Langlopende Overeenkomst inzake economische, industriële en technische samenwerking [...] en de Regering van de Socialistische Republiek Roemenië, Boekarest, 14-05-1975

Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 01-04-1976 t/m heden

Langlopende Overeenkomst inzake economische, industriële en technische samenwerking tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Socialistische Republiek Roemenië

Authentiek : NL

Langlopende Overeenkomst inzake economische, industriële en technische samenwerking tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Socialistische Republiek Roemenië

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Socialistische Republiek Roemenië:

  • - geleid door de wens een nieuwe bijdrage te leveren, op een duurzame grondslag en tot hun wederzijds voordeel, aan de ontwikkeling en de diversificatie van hun wederzijdse economische betrekkingen,

  • - verlangend op doeltreffender wijze gebruik te maken van de mogelijkheden geboden door hun economisch potentieel en door de technische vooruitgang der beide landen, door de uitbreiding van de agrarische, industriële en economische samenwerking, die zij van groot belang achten voor de uitbreiding van hun economische samenwerking,

  • - gezien de Langlopende Handelsovereenkomst gesloten op 8 december 1970 te Brussel en de Overeenkomst inzake economische, industriële en technische samenwerking, ondertekend te 's-Gravenhage op 20 juli 1967,

  • - erkennende het nut van langlopende overeenkomsten die de grondslagen kunnen leggen voor een duurzame economische, industriële en technische samenwerking,

Zijn overeengekomen als volgt:

Artikel 1

De Overeenkomstsluitende Partijen verbinden zich ertoe de ontwikkeling van de economische, industriële en technische samenwerking tussen de beide landen te bevorderen ten einde te zamen bij te dragen tot de vooruitgang van hun economische betrekkingen.

In dit verband zijn de Overeenkomstsluitende Partijen het erover eens dat het van belang is het de ondernemingen en economische organisaties van hun landen te vergemakkelijken zoveel mogelijk gebruik te maken van de mogelijkheden tot samenwerking in het kader van alle bestaande of voorgenomen plannen of projecten in hun landen.

Artikel 2

De Overeenkomstsluitende Partijen streven ernaar binnen de grenzen van hun mogelijkheden en met inachtneming van de rechten en plichten die zij als leden van de GATT hebben, met inbegrip van de clausule inzake de wederzijdse toekenning van de status van meestbegunstigde natie, mogelijkheden te scheppen voor de uitwerking en de verwezenlijking van projecten voor samenwerking en om beiderzijds de toegang tot de markt voor de ondernemingen, organisaties en instellingen te vergemakkelijken.

Artikel 3

De Overeenkomstsluitende Partijen verbinden zich ertoe de ontwikkeling van de economische, industriële en technische samenwerking op alle terreinen van het economische leven van hun landen en in het bijzonder op dat van de industrie, de landbouw, de dienstverlening en de handel, op basis van wederzijds voordeel te bevorderen. De gebieden waarop met name kan worden samengewerkt, worden in de bijlage bij deze Overeenkomst vermeld.

Bij het overeenkomen en het uitvoeren van het streven naar samenwerking worden in overweging genomen het economisch potentieel van beide Partijen, de hulpbronnen en noodzakelijke behoeften aan uitrustingen, machines, consumptiegoederen, technische werkwijzen en grondstoffen alsmede de afzetmogelijkheden voor de uit de samenwerking voortgekomen produkten.

Artikel 4

De samenwerking kan met name de volgende vormen aannemen:

  • - bouw van nieuwe industriële bedrijfsinrichtingen alsmede uitbreiding en modernisering van bestaande bedrijfsinrichtingen;

  • - oprichting van gemengde produktie- en handelsmaatschappijen;

  • - het gemeenschappelijk vervaardigen en in de handel brengen van produkten;

  • - uitwisseling van technische kennis, technisch documentatiemateriaal en technische gegevens, overdracht van octrooirechten en verlening van licenties, toepassing en verbetering van bestaande technische werkwijzen of ontwikkeling van nieuwe technische werkwijzen, uitwisseling van de resultaten van gemeenschappelijk onderzoek alsmede opleiding van leidinggevend personeel, zulks met inbegrip van uitwisseling van deskundigen en stagiaires;

  • - uitwisseling van ervaring op het gebied van methoden van studie en benadering van de markt, gemeenschappelijke organisatie van beraadslagingen tussen en conferenties van deskundigen;

  • - uitwisseling op het gebied van normalisering, metrologie, onderzoek en beproeving van materialen.

