Instellingsbesluit Adviescommissie geschilbeslechting prestatieafspraken Woningwet

Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 01-04-2016 t/m heden

Besluit van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 22 maart 2016, nr. 0000158458, houdende instelling van de Commissie geschilbeslechting bij totstandkoming van prestatieafspraken als bedoeld in artikel 44 van de Woningwet (Instellingsbesluit Adviescommissie geschilbeslechting prestatieafspraken Woningwet)

De Minister voor Wonen en Rijksdienst,

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. minister: Minister voor Wonen en Rijksdienst;

  • b. commissie: commissie, bedoeld in artikel 2, eerste lid.

Artikel 2. Instelling en taak

  • 1 Er is een Adviescommissie geschilbeslechting prestatieafspraken Woningwet.

  • 2 De commissie heeft tot taak:

    • a. tussen 1 april 2016 en 30 juni 2016 alle voorbereidingen te treffen die nodig zijn om per 1 juli 2016 de minister te kunnen adviseren over geschillen als bedoeld in onderdeel b;

    • b. vanaf 1 juli 2016 de minister te adviseren over geschillen als bedoeld in artikel 44, vierde lid, van de Woningwet.

Artikel 3. Samenstelling, benoeming, ontslag

  • 1 De commissie bestaat uit een voorzitter, drie leden en drie plaatsvervangende leden, die worden benoemd door de minister.

  • 2 De leden en de plaatsvervangende leden worden benoemd op schriftelijke voordracht van de hierna te noemen organisaties, met inachtneming van de volgende formule:

    • a. één lid en één plaatsvervangend lid uit de kring van organisaties die zich ten doel stellen de belangen van toegelaten instellingen te behartigen;

    • b. één lid en één plaatsvervangend lid uit de kring van organisaties die zich ten doel stellen de belangen van gemeenten te behartigen;

    • c. één lid en één plaatsvervangend lid uit de kring van organisaties die zich ten doel stellen de belangen van bewonersorganisaties te behartigen.

  • 3 Bij afwezigheid als gevolg van verschoning, ontstentenis of belet van de voorzitter of een lid neemt zijn plaatsvervanger zitting in de commissie.

  • 4 De benoeming geschiedt voor de duur van ten hoogste vier jaar en kan eenmaal voor een periode van ten hoogste vier jaar worden verlengd.

  • 5 De voorzitter en overige leden, plaatsvervangers daaronder begrepen, kunnen worden geschorst en ontslagen door de minister.

  • 6 Bij tussentijds vertrek van een lid of de voorzitter kan de minister een ander lid of voorzitter benoemen. Bij de benoeming van een ander lid van de commissie geschiedt dit na voordracht door de organisatie, die verantwoordelijk is geweest voor de voordracht van het vertrekkende lid.

Artikel 4. Secretariaat

  • 1 De commissie wordt ondersteund door een secretariaat.

  • 2 Het secretariaat is voor de inhoudelijke uitvoering van zijn taak uitsluitend verantwoording schuldig aan de voorzitter van de commissie.

  • 3 In het secretariaat wordt voorzien door de minister.

Artikel 5. Werkwijze

De commissie stelt haar eigen werkwijze vast die de goedkeuring behoeft van de minister.

Artikel 6. Vergoeding

  • 3 De vergoeding per vergadering van de voorzitter van de commissie bedraagt 130% van de hoogte van de vergoeding per vergadering die aan de andere leden van de commissie is toegekend.

Artikel 7. Kosten van de commissie

  • 1 De kosten van de commissie komen voor rekening van de minister. Onder kosten worden in ieder geval verstaan:

    • a. de kosten voor de faciliteiten van vergaderingen en voor secretariële ondersteuning,

    • b. de kosten voor de faciliteiten van openbare zittingen door de commissie en de publicatie van adviezen aan de minister.

  • 2 De commissie maakt jaarlijks voor 1 november een voorstel kenbaar aan de minister voor de capaciteitsplanning en de begrote kosten van de commissie, zoals bedoeld in het eerste lid, voor het daarop volgende begrotingsjaar. De minister beslist uiterlijk 31 december op het voorstel.

Artikel 8. Openbaarmaking

De adviezen en andere producten die door of namens de commissie worden vervaardigd of vergaard, worden niet door de commissie openbaar gemaakt, maar uitsluitend aan de minister uitgebracht of overgedragen.

Artikel 9. Archiefbescheiden

De commissie draagt zo spoedig mogelijk na beëindiging van haar werkzaamheden of, zo de omstandigheden daartoe aanleiding geven, zoveel eerder, de bescheiden betreffende die werkzaamheden over aan de minister.

Artikel 11. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Adviescommissie geschilbeslechting prestatieafspraken Woningwet.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

voor Wonen en Rijksdienst,

S.A. Blok

Naar boven