De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden
en
de Regering van Ierland,
Geleid door de wens, in het belang van hun economische betrekkingen, het goederenvervoer
over de weg tussen hun beide landen en in doorvoer over hun grondgebied te bevorderen;
Besloten hebbende een Overeenkomst te sluiten ten einde bestaande faciliteiten te
bevestigen en verdere faciliteiten te scheppen;
Zijn overeengekomen als volgt:
Voor de toepassing van deze Overeenkomst wordt verstaan onder:
-
a. „vervoerder” een persoon (met inbegrip van een rechtspersoon) die hetzij in het Koninkrijk
der Nederlanden, hetzij in Ierland overeenkomstig de ter zake dienende nationale wetten
en voorschriften goederen over de weg vervoert als beroepsvervoerder of voor eigen
rekening;
-
b. „voertuig” ieder mechanisch voortbewogen voertuig voor gebruik op de weg dat is gebouwd
of ingericht voor het vervoer van goederen, met inbegrip van de aanhangwagen of oplegger
die met dat voertuig een combinatie vormt.
Artikel 2. Toepassingsgebied
De bepalingen van deze Overeenkomst zijn van toepassing op het internationale goederenvervoer
over de weg tegen betaling (beroepsvervoer) of voor eigen rekening tussen het Koninkrijk
der Nederlanden en Ierland, in doorvoer over het grondgebied van beide landen en naar
of vanuit andere landen.
Elk der Overeenkomstsluitende Partijen staat vervoerders die op het grondgebied van
de andere Overeenkomstsluitende Partij zijn gevestigd, toe zonder bijzondere vergunning
goederen te vervoeren:
Artikel 4. Verbod van binnenlands vervoer
Niets in deze Overeenkomst wordt geacht een vervoerder van het ene land toe te staan
goederen te laden op enige plaats in het andere land ten einde deze op enige andere
plaats in dat land af te leveren.
Artikel 5. Uitzonderlijke gewichten en afmetingen
Indien het gewicht of de afmetingen van een voertuig of combinatie van voertuigen,
geregistreerd op het grondgebied van een der Overeenkomstsluitende Partijen en gebruikt
voor internationaal vervoer krachtens de bepalingen van deze Overeenkomst, het toelaatbare
maximum op het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij overschrijdt,
is een bijzondere vergunning vereist.
Artikel 6. Naleving van de nationale wetgeving
Vervoerders van beide landen en de bemanningen van hun voertuigen dienen, wanneer
zij zich in het andere land bevinden, de wetten en voorschriften die in dat land van
kracht zijn, na te leven.
In geval van overtreding van de bepalingen van deze Overeenkomst door een vervoerder
die op het grondgebied van een der Overeenkomstsluitende Partijen is gevestigd, kan
de Overeenkomstsluitende Partij op wier grondgebied de overtreding plaatsvond, hiervan
kennisgeven aan de andere Overeenkomstsluitende Partij, die de in haar nationale wetten
eventueel voorziene maatregelen neemt.
Artikel 8. Belastingen en heffingen inzake voertuigen
-
1 Voertuigen die
-
a. zijn geregistreerd en thans zijn belast in het ene land; en
-
b. tijdelijk zijn ingevoerd in het andere land;
zijn vrijgesteld van belastingen en heffingen op het rijden met of op het bezit van
die voertuigen in het laatst genoemde land en tevens van alle bijzondere belastingen
of heffingen op het vervoer op het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende
Partij.
Artikel 9. Brandstof in reservoirs van voertuigen
De zich in de normale reservoirs van de voertuigen, genoemd in artikel 1, bevindende
brandstof, alsmede de uitsluitend voor de goede werking van die voertuigen bestemde
smeermiddelen, zijn op het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij
vrijgesteld van invoerrechten en andere belastingen en betalingen.
Artikel 11. Uitwisseling van gegevens
Elke bevoegde autoriteit verschaft de andere alle ter zake dienende gegevens die ter
beschikking kunnen worden gesteld betreffende de wijze waarop het vervoer waarop deze
Overeenkomst van toepassing is, zich heeft ontwikkeld.
De Overeenkomstsluitende Partijen leggen nauwkeurige voorschriften inzake de uitvoering
van deze Overeenkomst vast in een Protocol, dat op hetzelfde tijdstip als de Overeenkomst
wordt ondertekend. De overeenkomstig de bepalingen van artikel 10 ingestelde Gemengde
Commissie is bevoegd het bedoelde Protocol te wijzigen. Elke wijziging waarover de
Gemengde Commissie overeenstemming heeft bereikt, wordt van kracht op een door een
diplomatieke nota uitwisseling vast te stellen tijdstip.
Artikel 13. Toepassingsgebied voor Nederland
Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, is deze Overeenkomst alleen van toepassing
op het in Europa gelegen grondgebied van het Koninkrijk.
Artikel 14. Inwerkingtreding en duur
-
1 Elke Overeenkomstsluitende Partij deelt langs diplomatieke weg de andere Overeenkomstsluitende
Partij het tijdstip mede waarop de maatregelen die nodig zijn om deze Overeenkomst
in haar land van kracht te doen zijn, genomen zijn. De Overeenkomst treedt in werking
op de dertigste dag na de datum van ontvangst van de laatste kennisgeving.
-
2 Deze Overeenkomst blijft voor een periode van een jaar na haar inwerkingtreding van
kracht. Daarna blijft zij van jaar tot jaar van kracht, tenzij zij door een van de
Overeenkomstsluitende Partijen wordt beëindigd doordat deze de andere Overeenkomstsluitende
Partij zes maanden voordat de geldigheid van de Overeenkomst verstrijkt, daarvan schriftelijk
in kennis stelt.