Regeling tarieven Kadaster

[Regeling vervallen per 01-01-2016.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 01-01-2015 t/m 31-12-2015

Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 5 december 2003, nr. MJZ2003124448, houdende vaststelling van de kadastrale tarieven (Regeling tarieven Kadaster)

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Gelet op de artikelen 108, eerste lid, en 109 van de Kadasterwet,

Besluit:

Hoofdstuk 1. Definities

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • kadasterstylesheet: gestructureerd digitaal document waarin de opmaakgegevens voor een in de openbare registers in te schrijven stuk zijn opgenomen, zodanig dat een daarmee opgemaakt stuk geschikt is voor automatische bijwerking van een rechtszekerheidsregistratie;

  • netwerk: net, bestaande uit een of meer kabels of leidingen, bestemd voor transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie, dat in, op of boven de grond is of wordt aangelegd;

  • object: in een rechtszekerheidsregistratie vermeld perceel, appartementsrecht, netwerk, schip of luchtvaartuig;

  • rechtszekerheidsregistratie: registratie als bedoeld in artikel 48, 85 of 92 van de wet, met uitzondering van de kadastrale kaart;

  • wet: Kadasterwet.

Hoofdstuk 2. Tarieven

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Artikel 1a

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het uitvoeren van andere werkzaamheden op grond van de wet dan genoemd in deze regeling is per kwartier dat een medewerker van de Dienst daaraan heeft besteed verschuldigd:

    • a. indien het een administratief medewerker betreft: € 20,50;

    • b. indien het een juridisch medewerker of technisch medewerker betreft: € 25,–;

    • c. indien het een senior juridisch medewerker of senior technisch medewerker betreft: € 27,50;

    • d. indien het een projectleider of technisch specialist betreft: € 30,–;

    • e. indien het een assistent projectmanager of GIS-specialist betreft: € 33,–;

    • f. indien het een projectmanager of senior GIS-specialist betreft: € 36,–.

  • 2 Voor de toepassing van het eerste lid wordt een gedeelte van een kwartier als een kwartier beschouwd.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Onverminderd de verschuldigdheid van het tarief overeenkomstig artikel 4, eerste lid, onderdeel b of c, is voor de inschrijving van een stuk, dat aanleiding is tot het vormen van percelen, per onroerende zaak verschuldigd: € 1.200,–.

  • 3 Het bedrag genoemd in het tweede lid is niet verschuldigd indien die onroerende zaak een oppervlakte heeft van ten hoogste 100 centiare en ten aanzien van die onroerende zaak sprake is van een koopsom van ten hoogste € 5000,–, een tegenprestatie met een waarde van ten hoogste € 5000,– of bij het ontbreken van een koopsom of tegenprestatie een waarde van ten hoogste € 5000,–.

  • 4 Het aantal onroerende zaken waarop een stuk als bedoeld in het eerste en tweede lid betrekking heeft, wordt gelijk gesteld met het aantal in dat stuk genoemde kadastrale perceelnummers waarop het betrokken in te schrijven feit betrekking heeft, tenzij uit het stuk blijkt dat het op een ander aantal onroerende zaken betrekking heeft.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor inschrijving van een stuk dat leidt tot wijziging van een rechthebbende in een rechtszekerheidsregistratie of een stuk betreffende de vestiging van een recht van hypotheek, is verschuldigd:

    • a. indien het stuk is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet en leidt tot bijhouding van een rechtszekerheidsregistratie op geautomatiseerde wijze: € 103,–;

    • b. indien het stuk in elektronische vorm ter inschrijving wordt aangeboden en niet is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet: € 168,–;

    • c. indien het stuk in papieren vorm ter inschrijving wordt aangeboden: € 192,–.

  • 2 Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de inschrijving in elektronische of papieren vorm van een stuk inhoudende de splitsing in appartementsrechten of een verzoek tot teboekstelling van een luchtvaartuig.

  • 3 Voor de inschrijving van een stuk betreffende de koop van een registergoed is verschuldigd:

    • a. indien het stuk is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet en leidt tot bijhouding van een rechtszekerheidsregistratie op geautomatiseerde wijze: € 44,–;

    • b. indien het stuk in elektronische vorm ter inschrijving wordt aangeboden en niet is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet: € 74,–;

    • c. indien het stuk in papieren vorm ter inschrijving wordt aangeboden: € 98,–.

