Verdrag inzake samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden, enerzijds, en de [...] van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, anderzijds, Charleroi, 28-03-2002

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 20-02-2006 t/m heden

Verdrag inzake samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden, enerzijds, en de Franse Gemeenschap van België, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, anderzijds

Authentiek : NL

Verdrag inzake samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden, enerzijds, en de Franse Gemeenschap van België, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, anderzijds

Het Koninkrijk der Nederlanden, enerzijds,

en

de Franse Gemeenschap van België, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, anderzijds,

Hierna te noemen de „Verdragsluitende Partijen",

Zich baserend op de vriendschaps- en samenwerkingsbanden tussen hun volkeren, het wederzijds vertrouwen en het belang dat zij hechten aan de gemeenschappelijke waarden van vrijheid, democratie, rechtvaardigheid en solidariteit;

Gedreven door de wens de banden die hun volkeren verenigen te versterken;

Rekening houdend met de waarden van sociale vooruitgang en duurzame ontwikkeling;

Overwegend dat bilaterale samenwerking en de ontwikkeling van synergieën met betrekking tot multilaterale samenwerking belangrijk zijn;

Zijn het volgende overeengekomen:

Sectie 1

  • 1 De Verdragsluitende Partijen besluiten aan hun bilaterale relaties een nieuwe dimensie van verstandhouding en partnerschap toe te voegen.

    Zij ontwikkelen hun vriendschapsrelaties op basis van gelijkheid in rechte, eerbiediging van soevereiniteit en politieke onafhankelijkheid, het hechten aan de beginselen van vrijheid, democratie, het primaat der wet, en de mensenrechten.

  • 2 De samenwerking heeft betrekking op het geheel van bevoegdheden van respectievelijk de Franse Gemeenschap van België, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

    Deze bevoegdheden worden vermeld in een Bijlage bij het Verdrag.

  • 3 De samenwerking tussen de Verdragsluitende Partijen zal gericht zijn op het beter waarderen van de menselijke ontwikkelingsmogelijkheden, duurzame ontwikkeling en partnerschap tussen overheden, instellingen, verenigingen en personen.

  • 4 De Verdragsluitende Partijen zullen samenwerking aangaan danwel verdiepen op het gebied van milieu, ruimtelijke ordening, toerisme, openbare werken, vervoer, waterbeheer, economie en werkgelegenheid, onderwijs, cultuur, sport, welzijn, volksgezondheid, technologie en wetenschappelijk onderzoek.

    De Verdragsluitende Partijen zullen hun grensoverschrijdende samenwerking intensiveren, in het kader van programma's die in het bijzonder door de Europese Unie worden ontwikkeld.

Sectie 2

Ten einde de doelen zoals in sectie 1 omschreven, te bereiken zullen de Verdragsluitende Partijen contacten ontwikkelen tussen hun diensten die belast zijn met de internationale betrekkingen door middel van de uitwisseling van informatie, documentatie en door regelmatig overleg.

Sectie 3

  • 1 De Verdragsluitende Partijen zullen de rechtstreekse samenwerking tussen hun overheden, organisaties, instellingen en personen bevorderen.

  • 2 De Verdragsluitende Partijen zullen hen in de gelegenheid stellen samenwerking aan te gaan en overeenkomsten te sluiten met betrekking tot specifieke projecten, voor zover dit in overeenstemming is met het nationale recht en geldende verplichtingen.

  • 3 De Verdragsluitende Partijen zullen voor hen de toegang tot internationale partnerschapsnetwerken bevorderen aansluitend bij multilaterale of supranationale programma's, in het bijzonder welke door de Europese Unie worden geïnitieerd.

Sectie 4

De Verdragsluitende Partijen zullen elkaar regelmatig op politiek niveau bezoeken om hun bilaterale samenwerking te evalueren en om concrete onderwerpen van gemeenschappelijk belang te bespreken.

Sectie 5

De Verdragsluitende Partijen zullen bijdragen aan het scheppen van gunstige voorwaarden voor het leggen van rechtstreekse contacten en voor de activiteiten van bedrijven en andere rechtspersonen, voor het aanmoedigen van investeringen en het bevorderen van de uitwisseling van economische informatie.

Sectie 6

De Verdragsluitende Partijen zullen de uitwisseling bevorderen onder jongeren tegen de achtergrond van hun aansluiting op de arbeidsmarkt, het vergroten van internationale bewustwording en het opdoen van ervaring met bilaterale contacten.

