Bijlage Wettelijk Gebruiksvoorschrift en Gebruiksaanwijzing
[Regeling vervallen per 28-10-2016]
Middel: V10
Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als microbiologisch middel door
middel van een gewasbehandeling in de volgende toepassingsgebieden (volgens Definitielijst
toepassingsgebieden versie 2.0, Ctgb juni 2011) onder de vermelde toepassingsvoorwaarden.
Toepassingsgebieds
|
Type toepassing
|
Te bestrijden organisme
|
Dosering (middel) per toepassing
|
Maximale dosering (middel) per toepassing
|
Maximaal aantal toepassingen per teeltcyclus
|
Veiligheidstermijn in dagen
|
Tomaat (bedekte belichte productie teelt)
|
gewasbehandeling door inwrijven, na het planten
|
Pepinomozaïekvirus
|
10% (1 L middel per 10 L water)1
|
0,8 L/ha
|
1
|
14
|
1 in combinatie met 15 gram carborundum per 1 L inwrijfvloeistof.
Gewasbehandeling door inwrijven toepassen in 8 L water per ha.
Toepassingsvoorwaarden
Het middel mag uitsluitend worden toegepast in de bedekte belichte productieteelt
van tomaten. Toepassing van het middel in de opkweek van tomatenplanten is niet toegestaan.
Aanbevelingen
Algemeen
V10 is een microbiologisch middel op basis van twee milde varianten van pepinomozaïekvirus
(VX1 en VC1). Het product bevat 10-50 mg/L virus. Na vaccinatie van tomatenplanten
door middel van het mechanisme cross-protectie zijn deze planten beschermd tegen virulente
varianten van pepinomozaïekvirus. De inwrijfbehandeling dient toegepast worden door
alle planten individueel in te wrijven. De planten moeten vrij zijn van pepinomozaïekvirus
op het moment van behandeling.
Aanbevolen dosis en toediening bij het inwrijven van planten:
Middel goed schudden in jerrycan voordat verdund wordt.
Dosering: 0,8 L V10 op 8 L water.
Preparaat toevoegen aan koud water (±8 °C), eventueel water alvast een dag van te
voren klaarzetten in koelcel.
Norm vloeistofverbruik 8 liter per hectare.
Verdeel verdund middel in bakjes van ongeveer een 1 L.
Elke medewerker die gaat inwrijven neemt een apart bakje en schoon schuursponsje.
Bakje aan riem om middel bevestigen.
Per bakje carborundumpoeder toevoegen (per liter 15 gram). Zorg ervoor dat middel
niet buiten het bakje klotst.
Doop schoon schuursponsje in vloeistof en wrijf hiermee één deelblad per plant mee
in.
Zodra er geen vloeistof meer uit sponsje komt, sponsje opnieuw dopen (ongeveer na
elke 20 planten).
Als het bakje leeg is kan het bijgevuld worden met verdund middel en carborundum.
Attentiepunten:
Onverdund kunt u het virus gebruiken zoals de houdbaarheidsdatum aangeeft. Eénmaal
verdund, binnen 6 uur gebruiken.
Enkele dagen na het behandelen zijn er kleine sporen zichtbaar op de planten.
Bevat: 10–50 mg/L virusdeeltjes (milde varianten VX1 en VC1 van pepinomozaïekvirus)
De uiterste gebruiksdatum bij bewaring bij temperaturen van –18ºC of lager: 6 maanden
na productie. Het middel binnen 3 dagen na ontdooien toepassen. Na ontdooien koel
bewaren (4–10ºC).
Nettohoeveelheid: 5 L.
Veiligheidszinnen:
R42/43: Kan overgevoeligheid veroorzaken bij inademing of contact met de huid.
S2: Buiten bereik van kinderen houden.
S13: Verwijderd houden van eet- en drinkwaren.
S20/21: Niet eten, drinken of roken tijdens gebruik.
S23: Spuitnevel niet inademen.
S24: Aanraking met de huid vermijden.
S37: Draag geschikte handschoenen.
S42 -Tijdens de ontsmetting/bespuiting een geschikte adembescherming dragen.
SP1: Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt.