Op alle aanvragen zijn de NWO-regeling subsidies en het Akkoord bekostiging wetenschappelijk onderzoek van toepassing.
De specifieke subsidievoorwaarden die gelden bij toekenning van een Complexity – Programmable
Self-organisation-subsidie zijn de volgende:
Consortiumvorming
De Call Complexity – Programmable Self-organisation is gericht op samenwerking met niet-universitaire partners, dat wil zeggen private
en/of (semi-)private partners zoals bedrijven, overheden, maatschappelijke organisaties,
en publieke onderzoeksinstellingen zoals TNO. Om dit uitgangspunt vorm te geven, dienen
al bij een onderzoeksvoorstel betrokken samenwerkingspartners een consortium op te
richten. Er dient minimaal één niet-universitaire partij bij de aanvraag betrokken
te zijn.
Alle consortiumpartners dienen gedurende de periode waarover subsidie wordt gevraagd
effectief betrokken te blijven bij het onderzoek waarop de aanvraag betrekking heeft.
Consortiumovereenkomst
De projectpartners (de betrokken onderzoeksinstellingen en private en/of (semi-) private
partners) moeten voor de start van het toegekende project een consortiumovereenkomst
ondertekenen. In deze overeenkomst zijn IPR en kennisoverdracht en andere zaken zoals
betalingen, voortgangs- en eindverslagen en geheimhouding geregeld conform het NWO-beleid
inzake intellectueel eigendom. Daarnaast staan in deze overeenkomst afspraken over de consortiumgovernance (die
afdoende garantie moet bieden voor een effectieve samenwerking), financiën, waar van
toepassing in te brengen basiskennis, aansprakelijkheid, geschillen en regeling van
onderlinge informatieverstrekking. Een model overeenkomst hiervoor is beschikbaar
via www.nwo.nl/complexity/programmable-self-organisation.
Intellectueel eigendom
Ten aanzien van het NWO-beleid inzake intellectueel eigendom (IE), zal model 1 worden
gehanteerd in deze Call. Dat betekent dat NWO geen mede-eigendom claimt op de IE-rechten.
Binnen model 1 is zowel optie 1 (passende afspiegeling) als optie 2 (rechten op eigen
resultaten) toegestaan binnen deze Call.
NWO bijdrage en bijdragen van private partijen en (semi-)private partners
In een project werken minstens één private partij en/of (semi-)private partner en
minstens één (aanvragende) kennisinstelling met elkaar samen (zie paragrafen 3.1 en 3.2 voor de voorwaarden voor deelname). De private partij(en) en/of (semi-) private partner(s)
betalen minimaal eenvijfde van de projectkosten (waarvan minimaal de helft in cash), NWO maximaal viervijfde. Dus voor iedere euro
inleg door de private partij(en) en/of (semi-)private partner(s), legt NWO er via
deze Call vier euro bij tot een maximum NWO-bijdrage van € 500.000. NWO geeft géén
aanvullende financiering op bijdragen aan het project van universiteiten, hogescholen,
TO2-instellingen (waaronder TNO) en vergelijkbare onderzoeksinstellingen.
-
– De cash-bijdrage van de private partij(en) en/of (semi-)private partner(s) is minimaal
10% van de projectkosten. De in-kind bijdrage van de private partij(en) en/of (semi-)private
partner(s) is eveneens minimaal 10% van de projectkosten. De som van de cash- en in-kind
bijdragen van de private partij(en) en/of (semi-)private partner(s) mag nooit groter
zijn dan 50% van de projectkosten;
-
– Het cash-deel van het projectbudget dekt de aan te vragen onderzoekspositie(s), het
additionele budget en 5% NWO projectmanagement;
-
– De cash- en in kind-bijdrage(n) die worden opgevoerd in de begroting corresponderen
met de Letter(s) of Commitment. De cash-bijdrage(n) door de private en/of (semi-)private
partner(s) worden in de Letter(s) of Commitment expliciet toegezegd aan NWO. In geval
van honorering van de aanvraag wordt de cash-bijdrage van elke private of (semi-)private
partner vastgelegd in een contract tussen NWO en de private of (semi-)private partner.
NWO neemt de cash-bijdrage tevens op in de toekenningsbrief van het onderzoeksvoorstel;
-
– Zie bijlage 6.2 voor de overige voorwaarden voor cash- en in kind- bijdragen;
-
– NWO rekent 5% van de totale cash-projectkosten voor projectmanagement door NWO. Dit bedrag dekt deels de organisatie
en uitvoering van de Complexity – Programmable Self-organisation-activiteiten. Tevens worden er onder andere bijeenkomsten van georganiseerd door
NWO.
De volgende bijdragen van private partij(en) en/of (semi-)private partner(s) komen
niet in aanmerking voor aanvullende financiering middels deze Call:
-
– Kosten m.b.t. overhead, begeleiding, consultancy en/of deelname aan een gebruikerscommissie;
-
– Kosten voor diensten die voorwaardelijk zijn. Er worden geen voorwaarden gesteld aan
de levering van de bijdrage van de private partij of (semi-) private partner. De levering
van de bijdrage van de private partij of (semi-) private partner is niet afhankelijk
van het al dan niet bereiken van een bepaald stadium in het onderzoeksplan (bijv.
go/no-go moment);
-
– Kosten van apparatuur indien een van de (hoofd)doelen van de onderzoeksaanvraag is
verbetering en/of meerwaarde te creëren van deze apparatuur.
Letters of Commitment
Bij het indienen van de aanvraag moet iedere partner het financieel commitment bevestigen
met een ‘letter of commitment’. Deze brief bestaat uit een expliciete verklaring aan
de hoofdaanvrager van de overeengekomen financiële en/of gekapitaliseerde personele
en/of materiële bijdrage, een toelichting op hoe de bijdrage(n) van de private partij(en)
en/of (semi-)private partner(s) wordt ingezet en een toelichting op hoe de resultaten
van het onderzoek zullen bijdragen aan de praktijk- of beleidsontwikkeling. De in
de brief vermelde bedragen moeten overeenkomen met de bedragen in het budget van de
aanvraag. Iedere ‘letter of commitment’ dient als losse bijlage bij de uitgewerkte
aanvraag te worden geüpload in ISAAC. Indien de aanvraag gehonoreerd wordt, zal NWO
op basis van de Letters of Commitment contact leggen met de partners, vragen om bevestiging
van de medefinanciering en de bijdragen innen. Verdere afspraken dienen te worden
vastgelegd in een (consortium)overeenkomst (zie hierboven). Iedere partner dient zich
in de ‘letter of commitment’ bereid te verklaren om, indien de subsidie wordt toegekend,
deze verdere afspraken vast te leggen in de consortiumovereenkomst.
NWO geeft géén aanvullende financiering op projectbijdragen van universiteiten, hogescholen,
TO2-instellingen (waaronder TNO) en vergelijkbare onderzoeksinstellingen. Wel moet,
indien een TO2-instelling of hogeschool participeert in een project, zij dit commitment
ook met een ‘letter of commitment’ bevestigen. Indien het commitment van deze partij na toekenning wegvalt, verwacht NWO dat de
overige leden van het consortium zoeken naar oplossingen om dit op te vangen.
Projectbeheer
NWO zal toezicht houden op de voortgang en resultaten van het gefinancierde onderzoek,
hierbij gebruik makend van de planning en de verwachte resultaten zoals beschreven
in de aanvraag.
Deze Call valt onder de paraplu van het NWO-brede programma Grip on Complexity en
de projectleiders zullen een uitnodiging krijgen voor evenementen etc. die in dat
kader worden georganiseerd.
Gezamenlijk bijeenkomstenprogramma
Het vormen van de gemeenschap zal worden bevorderd door het instellen van een gezamenlijk
bijeenkomstenprogramma. Onderzoekers die binnen het programma werkzaam zijn worden
geacht aan dit bijeenkomstenprogramma deel te nemen.
