Call for proposals Take-off fase 2 Vroegefasetrajecten WO, HBO & TO2 Ronde 7 – Najaar 2017

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 05-07-2017 t/m heden

Call for proposals Take-off fase 2 Vroegefasetrajecten WO, HBO & TO2 Ronde 7 – Najaar 2017

1. Inleiding

1.1. Achtergrond en doelstelling

Het programma Take-off richt zich op het faciliteren en stimuleren van bedrijvigheid en ondernemerschap vanuit de Nederlandse kennisinstellingen. Het gaat daarbij om het creëren van innovatieve bedrijvigheid die volgt op kennisontwikkeling en -benutting door onderzoekers aan deze kennisinstellingen.

Take-off is een wetenschaps-breed programma dat open staat voor aanvragen uit alle wetenschapsgebieden (bèta/techniek, life sciences en alfa/gamma). Medewerkers van NWO-Domein TTW (TTW), NWO-domein SGW en ZonMw zijn betrokken bij de uitvoering.

Take-off is een doorlopend programma die jaarlijks een voorjaarsronde en en najaarsronde doorloopt. Na iedere ronde wordt het verloop ervan geëvalueerd en worden, indien nodig, onderdelen van het programma aangepast.

Het Take-off programma bestaat uit twee onderdelen: haalbaarheidsstudies (fase1) en vroegefasetrajecten (fase2). In dit document wordt de call for proposals voor vroegefasetrajecten (fase2) toegelicht.

De vroegefasetrajecten worden via NWO gefinancierd door de Minister van Economische Zaken1 en wordt door STW in mandaat uitgevoerd in 2017. Honorering vindt plaats door de directeur van TTW en de Uitvoeringsovereenkomsten worden op naam van STW gesteld.

1.2. Doelstelling Take-off fase 2 – vroegefasetrajecten

Take-off vroegefasetrajecten verstrekt subsidies in de vorm van een geldlening met een minimale omvang van € 50.000,- en een maximale omvang van € 250.000,- aan pas gestarte ondernemingen (start-ups) voor de uitvoering van vroegefasetrajecten op basis van kennisinnovaties uit Nederlandse universiteiten, door NWO erkende onderzoeksinstituten (WO), erkende TO2 instellingen, en Nederlandse hogescholen (HBO).

Een vroegefasetraject bestaat uit de stappen en activiteiten om te zorgen dat het idee/concept commercieel levensvatbaar wordt, dat het proces of de dienst met succes de markt op kan en gaat, dat de onderneming zal groeien en dat er geld zal worden verdiend.

Het onderdeel vroegefasetrajecten is uitsluitend bedoeld voor innovatieve nieuwe bedrijvigheid. Daarbij moet ‘nieuw’ begrepen worden als aantoonbaar niet ouder dan 5 jaar op het moment van indiening van een aanvraag, gerekend vanaf de datum van inschrijving bij de Kamer van Koophandel.

Voorts kan de subsidie worden gebruikt voor opleiding in ondernemersvaardigheden en/of het ontwikkelen van tools die gebaseerd zijn op onderzoek (bijv. het ontwikkelen van een game).

Aan het einde van de vroegefasetraject is het doel.

  • 1. Een bloeiende onderneming te hebben die verder kan groeien;

  • 2. Op basis van de gevalideerde businesscase zicht hebben op financiers die bereidzijn de volgende fase te bekostigen;

1.3. Beschikbaar budget

Het beschikbare budget voor Take-off fase 2 – vroegefasetrajecten is € 3.800.000,-. De financiering komt vanuit het Innovatiefonds MKB+ van het Ministerie van Economische Zaken.

Het Take-off fase 2 programma verstrekt subsidies in de vorm van een geldlening met een minimale omvang van € 50.000 en een maximale omvang van € 250.000 aan pas gestarte ondernemingen (start-ups) van onderzoekers of ondernemers ten behoeve van de financiering van de uitvoering van vroegefasetrajecten

LET OP:

  • Voor Take-off vroegefasetrajecten worden subsidies in de vorm van een geldlening verstrekt, het gaat om een financieringsregeling en niet om projectsubsidie. Over de geldlening is rente verschuldigd.

1.4. Geldigheidsduur call for proposals

Deze call for proposals geldt voor ronde 7 van Take-off fase 2: vroegefasetrajecten. Aanvragen kunnen vanaf 22 juni 2017 worden ingediend. De verplichte indiening van de intentieverklaring sluit 5 september 14:00u CEST, 2017. De sluitingsdatum voor het indienen van de volledige aanvraag is 3 oktober 2017 om 14:00u CEST.