Sectie 7

  • 1 Het beheer van het onderhavige Verdrag wordt toevertrouwd aan:

    • wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden: aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken;

    • wat betreft de Franse Gemeenschap van België, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: gezamenlijk aan het Commissariaat-generaal voor Internationale Betrekkingen van de Franse Gemeenschap van België en aan de Afdeling Internationale Betrekkingen van het Directoraat-Generaal Buitenlandse Betrekkingen van het Ministerie van het Waalse Gewest.

  • 2 Met het oog op de toepassing en de evaluatie van dit Verdrag richten de Verdragsluitende Partijen een Permanente Gemengde Commissie op.

    Deze Commissie vergadert ten minste één keer per drie jaar, afwisselend in Wallonië en/of Brussel, enerzijds, en in Nederland, anderzijds.

    De Commissie stelt een werkprogramma op met betrekking tot de door de Verdragsluitende Partijen te prioriteren sectoren. Zij evalueert de uitvoering van het Verdrag.

Sectie 8

  • 1 Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden is dit Verdrag van toepassing op het deel van het Rijk in Europa, de Nederlandse Antillen en Aruba, tenzij anders is bepaald in de in sectie 8, tweede lid, bedoelde kennisgeving.

  • 2 Dit Verdrag treedt in werking op de datum van de laatste kennisgeving inzake de vervulling van de interne wettelijke goedkeuringsvereisten.

    Dit Verdrag wordt gesloten voor de duur van vijf jaren en zal steeds met een jaar worden verlengd zolang niet een van de Partijen de andere schriftelijk op de hoogte stelt van zijn voornemen haar te beëindigen, en zulks zes maanden voor het verstrijken van de geldigheidstermijn van dit Verdrag.

    In geval van beëindiging van dit Verdrag blijven de bepalingen ervan van kracht ten aanzien van alle programma's, uitwisselingen, regelingen of projecten die uit hoofde van dit Verdrag reeds zijn aangenomen, maar op het tijdstip van de beëindiging ervan nog niet zijn voltooid.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, dit Verdrag ondertekenen.

GEDAAN te Charleroi op 28 maart 2002, in viervoud, in de Nederlandse en de Franse taal, zijnde beide gelijkelijk authentiek.

Voor het Koninkrijk der Nederlanden

(w.g.) J. J. VAN AARTSEN

Voor de Franse Gemeenschap van België

(w.g.) HERVÉ HASQUIN

Voor het Waalse Gewest

(w.g.) JEAN-CLAUDE VAN CAUWENBERGHE

Voor de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

(w.g.) ERIC TOMAS

Bijlage

Terreinen van bevoegdheid van de Franse Gemeenschap

  • interuniversitaire en wetenschappelijke samenwerking;

  • onderwijs;

  • cultuur;

  • jeugd en permanente educatie;

  • audiovisueel (met inbegrip van informatie);

  • gezondheidszorg (preventie, bevordering en voorlichting);

  • sociale zaken (kinderopvang, sociaal jongerenwerk);

  • sportbeleid.

Terreinen van bevoegdheid van het Waalse Gewest

  • economie (economische expansie – innovatie – hervorming – industriële initiatieven – buitenlandse handel – exploitatie natuurlijke rijkdommen – bevordering MKB);

  • milieu en waterbeleid;

  • plattelandsvernieuwing en natuurbehoud;

  • bestuurlijke decentralisering en lagere overheden (provincies en gemeenten);

  • wetenschappelijk en technologisch onderzoek;

  • landbouwbeleid;

  • energie;

  • ruimtelijke ordening, met inbegrip van het beleid inzake erfgoed en de bescherming hiervan;

  • huisvesting;

  • toerisme;

  • beroepsopleidingen;

  • werkgelegenheid en sociale vooruitgang;

  • curatieve gezondheidszorg;

  • sociale zaken en integratie van gehandicapten;

  • openbare werken en vervoer;

  • sport (infrastructuur).

Terreinen van bevoegdheid van de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

  • hulpverlening (gezinsbeleid, met inbegrip van alle vormen van hulp en bijstand voor gezinnen en kinderen, sociale hulp, opvang en integratie van immigranten, gehandicaptenbeleid, met inbegrip van opleiding, bijscholing en omscholing van gehandicapten, ouderenzorg);

  • gezondheidszorg (beleid inzake intramurale en extramurale zorg);

  • beroepsopleidingen;

  • toerisme;

  • infrastructuur voor sport.

Naar boven