  • 4 Het derde lid is van overeenkomstige toepassing op de inschrijving in elektronische of papieren vorm van een stuk inhoudende een koopoptie of voorovereenkomst tot koop.

  • 6 Voor de inschrijving van een stuk betreffende de doorhaling van een proces-verbaal van inbeslagneming of een beperkingenbesluit als bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken is verschuldigd:

    • a. indien het stuk is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet en leidt tot bijhouding van een rechtszekerheidsregistratie op geautomatiseerde wijze: € 12,60;

    • b. indien het stuk in elektronische vorm ter inschrijving wordt aangeboden en niet is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet: € 21,–;

    • c. indien het stuk in papieren vorm ter inschrijving wordt aangeboden: € 45,–.

  • 7 Voor de inschrijving van een stuk genoemd in het eerste, derde en vierde lid waarbij meer dan 50 objecten zijn betrokken of waarin meer dan 5 nieuwe rechthebbenden of rechtsfeiten zijn opgenomen of geen verwijzing naar objecten of eerder ingeschreven stukken is opgenomen, en dat geautomatiseerde bijhouding niet mogelijk maakt met een vooraf met de Dienst afgesproken mutatieprocedure, worden de daar vermelde tarieven verhoogd met:

    • a. indien een verwijzing naar objecten of naar reeds ingeschreven stukken ontbreekt: € 50,–;

    • b. per 50 objecten, waarbij het aantal naar boven wordt afgerond op een veelvoud van 50: € 25,–;

    • c. per 10 deelpercelen, waarbij het aantal naar boven wordt afgerond op een veelvoud van 10: € 25,–;

    • d. per 5 nieuwe rechthebbenden of rechtsfeiten, waarbij gezamenlijke rechthebbenden als één rechthebbende wordt beschouwd, en waarbij het aantal naar boven wordt afgerond op een veelvoud van 5: € 25,–.

    Indien meer dan een van de onderdelen a tot en met d van toepassing is, zijn de genoemde bedragen cumulatief verschuldigd.

  • 8 Het zevende lid is niet van toepassing op de tarifering van notariële akten, houdende splitsing of ondersplitsing in appartementsrechten, alsmede wijzigingen of rectificaties van splitsing of ondersplitsing in appartementsrechten.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor de inschrijving van een ander stuk dan bedoeld in de artikelen 2 en 4, alsmede voor de boeking van een stuk in een register van voorlopige aantekeningen, is verschuldigd:

    • a. indien het stuk is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet en leidt tot bijhouding van een rechtszekerheidsregistratie op geautomatiseerde wijze: € 44,–;

    • b. indien het stuk in elektronische vorm ter inschrijving wordt aangeboden en niet is opgemaakt door middel van een kadasterstylesheet: € 74,–;

    • c. indien het stuk in papieren vorm ter inschrijving wordt aangeboden: € 98,–.

  • 3 Kosteloos is de inschrijving van:

    • a. een aangifte of verzoek tot doorhaling van de teboekstelling van een schip of luchtvaartuig;

    • b. een aangifte tot wijziging van de beschrijving van een te boek staand schip;

    • c. een mededeling omtrent de gekozen woonplaats inzake een schip;

    • d. een akte van vernieuwing als bedoeld in artikel 77, vijfde lid, van de wet;

    • e. een stuk dat overeenkomstig artikel 20, vierde lid, tweede volzin, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek bij de Dienst is aangeboden door middel van een hernieuwd verzoek tot inschrijving, en

    • f. een stuk dat uitsluitend op verzoek van de Dienst ter inschrijving wordt aangeboden, ten einde de registratie te verbeteren.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 2 Onverminderd het eerste lid is degene die een abonnement heeft op digitale raadpleging van een rechtszekerheidsregistratie, als vergoeding voor de vaste kosten, per abonnementsperiode van een jaar verschuldigd: € 60,–. Bij aanvang van een abonnement gedurende een kalenderjaar is een evenredig bedrag voor de resterende periode verschuldigd.

  • 3 In afwijking van het tweede lid is per abonnementsperiode van een jaar een bedrag verschuldigd van € 30,–, indien de krachtens het eerste lid verschuldigde bedragen automatisch door de Dienst worden geïncasseerd.

  • 4 Voor digitale raadpleging van de objectlijst is per 20 objecten verschuldigd: € 0,90.