1.5. Scope en duur van Take off

Het Take-off programma bestaat uit twee onderdelen: fase 1: haalbaarheidsstudies en fase 2: vroegefasetrajecten. Deze call for proposals betreft fase 2: vroegefasetrajectenvoor WO, HBO en TO2.

Take-off fase 2: vroegefasetrajecten

Bij de vroegfasetrajecten gaat het om het lanceren van de startup op basis van kennisinnovaties uit kennisinstellingen. Een vroegefasetraject bestaat uit de stappen en activiteiten om te zorgen dat het idee/concept commercieel levensvatbaar wordt, dat het proces of de dienst met succes de markt op kan en gaat, dat de onderneming zal groeien en dat er geld zal worden verdiend. Dit gebeurd o.a. door:

  • 1. Het in detail uiteenzetten en uitvoeren van een vroegefaseplan;

  • 2. Contact zoeken met de stakeholders en toekomstige klanten die de onderneming in staat stellen onafhankelijk te groeien en succesvol te worden;

  • 3. Waar toepasbaar: het door ontwikkelen van het concept, product of dienst zodat aan het einde van het traject anderen – private of publieke investeerders – bereid moeten zijn de volgende fase te financieren

Vroegefasetrajecten lopen maximaal twee jaar vanaf het moment dat een uitvoeringsovereenkomst betreffende het vroegefasetraject tussen TTW en de starter gesloten is. Zie hiervoor de standaard bepalingen voor het samenstellen van de uitvoeringsovereenkomst bijlage 3.16.3 in de Nationale regeling EZ subsidies Staatscourant 2014 nr. 20679

Aan het eind van het programma heeft de startende onderneming:

  • 1. Een bloeiende onderneming te hebben die verder kan groeien;

  • 2. Op basis van de gevalideerde businesscase zicht hebben op financiers die bereid zijn de volgende fase te bekostigen;

1.6. Tijdpad

Het tijdpad voor de 7e ronde ronde Take-off TO2 fase 2 –

vroegefasetrajecten: 22 juni 2017

Openstelling call

5 september 2017 14:00u CEST

Deadline indiening intentieverklaring

3 oktober 2017 14:00u CEST

Deadline indiening volledige

aanvragen November 2017

Periode interviewdagen

11 december 2017

Bekendmaking van het besluit (onder voorbehoud)

2. Richtlijnen voor het aanvragen fase 2 − vroegefasetrajecten

2.1. Wie kan aanvragen

Financiering voor fase 2 vroegefasetrajecten kan worden aangevraagd door een startende onderneming die kennis heeft overgenomen of bezit van een WO, HBO of TO2 instelling. Er wordt gevraagd voor een sterke verstandshouding tussen onderzoekers WO, HBO of TO2 instellingen samen met een startende onderneming (jonger dan 5 jaar) of onderneming in oprichting. Bij elke aanvraag zijn minimaal twee entiteiten betrokken, waarvan de hoofdaanvrager afkomstig is van de startup. De hoofdaanvrager is verantwoordelijk voor de uitvoering van het project, zowel in inhoudelijke als in financiële zin.

Een aanvraag kan worden ingediend door een innovatieve starter die voldoet aan de volgende voorwaarden. De innovatie starter:

  • Is een natuurlijke persoon of een rechtspersoon zijn, die voldoet aan de vereisten voor een innovatieve onderneming als bedoeld in artikel 2, onderdeel 80, van de algemene groepsvrijstellingsverordening van de commissie nr. 651/2014, die tevens starter is, als bedoeld in artikel 22, tweede lid, van die verordening2.

  • Is (mede)oprichter van een startende onderneming die minder dat 5 jaar staat ingeschreven bij de KvK. Een B.V. heeft voorkeur i.v.m. aansprakelijkheid en persoonlijk risico. De onderneming kan alleen in oprichting zijn als reeds een KvK nummer bekend is.

  • De innovatieve starter is een persoon die economische activiteiten verricht en aldus een ondernemer is, op voorwaarde dat voldaan is aan deze verordening. Het kan ook een kleine onderneming zijn die minder dan vijf jaar bestaat op het tijdstip dat de steun wordt toegekend en die innovatief is3. De noviteit van de starter zal expliciet beoordeeld worden in de Take-off-aanvraagprocedure. Als de starter een ‘verklaring speur- en ontwikkelingswerk’ (S&O-verklaring, WBSO subsidie) van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft, kan deze als bewijs van noviteit aan de aanvraag toegevoegd worden.

