De Minister van Veiligheid en Justitie
Overwegende:
Dat het voorkomen van het plegen van nieuwe strafbare feiten door justitiabelen die
in het kader van een voorwaardelijke straf of maatregel ambulant worden behandeld
een zwaarwegend algemeen belang is.
Dat het voor een goede tenuitvoerlegging van een forensische behandeling van belang
kan zijn dat zorgaanbieders ervan op de hoogte zijn dat de justitiabelen die zij in
een strafrechtelijk kader behandelen verdacht worden van een nieuw strafbaar feit
en op welk strafbaar feit de verdenking ziet.
Dat het van belang is te onderzoeken of periodieke terugkoppeling aan de zorgaanbieder
van de verdenking van een nieuw strafbaar feit gepleegd door de voorwaardelijk gestraften
en op welk strafbaar feit die verdenking ziet, bijdraagt aan betere forensische zorg
en daarmee aan het terugdringen van de kans op recidive.
Dat informatie over verdenking van strafbare feiten, gepleegd tijdens de behandeling,
en informatie over welk strafbaar feit het voor de zorgaanbieder mogelijk maakt om
de behandeling bij te stellen of eventueel vast te stellen dat de behandeling onvoldoende
aansluit bij de ernst van de problematiek van de justitiabele. Deze informatie kan
er ook toe bijdragen dat de forensische patiënt die zorg krijgt, die hij of zij nodig
heeft.
Dat een periodieke controle op nieuwe registratie in de justitiële documentatie van
voorwaardelijk gestraften nodig is om informatie hierover periodiek te kunnen terugkoppelen
aan de forensische zorgaanbieders.
Dat op dit moment geen periodieke terugkoppeling aan forensische zorgaanbieders plaatsvindt
van nieuwe registratie in de justitiële documentatie van justitiabelen die in het
kader van een forensische zorgtitel door die zorgaanbieders behandeld worden.
Dat het met het oog op bovenvermelde belangen gewenst is een pilot Terugkoppeling
Recidive in te richten waarin de periodieke terugkoppeling van deze gegevens aan de
zorgaanbieders plaatsvindt.
Dat met het oog op het kunnen uitvoeren van de pilot Terugkoppeling Recidive een samenwerkingsmodel
tussen Rijk (ministerie van Veiligheid en Justitie), de drie reclasseringsorganisaties
(3RO) en de zorgaanbieders De Waag, Altrecht en Victas is overeengekomen waarin justitiële
gegevens worden verstrekt aan genoemde zorgaanbieders. Met deze meldingen kunnen zij
het recidivegedrag van justitiabelen tijdens hun ambulante behandeling volgen ten
behoeve van een optimale behandeling met het oog op recidivevermindering.
Dat de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (Wjsg) en het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens (Bjsg) niet voorzien in de verstrekking van justitiële gegevens aan zorgaanbieders,
aangezien forensische zorgaanbieders voor deze doelen niet in het verstrekkingenregime
van Wjsg en Bjsg zijn opgenomen.
Dat het voor de pilot nodig is om ten behoeve van de forensische behandeling tijdelijk
toestemming te geven tot verstrekking van justitiële gegevens aan de zorgaanbieder.
Dat de Wjsg van toepassing is op de verstrekking van justitiële gegevens krachtens dit besluit.
Dat vanwege de gevoelige aard van de te verstrekken gegevens voorschriften en voorwaarden
worden gesteld met betrekking tot de verstrekking, de verwerking en de verdere verwerking
daarvan.
Gelet op artikel 14 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens,