Beleidsregels Openbaar Ministerie, rijden onder invloed

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-02-2009 t/m heden

Beleidsregels Openbaar Ministerie, rijden onder invloed

Op 1 februari treden de volgende Polaris-OBM-regelingen in werking die alle zijn aangepast aan fase 1B van de Wet OM-afdoening

3.01.39. Recidive bij rijden onder invloed

Beschrijving

De invloed van recidive op het aantal strafpunten wijkt bij handelen in strijd met artikel 8 WVW af van dat bij andere Polaris delicten. De strafverhogende werking bij de 8 WVW-delicten is gebaseerd op de systematiek van vroegere richtlijnen en het schalentarief van artikel 8, lid2, van de Wegenverkeerswet, volgens hetwelk elke schaal hoger vier extra strafpunten betekent. Is er sprake van recidive, dan wordt het aantal strafpunten eveneens met vier verhoogd.

Recidive dient bepaald te worden door te tellen hoe vaak in de 5 jaar voorafgaand aan de datum waarop het nieuwe feit is gepleegd een soortgelijk delict heeft geleid tot een onherroepelijke veroordeling danwel strafbeschikking of tot een betaalde transactie. Het begrip ‘soortgelijk’ heeft zowel betrekking op de aard van het delict als de omvang er van. Beleidssepots dienen bij de recidivebepaling buiten beschouwing gelaten te worden.

Aan first offenders en eenmalige recidivisten kan, indien het aantal sanctiepunten dat toelaat, een transactie worden aangeboden of een strafbeschikking worden uitgevaardigd. Meermalen recidive is altijd een indicatie voor dagvaarden, ongeacht het aantal sanctiepunten.Bij ernstige vormen van recidive kan natuurlijk worden afgeweken van de door de Polaris-richtlijnen aangegeven straf.

Zie basisdelicten

  • besturen motorvoertuig op twee of meer wielen onder invloed van een stof, zoals bedoeld in art. 8, lid 1 WVW94, al dan niet in kennelijke staat van dronkenschap of daarmee gelijk te stellen toestand

  • besturen bromfiets, snorfiets of gehandicaptenvoertuig met motor onder invloed van een stof, zoals bedoeld in art. 8, lid 1 WVW94, al dan niet in kennelijke staat van dronkenschap of daarmee gelijk te stellen toestand

  • besturen fiets of gehandicaptenvoertuig zonder motor onder invloed van een stof, zoals bedoeld in art. 8, lid 1 WVW94, al dan niet in kennelijke staat van dronkenschap of daarmee gelijk te stellen toestand

  • besturen van een motorvoertuig op twee of meer wielen met een AAG(-equivalent) van 235 µg/l of meer

  • besturen van bromfiets, snorfiets of gehandicaptenvoertuig met motor met een AAG(-equivalent) van 235 µg/l of meer

  • besturen van fiets of gehandicaptenvoertuig zonder motor met een AAG(-equivalent) van 235 µg/l of meer

  • weigeren ademanalyse, bloedproef of urineproef dan wel achteraf weigeren bloedonderzoek (motorvoertuig op twee of meer wielen)

  • weigeren ademanalyse, bloedproef of urineproef dan wel achteraf weigeren bloedonderzoek (bromfiets, snorfiets of gehandicaptenvoertuig met motor)

  • weigeren ademanalyse, bloedproef of urineproef dan wel achteraf weigeren bloedonderzoek (fiets of gehandicaptenvoertuig zonder motor)

  • als beginnend bestuurder of bestuurder zonder rijbewijs besturen van een motorvoertuig op twee of meer wielen met een AAG(-equivalent) van 95 µg/l of meer

  • als jeugdig bestuurder in bezit van een bromfietscertificaat, als beginnend bestuurder of als bestuurder zonder rijbewijs besturen van bromfiets, snorfiets of brommobiel met een AAG(-equivalent) van 95 µg/l of meer

4.01.01. Obm regeling rijden onder invloed motorvoertuigen

Beschrijving

Binnen de verkeersrichtlijnen is de ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen (OBM) één van de mogelijke onderdelen van de eis ter terechtzitting of de strafbeschikking. Indien onderstaande regeling van toepassing is, zoals in geval van het delict ‘rijden onder invloed’ door bestuurders van motorvoertuigen, dient – afhankelijk van de ernst van het delict – naast een geldboete, taakstraf of gevangenisstraf ook een onvoorwaardelijke ontzegging te worden geëist of in een strafbeschikking te worden opgelegd. De hoogte van elk van deze sancties kan worden afgelezen uit onderstaande tabel, die gerelateerd is aan het bij artikel 8, tweede lid, van de WVW 1994 behorende schalentarief. Voor beginnende bestuurders geldt een enigszins afwijkende ontzeggingsregeling. Ook voor het besturen onder invloed van een bromfiets, een snorfiets of een gehandicaptenvoertuig met motor en voor het delict ‘verlaten plaats ongeval’ bestaan aparte ontzeggingsregelingen.

