De Verdragsluitende Partijen,
Zich bewust van de noodzaak het internationaal vervoer over waterwegen in Europa te
vergemakkelijken en uit te breiden,
Beseffend dat een toename van het internationale goederenvervoer te verwachten is
als gevolg van de groeiende internationale handel,
De nadruk leggend op de belangrijke rol van het vervoer over water, dat in vergelijking
met andere wijzen van vervoer economische en ecologische voordelen biedt en beschikt
over extra capaciteit in de vorm van infrastructuur en schepen en waarmee derhalve
de sociale kosten en de negatieve milieueffecten van het binnenlands vervoer in zijn
totaliteit kunnen worden verminderd,
Ervan overtuigd dat het, wil men het internationaal vervoer over waterwegen in Europa
met inbegrip van het vervoer door binnenvaart-/zeevaartschepen via kustroutes, doelmatiger
en aantrekkelijker voor de klant maken, van wezenlijk belang is een wettelijk kader
te scheppen dat voorziet in een gecoördineerd plan voor de ontwikkeling en aanleg
van een net van waterwegen van internationaal belang, op basis van overeengekomen
infrastructurele en operationele parameters,
Zijn het volgende overeengekomen: