100 meter, gemeten in de richting van Vaalserquartier, en
-
b. 90 meter, gemeten in de richting van Vaals,
in beide gevallen vanaf het snijpunt van de gemeenschappelijke grens met de as van
de weg,
-
2. een gedeelte van de weg van Horbach naar Locht, van de gemeenschappelijke grens tot
op een afstand van
-
a. 165 meter, gemeten in de richting van Horbach, en
-
b. 45 meter, gemeten in de richting van Locht,
in beide gevallen vanaf het snijpunt van de gemeenschappelijke grens met de as van
de weg,
-
3. een gedeelte van de weg van Barlo naar Woold, van de gemeenschappelijke grens tot
op een afstand van
-
a. 140 meter, gemeten in de richting van Barlo, en
-
b. 60 meter, gemeten in de richting van Woold,
in beide gevallen vanaf het snijpunt van de gemeenschappelijke grens met de as van
de weg,
-
4. een gedeelte van de weg van Gronau (Westf.) naar Overdinkel, van de gemeenschappelijke
grens tot op een afstand van telkens 150 meter, gemeten in beide richtingen, vanaf
het snijpunt van de gemeenschappelijke grens met de as van de weg.
Met de uitwisseling van deze note verbale met de antwoordnota van de Ambassade van
het Koninkrijk der Nederlanden beschouwt de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland
deze regeling overeenkomstig artikel 1, lid 5, van de Overeenkomst als bevestigd.
Deze regeling treedt volgens afspraak in werking op 24 december 1963. Zij kan te allen
tijde langs diplomatieke weg worden opgezegd. Zij treedt zes maanden na haar opzegging
buiten werking.”
De Ambassade heeft de eer het Ministerie mede te delen, dat de Regering van het Koninkrijk
der Nederlanden er mede instemt, dat de note verbale van het Ministerie en deze antwoordnota
de in artikel 1, lid 5, van de Overeenkomst bedoelde bevestiging vormen van de in
het voorgaande aangehaalde briefwisseling tussen de Bondsminister van Financiën en
de Nederlandse Staatssecretaris van Financiën, en dat de regeling op 24 december 1963
in werking treedt.
De Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden maakt van deze gelegenheid gebruik
om het Ministerie van Buitenlandse Zaken nogmaals haar bijzondere hoogachting te betuigen.
Bonn, 23 december 1963.
Aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken
van de Bondsrepubliek Duitsland
te Bonn.