Wet speelvergunningsrecht hazardspelen BES

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Wet speelvergunningsrecht hazardspelen BES

Artikel 1

In deze wet wordt verstaan onder

  • a. speelvergunningsrecht: het bij hazardspelen als bedoeld in de Wet hazardspelen I ten behoeve van het openbaar lichaam te heffen recht;

  • b. vergunninghouder: degene aan wie een vergunning is verleend op grond van artikel 1 van de Wet hazardspelen BES I.

Artikel 2

Het speelvergunningsrecht is aan het openbaar lichaam verschuldigd dat de vergunning heeft verleend aan de vergunninghouder.

Artikel 3

  • 1 Het speelvergunningsrecht wordt per boekjaar geheven van het uit de vergunning voortvloeiende bruto-bedrag der ontvangsten volgens een bij eilandsverordening vast te stellen tarief.

  • 2 Indien krachtens dezelfde vergunning meerdere gelegenheden voor hazardspelen worden geëxploiteerd, wordt het speelvergunningsrecht geheven als ware voor elk van deze gelegenheden afzonderlijk een vergunning verleend.

  • 3 Onder het bruto-bedrag der ontvangsten worden mede begrepen de niet geïncasseerde speelschulden.

Artikel 4

  • 1 De vergunninghouder is verplicht een boekhouding en administratie in te richten en te voeren waaruit het bruto-bedrag der ontvangsten onweerlegbaar blijkt.

  • 2 Indien krachtens dezelfde vergunning meerdere gelegenheden voor hazardspelen worden geëxploiteerd, is de vergunninghouder verplicht voor elk van die gelegenheden een afzonderlijke boekhouding en administratie in te richten en te voeren waaruit het bruto-bedrag der ontvangsten van de desbetreffende gelegenheid onweerlegbaar blijkt.

Artikel 5

Bij eilandsverordening worden voorschriften vastgesteld betreffende de invordering en betaling van het te heffen speelvergunningsrecht.

Artikel 6

  • 1 Overtreding van enige bepaling van deze wet of van op grond hiervan uitgevaardigde algemene maatregelen van bestuur, wordt beschouwd als overtreding en gestraft met hechtenis van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.

  • 2 Indien het strafbaar feit gepleegd wordt door een rechtspersoon, wordt de strafvervolging ingesteld en de straf uitgesproken tegen de op Bonaire, Sint Eustatius en Saba gevestigde leden van het bestuur of bij ontstentenis van die leden, tegen de vertegenwoordiger van de rechtspersoon op Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

  • 3 Het bepaalde bij het vorige lid vindt overeenkomstige toepassing ten aanzien van rechtspersonen, optredende als bestuurder of vertegenwoordiger van een andere rechtspersoon.

  • 4 Geen straf wordt uitgesproken tegen het lid van het bestuur of tegen de vertegenwoordiger, van wie blijkt, dat het feit buiten zijn toedoen is gepleegd.

Artikel 7

Met het opsporen van de bij of krachtens deze wet strafbaar gestelde feiten zijn mede belast de ambtenaren der Belastingdienst.

Artikel 8

  • 1 Volgens door de eilandsraad vast te stellen voorschriften kan teruggaaf worden verleend van speelvergunningsrecht de welk te veel of van onrechte betaald is.

  • 2 Voor het speelvergunningsrecht, verschuldigd door een rechtspersoon, zijn de bestuurders of, na ontbinding, de vereffenaars, alsmede de vertegenwoordigers of gemachtigden op Bonaire, Sint Eustatius en Saba hoofdelijk mede aansprakelijk. Onder vorenbedoelde bestuurders, vereffenaars, vertegenwoordigers en gemachtigden zijn begrepen allen, die bij of na het ontstaan van de schuld als zodanig optraden, ook indien zij afgetreden zijn, rekening hebben gedaan of décharge hebben gekregen.

  • 3 De aansprakelijkheid van een in het vorige lid bedoelde persoon houdt op, wanneer hij, tot betaling aangesproken, aantoont dat de niet voldoening der schuld niet aan hem te wijten is.

Naar boven