Notawisseling tussen de Nederlandse en de Belgische Regering tot uitvoering van het [...] grenskantoor te Zelzate tot internationaal douanekantoor, 's-Gravenhage, 15-11-1968

Geraadpleegd op 23-04-2024.
Geldend van 18-11-1968 t/m heden

Notawisseling tussen de Nederlandse en de Belgische Regering tot uitvoering van het Verdrag van 13 april 1948 nopens de aanwijzing van het Belgische grenskantoor te Zelzate tot internationaal douanekantoor

Authentiek : NL

Nr. I

AMBASSADE VAN BELGIË

No. 172/8027

's-Gravenhage, 15 november 1968.

Excellentie,

Hierbij heb ik de eer aan Uwe Excellentie mede te delen dat bij toepassing van artikel 1 van het Verdrag, getekend te 's-Gravenhage op 13 april 1948, betreffende de samenvoeging van de douanebehandeling van de Belgisch-Nederlandse grens, de Belgische overheid het projekt van de hiernavolgende aanwijzingen heeft goedgekeurd;

  • a. als internationaal douanekantoor voor de binnenscheepvaart en voor het wegverkeer: het kantoor Zelzate, op Belgisch grondgebied, dat zal worden genoemd Zelzate–Sas van Gent;

  • b. als internationale douaneweg voor de binnenscheepvaart: het kanaal van Terneuzen naar Gent, met inbegrip van de kade aan de westzijde van dit kanaal, een en ander over een lengte van 450 meter op Belgisch grondgebied en een lengte van 400 meter op Nederlands grondgebied, beide lengten gemeten vanaf het punt alwaar de gemeenschappelijke grens de westelijke oever van het kanaal snijdt;

  • c. als internationale douaneweg voor het wegverkeer: de weg van Terneuzen naar Gent, langs de westzijde van het kanaal van Terneuzen naar Gent, met inbegrip van de parkeerterreinen en de bermen over een lengte van 300 meter op Belgisch grondgebied en 150 meter op Nederlands grondgebied, beide lengten gemeten van het punt alwaar de gemeenschappelijke grens de as van de weg snijdt.

De Belgische overheid zou dit akkoord op 18 november 1968 in werking willen laten treden.

Ik zou het op prijs stellen van Uwe Excellentie te mogen vernemen of de Nederlandse overheid met bovenvermelde aanwijzingen kan instemmen.

Ik moge Uwe Excellentie vragen de verzekering mijner gans bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.

(w.g.) W. VAN CAUWENBERG

Ambassadeur van België.

Aan Zijne Excellentie

de Heer Mr. J. M. A. H. Luns,

Minister van Buitenlandse Zaken

te 's-Gravenhage.

Nr. II

MINISTERIE VAN

BUITENLANDSE ZAKEN

J. M. A. H. Luns

's-Gravenhage, 15 november 1968.

No. 207250

Mijnheer de Ambassadeur,

Ik heb de eer Uwer Excellentie de ontvangst te bevestigen van Uw brief van 15 november 1968, no. 172/8027, en moge U hierbij meedelen, dat ook de betrokken Nederlandse Ministeries zich accoord hebben verklaard - overeenkomstig artikel 1 van het verdrag nopens de samenvoeging van de douanebehandeling aan de Belgisch–Nederlandse grens, ondertekend te 's-Gravenhage op 13 april 1948 – met de aanwijzing:

[Red: (zoals onder a), b) en c) in Nr. I)]

Deze regeling wordt van kracht met ingang van 18 november 1968.

Gelief, Mijnheer de Ambassadeur, de verzekering mijner bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.

(w.g.) J. LUNS

Zijner Excellentie

W. van Cauwenberg

Ambassadeur van België

te

's-Gravenhage

Naar boven