Deelregeling Werkbijdrage WJT+

[Regeling vervallen per 01-01-2017.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-01-2013 t/m 31-12-2016

Deelregeling Werkbijdrage WJT+

Het bestuur van het Mondriaan Fonds,

Gelet op artikel 10, lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Besluit:

Artikel 1. Doel

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De regeling is bedoeld om initiatieven uit het professionele veld te stimuleren, waardoor talentvolle startende kunstenaars werk tot stand brengen, de zichtbaarheid van dit werk vergroot wordt en een (passend) publiek ervan kennis kan nemen. De regeling is van toepassing op opdrachtgevers die veelbelovende plannen hebben voor een bijzondere samenwerking met een startende kunstenaar, zoals de productie van nieuw werk, het aankopen van werk en het intensief volgen van de kunstenaar en diens werk, waarbij de aanvrager het werk onder de aandacht brengt van een (passend) publiek.

Artikel 2. Vereisten aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een werkbijdrage WJT+ kan met toepassing van deze regeling worden toegekend aan instellingen en opdrachtgevers die een serieus platform bieden en wordt alsdan verstrekt ten behoeve van startende beeldend kunstenaars.

  • 2 De kunstenaar voor wie de werkbijdrage wordt aangevraagd dient korter dan vier jaar voor het indienen van een aanvraag ten minste drie jaar een hbo-opleiding aan een instituut voor beeldende kunsten te hebben gevolgd en deze ten minste één jaar voorafgaand aan de aanvraag te hebben verlaten en ten minste één jaar professioneel werkzaam te zijn geweest als beeldend kunstenaar.

  • 3 Indien de kunstenaar voor wie de werkbijdrage wordt aangevraagd in de vier jaar na het verlaten van een eerste fase/bachelor opleiding aan een hbo-instituut een tweede fase/master opleiding heeft gevolgd, wordt de in het tweede lid genoemde periode van vier jaar vermeerderd met het aantal maanden dat deze opleiding aan de tweede fase/master heeft geduurd.

  • 4 Het in het derde lid van dit artikel gestelde geldt niet voor die instellingen waarvoor een beurs praktijkverdieping kan worden aangevraagd die door het Mondriaan Fonds verstrekt kunnen worden.

  • 5 Een werkbijdrage kan niet worden toegekend gedurende de periode waarin de kunstenaar deelnemer is bij een instelling waarvoor een beurs praktijkverdieping kan worden aangevraagd die door het Mondriaan Fonds verstrekt kan worden.

  • 6 Geen werkbijdrage kan worden aangevraagd door hbo-opleidingen en door instellingen waarvoor een beurs praktijkverdieping kan worden aangevraagd.

  • 7 De financiële bijdrage die de aanvrager van een werkbijdrage levert dient in een aanvaardbare verhouding te staan tot de bijdrage van het Mondriaan Fonds.

  • 8 Een werkbijdrage kan slechts een keer ten gunste van dezelfde kunstenaar komen.

  • 9 Een werkbijdrage kan slechts worden verstrekt voor zover het belastbaar inkomen van de kunstenaar in de periode waarvoor deze wordt aangevraagd naar verwachting lager zal zijn dan een door het bestuur vast te stellen bedrag.

Artikel 3. Aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Naast de bepalingen vastgesteld in het Algemeen reglement, in het aanvraagformulier en in de toelichting daarbij dient de aanvraag voor een werkbijdrage vergezeld te gaan van visueel documentatiemateriaal, toelichting op het werk en het cv van de kunstenaar, een onderbouwd werkplan en een presentatievoorstel waarin de aanvrager toelicht welke bijdrage op het gebied van presentatie en/of aankoop en zichtbaarheid wordt geleverd en een motivering waarin de ideeën over keuze voor en de relatie met de kunstenaar worden onderbouwd. In deze plannen en motivering dient de aanvrager zijn inhoudelijke inbreng en financiële bijdrage duidelijk te omschrijven.

Artikel 4. Inhoudelijke beoordeling

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Bij de beoordeling van een aanvraag voor een werkbijdrage dient het bevoegd adviesorgaan in eerste instantie een oordeel te geven over het presentatie- en werkplan van de aanvrager.

  • 2 Verder betrekt het de volgende aspecten in de beoordeling:

    • de kwaliteit en de reputatie van de aanvrager,

    • het artistiek functioneren van de desbetreffende beeldend kunstenaar op basis van onderstaande criteria in onderlinge samenhang:

      • de vraag of de kwaliteit van het tot het moment van de aanvraag door de betreffende kunstenaar opgebouwde oeuvre en de ontwikkeling daarvan naar verwachting van belang wordt voor de hedendaagse beeldende kunst,

      • de onderzoekende en/of vernieuwende houding van de kunstenaar,

      • de manier waarop deze naar buiten treedt en een publiek voor zijn werk weet te vinden en te binden,

      • de manier waarop hij zijn kunstenaarschap in artistiek en economisch rendement wil omzetten,

      • de allianties die de kunstenaar aangaat om zijn werk geproduceerd te krijgen.

  • 3 Indien het bevoegd adviesorgaan de in het eerste en tweede lid genoemde aspecten in onderlinge samenhang positief beoordeelt brengt het een positief advies uit.

  • 4 Indien het bevoegd adviesorgaan de in het eerste en tweede lid genoemde aspecten in onderlinge samenhang negatief beoordeelt brengt het een negatief advies uit.

  • 5 Het bestuur kan het bevoegd adviesorgaan in verband met het beperkte budget verzoeken de positieve adviezen in volgorde van prioriteit te rangschikken op basis van het oordeel zoals bedoeld in lid 1 van dit artikel. Alsdan onderbouwt het adviesorgaan zijn prioritering.

Artikel 6. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2013. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst wordt uitgegeven na 31 december 2012, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 1 januari 2013.

Artikel 7. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze regeling wordt aangehaald als: Deelregeling Werkbijdrage WJT+.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De stichting Mondriaan Fonds,

B. Donker

(directeur/bestuurder)

Naar boven