  • 6 Onder een negatieve mededeling als bedoeld in het vijfde lid wordt verstaan: een mededeling, inhoudende dat de gevraagde gegevens omtrent een persoon ontbreken.

  • 7 Voor het ter plekke bij de Dienst raadplegen van een rechtszekerheidsregistratie is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, waarbij het bedrag wordt vermeerderd met € 29,– per geraadpleegd object.

  • 8 Voor de niet-geautomatiseerde toezending van een afschrift of een uittreksel als bedoeld in artikel 100, 101, eerste lid, of 102, eerste lid, van de wet, respectievelijk van een verklaring als bedoeld in artikel 101, tweede lid, of 102, tweede lid, van de wet is het vijfde lid van overeenkomstige toepassing, waarbij het bedrag wordt vermeerderd met:

    • a. bij toezending per elektronische post: € 13,– per object in het afschrift, het uittreksel of de verklaring;

    • b. bij toezending in papieren vorm: € 15,– per object in het afschrift, het uittreksel of de verklaring.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor de toepassing van dit artikel worden onder gegevens uit de registratie, bedoeld in artikel 48 van de wet, niet begrepen gegevens inzake hypotheken, gegevens inzake beslagen en de landelijke kadastrale kaart.

  • 2 Voor het verstrekken van gegevens uit de registratie, bedoeld in artikel 48 van de wet, is per object dat in de opgave is betrokken verschuldigd: € 1,73, met dien verstande dat:

    • a. ingeval in het afschrift meer dan 100.000 objecten zijn betrokken, per object verschuldigd is: € 1,44, en

    • b. ingeval in het afschrift meer dan 1.000.000 objecten zijn betrokken, per object verschuldigd is: € 1,07, tot een maximum bedrag van € 2.400.000,–.

  • 3 Na de eerste verstrekking, bedoeld in het tweede lid, is per jaar voor een abonnement op deze gegevens per 1.000 objecten verschuldigd: € 323,–.

  • 4 Indien naast de gegevens als bedoeld in het tweede en derde lid voor hetzelfde gebied tevens de kadastrale kaart geleverd wordt, is in plaats van de daar genoemde bedragen verschuldigd:

    • a. voor een eerste verstrekking: € 1,16 per object;

    • b. voor een abonnement op verstrekking via het openbare internet: € 208,– per jaar per 1.000 objecten;

    • c. voor een abonnement op verstrekking via een elektronische gegevensdrager: € 332,– per jaar per 1.000 objecten.

  • 5 Het tarief voor een abonnement als genoemd in het vierde lid onder b en c is eveneens van toepassing indien het abonnement is ingegaan voor 1 januari 2014 en voor die datum voor hetzelfde gebied de kadastrale kaart niet geleverd werd.

  • 6 Voor het opnieuw verstrekken van eerder verstrekte gegevens in het kader van een abonnement als bedoeld in het derde en vierde lid is per verstrekking verschuldigd: € 200,–. Dit tarief is eveneens van toepassing op een tweede mutatie-abonnement en geldt in dat geval per jaar.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Een persoon, die voor een door hem opgegeven registergoed gebruik maakt van de tijdelijke automatische melding van wijzigingen in de openbare registers, is per registergoed € 14,– verschuldigd.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het verstrekken van een afschrift van een in de openbare registers ingeschreven of geboekt stuk of van een in een logische databank voor archiefbestanden opgeslagen stuk in elektronische vorm is per te verstrekken afschrift verschuldigd € 3,50.

  • 2 Voor het raadplegen van de openbare registers of een archief dan wel het verstrekken van een afschrift van een in de openbare registers ingeschreven of geboekt stuk of van een in het archief opgeborgen stuk ter plekke bij de Dienst is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, waarbij het bedrag wordt vermeerderd met € 29,– per te raadplegen stuk of te verstrekken afschrift.

