OCW-mandaatbesluit Europese beroepskaartprocedure voor niet in Nederland gereglementeerde beroepen

Geraadpleegd op 16-04-2024.
Geldend van 21-06-2018 t/m heden

Besluit van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 29 juni 2016, nr. 914558, houdende regels inzake de verlening van mandaat en machtiging aan Stichting EP-Nuffic in verband met de Europese beroepskaartprocedure (OCW-mandaatbesluit Europese beroepskaartprocedure voor niet in Nederland gereglementeerde beroepen)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gezien de artikelen 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht, 14, tweede lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens en 30b van de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties;

Gezien ook Uitvoeringsverordening (EU) 2015/983 van de Commissie van 24 juni 2015 betreffende de procedure voor de afgifte van de Europese beroepskaart en de toepassing van het waarschuwingsmechanisme overeenkomstig Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad;

Besluit:

Artikel 1. Verlening mandaat

Aan de bestuurder van stichting EP-Nuffic wordt mandaat en machtiging verleend voor het in behandeling nemen van aanvragen, het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen in verband met de uitvoering van hetgeen krachtens artikel 30b van de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties is bepaald alsmede in Uitvoeringsverordening (EU) 2015/983 van de Commissie van 24 juni 2015 betreffende de procedure voor de afgifte van de Europese beroepskaart en de toepassing van het waarschuwingsmechanisme overeenkomstig Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2015, L159).

Artikel 2. Bezwaar

Aan de bestuurder van stichting EP-Nuffic wordt tevens mandaat en machtiging verleend voor het behandelen van bezwaarschriften gericht tegen besluiten als bedoeld in artikel 1, waaronder het nemen van beslissingen op bezwaar.

Artikel 3. Ondermandaat

De bestuurder van stichting EP-Nuffic kan ondermandaat verlenen aan een of meer door hem aan te wijzen personeelsleden.

Artikel 4. Vormgeving

Het krachtens mandaat ondertekenen van stukken geschiedt als volgt:

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, namens deze:

(handtekening)

(naam)

(functie bij EP-Nuffic).

Artikel 5. Persoonsgegevens

  • 1 De bestuurder van stichting EP-Nuffic zorgt ervoor dat de in het kader van dit besluit noodzakelijke verwerking van persoonsgegevens op zorgvuldige wijze geschiedt en met inachtneming van de geldende wet- en regelgeving.

  • 2 Dit besluit geldt als een overeenkomst als bedoeld in artikel 28, derde lid, van de Algemene verordening gegevensbescherming.

Artikel 6. Binnenkomende melding

De bestuurder van stichting EP-Nuffic doet als het gaat om een niet in Nederland gereglementeerd beroep als bedoeld in artikel 30b van de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties uiterlijk de eerstvolgende werkdag na een binnengekomen melding als bedoeld in artikel 25 van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/983 daarvan schriftelijk mededeling aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Artikel 6a. Uitbreiding grondslag

Dit besluit berust mede op artikel 28, derde lid, van de Algemene verordening gegevensbescherming.

Artikel 7. Inwerkingtreding

  • 1 Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

  • 2 Besluiten als bedoeld in artikel 1, genomen door of namens de bestuurder van stichting EP-Nuffic in de periode van 18 januari 2016 tot het moment van inwerkingtreding van dit besluit, gelden als besluiten genomen namens de minister.

Artikel 8. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: OCW-mandaatbesluit Europese beroepskaartprocedure voor niet in Nederland gereglementeerde beroepen.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. Bussemaker

Naar boven