Notawisseling tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering [...] van de grenscontrole bij de grensovergang Bimmen-Millingen, Bonn, 09-03-1970

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 16-03-1970 t/m heden

Notawisseling tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland inzake de samenvoeging van de grenscontrole bij de grensovergang Bimmen-Millingen

Authentiek : NL

Bonn, 9 maart 1970

Nr. XLIII

AUSWÄRTIGES AMT

V 3 - 81.SA 47

Verbalnote

Das Auswärtige Amt beehrt sich, der Königlich Niederländischen Botschaft unter Bezugnahme auf Artikel 1 Absatz 5 des Abkommens vom 30. Mai 1958 zwischen der Bundesrepublik Deutschland und dem Königreich der Niederlande über die Zusammenlegung der Grenzabfertigung und über die Einrichtung von Gemeinischafts- oder Betriebs Wechselbahnhöfen an der deutsch-niederländischen Grenze mitzuteilen, dass die Regierung der Bundesrepublik Deutschland das Schreiben des Bundesministers der Finanzen vom 18. Dezember 1969 - III B/2 - Z 1108 (Nie) - 70/69 - und das Schreiben des Niederländischen Staatssekretärs der Finanzen vom 21. Januar 1970 - B 69/22966 - zur Kenntnis genommen hat, durch welche gernäss Artikel 1 Absatz 4 Buchstabe a) des Abkommens folgende Vereinbarung getroffen wird:

I

Am Grenzübergang Bimmen-Millingen werden die deutsche und die niederländische Grenzabfertigung zusammengelegt.

II

Die Zonen im Sinne des Artikels 3 des Abkommens umfassen

  • 1. die zur Durchführung der Grenzabfertigungen erforderlichen Diensträume und Anlagen sowie

  • 2. einen Abschnitt der Strasse von Bimmen nach Millingen von der gemeinsamen Grenze bis zu einer Entfernung

    • a) von 70 Metern, gemessen in Richtung Millingen, und

    • b) von 20 Metern, gemessen in Richtung Bimmen,

    jeweils vom Schnittpunkt der gemeinsamen Grenze mit der Achse der Strasse.

III

Diese Vereinbarung wird gemäss Artikel 1 Abs. 5 des Abkommens bestätigt und in Kraft gesetzt. Der Zeitpunkt des Inkrafttretens wird in den diplomatischen Noten festgelegt.

IV

Diese Vereinbarung kann jederzeit auf diplomatischem Wege gekündigt werden. Sie tritt sechs Monate nach ihrer Kündigung ausser Kraft.

Die Regierung der Bundesrepublik Deutschland geht davon aus, dass die vorstehende Vereinbarung gemäss Artikel 1 Abs. 5 des Abkommens vom 30. Mai 1958 durch diese Verbalnote und die Antwortnote der Königlich Niederländischen Botschaft bestätigt wird; sie ist damit einverstanden, dass die Vereinbarung, wie vorgeschlagen, am 16. März 1970 in Kraft tritt.

Das Auswärtige Amt benutzt diesen Anlass, die Königlich Niederländische Botschaft erneut seiner ausgezeichneten Hochachtung zu versichern.

Bonn, den 9. März 1970

An die

Königlich Niederländische Botschaft

Nr. XLIV

AMBASSADE VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

No. 3359

Nota-verbaal

I

De Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden heeft de eer aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Bondsrepubliek Duitsland de ontvangst te bevestigen van Zijn Nota-verbaal V 3-81. SA 47 van 9 maart 1970, waarvan de inhoud, in Nederlandse vertaling, als volgt luidt:

„Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de eer de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden, onder verwijzing naar artikel 1, lid 5, van de Overeenkomst van 30 mei 1958 tussen de Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk der Nederlanden nopens de samenvoeging van de grenscontrole en de instelling van gemeenschappelijke spoorwegstations of van grensaflosstations aan de Duits-Nederlandse grens, mede te delen, dat de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland kennis heeft genomen van het schrijven van de Bondsminister van Financiën van 18 december 1969, III B/2-Z 1108 (Nie)-70/69, en van het schrijven van de Nederlandse Staatssecretaris van Financiën van 21 januari 1970, B 69/22966, waarbij, in overeenstemming met artikel 1, lid 4, sub a, van de Overeenkomst, de volgende regeling wordt getroffen:

I

Bij de grensovergang Bimmen-Millingen worden de Duitse en de Nederlandse grenscontrole samengevoegd.

II

De zones in de zin van artikel 3 van de Overeenkomst omvatten

  • 1. de voor de uitvoering van de grenscontrole benodigde dienstvertrekken en installaties, alsmede

  • 2. een gedeelte van de weg van Bimmen naar Millingen van de gemeenschappelijke grens tot op een afstand van

    • a) 70 meter, gemeten in de richting Millingen en

    • b) 20 meter, gemeten in de richting Bimmen,

    telkens vanaf het snijpunt der gemeenschappelijke grens met de middellijn van de weg.

III

Deze regeling wordt overeenkomstig artikel 1, lid 5, van de Overeenkomst bevestigd en in werking gesteld. Het tijdstip van het in werking treden wordt in de diplomatieke nota's vastgelegd.

IV

Deze regeling kan te allen tijde langs diplomatieke weg worden opgezegd. Zij treedt zes maanden na opzegging buiten werking.

De Regering van de Bondsrepubliek Duitsland gaat ervan uit dat bovenstaande regeling overeenkomstig artikel 1, lid 5, van de Overeenkomst van 30 mei 1958 wordt bevestigd door deze Nota-verbaal en de antwoordnota van de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden; zij is het er mede eens dat de regeling, zoals voorgesteld, op 16 maart 1970 in werking treedt.”

De Ambassade heeft de eer het Ministerie van Buitenlandse Zaken mede te delen, dat de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden er mede instemt, dat de Nota-verbaal van het Ministerie en deze antwoordnota de in artikel 1, lid 5, van de Overeenkomst bedoelde bevestiging vormen van de hierboven aangehaalde briefwisseling tussen de Bondsminister van Financiën en de Nederlandse Staatssecretaris van Financiën en dat de regeling op 16 maart 1970 in werking treedt.

De Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden maakt van deze gelegenheid gebruik het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Bondsrepubliek Duitsland haar bijzondere hoogachting te betuigen.

Bonn, 9 maart 1970.

Aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken

van de Bondsrepubliek Duitsland

te

Bonn

Naar boven