  • 3 Voor de niet-geautomatiseerde toezending van een afschrift van een in de openbare registers ingeschreven of geboekt stuk of van een in het archief opgeborgen stuk is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, waarbij het bedrag wordt vermeerderd met:

    • a. bij toezending per elektronische post: € 13,– per te verstrekken afschrift;

    • b. bij toezending in papieren vorm: € 15,– per te verstrekken afschrift.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Voor het op verzoek door de Dienst technisch vervaardigen, aanpassen of vormgeven van een kadasterstylesheet is per door de dienst besteed kwartier verschuldigd: € 41,–. Artikel 1a, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Voor het verrichten van onderzoeken in de openbare registers is per object verschuldigd:

  • a. indien het een onderzoek betreft naar de laatste akte waarbij het object is verkregen: € 45,–;

  • b. indien het een onderzoek naar erfdienstbaarheden betreft, teruggaand tot maximaal:

    • 1°. het jaar 1950: € 140,–;

    • 2°. het jaar 1838: € 264,–.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het raadplegen van de door Dienst gehouden kadastrale kaarten of daaraan ten grondslag liggende bescheiden is verschuldigd:

    • a. in geval van digitale raadpleging via een publieksnetwerk: € 0,–;

    • b. in geval van raadpleging ter plekke bij de Dienst, per raadpleging, inclusief de verstrekking van een uittreksel op formaat A3 of A4: € 32,50.

  • 2 Voor de geautomatiseerde verstrekking van afschriften of uittreksels van de kadastrale kaarten of van de daaraan ten grondslag liggende bescheiden in elektronische vorm op formaat A3 of A4 is € 3,50 verschuldigd. Bij verstrekking op formaat A2 of groter wordt dit bedrag vermeerderd met € 41,50.

  • 3 Voor de niet-geautomatiseerde verstrekking van afschriften of uittreksels van de kadastrale kaarten of van de daaraan ten grondslag liggende bescheiden is het tweede lid van overeenkomstige toepassing, waarbij het bedrag wordt vermeerderd met:

    • a. bij toezending per elektronische post: € 13,– per te verstrekken afschrift of uittreksel;

    • b. bij toezending in papieren vorm: € 15,– per te verstrekken afschrift of uittreksel.

  • 4 Voor het raadplegen van een hulpkaart of de verstrekking van afschriften of uittreksels van een hulpkaart zijn het eerste, tweede en derde lid van overeenkomstige toepassing.

  • 5 Voor het gebruik van de digitale raadpleegdienst voor de kadastrale kaart door middel van een geautomatiseerd proces is verschuldigd:

    • 1°. bij 10.000 of minder maphits per maand: € 0,–;

    • 2°. per maphit boven de 10.000 per maand: € 0,06;

    • 3°. per maphit boven de 100.000 per maand: € 0,03.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het verstrekken van een gedeelte van de landelijke kadastrale kaart is per perceel dat in het afschrift wordt betrokken, verschuldigd: € 0,74, met dien verstande dat:

    • a. ingeval in het afschrift meer dan 100.000 percelen worden betrokken, per perceel verschuldigd is: € 0,59, en

    • b. ingeval in het afschrift meer dan 1.000.000 percelen worden betrokken, per perceel verschuldigd is: € 0,44, tot een maximum bedrag van € 980.000,–.

  • 2 Na de eerste verstrekking, bedoeld in het eerste lid, is per jaar voor een abonnement op deze gegevens per 1000 percelen verschuldigd:

    • a. indien de gegevens worden verstrekt door middel van het openbare internet: € 150,–, en

    • b. indien de gegevens worden verstrekt op een elektronische gegevensdrager: € 234,–.

  • 3 Voor het opnieuw verstrekken van eerder verstrekte gegevens in het kader van een abonnement als bedoeld in het tweede lid is per verstrekking verschuldigd: € 200,–. Dit tarief is eveneens van toepassing op een tweede mutatie-abonnement en geldt in dat geval per jaar.

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het te velde verstrekken van inlichtingen over de ligging van de kadastrale grenzen van een perceel is per grens € 495,– verschuldigd, vermeerderd met € 110,– per knikpunt en € 55,– per tussenpunt op een rechte grenslijn.

  • 2 Ingeval inlichtingen over de ligging van kadastrale grenzen op andere wijze dan te velde worden verstrekt is per grens € 41,– verschuldigd.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het op verzoek vormen van percelen, anders dan bedoeld in artikel 2, eerste lid, is per nieuw te vormen perceel verschuldigd, indien:

    • a. percelen moeten worden gesplitst met voorlopige grenzen: € 90,–, onverminderd de toepassing van het tarief overeenkomstig onderdeel c dan wel artikel 2, tweede lid;

    • b. percelen moeten worden gesplitst anders dan bedoeld in onderdeel a: € 615,–;

    • c. de voorlopige grenzen, bedoeld in onderdeel a, definitief moeten worden ingemeten of geverifieerd: € 615,–;

    • d. uitsluitend percelen moeten worden samengevoegd: € 295,–.

