Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 5 van de Overeenkomst
De partijen komen overeen dat een politieke dialoog op ministerieel niveau ten minste
een maal per jaar dient plaats te vinden.
De partijen zijn van mening dat een politieke dialoog tussen het Europees Parlement
en de Tunesische kamer van afgevaardigden moet worden ingesteld.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 10 van de Overeenkomst
Partijen komen overeen dat Tunesië in overleg een landbouwelement kan onderscheiden
in de rechten bij invoer die op de in lijst 2 van bijlage 2 van de overeenkomst genoemde
produkten van oorsprong uit de Gemeenschap van toepassing zijn vóór de inwerkingtreding
van de overeenkomst.
Dit principe is tevens van toepassing op de produkten van lijst 3 van bijlage 2 van
de overeenkomst alvorens een begin wordt gemaakt met de afbraak van het industrie-element.
In het geval dat Tunesië de op 1.1.1995 geldende rechten zou verhogen, als gevolg
van het landbouwelement, voor de hierboven genoemde produkten kent zij de Gemeenschap
een reductie van 25 % op de verhoging van de rechten toe.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 39 van de Overeenkomst
De partijen komen overeen dat in het kader van de overeenkomst intellectuele, industriële
en commerciële eigendom inzonderheid het volgende omvat: auteursrechten, met inbegrip
van de auteursrechten op computerprogramma's, en naburige rechten, fabrieks- en handelsmerken,
geografische aanduidingen, met inbegrip van benamingen van oorsprong, industriële
tekeningen en modellen, octrooien, schema's (topografieën) van geïntegreerde schakelingen,
alsmede bescherming van niet-openbaargemaakte informatie en bescherming tegen oneerlijke
mededinging als bedoeld in artikel 10 bis van het Verdrag van Parijs voor de bescherming van industriële eigendom in de Akte van Stockholm (Unie van Parijs).
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 42 van de Overeenkomst
Partijen bevestigen opnieuw het belang dat zij hechten aan de gedecentraliseerde samenwerkingsprogramma's
als een aanvullend middel ter bevordering van de uitwisseling van ervaring en de overdracht
van kennis in het Middellandse-Zeegebied en tussen de Europese Gemeenschap en haar
partners.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 49 van de Overeenkomst
Partijen onderkennen de noodzaak van modernisering van de Tunesische produktiesector
om deze beter aan te passen aan de realiteit van de internationale en Europese economie.
De Gemeenschap zal Tunesië steunen bij de uitvoering van een steunprogramma voor de
industriesectoren die zullen worden geherstructureerd en op peil gebracht om het hoofd
te bieden aan eventuele problemen na de liberalisering van het handelsverkeer en met
name de afschaffing van tarieven.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 50 van de Overeenkomst
De overeenkomstsluitende partijen hechten belang aan een toename van de stroom van
directe investeringen in Tunesië.
Zij komen overeen dat Tunesië grotere toegang krijgt tot de communautaire instrumenten
ter bevordering van investeringen in overeenstemming met de desbetreffende communautaire
bepalingen.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 64 van de Overeenkomst
Onverminderd de in elke Lid-Staat geldende voorwaarden en modaliteiten onderzoeken
de partijen de kwestie van toegang tot de arbeidsmarkt van een Lid-Staat van de uit
hoofde van gezinshereniging wettig verblijvende echtgenoot en kinderen van een Tunesische
werknemer die wettig op het grondgebied van een Lid–Staat is tewerkgesteld, met uitzondering
van seizoenwerknemers, gedetacheerden en stagiaires, gedurende de periode van het
toegestane tewerkstellingsverblijf van de werknemer.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 64 van de Overeenkomst
Wat betreft het ontbreken van discriminatie op het gebied van ontslag kan geen beroep
op artikel 64, lid 1, worden gedaan voor de verlenging van een verblijfsvergunning. De toekenning, verlenging
en weigering van een verblijfsvergunning valt uitsluitend onder de wetgeving van elke
Lid-Staat en onder de tussen Tunesië en die Lid–Staat van kracht zijnde overeenkomsten
en bilaterale verdragen.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 65 van de Overeenkomst
Overeengekomen is dat de term „gezinsleden” wordt gedefinieerd volgens de nationale
wetgeving van het betrokken gastland.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende de artikelen 34, 35, 76 en 77 van de Overeenkomst
Indien zich voor Tunesië tijdens de geleidelijke tenuitvoerlegging van de overeenkomst
ernstige problemen in verband met de betalingsbalans voordoen, kunnen Tunesië en de
Gemeenschap overleg voeren over de meest geschikte middelen en modaliteiten om Tunesië
te helpen aan deze problemen het hoofd te bieden.
Deze besprekingen vinden plaats in samenwerking met het Internationaal Monetair Fonds.
Gemeenschappelijke verklaring betreffende textielprodukten
Overeengekomen is dat de regeling voor textielprodukten in een afzonderlijk, voor
31 december 1995 te sluiten protocol wordt vastgelegd, waarin de in 1995 van toepassing
zijnde bepalingen zijn opgenomen.