Kennisuitwisseling tussen onderzoekers en niet-universitaire partners zal worden bevorderd
via periodieke bijeenkomsten.
Looptijd
Bij aanvragen die worden gehonoreerd, moet het onderzoek binnen negen maanden na honorering
van start zijn gegaan. Indien dit niet het geval is, behoudt NWO ENW zich het recht voor passende maatregelen
te nemen.
Een Complexity – Programmable Self-organisation-subsidie kent een looptijd van minimaal 2 en maximaal 5 jaar. Bij uitloop van het
gesubsidieerde onderzoek behoudt NWO ENW zich het recht voor passende maatregelen
te nemen.
Open Access
Alle wetenschappelijke publicaties van onderzoek dat is gefinancierd op basis van
toekenningen voortvloeiend uit deze ‘Call for Proposals’ dienen onmiddellijk (op moment
van publicatie) voor iedereen Open Access toegankelijk te zijn. Er zijn verschillende
manieren voor onderzoekers om Open Access te publiceren. Een uitgebreide toelichting
hierop vindt u op www.nwo.nl/openscience.
Datamanagement
Bij goed onderzoek hoort verantwoord datamanagement. NWO wil dat onderzoeksdata die
voortkomen uit met publieke middelen gefinancierd onderzoek zo veel mogelijk ‘vrij’
en duurzaam beschikbaar komen voor hergebruik door andere onderzoekers. NWO wil bovendien
het bewustzijn bij onderzoekers over het belang van verantwoord datamanagement vergroten.
Aanvragen dienen daarom te voldoen aan het datamanagementprotocol van NWO. Dit protocol
bestaat uit twee stappen:
-
1.
Datamanagementparagraaf
De datamanagementparagraaf maakt deel uit van de onderzoeksaanvraag. Onderzoekers
dienen vier vragen te beantwoorden over datamanagement binnen hun beoogde onderzoeksproject.
Hij of zij wordt dus gevraagd reeds voor aanvang van het onderzoek te bedenken hoe
de verzamelde data geordend en gecategoriseerd moeten worden zodat zij vrij beschikbaar
kunnen worden gesteld. Vaak zullen al bij het tot stand komen van de data en de analyse
daarvan maatregelen getroffen moeten worden om opslag en deling later mogelijk te
maken. Onderzoekers kunnen zelf aangeven welke onderzoeksdata zij voor opslag en hergebruik
relevant achten.
-
2.
Datamanagementplan
Na honorering van een aanvraag dient de onderzoeker de datamanagementparagraaf uit te werken tot een datamanagementplan. Het datamanagementplan is een concrete uitwerking van de datamanagementparagraaf.
De onderzoeker beschrijft in het plan of gebruik gemaakt wordt van bestaande data
of dat het om een nieuwe dataverzameling gaat en hoe de dataverzameling dan FAIR:
vindbaar, toegankelijk, interoperabel en herbruikbaar gemaakt wordt. Uiterlijk 4 maanden
na honorering van de aanvraag moet dat plan via ISAAC zijn ingediend bij NWO. NWO
keurt het plan zo snel mogelijk goed. Goedkeuring van het datamanagementplan door
NWO is voorwaarde voor de subsidieverlening. Het plan kan tijdens het onderzoek worden
bijgesteld.
Meer informatie over het datamanagementprotocol van NWO staat op: www.nwo.nl/datamanagement.
Nagoya Protocol
Het Nagoya Protocol is op 12 oktober 2014 van kracht gegaan en zorgt voor een eerlijke
en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit het gebruik van genetische
rijkdommen (Access and Benefit Sharing; ABS). Onderzoekers die voor hun onderzoek
gebruikmaken van genetische bronnen in/uit het buitenland dienen zich op de hoogte
te stellen van het Nagoya Protocol (www.absfocalpoint.nl). NWO gaat er vanuit dat
zij de noodzakelijke acties ten aanzien van het Nagoya Protocol nemen.