  • 2 In afwijking van het eerste lid, onderdelen b en c, is per nieuw te vormen perceel € 540,– verschuldigd, indien 50 of meer nieuw te vormen percelen als één samenhangend project kunnen worden ingemeten. Bij projecten van 200 of meer nieuw te vormen percelen wordt dit tarief verminderd met het tarief, bedoeld in artikel 1a, per kwartier minder te besteden tijd door een medewerker van de Dienst.

  • 3 Het eerste lid, onderdeel d, is niet van toepassing bij correcties van voorlopige grenzen.

Artikel 17

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor de afgifte van een verklaring inhoudende de complexaanduiding ter zake van appartementsrechten of inhoudende een netwerkaanduiding is verschuldigd: € 233,–. Artikel 18, tweede lid, is van toepassing.

  • 2 Voor de vervaardiging van een netwerktekening op schaal 1:5.000 of op een kleinere schaal, met een strookbreedte van tenminste 500 meter, is verschuldigd: € 198,–, vermeerderd met € 45,– per tekening en € 0,67 per afgebeelde hectare.

  • 3 Voor het bijhouden van een in de afgelopen vijf jaren ingeschreven netwerktekening, binnen het op die tekening weergegeven gebied, is verschuldigd: € 198,–, vermeerderd met € 45,– per tekening en € 0,11 per afgebeelde hectare.

  • 4 Voor het actualiseren van een nog niet in depot gegeven tekening waarvan het leidingtracé ongewijzigd blijft, is verschuldigd: € 198,–, vermeerderd met € 45,– per tekening.

  • 5 Voor de controle op inschrijvingsvereisten van een niet door de Dienst vervaardigde netwerktekening is € 198,– verschuldigd, vermeerderd met € 45,– per tekening.

Artikel 18

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het in depot nemen van tekeningen en andere stukken in papieren vorm die deel uitmaken van een stuk dat in elektronische vorm ter inschrijving zal worden aangeboden als bedoeld in artikel 11b, vijfde lid, van de wet is verschuldigd € 118,–.

  • 2 Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op het aanbieden van een appartementstekening in papieren vorm bij een analoog verzoek tot afgifte van een verklaring complexaanduiding.

Artikel 19

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 2 Voor het certificeren van de coördinaten van stations voor satellietplaatsbepaling is per station verschuldigd € 320,–, met dien verstande dat ingeval bij de certificatie meer dan vijf stations betrokken worden, verschuldigd is:

    per station boven de vijf: € 256,–;

    per station boven de tien: € 192,–;

    per station boven de vijftien: € 128,–;

    per station boven de twintig: € 64,–.

  • 3 Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing op het inrekenen van coördinaten van tijdelijke stations voor satellietplaatsbepaling.

Artikel 20

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het teboekstellen van een schip is verschuldigd:

    • a. indien bij het aanbrengen van het brandmerk gebruik wordt gemaakt van microdots: € 562,–;

    • b. in andere gevallen: € 450,–.

  • 2 In het tarief, bedoeld in het eerste lid, is inbegrepen de in depotname en inschrijving van het stuk, het aanbrengen van het brandmerk en het verstrekken van een certificaat van teboekstelling.

  • 3 In geval van een spoedteboekstelling wordt het tarief, bedoeld in het eerste lid, verhoogd met € 112,– en vermeerderd met een bedrag gelijk aan het in artikel 1a, eerste lid, onderdeel b, bedoelde tarief per kwartier dat de Dienst langer dan een uur op een bewijsstuk moet wachten.

  • 4 Voor het opnieuw aanbrengen van een brandmerk is verschuldigd:

    • a. indien gebruik wordt gemaakt van microdots: € 362,–;

    • b. in andere gevallen: € 250,–.

  • 5 Voor het aanbrengen van microdots op een reeds te boek gesteld schip is verschuldigd:

    • a. € 112,–;

    • b. vanaf het tweede tot en met zesde schip op één locatie op een dag, per schip € 56,–.