Artikel 5

Beide Partijen moedigen initiatieven aan tot het sluiten van contracten en overeenkomsten, in het kader van deze Overeenkomst, tussen Nederlandse ondernemingen en organisaties enerzijds en Roemeense ondernemingen en organisaties anderzijds en vergemakkelijken de uitvoering daarvan op grond van wederzijds belang.

Met het oog op een betere kennis van elkaar, achten de Overeenkomstsluitende Partijen het nuttig de rechtstreekse contacten tussen de ondernemingen en de bevoegde economische organisaties van hun landen, die verantwoordelijk zijn voor de praktische verwezenlijking van de economische, industriële en technische samenwerking, te vergemakkelijken.

Artikel 6

De Overeenkomstsluitende Partijen steunen de samenwerking van de ondernemingen en organisaties van hun landen op markten van derde landen, zulks met inbegrip van de oprichting van gemengde ondernemingen.

Artikel 7

In hun wederzijds belang kunnen de Overeenkomstsluitende Partijen eventueel bijzondere overeenkomsten sluiten die de economische, industriële en technische samenwerking zouden kunnen bevorderen.

Artikel 8

Ten einde aan beide zijden een beter inzicht te geven in de mogelijkheden om de economische, industriële en technische samenwerking te ontwikkelen, stimuleren en vergemakkelijken de Overeenkomstsluitende Partijen binnen de grenzen van hun mogelijkheden de deelname van ondernemingen en organisaties van hun onderscheiden landen aan jaarbeurzen en tentoonstellingen die op hun grondgebied worden georganiseerd.

Artikel 9

Gezien het belang van de financiering, waaronder begrepen het toekennen van kredieten voor de ontwikkeling van de economische, industriële en technische samenwerking, streven de Overeenkomstsluitende Partijen ernaar, dat deze financieringen en kredieten op de gunstigste voorwaarden worden toegekend, binnen het kader van de in hun landen geldende voorschriften.

Artikel 10

De betalingen betreffende de goederen en diensten die vallen onder de voorwaarden van deze Overeenkomst, worden verricht in inwisselbare valuta overeenkomstig de Betalingsovereenkomst ondertekend te Boekarest op 30 september 1960.

Artikel 11

Contracten tussen de op de onderscheiden grondgebieden van de Overeenkomstsluitende Partijen gevestigde organisaties en ondernemingen, die ten doel hebben de verwezenlijking van de economische, industriële en technische samenwerking te verzekeren, worden gesloten overeenkomstig de in de onderscheiden landen van kracht zijnde wetten en voorschriften.

Artikel 12

Ten einde de uitvoering van deze Overeenkomst te bevorderen besluiten de Overeenkomstsluitende Partijen een Gemengde Regeringscommissie in te stellen.

Op voorstel van een der Overeenkomstsluitende Partijen nemen vertegenwoordigers van organisaties en ondernemingen deel aan het werk van de Commissie.

Na voorafgaande wederzijdse instemming kan de Commissie bijeenkomen onder voorzitterschap van de ministers, indien de agenda van de vergadering dit vereist.

De Commissie komt te allen tijde op verzoek van een der Overeenkomstsluitende Partijen bijeen en ten minste eenmaal per jaar beurtelings te 's-Gravenhage en te Boekarest.

De Commissie is bevoegd:

  • - de ontwikkeling van de economische, industriële en technische samenwerking tussen de Overeenkomstsluitende Partijen te onderzoeken;

  • - van gedachten te wisselen over de verdere ontwikkeling van de economische, industriële en technische samenwerking en nieuwe mogelijkheden voor samenwerking in hun onderscheiden landen of op markten van derde landen te vinden;

  • - alle problemen te bespreken die zich zouden kunnen voordoen bij de uitvoering van deze Overeenkomst;

  • - aan de Overeenkomstsluitende Partijen alle voorstellen te doen ter bevordering van de doelstellingen van deze Overeenkomst. De Commissie kan groepen voor de verschillende sectoren instellen waaraan specifieke problemen van de economische, industriële en technische samenwerking worden toevertrouwd.