De economische activiteiten van de academische innovatieve starter komen rechtstreeks en onmiddellijk voort uit onderzoek van één van onderstaande kennisinstellingen:

  • Nederlandse universiteiten (of met vergelijkbare posities aan de universitaire medische centra);

  • Prinses Máxima Centrum;

  • Nederlandse HBO instellingen;

  • KNAW- en NWO-instituten;

  • het Nederlands Kanker Instituut (NKI);

  • het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek te Nijmegen;

  • de Dubble-bundellijn bij de ESRF te Grenoble;

  • NCB Naturalis;

  • Advanced Research Centre for NanoLithography (ARCNL);

  • ECN: Energieonderzoek Centrum Nederland;

  • Deltares;

  • DLO: Dienst Landbouwkunding Onderzoek;

  • WUR: Wageningen University & Research centre;

  • MARIN: Maritime Research Institute Netherlands;

  • NLR: Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium;

  • TNO: Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek; Deze relatie blijkt uit een overeenkomst tussen beide die bij de aanvraag dient te worden meegestuurd. De starter bouwt specifiek voort op deze kennis.

LET OP:

In het geval de innovatieve starter een natuurlijke persoon betreft (bv VOF.), is de vroegefasefinanciering een persoonlijk krediet, hetgeen de financiële bewegingsvrijheid van die persoon aanmerkelijk kan belemmeren.

De overeenkomst van geldlening wordt toegelicht in 2.6.

2.2. Wat kan aangevraagd worden

Verstrekt worden subsidies in de vorm van een geldlening van minimaal € 50.000 en maximaal € 250.000 ten behoeve van de financiering van het vroegefasetraject. De volgende kostensoorten die verband houden met het vroegefasetraject worden geaccepteerd:

  • Eigen arbeidskosten van de aanvrager en loonkosten van personeel in dienst van de onderneming;4

  • Kosten van derden, voor zover zij activiteiten uitvoeren in opdracht van de aanvrager, maximaal € 125 per uur. Hieronder vallen ook kosten te maken voor coaching en opleiding in ondernemersvaardigheden;

  • Kosten van gebruiksgoederen, kleine instrumenten en hulpmiddelen;

  • Investeringen in apparatuur en uitrusting;

  • Reis- en verblijfskosten;

  • Kosten voor octrooibescherming gedurende de looptijd van het vroegefasetraject;

  • Overige direct aan het vroegefasetraject gerelateerde kosten. Onder deze post kunnen kosten van infrastructuur en de kosten van huisvesting worden opgevoerd;

De genoemde kostensoorten dienen in de aanvraag nader gespecificeerd te worden. Niet vergoed worden:

  • Algemene bedrijfskosten (o.a. oprichtings-, notaris-, accountant- en administratiekosten etc.);

  • Kosten gemaakt voorafgaand aan de indiening van de aanvraag voor een vroegefasetraject;

2.3. Wanneer kan aangevraagd worden

De 7de ronde Take-off TO2 fase 2 wordt op 22 juni 2017 opengesteld. Voor dat u een aanvraag kunt indienen moet u eerst een intentieverklaring indienen, de deadline hiervoor is 5 september 2017, 14:00 uur CEST. Na ontvangst van de intentieverklaring door NWO domein TTW kan de aanvraag tot uiterlijk 3 oktober 2017, 14.00 uur CEST worden ingediend.

2.4. Het doen van een aanvraag

Het doen van een aanvraag bestaat uit twee stappen: 1) het indienen van een intentieverklaring en 2) het indienen van de volledige aanvraag.

2.4.1. Stap 1: Intentieverklaring

De intentieverklaring betreft een “expression of interest” bedoeld om:

  • Eerder inzicht te krijgen in het aantal en de aard van in behandeling te nemen aanvragen en de capaciteitsplanning daar op te kunnen afstemmen.

  • Een contactmoment met de aanvragers te creëren waardoor het voor NWO-TTW mogelijk wordt om eerder de volledigheid/ontvankelijkheid van de voorgenomen aanvraag te kunnen toetsen

  • De aanvrager in de gelegenheid te stellen de bij indiening benodigde informatie te completeren voor de definitieve deadline

Een intentieverklaring bestaat uit:

  • 1) Het intentieverklaringsformulier ‘Take-off-intentieverklaring-fase 2- vroegefasetraject-ronde7’ met:

    • Gegevens over de hoofdaanvrager en de start-up;

    • Gegevens van de kennisinstelling en de connectie met de start-up;

    • Een getekend document tussen de kennisinstelling en de startup: een overeenkomst of getekende brief waarmee de kennisinstelling verklaart de kennis aan de startup beschikbaar te willen stellen of over te dragen;

De uiterste indien datum voor de intentieverklaring is 5 september 2017 14:00u CEST, een maand voor de indieningsdatum van het volledige voorstel. Zonder ingediende intentieverklaring kan geen volledige aanvraag worden ingediend. Het e-mail adres waarnaar de intentieverklaring opgestuurd dient te worden is Take-off@nwo.nl.

2.4.2. Stap 2: De volledige aanvraag

Uw volledige aanvraag bestaat uit drie delen:

  • 1) Een volledig ingevuld en van alle benodigde handtekeningen voorzien aanvraagformulier, met inbegrip van alle verplichtte en eventuele optionele bijlagen.

    • Het aanvraagformulier ‘Take-off-aanvraagformulier-fase2-vroegefasetrajectenronde 7’, kunt u downloaden van de website www.stw.nl/takeoff. Alleen aanvragen die met het aanvraagformulier zijn ingevuld worden in behandeling genomen. Het complete aanvraagformulier wordt als één PDF bestand via ISAAC ingediend. Het pdf-document mag op geen enkele wijze beveiligd zijn om een goede verwerking van uw aanvraag te garanderen;

  • 2) Een volledig ingevulde factscheet

    • Deze kunt u bij het indienen van de aanvraag direct in het elektronisch aanvraagsysteem ISAAC in vullen. Er is geen seperaat formulier;

  • 3) Een haalbaarheidsrapportage. Deze kan zijn verkregen uit een fase 1: haalbaarheidsstudie traject;

Indien een video onderdeel is van de aanvraag kan deze in overleg met TTW worden opgenomen in de aanvraag en desgewenst worden getoond aan de Adviescommissie als onderdeel van het interview. De video mag maximaal 2 minuten zijn.

Let op: De video is optioneel en dient niet ter vervanging van de bestaande eisen voor indiening en ontvankelijkheid. Het wel of niet indienen van een video is geen criteria in de beoordeling.

2.5. Het indienen van een aanvraag

2.5.1. Indienen van de intentieverklaring

De intentieverklaring dient uiterlijk 5 september 2017 14:00u CEST, 1 maand voorafgaande van de deadline van de volledige aanvraag, via e-mail te worden opgestuurd. De intentieverklaring kan gestuurd worden naar Take-off@nwo.nl. Na ontvangst van de intentie verklaring krijgt de hoofdaanvrager een reply mail met hierin de link naar de ISAAC pagina voor het indienen van de volledige aanvraag.

2.5.2. Indienen van de volledige aanvraag

Het indienen van de volledige aanvraag kan alleen via het online aanvraagsysteem ISAAC. Aanvragen die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen. Een hoofdaanvrager is verplicht zijn/haar aanvraag via zijn/haar eigen ISAAC-account in te dienen. Indien de hoofdaanvrager nog geen ISAAC-account heeft, dient hij/zij dat minimaal een dag voor het indienen aan te maken. Dit om eventuele aanmeldproblemen op tijd te kunnen verhelpen. Indien de hoofdaanvrager al een account bij NWO heeft, hoeft deze geen nieuw account aan te maken om een nieuwe aanvraag in te dienen.

Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC helpdesk, zie 4.1.2.

2.6. Subsidievoorwaarden

De relevante regelgeving voor de vroegefasetrajecten is de Regeling nationale EZ- subsidies met betrekking tot Vroegefasefinanciering innovatieve starter en het Kaderbesluit EZ-subsidies. Deze documenten zijn te vinden op de Take-off-website (www.stw.nl/takeoff).

Geldlening Take-off

De financiering voor vroegefasetrajecten wordt verstrekt als subsidie in de vorm van geldlening (hierna te noemen: geldlening), waarover rente verschuldigd is. Er wordt geen borg, onderpand of andere zekerheid gevraagd voor de geldlening.

Uitvoeringsovereenkomst

NWO-domein TTW (TTW) sluit een uitvoeringsovereenkomst, zoals voorgeschreven in de Nationale regeling EZ-subsidies, met de innovatieve starter die de economische, commerciële activiteiten ontplooit, waarin onder andere de omvang van de maximale hoofdsom, de verschuldigde rente, de aflossing en de vervroegde opeisbaarheid vastgelegd worden. Als deze overeenkomst niet tijdig tot stand komt, bijvoorbeeld omdat de subsidieontvanger en TTW geen overeenstemming bereiken, is er geen aanspraak op de subsidie mogelijk. De standaardbepalingen voor de overeenkomst van geldlening staan op de website (Regeling nationale EZ-subsidies met betrekking tot Vroegefasefinanciering innovatieve starter). Binnen 8 weken na honorering moet de overeenkomst van geldlening tussen TTW en de subsidieontvanger (innovatieve starter) getekend zijn.

Uit de overeenkomst vloeit voort dat de lening moet worden terugbetaald volgens een vast schema. Dat schema houdt een jaarlijkse terugbetaling in, startend 3 jaar na inwerkingtreding van de overeenkomst. De eerste vijf jaarlijkse terugbetalingen zijn 20% van de geldlening. De zesde en laatste termijn bedraagt in principe de verschuldigde rente. De terugbetaalverplichting stopt als de financiering plus rente is terugbetaald. De rente wordt jaarlijks aan het openstaande krediet toegevoegd en bedraagt de Europese referentierente (Op datum van dit document, bedraagt deze – 0,10%) plus 5%. Versneld aflossen is mogelijk.

De uitbetaling van de geldlening verloopt via twee tranches. De eerste tranche bedraagt in principe 1/3 van de totale geldlening, en wordt overgemaakt nadat TTW de overeenkomst met de innovatieve starter heeft gesloten en deze in werking is getreden. Voor de uitbetaling van de tweede tranche dient de TO2 innovatieve starter aan te tonen dat hij de begrote kosten voor de uitvoering van het vroegefasetraject grotendeels gemaakt heeft ten bedrage van de eerste tranche.

Overeenkomst met de kennisinstelling

Voorafgaand aan de start van een vroegefasetraject dient de innovatieve starter overlegd te hebben met de eigenaar (de kennisinstelling of een derde) van reeds bestaand Intellectueel Eigendom (IE) dat hij van plan is te valoriseren. Deze eigenaar dient a priori bereid te zijn de innovatieve starter zodanige rechten op de IE te verlenen zodat dit later in het proces geen belemmering vormt. De afspraken hierover tussen de kennisinstelling en de innovatieve starter eventueel vastgelegd in een overeenkomst, wordt in de rangschikking van de aanvraag meegenomen.

Staatssteun

De subsidie voor vroegefasetrajecten houdt staatssteun in. Deze staatssteun wordt met inachtneming van de relevante vereisten van de hiervoor genoemde algemene groepsvrijstellingsverordening van de commissie nr. 651/2014 (AGVV) toegekend. Voor innovatieve starters zijn artikel 2, onderdeel 80 (innovativiteit), en artikel 22, tweede lid (starterssteun) van die verordening relevant.5

LET OP:

Voor de innovatieve starter geldt dat het maximum steunbedrag zoals benoemd in artikel 22 van de AGVV niet alleen betrekking heeft op een subsidie uit het Take-off programma, maar ook op andere mogelijke staatssteun die deze starter uit andere hoofde ontvangt als innovatieve starter.

3. Beoordelingsprocedure fase 2 − vroegefasetrajecten

3.1. Algemeen

NWO-domein TTW (TTW) neemt namens de Minister van Economische Zaken de besluiten op de aanvragen op grond van paragraaf 4 van titel 3.16 van de RNES. Het TTW-Bestuur wordt ondersteund door het Take-off-bureau, bestaande uit medewerkers van TTW, NWO en ZonMw. Bij de beoordeling van de aanvragen geeft de Adviescommissie vroegefasefinanciering innovatieve starters, hierna: de Adviescommissie, advies. Deze Adviescommissie bestaat uit onafhankelijke deskundigen die worden benoemd door de Minister van Economische Zaken.

3.2. Adviescommissie

De Adviescommissie wordt bij het advieswerk ondersteund door een poule van onafhankelijke deskundigen. Het betreft onder meer ondernemende wetenschappers (uit verschillende wetenschapsgebieden), ondernemers en private financiers. De onafhankelijke deskundigen en de aanvragen worden door het Take-off bureau over drie clusters verdeeld. Deze clusters zijn bèta/techniek, life sciences en alfa/gamma.