  • 6 Indien de werkzaamheden buiten Nederland moeten worden verricht, zijn eveneens de reis- en verblijfkosten van de desbetreffende medewerker verschuldigd, zoals die van tevoren door de Dienst kenbaar worden gemaakt.

Artikel 21

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het verstrekken van een opgave van gegevens, die de Dienst heeft samengesteld uit gegevens die de Dienst heeft verkregen bij de uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 3 van de wet, is verschuldigd:

    • a. voor een opgave inzake vastgoedtransacties of hypotheken, indien:

      • 1°. het de gegevens per referentiepand betreft: € 1,16;

      • 2°. het individuele koopsommen betreft, per stuk: € 1,43;

      • 3°. het de gegevens van een hypotheekinschrijving betreft:

        • a. per stuk, inclusief de gegevens van de hypotheekhouder:€ 1,49;

        • b. indien per jaar meer dan 50.000 stukken worden geleverd, per stuk: € 1,12;

        • c. indien per jaar meer dan 100.000 stukken worden geleverd, per stuk: € 0,75;

        • d. per stuk, zonder de gegevens van de hypotheekhouder: € 0,75;

      • 4°. het andere gegevens betreft dan bedoeld onder 1° tot en met 3°, per akte: € 2,13;

      • 5°. de gegevens, bedoeld onder 1° tot en met 4°, beschikbaar worden gesteld aan derden:

        • a. per transactie of hypotheekinschrijving: € 1,49;

        • b. bij meer dan 50.000 transacties of hypotheekinschrijvingen per jaar, per transactie of hypotheekinschrijving: € 1,12;

        • c. bij meer dan 100.000 transacties of hypotheekinschrijvingen per jaar, per transactie of hypotheekinschrijving: € 0,75;

        • d. bij meer dan 200.000 transacties of hypotheekinschrijvingen per jaar, per transactie of hypotheekinschrijving: € 0,50;

    • b. voor een opgave inzake statistische waarden, zijnde gemiddelden, aantallen of totalen van vastgoedtransacties, hypotheken of koopsommen:

      • 1°. indien de opgave 5.000 of minder statistische waarden betreft, per verstrekte statistische waarde: € 0,67;

      • 2°. in andere gevallen: € 2.250,–, vermeerderd met € 225,– per gebiedsniveau of andere rubricering;

      • 3°. per jaar voor een abonnement op de opgaven, bedoeld onder 1° en 2°: tweeënhalf maal het tarief, bedoeld onder 1° en 2°;

    • c. per jaar voor een abonnement op de hypothekenscan, indien geleverd:

      • 1°. op landelijk niveau: € 7.270,–;

      • 2°. op provinciaal niveau: € 12.000,–;

      • 3°. op gemeenteniveau: € 20.200,–;

      • 4°. op 4-positie postcodeniveau: € 28.600,–;

      • 5°. op 6-positie postcodeniveau: € 35.800,–;

    • d. voor een woningrapport:

      • 1°. per stuk: € 26,50;

      • 2°. indien in een jaar meer dan 10.000 woningrapporten worden verstrekt, per stuk: € 21,20;

      • 3°. indien in een jaar meer dan 50.000 woningrapporten worden verstrekt, per stuk: € 15,90;

    • e. voor een opgave inzake de coördinaten van adressen, percelen of centroïden van postcodegebieden, anders dan de gegevens uit de landelijke voorziening, bedoeld in artikel 26 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per coördinaat: € 0,01, met dien verstande dat per opgave ten hoogste € 595,– verschuldigd is;

    • f. voor een opgave inzake een indicatie of classificatie van de aard of toestand van een object of gebied:

      • 1°. per indicatie of classificatie: € 0,04;

      • 2°. na de eerste verstrekking als bedoeld onder 1°, per jaar voor een abonnement op deze gegevens: 20% van het tarief, genoemd onder 1°, met dien verstande dat per jaar ten hoogste € 54.000,– verschuldigd is;

    • g. voor een opgave inzake cartografische gegevens zonder de kadastrale grenzen:

      • 1°. indien het betreft het landelijke bestand met bestuurlijke grenzen: € 0,–;

      • 2°. indien het een ander bestand met gebiedsgrenzen betreft: € 1,– per gebied, tot een maximum bedrag van € 225,–; en

    • h. voor een opgave inzake andere gegevens dan de gegevens, bedoeld onder a tot en met g: per minuut die aan het opmaken van die opgave is besteed door middel van een computer: € 41,–.