Uitwerking

Indien deze OBM regeling van toepassing is, gelden in afwijking van andere Polaris-regels, de onderstaande sancties als uitgangspunt voor de strafmaat. Indien de sanctie uitsluitend een geldbedrag betreft, dient (indien niet op andere gronden dagvaarden is geïndiceerd) een transactie te worden aangeboden of een strafbeschikking inhoudende een geldboete te worden uitgevaardigd.

Schaal I:

10 strafpunten

– €250

Schaal II:

14 strafpunten

– €350 en, in geval van recidive, 4 mnd OBM ov

Schaal III:

18 strafpunten

– €450 en, in geval van recidive, 4 mnd OBM ov

Schaal IV:

22 strafpunten

– €550 en, in geval van recidive, 4 mnd OBM ov

Schaal V:

26 strafpunten

– €650 en, in geval van recidive, 6 mnd OBM ov

Schaal VI:

30 strafpunten

– €750 en 6 mnd OBM ov

Schaal VII:

34 strafpunten

– €850 en 7 mnd OBM ov

Schaal VIII:

38 strafpunten

– €950 en 8 mnd OBM ov

Schaal IX:

42 strafpunten

– €1000 en 9 mnd OBM ov

Schaal X:

46 strafpunten

– €1100 en 10 mnd OBM ov

Schaal XI:

50 strafpunten

28 uur TS (cq 14 dg GS) en 12 mnd OBM ov

Schaal XII:

54 strafpunten

36 uur TS (cq 18 dg GS) en 15 mnd OBM ov

Schaal XIII:

58 strafpunten

42 uur TS (cq 21 dg GS) en 18 mnd OBM ov

Extra schaal:

62 strafpunten

48 uur TS (cq 24 dg GS) en 21 mnd OBM ov

Extra schaal:

66 strafpunten

54 uur TS (cq 27 dg GS) en 24 mnd OBM ov

Extra schaal:

70 strafpunten

60 uur TS (cq 30 dg GS) en 27 mnd OBM ov

Gebruikte afkortingen:

OBM: ontzegging van de bevoegheid motorrijtuigen te besturen – GS: gevangenisstraf – TS: taakstraf – ov: onvoorwaardelijk(e veroordeling) – mnd: maanden – dg: dagen.

De regels van het afnemend strafnut zijn niet van toepassing op de OBM. Als OBM geïndiceerd is, zal het aantal strafpunten dat de duur van die OBM aangeeft meteen het aantal sanctiepunten voor de OBM zijn.

Zie basisdelicten

  • besturen motorvoertuig op twee of meer wielen onder invloed van een stof, zoals bedoeld in art. 8, lid 1 WVW94, al dan niet in kennelijke staat van dronkenschap of daarmee gelijk te stellen toestand

  • besturen van een motorvoertuig op twee of meer wielen met een AAG(-equivalent) van 235 µg/l of meer

  • weigeren ademanalyse, bloedproef of urineproef dan wel achteraf weigeren bloedonderzoek (motorvoertuig op twee of meer wielen)

4.01.02. Obm regeling rijden onder invloed bromfietsen

Beschrijving

Binnen de verkeersrichtlijnen is de ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen één van de mogelijke onderdelen van de eis ter terechtzitting of de strafbeschikking. Onderstaande regeling is van toepassing in geval van delicten die relatie hebben met ‘rijden onder invloed’ met een bromfiets, snorfiets of een gehandicaptenvoertuig met motor. In dat geval dient – afhankelijk van de ernst van het delict – naast een geldboete ook een onvoorwaardelijke ontzegging te worden geëist of in een strafbeschikking opgelegd. De hoogte van elk van deze sancties kan worden afgelezen uit onderstaande tabel, die gerelateerd is aan het bij artikel 8, tweede lid, van de WVW 1994 behorende schalentarief. Voor het besturen onder invloed van andere motorrijtuigen dan de hiergenoemde en voor het delict ‘verlaten plaats ongeval’ bestaan aparte ontzeggingsregelingen.

