Instellingsbesluit Stuurgroep evaluatie politieorganisatie
De Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Justitie en van Bestuurlijke
Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,
Gelet op artikel 6 van de Kaderwet adviescolleges en artikel 5 van het Vergoedingenbesluit adviescolleges;
Overwegende dat in het Hoofdlijnenakkoord van 16 mei 2003 (Kamerstukken II, 2002–2003,
28 637, nr. 19) is aangekondigd dat het functioneren van de politie in 2004 zal worden
geëvalueerd;
Overwegende dat in de brief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
van 26 september 2003 (Kamerstukken II, 2003–3004, 29 200 VII, nr. 4), voortbouwend
op het Hoofdlijnenakkoord, een aantal concrete instrumenten ter versterking van de
bevoegdheden op rijksniveau wordt voorgesteld die in de aangekondigde evaluatie zullen
worden meegewogen bij de beoordeling of verdergaande aanpassing van het politiebestel
noodzakelijk is;
Overwegende dat in de brief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
en de Minister van Justitie van 20 september 2004 (Kamerstukken II, 2003–2004, 29 628,
nr. 5) de doelstellingen en opzet van de evaluatie van de politieorganisatie zijn
geschetst;