Besluit departementale herindeling energie en de Nederlandse Emissieautoriteit

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 27-11-2010 t/m heden

Besluit van 11 november 2010, nr. 10.003075, houdende departementale herindeling met betrekking tot energie en de Nederlandse Emissieautoriteit

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, d.d. 8 november 2010, kenmerk 3097263;

Gelet op artikel 44 van de Grondwet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

  • 1 Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie wordt belast met de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van energie, met inbegrip van kernenergie, de verantwoordelijkheid voor de Kernenergiewet en de aansturing van de bijbehorende onderdelen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu en het Agentschap NL en van de Kernfysische dienst, voor zover deze voor 14 oktober 2010 was opgedragen aan Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

  • 2 Onze Minister van Infrastructuur en Milieu wordt belast met de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van de Nederlandse Emissieautoriteit, voor zover deze voor 14 oktober 2010 was opgedragen aan Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

Artikel 2

De taken van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en van het ministerie van Infrastructuur en Milieu worden dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 3

De organisatorische, personele en rechtspositionele aspecten van de in artikelen 1 en 2 bedoelde herindeling van departementale taken worden uitgewerkt in overleg tussen Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Onze Minister van Infrastructuur en Milieu en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 14 oktober 2010.

Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Onze Minister van Infrastructuur en Milieu en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de in dit besluit genoemden, de Hoge Colleges van Staat, de Raad van Ministers, de Gevolmachtigde Ministers van Aruba, van Curaçao en van Sint Maarten en de ministeries.

Den Haag, 11 november 2010

Beatrix

De

Minister-President, Minister

van Algemene Zaken,

M. Rutte

Naar boven