Beleidsregel ruilen bewijzen van toelating ho 2014

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 17-06-2014 t/m heden

Beleidsregel van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 4 juni 2014, nr. HO&S/633048, inzake het ruilen van bewijzen van toelating voor numerusfixusopleidingen in het hoger onderwijs (Beleidsregel ruilen bewijzen van toelating ho 2014)

1. Inleiding

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap laat de ruiling van bewijzen van toelating voor numerusfixusopleidingen in het hoger onderwijs uitvoeren door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), vestiging Groningen. DUO beschikt namelijk over de informatie die nodig is voor een ruiling: de ene kandidaat heeft een bewijs van toelating voor instelling A en wil naar B, de andere kandidaat heeft een bewijs van toelating voor instelling B en wil naar A.

Deze beleidsregel vervangt de beleidsregel van 17 december 2009, nr. HO&S/BS/2009/177907, inzake het Ruilen van bewijzen van toelating 2010 (gepubliceerd in Stcrt. 2009, 20662, van 31 december 2009) die op 1 januari 2014 is vervallen.

2. Procedure

Voor een ruiling geldt de volgende procedure:

De kandidaat die is ingeloot en die in aanmerking wil komen voor een bewijs van toelating voor dezelfde opleiding aan een andere instelling dan waarvoor hij een bewijs van toelating heeft ontvangen, dient bij DUO, Afdeling Loting, via de ruilapplicatie (de ruilbeurs) op de website van DUO een verzoek tot ruiling in. De ruilverzoeken worden op volgorde van binnenkomst behandeld.

Via www.studielink.nl wordt de lotingsuitslag bekendgemaakt. De kandidaat kan vanaf de datum van vrijgave van de lotingsuitslag zien bij welke instelling hij is geplaatst. De ruilbeurs gaat op de eerste werkdag na de lotingsuitslag om 10.00 uur open. DUO moet het verzoek tot ruiling binnen twee weken na dagtekening van het bewijs van toelating hebben ontvangen. De termijn voor het indienen van een verzoek tot ruiling sluit uiterlijk op 15 september. De kandidaat dient te voldoen aan de inschrijvingsvoorwaarden die worden gesteld door de instelling waar hij naartoe wil.

In aanvulling op het bovenstaande geldt overigens dat indien een kandidaat bij nader inzien een ingediend verzoek tot ruiling wil intrekken hij dit schriftelijk aan DUO kenbaar moet maken.

DUO probeert de verzoeken tot ruiling met elkaar te koppelen. Als dit is gelukt, ontvangen de betreffende kandidaten een nieuw bewijs van toelating voor de instelling waar hun voorkeur naar uitgaat.

Wil een kandidaat na een succesvol verzoek tot ruiling bij nader inzien toch afzien van de plaatsing aan de in het ruilverzoek opgegeven instelling, dan kan dit alleen door een nieuw ruilverzoek in te dienen. Indien echter al een nieuw bewijs van toelating is verstrekt door DUO is het niet meer mogelijk de ruiling ongedaan te maken.

Als de ruiling niet lukt, heeft de kandidaat twee mogelijkheden:

  • Hij besluit toch de opleiding te gaan volgen aan de instelling waarvoor hij een bewijs van toelating heeft ontvangen. De kandidaat moet zich dan tijdig inschrijven aan deze instelling. Dit om te voorkomen dat de geldigheid van het bewijs van toelating verloopt terwijl de kandidaat wacht op ruiling.

  • Hij ziet af van het volgen van de opleiding aan de instelling die niet zijn eerste voorkeur heeft. De aanmelding en het ruilverzoek worden ingetrokken.

Het verzoek tot ruiling blijft gedurende de lotingprocedure in portefeuille, zolang de ruiling nog niet tot stand is gekomen.

Overigens moet de kans dat verzoeken tot ruiling kunnen worden gekoppeld, niet al te groot worden ingeschat. Bij de verdeling van de plaatsen over de instellingen is immers al zoveel mogelijk rekening gehouden met de opgegeven eerste voorkeurinstelling. Kandidaten doen er dan ook verstandig aan, gebruik te maken van hun bewijs van toelating.

3. Uitzondering op bovenstaande procedure

DUO neemt verzoeken tot ruiling van een bewijs van toelating dat is verkregen via decentrale selectie niet in behandeling, omdat dat niet zou kunnen stroken met de gronden waarop het betreffende instellingsbestuur tot een dergelijke toelating heeft besloten. Daarnaast kunnen de specifieke kennis en vaardigheden die de ene instelling belangrijk vindt, totaal afwijken van die van de andere instelling. Ook het verzoek tot ruiling naar een instelling waar sprake is van een 100% decentrale selectie van kandidaten zal om die reden niet in behandeling worden genomen.

De kandidaten worden van deze regeling op de hoogte gebracht via de website van DUO.

4. Inwerkingtreding en citeertitel

Deze beleidsregel wordt in de Staatscourant gepubliceerd en treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel ruilen bewijzen van toelating ho 2014.

De

Minister

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. Bussemaker

Naar boven