Het verdelen van het budget voor vroegefasefinanciering voor innovatieve starters vindt plaats op volgorde van rangschikking. Bij alle beoordelingen door de Adviescommissie worden de NWO Gedragscode Belangenverstrengeling nageleefd.

3.3. Voorselectie

In uitzonderlijke geval dat er meer dan vier keer zoveel volledige voorstellen worden ingediend als kunnen worden gefinancierd, behoudt het Take-off-bureau zich het recht voor om een aangepaste procedure uit te voeren conform de gebruikelijke NWO- standaarden. Op hoofdlijnen betekent dat dat niet alle aanvragers voor een interview worden uitgenodigd. Wel worden alle aanvragers in de gelegenheid gesteld te reageren op een voorlopige beoordeling van hun aanvraag.

Het besluit wordt per email gecommuniceerd.

3.4. Procedure: intentieverklaring t/m bekendmaking van het besluit

3.4.1. Stap1: Intentieverklaring

Binnen vijf werkdagen na ontvangst van de intentieverklaring stuurt TTW een reactie met hierin de link naar de naar de ISAAC pagina voor het indienen van de volledige aanvraag.

De aanvrager wordt in de gelegenheid gesteld om eventueel ontbrekenende informatie te completeren ruim voor de sluitingsdatum voor het indienen van de volledige aanvraag.

3.4.2. Stap 2: Toets op ontvankelijkheid en schriftelijke bevindingen

Bij de ontvankelijkheid van de volledige aanvragen voor vroegefasetrajecten wordt allereerst gekeken naar een aantal voornamelijk formele vereisten die worden gesteld aan de aanvraag, zijnde:

  • De aanvraag is voor de deadline ingediend;

  • De aanvraag is juist en volledig opgesteld;

  • Alle bijlagen zitten bij de aanvraag, in een pdf;

  • De aanvraag is ingediend met gebruikmaking van het voorgeschreven aanvraagformulier;

  • De aanvraag is ingediend door daartoe bevoegde instanties of personen (zie boven onder Wie mogen er aanvragen, 2.1);

  • De aangevraagde kosten mogen niet lager zijn dan € 50.000 en niet hoger dan € 250.000);

  • De gehanteerde tarieven overschrijden niet de daartoe gestelde maxima;

  • De start-up is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel

  • Er is een rapport van een haalbaarheidsstudie overgelegd;

  • De aanvraag heeft betrekking op nieuwe bedrijvigheid: In geval er sprake is van een onderneming, dan mag deze niet ouder zijn dan 5 jaar op het moment van de toewijzing, gerekend vanaf de datum van inschrijving bij de Kamer van Koophandel;

  • Het vroegefasetraject nog niet is gestart;

  • Het vroegefasetraject niet langer duurt dan 24 maanden;

  • Er is nog niet eerder door de Minister van Economische Zaken subsidie verstrekt aan het vroegefasetraject;

  • Een overeenkomst tussen de innovatieve starter en de betrokken kennisinstelling/hogeschool is bijgesloten;

3.4.3. Stap 3: schriftelijke beoordeling

Vervolgens wordt door de Adviescommissie per aanvraag een rapport met schriftelijke bevindingen opgesteld aan de hand van de gestelde criteria (zie 3.2). Deze bevindingen worden naar de aanvragers gezonden. De aanvragers kunnen de bevindingen gebruiken ter voorbereiding op het interview.

De Adviescommissie toetst de aanvraag inhoudelijk en gaat na of de aanvraag moet worden afgewezen. Aanvragen moeten voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • De aanvraag is ingediend door een starter die innovatief is in de zin van de algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV);6

  • Het vroegefasetraject is gebaseerd op kennis uit de bij ad 2.1 genoemde kennisinstellingen;

  • Er bestaat voldoende vertrouwen dat de innovatieve starter het vroegefasetraject in uitvoeringstechnische zin zo zal kunnen voltooien dat hij financiering voor de fase na het vroegefasetraject zal kunnen verkrijgen. Hierbij wordt gekeken naar de achtergrond en de ervaring van de starter en zijn team;

  • Er bestaat voldoende vertrouwen dat de innovatieve starter de geldlening kan terugbetalen. Dit houdt in dat als onvoldoende aannemelijk is dat in de fase na een vroegefasetrajecten groei zal plaatsvinden, zo’n traject niet in aanmerking zal komen voor subsidie;

  • Het is aannemelijk is dat de innovatieve starter de financiering waarvoor de aanvraag is ingediend niet zelf heeft of kan verkrijgen bij anderen.

  • Er is vertrouwen dat de start-up, en de ondernemers, na fase 2 op zichzelf staand kan opereren en uitzicht heeft op nieuwe financiers die bereid zijn de volgende fase van de onderneming te bekostigen.

3.4.4. Stap 3: Interviews en rangschikking

In de interviewronde krijgen de aanvragers de gelegenheid om hun aanvraag te presenteren aan de Adviescommissie en de onafhankelijke deskundigen in het cluster, die daarna de gelegenheid hebben tot het stellen van vragen ter nadere toelichting van de aanvraag. De leden van de Adviescommissie en de onafhankelijke deskundigen geven advies omtrent de afwijzing en rangschikking van de aanvragen op grond van de afwijzingsgronden en de rangschikkingscriteria (zie 3.2). Met betrekking tot de rangschikking scoren zij individueel de aanvragen op de rangschikkingscriteria en geven hier een korte motivering bij. De gemiddelde cijfers zijn de basis voor een rangorde aan het eind van de interviews. Deze wordt door de Adviescommissie besproken, waarna de Adviescommissie een finale rangorde opstelt. Hierbij wordt de Adviescommissie ondersteund door de onafhankelijke deskundigen in de clusters.

TTW besluit na het advies van de Adviescommissie namens de Minister van Economische Zaken op de aanvragen. Het doet dat door de afwijzing en de rangschikking van de aanvragen vast te stellen. Het budget wordt aan de hand van die rangschikking verdeeld.

Na de subsidiebeschikking dient uiterlijk 8 weken na de beschikking een overeenkomst van geldlening tussen TTW en de subsidieontvanger te zijn ondertekend (zie website www.stw.nl/takeoff).

3.6. RangschikkingsCriteria

Aanvragen worden gerangschikt op basis van de volgende vier criteria:

  • 1. Kennisbasis en innovativiteit van het vroegefasetraject:

    • kennis die aan het basis ligt van het bedrijfsidee

    • vernieuwende elementen;

  • 2. Commercieel perspectief van het vroegefasetraject:

    • economische activiteiten van de innovatieve starter;

    • marktbehoefte;

    • de zekerheid van terugbetaling van de geldlening (economisch perspectief, dit op basis van de verwachte introductie op de markt en de verwachte inkomsten);

    • de positie met betrekking tot intellectuele eigendomsrechten;

    • commerciële haalbaarheid.

  • 3. Kwaliteit van de innovatieve starter en het team dat betrokken is bij het vroegefasetraject:

    • inhoudelijke kennis en expertise;

    • commerciële expertise;

    • ondernemerskwaliteiten;

    • motivatie en ambitieniveau van het betrokken team;

    • betrokkenheid van ervaren ondernemerscoaches en geïnteresseerde financiers met relevante netwerken.

  • 4. Kwaliteit van het vroegefasetraject projectplan:

    • kwaliteit en haalbaarheid van het vroegefasetraject, waaronder een deugdelijk onderbouwde begroting en het financieringsplan;

    • de begroting dient passend te zijn bij de voorgenomen activiteiten in het vroegefasetraject.

De wegingsfactor van de criteria is 1:2:1:1.

4. Contact en overige informatie

4.1. Contact

4.1.1. Inhoudelijke vragen

Voor inhoudelijke vragen over Programma Take-off en deze call for proposals neemt u contact op met:

Take-off coordinator

  • Program Officer: Xavier Weenink

  • Tel: 030-6001 242

  • E-mail: x.weenink@nwo.nl

Programma Assistent: Yvonne van Scharenburg

  • Tel: 030 6001267

  • E-mail: y.vanscharenburg@nwo.nl

Voor het bèta/techniek cluster

  • Program Officer: Wouter Segeth

  • Tel: 030-6001 274

  • E-mail: w.segeth@nwo.nl

Voor het cluster life sciences

  • Beleidsmedewerker: Jacqueline Selhorst

  • Tel: 070 3495170

  • E-mail: selhorst@zonmw.nl

Voor het alfa/gamma cluster

  • Beleidsmedewerker: Anne Cukier

  • Tel: 070 3440503

  • E-mail: a.cukier@nwo.nl

4.1.2. Technische vragen over het online aanvraagsysteem ISAAC

Bij technische vragen over het gebruik van ISAAC kunt u contact opnemen met de ISAAC helpdesk. Raadpleeg eerst de handleiding voordat u de helpdesk om advies vraagt. De ISAAC helpdesk is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur op telefoonnummer 0900-696 47 47.

