Regeling huisvestingstoelage en overtocht kinderen ambtenaren BES

Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 09-10-2011 t/m heden

Regeling huisvestingstoelage en overtocht kinderen ambtenaren BES

Artikel 1

In deze regeling wordt onder ambtenaar verstaan: de ambtenaar in dienst van de staat die een betrekking bekleedt, waaraan verbonden is een jaarlijkse bezoldiging, welke genoemd wordt in het Bezoldigingsbesluit 1998 BES.

Artikel 2

Aan de ambtenaar kan, op zijn daartoe strekkend schriftelijk verzoek, ten behoeve van zijn minderjarige wettige-, gewettigde- en stiefkinderen, die een inrichting van dagonderwijs, welke niet aanwezig is op het openbaar lichaam waar hij standplaats heeft, elders in het Caribische deel van het Koninkrijk bezoeken of gaan bezoeken, een huisvestingstoelage worden toegekend.

Artikel 3

  • 1 De in artikel 2 bedoelde huisvestingstoelage bedraagt voor ieder kind USD 140,– (honderdveertig US Dollar) per maand.

  • 2 Deze toelage wordt telkenjare per 1 september en voor de duur van het schooljaar toegekend.

  • 3 In geval een kind, als in artikel 2 bedoeld, tijdens het schooljaar een inrichting van dagonderwijs, als bedoeld in evengemeld artikel, gaat bezoeken, wordt deze toelage, indien de plaatsing op bedoelde inrichting van dagonderwijs geschiedt vóór de 15de van een maand ingaande de eerste van die maand en overigens ingaande de eerste van de daaropvolgende maand en voor het resterende gedeelte van het schooljaar toegekend.

Artikel 4

  • 1 Aan de in artikel 2 bedoelde kinderen kan op schriftelijk verzoek van de ambtenaar bij de aanvang en bij het einde van het schooljaar overtocht worden verleend onderscheidenlijk van de standplaats van de ambtenaar naar het eiland, waar de inrichting van dagonderwijs, als bedoeld in artikel 2, gevestigd is en omgekeerd.

  • 2 In geval aan de in artikel 2 bedoelde kinderen van ambtenaren, met standplaats Saba of St. Eustatius, die op Aruba of Curaçao een inrichting van dagonderwijs bezoeken of gaan bezoeken, overtocht wordt verleend van de standplaats van de ambtenaar naar Aruba of Curaçao of omgekeerd, terwijl er ook op St. Maarten een zodanige inrichting van dagonderwijs, welke zij hadden kunnen bezoeken, aanwezig is, worden slechts de overtochtskosten, welke voor een reis van de standplaats van de ambtenaar naar St. Maarten of omgekeerd verschuldigd zouden zijn geweest, voor overheidsrekening genomen.

  • 3 In plaats van overtocht, als hiervoor bedoeld, kan aan de ambtenaar, op zijn daartoe strekkend schriftelijk verzoek, onder overlegging van bewijsstukken, een vergoeding van de terzake door hem gemaakte overtochtskosten worden toegekend, met dien verstande, dat de vergoeding maximaal wordt bepaald op het bedrag, dat voor overheidsrekening zou zijn gekomen, indien overtocht zou zijn verleend.

  • 4 Bij plaatsing van een kind op een inrichting van dagonderwijs tijdens het schooljaar als bedoeld in het derde lid van artikel 3, zijn de voorgaande leden van dit artikel van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat geen overtocht voor de terugreis wordt verleend noch een vergoeding van de terzake gemaakte overtochtskosten wordt toegekend, indien bij de plaatsing reeds de helft van het schooljaar verstreken was.

Artikel 5

  • 1 De huisvestingstoelage wordt ingetrokken, wanneer het kind, ten behoeve van wie deze werd toegekend, naar het oordeel van de Minister, onder wiens departement de betrokken ambtenaar ressorteert, de Inspecteur van het onderwijs gehoord, blijk heeft gegeven van slecht gedrag, weinig ijver of onvoldoende vorderingen.

  • 2 De intrekking geschiedt:

    • a. met ingang van de eerste der maand, volgende op die, waarin is vastgelegd, dat een der in het eerste lid bedoelde omstandigheden aanwezig is;

    • b. met ingang van de eerste der maand, volgende op die, waarin de omstandigheden, welke tot de toekenning hebben geleid, hebben opgehouden te bestaan, tenzij deze omstandigheden reeds op de eerste der maand hebben opgehouden te bestaan, in welk geval de intrekking per dezelfde datum in gaat.

  • 3 In geval van intrekking van de huisvestingstoelage wordt geen overtocht voor de terugreis verleend noch vergoeding van de terzake gemaakte overtochtskosten toegekend.

Artikel 6

De ambtenaar, aan wie ten behoeve van één of meer zijner kinderen een huisvestingstoelage is toegekend, is verplicht telkens binnen één week na ontvangst van een schoolrapport van zijn kind, een gewaarmerkt afschrift daarvan aan de Minister, onder wiens departement hij ressorteert, te zenden.

Artikel 7

De toekenning en intrekking van de huisvestingstoelage, het verlenen van overtocht danwel de toekenning van vergoeding terzake van gemaakte overtochtskosten geschiedt door de Minister, onder wiens departement de betrokken ambtenaar ressorteert.

Artikel 9

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling huisvestingstoelage en overtocht kinderen ambtenaren BES.

Naar boven