Regeling algemene onkostenvergoeding rechterlijke ambtenaren

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 23-01-2021 t/m heden

Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 4 juli 2012, houdende de vaststelling van de hoogte van de algemene onkostenvergoeding voor de rechterlijke ambtenaren (Regeling algemene onkostenvergoeding rechterlijke ambtenaren)

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 7, vijfde lid, van het Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren;

Besluit:

Artikel 1

De bedragen van de algemene onkostenvergoeding worden jaarlijks geïndexeerd op basis van de afgeleide consumentenprijsindex, waarbij de bedragen worden afgerond naar de eerstvolgende euro.

Artikel 2

De indexering van de algemene onkostenvergoeding wordt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari van het betreffende kalenderjaar toegepast.

Artikel 3

In de bij deze regeling behorende bijlage zijn, overeenkomstig de in artikel 7, tweede lid, van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren bedoelde indeling, de hoogten van de algemene onkostenvergoeding van de rechterlijke ambtenaren, die zijn aangesteld voor een volledige arbeidsduur, vermeld.

Artikel 4

Aan de rechterlijke ambtenaren die zijn aangesteld of aangewezen voor het vervullen van minder dan de helft van een volledige arbeidsduur wordt een algemene onkostenvergoeding toegekend die een met hun werktijd overeenkomend deel bedraagt van de vergoeding die zij zouden hebben ontvangen indien zij in hetzelfde ambt zouden zijn aangesteld voor het vervullen van een volledige arbeidsduur.

Artikel 5

De rechterlijk ambtenaar heeft, wanneer aan hem voor 50% of meer van de arbeidsduur waarvoor hij is aangesteld buitengewoon verlof voor ten minste een maand, al dan niet met behoud van bezoldiging, is verleend, gedurende de periode van het buitengewoon verlof aanspraak op de algemene onkostenvergoeding naar rato van het aantal uren dat hij geen buitengewoon verlof geniet.

Artikel 6

De rechterlijk ambtenaar heeft, wanneer hij voor meer dan 50% van een volledige arbeidsduur ongeschikt is tot het verrichten van arbeid wegens ziekte, maar niet volledig arbeidsongeschikt is, na ommekomst van het kalenderjaar waarin de ongeschiktheid is aangevangen en het kalenderjaar daaropvolgend, aanspraak op de algemene onkostenvergoeding die een met zijn feitelijke arbeidsduur overeenkomend deel bedraagt van de vergoeding die hij zou hebben ontvangen indien hij in het geheel niet ongeschikt tot het verrichten van arbeid wegens ziekte zou zijn.

Artikel 8

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling algemene onkostenvergoeding rechterlijke ambtenaren.

Deze regeling zal met toelichting en bijlagen in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten

Bijlage als bedoeld in artikel 3 van de Regeling algemene onkostenvergoeding rechterlijke ambtenaren

Functie

Totaal

Togavergoeding

Vakliteratuur

Kleine consumpties

Representatie

president Hoge Raad

procureur-generaal Hoge Raad

€ 5.354

€ 100

€ 984

€ 146

€ 4.124

procureurs-generaal die het College van PG’s vormen

€ 5.190

€ 100

€ 984

€ 146

€ 3.960

plaatsvervangend procureur-generaal bij de Hoge Raad

€ 2.993

€ 100

€ 984

€ 146

€ 1.763

landelijk hoofdadvocaat-generaal

hoofdadvocaat-generaal

hoofdofficier van justitie

€ 2.830

€ 100

€ 817

€ 146

€ 1.767

plaatsvervangend hoofdofficier van justitie

€ 2.163

€ 100

€ 984

€ 146

€ 933

vice-president van de Hoge Raad

senior raadsheer gerechtshof

senior raadsheer Centrale Raad van Beroep

senior raadsheer College van Beroep voor het Bedrijfsleven

cvp-senior bij de gerechtshoven, CRvB en CBb (overgangsregeling)

€ 1.997

€ 100

€ 984

€ 146

€ 767

senior rechter A

senior rechter

advocaat-generaal Hoge Raad

senior advocaat generaal ressortsparket

advocaat-generaal ressortsparket

cvp-senior bij de rechtbanken (overgangsregeling)

€ 1.830

€ 100

€ 817

€ 146

€ 767

senior officier van justitie A

senior officier van justitie

officier van justitie

substituut-officier van justitie

officier enkelvoudige zaken

€ 1.666

€ 100

€ 817

€ 146

€ 603

raadsheer Hoge Raad

raadsheer gerechtshof

rechter

raadsheer Centrale Raad van Beroep

raadsheer College van Beroep voor het Bedrijfsleven

(senior) gerechtsauditeur, tevens raadsheer-plaatsvervanger in een gerechtshof waarbij hij is aangesteld

(senior) gerechtsauditeur, tevens rechter-plaatsvervanger in een rechtbank waarbij hij is aangesteld

€ 1.502

€ 100

€ 984

€ 146

€ 272

griffier (+ substituut-griffier) Hoge Raad

€ 840

€ 417

€ 146

€ 277

(senior) gerechtsauditeur

rechter in opleiding

officier in opleiding

€ 604

€ 458

€ 146

Naar boven