Artikel 13

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, is deze Overeenkomst van toepassing op het in Europa gelegen grondgebied van het Koninkrijk, op Suriname en de Nederlandse Antillen, behoudens een tegengestelde kennisgeving van de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden namens de Regering van Suriname en/of de Nederlandse Antillen, aan de Regering van de Socialistische Republiek Roemenië een maand na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst.

Artikel 14

Deze Overeenkomst wordt gesloten voor een tijdvak van 10 jaren en treedt in werking vanaf het tijdstip van wederzijdse kennisgeving door de Overeenkomstsluitende Partijen van de vervulling der formaliteiten die door hun onderscheiden wetgevingen worden vereist.

Op de datum van inwerkingtreding van deze Overeenkomst verliest de Overeenkomst inzake economische, industriële en technische samenwerking, ondertekend te 's-Gravenhage op 20 juli 1967, haar geldigheid.

Indien een van de Overeenkomstsluitende Partijen deze Overeenkomst niet wenst te verlengen, dient zij de andere Partij zes maanden voor het verstrijken van het tijdvak van 10 jaren schriftelijk hiervan in kennis te stellen.

Wanneer een zodanige kennisgeving niet is gedaan, wordt deze Overeenkomst verlengd voor een onbepaalde termijn die elke Overeenkomstsluitende Partij kan beëindigen door de andere Overeenkomstsluitende Partij zes maanden tevoren schriftelijk daarvan in kennis te stellen.

Met inachtneming van de in de derde en vierde alinea van dit artikel bepaalde termijn, kan de toepassing van deze Overeenkomst door de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden worden beperkt tot een of meer van de in artikel 13 bedoelde delen van het Koninkrijk der Nederlanden.

Artikel 15

Indien de Overeenkomst zou worden beëindigd, laat dit de verbintenissen en contracten die tussen de ondernemingen en de organisaties van de beide Overeenkomstsluitende Partijen zijn gesloten of worden uitgevoerd, onverlet.

Artikel 16

Deze Overeenkomst heeft geen gevolgen voor de bilaterale en multilaterale overeenkomsten en verdragen die tevoren zijn gesloten door het Koninkrijk der Nederlanden en door de Socialistische Republiek Roemenië.

Dienaangaande plegen de Overeenkomstsluitende Partijen op voorstel van een van beide zonodig overleg ten einde tot overeenstemming te komen zonder dat daarbij evenwel de fundamentele doelstellingen van deze Overeenkomst kunnen worden aangetast.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gemachtigd, deze Overeenkomst hebben ondertekend.

GEDAAN te Boekarest, de 14e mei 1975, in twee oorspronkelijke exemplaren in de Nederlandse, Roemeense en Franse taal, zijnde de drie teksten gelijkelijk gezaghebbend; in geval van verschil is de Franse tekst doorslaggevend.

Voor de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden,

(w.g.) A. VAN AGT

(w.g.) L. J. BRINKHORST

Voor de Regering van de Socialistische Republiek Roemenië,

(w.g.) G. OPREA

Bijlage

De gebieden waarop met name kan worden samengewerkt, zijn de volgende:

  • - ijzer- en staalindustrie en industrie van niet-ijzerhoudende metalen;

  • - chemische en petro-chemische industrie;

  • - metaalindustrie, mechanische, elektrotechnische en elektronische industrie;

  • - informatica;

  • - lichte industrie;

  • - de bouw van vliegtuigen, schepen en de aanleg van havens;

  • - voedingsmiddelenindustrie;

  • - landbouw;

  • - handel en dienstverlening.

Bovenstaande opsomming is niet beperkend, andere sectoren van wederzijds belang kunnen in overweging worden genomen.

Naar boven