Uitwerking

Indien deze OBM regeling van toepassing is, gelden in afwijking van andere Polaris-regels, de onderstaande sancties als uitgangspunt voor de strafmaat. Indien de sanctie uitsluitend een geldbedrag betreft, dient (indien niet op andere gronden dagvaarden is geïndiceerd) een transactie te worden aangeboden of een strafbeschikking inhoudende een geldboete te worden uitgevaardigd.

Schaal I:

5 strafpunten

– €120

Schaal II:

9 strafpunten

– €220 en, in geval van recidive, 2 mnd OBM ov

Schaal III:

13 strafpunten

– €320 en, in geval van recidive, 4 mnd OBM ov

Schaal IV:

17 strafpunten

– €420 en 6 mnd OBM ov

Schaal V:

21 strafpunten

– €500 en 9 mnd OBM ov

Extra schaal:

25 strafpunten

– €600 en 12 mnd OBM ov

Extra schaal:

29 strafpunten

– €700 en 15 mnd OBM ov

Gebruikte afkortingen:

OBM: ontzegging van de bevoegheid motorrijtuigen te besturen – ov: onvoorwaardelijk(e veroordeling) – mnd: maanden.

De regels van het afnemend strafnut zijn niet van toepassing op de OBM. Als OBM geïndiceerd is, zal het aantal strafpunten dat de duur van die OBM aangeeft meteen het aantal sanctiepunten voor de OBM zijn.

Zie basisdelicten

  • besturen bromfiets, snorfiets of gehandicaptenvoertuig met motor onder invloed van een stof, zoals bedoeld in art. 8, lid 1 WVW94, al dan niet in kennelijke staat van dronkenschap of daarmee gelijk te stellen toestand

  • besturen van bromfiets, snorfiets of gehandicaptenvoertuig met motor met een AAG(-equivalent) van 235 µg/l of meer

  • weigeren ademanalyse, bloedproef of urineproef dan wel achteraf weigeren bloedonderzoek (bromfiets, snorfiets of gehandicaptenvoertuig met motor)

  • als jeugdig bestuurder in bezit van een bromfietscertificaat, als beginnend bestuurder of als bestuurder zonder rijbewijs besturen van bromfiets, snorfiets of brommobiel met een AAG(-equivalent) van 95 µg/l of meer

4.01.05. Regeling negeren beslissing

Beschrijving

Deze regeling heeft betrekking op het negeren van een beslissing. Doel van die beslissing was het voorkomen dat verdachte een bepaalde handeling zou verrichten. Een voorbeeld betreft de bestuurder die een motorvoertuig bestuurt, terwijl hem of haar de rijbevoegdheid (tijdelijk) is ontnomen door de rechter (OBM), de minister van Verkeer en Waterstaat (ongeldigverklaring) en/of de officier van justitie (invordering danwel bij strafbeschikking). Een ander voorbeeld betreft de ontzegging van de bevoegdheid tot het vliegen of de bevoegdheid tot het geven van luchtverkeersleiding (OBV).

Gezien de ernst van dergelijke normschendingen die worden gepleegd terwijl het bevoegd gezag een specifieke beslissing aan het adres van de verdachte heeft kenbaar gemaakt is een enkele geldstraf geen passende reactie meer. Toch is, afgemeten naar het gepleegde, ook een volledige omrekening naar onvoorwaardelijke gevangenisstraf niet passend. Dientengevolge worden de sanctiepunten gedeeltelijk omgerekend naar onvoorwaardelijke gevangenisstraf, gedeeltelijk naar geldboete.

Uitwerking

De sanctiepunten dienen, indien deze regeling van toepassing is, op de volgende wijze naar sanctie(s) te worden omgerekend:

  • 50% van de punten wordt omgerekend naar geldboete

  • 50% van de punten wordt omgerekend naar onvoorwaardelijke gevangenisstraf

Zie basisdelicten

  • motorrijtuig waarvoor bezit rijbewijs is vereist (doen) besturen tijdens ontzegging rijbevoegdheid.

  • motorrijtuig (doen) besturen in geval van (gedeeltelijk) ongeldig verklaard rijbewijs

  • motorrijtuig (doen) besturen na vordering tot overgifte en/of invordering en/of inhouding van het rijbewijs

4.01.10. Obm regeling rijden onder invloed motorvoertuigen door beginnend bestuurders en bestuurders zonder rijbewijs

Beschrijving

Binnen de verkeersrichtlijnen is de ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen (OBM) één van de mogelijke onderdelen van de eis ter terechtzitting of de strafbeschikking. Indien onderstaande regeling van toepassing is, zoals in geval van het delict ‘rijden onder invloed’ van motorvoertuigen door beginnend bestuurders of bestuurders zonder rijbewijs, dient – afhankelijk van de ernst van het delict – naast een geldboete, taakstraf of gevangenisstraf ook een onvoorwaardelijke ontzegging te worden geëist of in een strafbeschikking opgelegd. De hoogte van elk van deze sancties kan worden afgelezen uit onderstaande tabel, die bij beginnend bestuurders en bestuurders zonder rijbewijs gerelateerd is aan het bij artikel 8, derde en vierde lid, van de WVW 1994 behorende schalentarief.

