Preambule
De Lidstaten van de Raad van Europa die dit Protocol bij het Europees Sociaal Handvest dat op 18 oktober 1961 te Turijn voor ondertekening werd opengesteld (hierna te noemen
„het Handvest") hebben ondertekend;
Vastbesloten nieuwe maatregelen te treffen ter verbetering van de doeltreffende handhaving
van de sociale rechten die worden gewaarborgd door het Handvest,
Overwegende dat dit doel in het bijzonder zou kunnen worden bereikt door invoering
van een collectieve klachtenprocedure, die onder andere de betrokkenheid van de sociale
partners alsmede van niet-gouvernementele organisaties kan versterken,
Zijn het volgende overeengekomen:
De Overeenkomstsluitende Partijen bij dit Protocol erkennen het recht van de volgende
organisaties om klachten over ontoereikende toepassing van het Handvest in te dienen:
-
a. internationale organisaties van werkgevers en werknemers als bedoeld in het tweede lid van artikel 27 van het Handvest;
-
b. andere internationale niet-gouvernementele organisaties die een raadgevende status
bij de Raad van Europa bezitten en zijn opgenomen op een voor dat doel door het Regeringscomité
opgestelde lijst;
-
c. representatieve nationale organisaties van werkgevers en werknemers die onder de rechtsmacht
vallen van de Overeenkomstsluitende Partij waartegen zij een klacht hebben ingediend.
-
1 Een Overeenkomstsluitende Staat kan wanneer hij het feit dat hij ermee instemt door
dit Protocol te worden gebonden tot uitdrukking brengt, in overeenstemming met de
bepalingen van artikel 13, of te eniger tijd daarna, ook verklaren dat hij het recht
erkent van andere representatieve nationale niet-gouvernementele organisaties die
onder de rechtsmacht vallen en die beschikken over een bijzondere bekwaamheid inzake
de aangelegenheden bestreken door het Handvest, om klachten tegen hem in te dienen.
De internationale niet-gouvernementele organisaties en de nationale niet-gouvernementele
organisaties bedoeld in respectievelijk artikel 1, sub b, en artikel 2 kunnen in overeenstemming
met de in de bovengenoemde bepalingen voorgeschreven procedure alleen klachten indienen
met betrekking tot aangelegenheden ter zake waarvan zij zijn erkend als beschikkende
over een bijzondere bekwaamheid.
De klacht wordt schriftelijk ingediend, heeft betrekking op een door de betrokken
Overeenkomstsluitende Partij aanvaarde bepaling van het Handvest en geeft aan in welk opzicht de laatstgenoemde deze bepaling niet in toereikende
mate heeft toegepast.
Elke klacht wordt gericht aan de Secretaris-Generaal, die de ontvangst ervan bevestigt,
de betrokken Overeenkomstsluitende Partij ervan in kennis stelt en de klacht onverwijld
toezendt aan het Comité van Onafhankelijke Deskundigen.
Het Comité van Onafhankelijke Deskundigen kan de betrokken Overeenkomstsluitende Partij
en de organisatie die de klacht heeft ingediend verzoeken schriftelijke informatie
en commentaar inzake de ontvankelijkheid van de klacht te leveren binnen een door
het Comité te stellen termijn.
-
1 Indien het Comité van Onafhankelijke Deskundigen besluit dat een klacht ontvankelijk
is, stelt het de Overeenkomstsluitende Partijen bij het Handvest via de Secretaris-Generaal daarvan in kennis. Het verzoekt de betrokken Overeenkomstsluitende
Partij en de organisatie die de klacht heeft ingediend, binnen een door het Comité
te stellen termijn, alle relevante schriftelijke toelichtingen of informatie te verschaffen,
en de andere Overeenkomstsluitende Partijen bij dit Protocol die opmerkingen wensen
te maken dit binnen dezelfde termijn te doen.
-
2 Indien de klacht is ingediend door een nationale organisatie van werkgevers of van
werknemers of door een andere nationale of internationale niet-gouvernementele organisatie,
stelt het Comité van Onafhankelijke Deskundigen de in het tweede lid van artikel 27 van het Handvest bedoelde internationale organisaties van werkgevers of werknemers via de Secretaris-Generaal
daarvan in kennis en verzoekt hen binnen de door het Comité te stellen termijn commentaar
te leveren.
-
3 Op basis van de uit hoofde van het eerste en tweede lid verschafte toelichtingen,
informatie of commentaren kunnen de betrokken Overeenkomstsluitende Partij en de organisatie
die de klacht heeft ingediend aanvullende schriftelijke informatie of commentaar leveren
binnen de door het Comité van Onafhankelijke Deskundigen te stellen termijn.
Het rapport wordt toegezonden aan de Parlementaire Vergadering en tegelijkertijd met
de in artikel 9 bedoelde resolutie, of uiterlijk vier maanden nadat het is toegezonden
aan het Comité van Ministers, gepubliceerd.
-
1 Op grond van het rapport van het Comité van Onafhankelijke Deskundigen neemt het
Comité van Ministers een resolutie aan met een meerderheid van degenen die hun stem
uitbrengen. Indien het Comité van Onafhankelijke Deskundigen van oordeel is dat het
Handvest niet in toereikende mate is toegepast, neemt het Comité van Ministers, met een meerderheid
van twee derden van degenen die hun stem uitbrengen, een aanbeveling gericht aan de
betrokken Overeenkomstsluitende Partij aan. In beide gevallen is het stemrecht beperkt
tot de Overeenkomstsluitende Partijen bij het Handvest.
-
2 Indien het rapport van het Comité van Onafhankelijke Deskundigen nieuwe kwesties
doet rijzen, kan het Comité van Ministers op verzoek van de betrokken Overeenkomstsluitende
Partij bij een tweederde meerderheid van de Overeenkomstsluitende Partijen bij het
Handvest besluiten het Regeringscomité te raadplegen.
De betrokken Overeenkomstsluitende Partij verschaft in het eerstvolgende rapport dat
zij ingevolge artikel 21 van het Handvest aan de Secretaris-Generaal zendt informatie over de maatregelen die zij heeft getroffen
om de aanbeveling van het Comité van Ministers uit te voeren.
De Staten die Partij zijn bij dit Protocol zijn van mening dat de eerste alinea van de bijlage bij het Handvest die betrekking heeft op deel III als volgt luidt:
„Het Handvest houdt juridische verplichtingen van internationale aard in, welker toepassing uitsluitend
aan het in deel IV en in de bepalingen van dit Protocol omschreven toezicht is onderworpen."
-
2 Voor iedere Lidstaat die nadien het feit dat hij ermee instemt door het Protocol
te worden gebonden tot uitdrukking brengt, treedt het Protocol in werking op de eerste
dag van de maand die volgt op het verstrijken van een tijdvak van een maand na de
datum van de nederlegging van de akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring.
De Secretaris-Generaal van de Raad van Europa stelt alle Lidstaten van de Raad van
Europa in kennis van:
-
a. iedere ondertekening;
-
b. de nederlegging van iedere akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring;
-
c. de datum van inwerkingtreding van dit Protocol overeenkomstig artikel 14;
-
d. iedere andere handeling, kennisgeving of mededeling met betrekking tot dit Protocol.