De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden
en
de Regering van de Republiek Suriname,
de wens koesterend de samenwerking tussen beide landen op het gebied van Onderwijs,
Wetenschap en Cultuur in brede zin te bevorderen,
ervan overtuigd dat deze samenwerking mede zal bijdragen tot een beter begrip tussen
de volken van de beide landen,
hebben besloten een culturele overeenkomst te sluiten en zijn het volgende overeengekomen:
Teneinde de samenwerking tussen de beide landen op het gebied van de wetenschapsbeoefening
en het onderwijs te bevorderen, verbinden de Overeenkomstsluitende Partijen zich met
name ertoe op basis van wederkerigheid:
-
a. de uitwisseling van en contacten tussen hoogleraren, andere geleerden en studenten,
alsmede de samenwerking tussen de Universiteiten en andere instellingen van wetenschapsbeoefening
te bevorderen;
-
b. de uitwisseling te bevorderen van afvaardigingen en particuliere deskundigen van in
onderling overleg nader te bepalen takken van wetenschap;
-
c. de samenwerking te bevorderen tussen deskundigen en instellingen op het gebied van
het onderwijs in algemene zin;
-
d. studiebeurzen te verstrekken teneinde wederzijdse staatsburgers in de gelegenheid
te stellen te studeren aan wederzijdse instellingen van wetenschapsbeoefening en onderwijs,
en/of op andere wijze in hun land een studieverblijf door te brengen;
-
e. na te gaan onder welke voorwaarden het mogelijk zou zijn de gelijkwaardigheid te erkennen
van door Universiteiten en andere instellingen van Hoger Onderwijs van het andere
land verleende diploma's en de mogelijkheid te onderzoeken daartoe afzonderlijke regelingen
te treffen;
-
f. de instelling en verdere ontwikkeling te bevorderen van leerstoelen, lectoraten en
cursussen aan hun universiteiten en andere instellingen van onderwijs en onderzoek,
die betrekking hebben op de taal, de cultuur en de beschaving van het andere land,
alsmede meer in het algemeen de samenwerking en uitwisseling op het gebied van taal
en letterkunde te bevorderen.
Teneinde in hun onderscheiden landen een betere kennis van de cultuur in brede zin
van het andere land te bevorderen, zullen de Overeenkomstsluitende Partijen wederkerig
aanmoedigen:
-
a. de uitwisseling van bezoeken en andere contacten tussen personen en/of instellingen
op het gebied van de literatuur, beeldende kunst, muziek en dans, toneel en letteren
massamedia, volksontwikkeling, jeugdvorming, sportbeoefening en natuurbescherming;
-
b. het doen tot stand komen van vertalingen van literaire werken uit het andere land;
-
c. het organiseren van tentoonstellingen op het gebied der kunst en andere tentoonstellingen
met een cultureel karakter;
-
d. het organiseren van conferenties, concerten en toneelvoorstellingen;
-
e. het organiseren van radio- en televisie-uitzendingen, de verspreiding van grammofoonplaten
en soortgelijke middelen;
-
f. de verspreiding van boeken, tijdschriften en andere publicaties;
-
g. het vertonen van films met een wetenschappelijk, opvoedkundig of cultureel karakter;
-
h. het organiseren van andere overeen te komen activiteiten met een cultureel karakter.
Teneinde in beide landen de beschikbaarstelling van Nederlandstalige teksten van zoveel
mogelijk verschillende geschriften te bevorderen verbinden de Overeenkomstsluitende
Partijen zich de uitwisseling te bevorderen van in het Nederlands vertaalde geschriften,
die in een andere dan de Nederlandse taal zijn gesteld.
In elk land zal een commissie worden ingesteld bestaande uit ten hoogste zes leden
die tot taak zal hebben de Regering voorstellen te doen die betrekking hebben op de
verwezenlijking van deze overeenkomst.
Haar leden zullen worden aangewezen door de daartoe bevoegde Ministers.
Elke commissie vergadert steeds wanneer daartoe aanleiding bestaat en tenminste eenmaal
per jaar.
De beide commissies zullen tenminste eenmaal in de, twee jaren bijeenkomen, beurtelings
in Suriname en in Nederland.
De leden kunnen zich ter vergadering doen bijstaan door een beperkt aantal deskundigen.
De bijeenkomsten zullen worden voorgezeten door een commissielid van het land waar
zij worden gehouden.
Nadere regelingen die voor de verwezenlijking van de doelstelling van deze Overeenkomst
nodig zijn, worden in onderling overleg door de bevoegde Ministers der Overeenkomstsluitende
Partijen getroffen.
Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, zal de onderhavige overeenkomst gelden
voor het Rijk in Europa.
Deze Overeenkomst treedt in werking, nadat beide partijen elkaar hebben medegedeeld
dat in hun land aan de terzake geldende constitutionele vereisten is voldaan.
De onderhavige overeenkomst zal van kracht blijven voor een tijdvak van vijf jaar.
Indien zij niet zes maanden voor de datum van beëindiging is opgezegd, zal zij stilzwijgend
worden verlengd, met dien verstande dat elk van de Overeenkomstsluitende Partijen
zich in dat geval het recht voorbehoudt haar op ieder tijdstip op te zeggen met inachtneming
van een termijn van zes maanden.