Uitwerking

Indien deze OBM regeling van toepassing is, gelden in afwijking van andere Polaris-regels, de onderstaande sancties als uitgangspunt voor de strafmaat. Indien de sanctie uitsluitend een geldbedrag betreft, dient (indien niet op andere gronden dagvaarden is geïndiceerd) een transactie te worden aangeboden of een strafbeschikking inhoudende een geldboete te worden opgelegd.

Schaal I:

10 strafpunten

– €250

Schaal II:

14 strafpunten

– €350 en, in geval van recidive, 4 mnd OBM ov

Schaal III:

18 strafpunten

– €450 en, in geval van recidive, 4 mnd OBM ov

Schaal IV:

22 strafpunten

– €550 en, in geval van recidive, 4 mnd OBM ov

Schaal V:

26 strafpunten

– € 650 en 6 mnd OBM ov

Schaal VI:

30 strafpunten

– €750 en 6 mnd OBM ov

Schaal VII:

34 strafpunten

– €850 en 7 mnd OBM ov

Schaal VIII:

38 strafpunten

– €950 en 8 mnd OBM ov

Schaal IX:

42 strafpunten

– €1000 en 9 mnd OBM ov

Schaal X:

46 strafpunten

– €1100 en 10 mnd OBM ov

Schaal XI:

50 strafpunten

28 uur TS (cq 14 dg GS) en 12 mnd OBM ov

Schaal XII:

54 strafpunten

36 uur TS (cq 18 dg GS) en 15 mnd OBM ov

Schaal XIII:

58 strafpunten

42 uur TS (cq 21 dg GS) en 18 mnd OBM ov

Extra schaal:

62 strafpunten

48 uur TS (cq 24 dg GS) en 21 mnd OBM ov

Extra schaal:

66 strafpunten

54 uur TS (cq 27 dg GS) en 24 mnd OBM ov

Extra schaal:

70 strafpunten

60 uur TS (cq 30 dg GS) en 27 mnd OBM ov

Gebruikte afkortingen:

OBM: ontzegging van de bevoegheid motorrijtuigen te besturen – GS: gevangenisstraf – TS: taakstraf – ov: onvoorwaardelijk(e veroordeling) – mnd: maanden – dg: dagen.

De regels van het afnemend strafnut zijn niet van toepassing op de OBM. Als OBM geïndiceerd is, zal het aantal strafpunten dat de duur van die OBM aangeeft meteen het aantal sanctiepunten voor de OBM zijn.

5.22.03. Basisdelict besturen van fiets of gehandicaptenvoertuig zonder motor met een AAG(-equivalent) van 235 µg/l of meer

Beschrijving

Dit basisdelict ziet op overtreding van art. 8, lid 2 van de Wegenverkeerswet 1994; het rijden onder invloed van alcohol, waarbij de mate van overtreding op grond van een gemeten AAG of BAG vaststaat. Het voertuig waarmee het delict wordt begaan bepaalt mede de gevaarzetting. In dit basisdelict betreft dat een fiets of een gehandicaptenvoertuig zonder motor. Bij andere voertuigen wordt het aantal strafpunten boven een bepaalde grens op evenredige wijze afgeleid van het AAG of BAG. Bij de fiets blijft het aantal strafpunten ongewijzigd, waardoor een strafbeschikking mogelijk blijft bij hogere niveau’s.

Basisfactoren

Rijgedrag

Er is geen sprake van strafverzwarend rijgedrag

0 pt

Er was sprake van roekeloos of zeer onvoorzichtig verkeersgedrag.

4 pt

Verdachte is (mede)schuldig aan een verkeersongeval met voor derden meer dan geringe materiële schade en/of letsel van enige betekenis. (Er wordt geen aparte strafvervolging ex art.6 WVW94 ingesteld).

4 pt

 

+ dagvaarden

Recidive bij rijden onder invloed

Geen recidive

0 pt

1 maal

4 pt

Meermalen

4 pt

   

+ dagvaarden

Naar boven