  • 2 Indien de opgave, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met g, in een andere vorm of met een uitgebreidere inhoud dan de standaardopgave wordt verstrekt, is naast het tarief, bedoeld in die onderdelen, verschuldigd:

    • a. per minuut die aan het opmaken van die opgave is besteed door middel van een computer: € 41,–, en

    • b. per kwartier dat een medewerker van de Dienst daaraan heeft besteed: een bedrag gelijk aan het tarief als bedoeld in artikel 1a.

  • 3 Indien de opgave, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met g, met een beperktere inhoud dan de standaardopgave wordt verstrekt, is verschuldigd een tarief dat gelijk is aan de tarieven, bedoeld in die onderdelen, waarbij per minuut minder bestede tijd een vermindering met € 41,– wordt toegepast.

  • 4 Voor het digitaal raadplegen van bestanden bestaande uit gegevens die zijn samengesteld uit de gegevens welke door de Dienst bij het vervullen van de door hem opgedragen taken, bedoeld in artikel 3 van de wet, zijn verkregen is verschuldigd:

    • a. indien het bestanden inzake de gemiddelde koopsom per 6-positie postcodegebied betreft, per raadpleging: € 0,75;

    • b. indien het bestanden inzake vastgoedtransacties per 6-positie postcodegebied betreft, per raadpleging: € 2,35;

    • c. indien het bestanden inzake vastgoedtransacties agrarische gronden betreft, per transactie: € 0,75.

  • 5 Voor het digitaal raadplegen of verstrekken van een opgave van gegevens uit andere dan door de Dienst gehouden registraties is de inkoopprijs van het betreffende gegeven verschuldigd, vermeerderd met het bedrag bedoeld in het tweede lid.

Artikel 22

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 1 Voor het verstrekken van een opgave van gegevens, die de Dienst heeft verkregen bij de uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdelen f en g, van de wet, of die de Dienst uit die gegevens heeft samengesteld, is verschuldigd:

    • a. voor een standaardopgave inzake gegevens uit de bestanden TOP10NL, TOP25raster, TOP50NL, TOP50raster, TOP100NL, TOP250NL, TOP250raster, TOP500NL, TOP1000NL, TOP25namen, TOP50namen of TOP250namen: € 0,–;

    • b. voor een opgave inzake het landelijk bestand TOP25-to-move: € 32,95;

    • c. voor een opgave inzake een regionaal bestand TOP25-to-move: € 10,95;

    • d. voor een opgave per punt uit het landelijk bestand TOPstakels € 0,56 en voor het gehele bestand: € 8.300,–;

    • e. voor een digitale luchtfoto indien verstrekt:

      • 1°. op een digitale gegevensdrager: € 39,50;

      • 2°. door middel van het openbare internet: € 11,20;

    • f. voor orthofoto mozaïeken, per mozaïek: € 39,50;

    • g. voor analoge topografische kaarten:

      • 1°. per kaartblad op schaal 1:10.000: € 10,25;

      • 2°. per kaartblad op schaal 1:25.000: € 7,15;

      • 3°. per kaartblad op schaal 1:50.000: € 5,90;

      • 4°. per dubbelzijdige wegenkaart: € 5,10;

      • 5°. per gemeentekaart: € 9,35;

      • 6°. per herdruk van een historische kaart: € 17,–;

      • 7°. per kopie van een historische kaart, formaat A0: € 7,85;

      • 8°. per kleurenkopie van een historische kaart, formaat A1: € 35,20;

      • 9°. indien het lamineren van een kaartblad betreft: per stuk € 4,10;

      • 10°. indien kaarten, herdrukken of kopieën per post worden geleverd: per verstrekking € 3,50;

    • h. voor analoge luchtfoto’s:

      • 1°. per contactafdruk op schaal 1:18.000: € 39,50;

      • 2°. per vergroting op schaal 1:10.000: € 52,–;

      • 3°. per vergroting op schaal 1:5.000: € 134,– ;

      • 4°. per vergroting op schaal 1:2.500: € 403,–;

    • i. voor een opgave inzake andere gegevens dan de gegevens, bedoeld onder a en d:

      per minuut die aan het opmaken van die opgave is besteed door middel van een computer: € 41,–.