Helaas ondersteunen niet alle buitenlandse providers het bellen naar 0900-nummers. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen via isaac.helpdesk@nwo.nl. U ontvangt dan binnen twee werkdagen een reactie.

5. Bijlagen

5.1. algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV)

Relevante delen algemene groepsvrijstellingsverordening (AGGV) van de commissie nr. 651/2014 klik hier voor link. Zie art. 2 ond. 80 -art. 22 lid 1t/m.

5.2. Speciale subsidievoorwaarden vroegefasetrajecten

Take-off vroegefasetrajecten is een instrument gericht op het creëren van nieuwe innovatieve bedrijvigheid die het gevolg is van kennisbenutting bij universiteiten en publieke kennisinstellingen. Take-off vroegefasetrajecten is daarmee onderscheidend en aanvullend ten opzichte van andere instrumenten van TTW.

Speciale subsidievoorwaarden die van toepassing zijn:

  • Voor duur en beëindiging van het project geldt dat de maximale duur van een Take-off vroegefasetrajecten twee jaar is. De financiering (lening) vangt aan op de startdatum en eindigt uiterlijk twee jaar na de startdatum;

  • De lening wordt in twee tranches verstrekt;

  • De startdatum van een Take-off vroegefasetrajecten zal binnen 6 maanden na de dagtekening van het honoreringsbesluit zijn, tenzij TTW schriftelijk toestemming geeft voor een latere startdatum;

  • Tijdelijke en vaste personeelsplaatsen voor financiering in aanmerking komen tot een maximum van de duur van het project;

  • Te maken Gemaakte ‘out of pocket’ octrooikosten voor indiening of instandhouding van (een) octrooi(aanvrage)(n) gedurende de duur van het Take-off vroegefasetrajecten kunnen in aanmerking komen voor financiering voor zover onderdeel van de goedgekeurde begroting;

  • Te makenGemaakte kosten door derden voor zover deze projectactiviteiten betreffen die in opdracht van de projectleider door derden worden uitgevoerd kunnen in aanmerking komen voor financiering voor zover onderdeel van de goedgekeurde begroting;

  • De projectleider rapporteert schriftelijk eenmaal per Take-off vroegefasetrajecten over de voortgang van het project, middels een eindrapport;

  • De Take-off financiering voor vroegefasetrajecten is een persoonsgebonden lening. TTW kan te allen tijde de financiering tussentijds beëindigen indien de projectleider niet meer in staat is het project te leiden en er geen geschikte vervanger kan worden gevonden door de projectleider en TTW;

  • TTW is bevoegd de subsidieverlening in te trekken of te wijzigen indien de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden, danwel de begunstigde niet heeft voldaan aan de voorwaarden, danwel onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste gegevens tot een andere beschikking zou hebben geleid, danwel de subsdieverlening onjuist was en begunstigde dit hoorde te weten;

  • Indien sprake is van gewijzigde omstandigheden waardoor kan worden gesproken over een substantiële wijziging van het vroegefaseplan dan wel van benodigde expertise en niet meer wordt voldaan aan het honoreringsvoorwaarden dient hiervan melding te worden gemaakt bij TTW. Te denken valt aan o.a.: een wijzinging van het team dat van invloed is op de uitvoering van het vroegefaseplan enz.;

Technologiestichting STW & Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek juni 2017

Vastgesteld in de vergadering van het domeinbestuur TTW van 23 juni 2017.

  1. Voor deze call betreft het EZ financiering voor fase 2: vroegefasetrajecten. Zie voor meer informatie de publicaties in de Staatscourant. 2014, 20679 en Stcrt. 2017, 20743. ^ [1]
  2. AGVV commissie nr. 651/2014 klik hier voor link. ^ [2]
  3. De starter is innovatief in de zin van de algemene groepsvrijstellingsverordening blijkend uit een door een externe deskundige uitgevoerde evaluatie of als de onderzoeks- en ontwikkelingsuitgaven minstens 10% van haar totale exploitatiekosten bedragen. ^ [3]
  4. Loonkosten zie Overheidstarieven directe loonkosten BBRA 2017, max schaal 12: Link ^ [4]
  5. AGVV commissie nr. 651/2014 klik hier voor link. Zie art. 2 ond. 80 -art. 22 lid 1 t/m 5. ^ [5]
  6. AGVV commissie nr. 651/2014 klik hier voor link. Zie art. 2 ond. 80 -art. 22 lid 1 t/m 5. ^ [6]
Naar boven