  • 2 Indien de opgave, de luchtfoto, de orthofoto mozaïek of de topografische kaart, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en d tot en met h, in een andere vorm of met een andere inhoud dan de standaardopgave, luchtfoto, orthofoto mozaïek of topografische kaart wordt verstrekt, is naast het tarief, bedoeld in die onderdelen, verschuldigd:

    • a. per minuut die daaraan is besteed door middel van een computer: € 41,– en

    • b. per kwartier dat een medewerker van de Dienst daaraan heeft besteed: een bedrag gelijk aan het tarief, bedoeld in artikel 1a.

  • 3 Voor het gebruik van de digitale raadpleegdienst voor de in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde gegevens, alsmede de BRT-achtergrondkaart, door middel van een geautomatiseerd proces is verschuldigd:

    • a. bij 10.000 of minder maphits per maand: € 0,–;

    • b. per maphit boven de 10.000 per maand: € 0,06;

    • c. per maphit boven de 100.000 per maand: € 0,03.

Artikel 22a

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Voor het doen van een oriëntatieverzoek of een graafmelding als bedoeld in artikel 7 of 8 van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten is verschuldigd: € 21,50. Dit tarief geldt ook voor een calamiteitenmelding als bedoeld in artikel 7, vierde lid, van het Besluit informatie-uitwisseling ondergrondse netten.

Artikel 22b

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Voor het raadplegen of bevragen van de landelijke voorziening, bedoeld in artikel 26 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, dan wel het verstrekken van gegevens uit die landelijke voorziening, is verschuldigd:

  • a. BAG Web, raadpleging: kosteloos;

  • b. BAG Viewer, raadpleging: kosteloos;

  • c. BAG Extract, éénmalige verstrekking: € 168,–;

  • d. BAG Extract, abonnement, maandelijkse verstrekking: € 112,– per maand;

  • e. BAG Extract Mutatie, abonnement, maandelijkse verstrekking: € 11,20 per maand;

  • f. BAG Extract Mutatie, abonnement, dagelijkse verstrekking: € 168,– per maand;

  • g. BAG Bevraging, abonnement, maximaal 3.000 bevragingen per dag: € 84,– per maand;

  • h. BAG Bevraging, abonnement, meer dan 3.000 bevragingen per dag: € 168,– per maand;

  • i. BAG Compact, éénmalige verstrekking: € 168,–;

  • j. BAG Compact, abonnement, maandelijkse verstrekking: € 11,20 per maand.

Artikel 22c

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 2 In afwijking van artikel 8, vierde lid, onderdeel c, en artikel 14, tweede lid, onderdeel b, is voor een abonnement op de aldaar bedoelde verstrekking op een elektronische gegevensdrager aan een overheidsorganisatie als bedoeld in het eerste lid, per jaar verschuldigd: € 200,–, ongeacht het aantal objecten of percelen dat in het abonnement is betrokken.

  • 3 Indien gegevens als bedoeld in artikel 22, derde lid en artikel 22b worden gebruikt door een overheidsorganisatie als genoemd op ‘almanak.overheid.nl’ voor de uitoefening van een openbare taak, worden deze gegevens kosteloos verstrekt.

  • 4 In afwijking van het eerste en tweede lid is de aldaar bedoelde kosteloze verstrekking van gegevens niet van toepassing op notarissen en gerechtsdeurwaarders.

  • 5 Het eerste tot en met derde lid zijn van overeenkomstige toepassing op politieke partijen die zijn vertegenwoordigd in de Eerste of Tweede Kamer der Staten-Generaal, alsmede op ProRail B.V. te Utrecht.

Hoofdstuk 3. Overgangs- en slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Artikel 23

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

  • 2 Voor de toepassing van de artikelen 8, derde en vierde lid, en 14, tweede lid, wordt uitgegaan van het aantal objecten dan wel percelen waaruit het desbetreffende gebied bestaat op 1 januari van het jaar waarin de gegevensverstrekking plaatsvindt.

  • 4 Het derde lid is van overeenkomstige toepassing indien de opgave, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdelen a, d en f, een andere vorm of andere inhoud dan de standaardopgave heeft en het tarief, bedoeld in artikel 22, tweede lid verschuldigd is.

Artikel 25

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2004.

Artikel 26

[Regeling vervallen per 01-01-2016]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tarieven Kadaster.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 5 december 2003

De

Minister

van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

S.M. Dekker

Naar boven