Besluit mandaat en machtiging SenterNovem ter uitvoering van het Programma MobiliteitsManagement 2003

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 01-07-2008 t/m 31-12-2009

Besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 27 oktober 2003, nr. HDJZ/ABR/2003-1964, Hoofddirectie Juridische Zaken, tot mandaatverlening aan Novem ten behoeve van de uitvoering van het Programma MobiliteitsManagement 2003 (Besluit mandaat en machtiging Novem ter uitvoering van het Programma MobiliteitsManagement 2003)

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 6, eerste lid, van de Kaderwet subsidies Verkeer en Waterstaat;

Gelezen de instemming van de directeur van Novem van 15 september 2003;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

In dit besluit wordt verstaan onder SenterNovem: het tijdelijke agentschap SenterNovem van het Ministerie van Economische Zaken.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

  • 1 Aan de algemeen directeur wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat besluiten te nemen in het kader van de uitvoering van de Regeling personenvervoer van deur tot deur en op maat, voorzover die besluiten betrekking hebben op het Programma MobiliteitsManagement 2003.

  • 2 De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

  • 3 Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten.

  • 4 De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid aan hem verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

  • 5 Met het toezicht op de naleving van de in het kader van het in het eerste lid genoemde programma aan de subsidie-ontvanger opgelegde verplichtingen zijn de volgende functionarissen van SenterNovem belast:

    • a. de algemeen directeur;

    • b. de directeur van de sector Energie en Klimaat;

    • c. de directeur van de sector Milieu en Leefomgeving;

    • d. de directeur van de sector Innovatie.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

  • 1 Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt mandaat verleend om namens de Minister van Verkeer en Waterstaat beslissingen op bezwaar te nemen in het kader van het in artikel 2, eerste lid, genoemde programma, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door hem in mandaat is genomen.

  • 2 De algemeen directeur van SenterNovem kan van het in het eerste lid aan hem verleende mandaat ondermandaat verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen, voorzover het besluit waartegen het bezwaar zich richt niet door deze functionaris is genomen.

  • 3 Aan de algemeen directeur van SenterNovem wordt tevens machtiging verleend om ter voorbereiding van de in het eerste lid bedoelde besluiten alle benodigde werkzaamheden te verrichten alsmede om verweer te voeren in beroepszaken.

  • 4 De algemeen directeur van SenterNovem kan de in het derde lid verleende machtiging verlenen aan één of meerdere onder hem ressorterende functionarissen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

De in de artikelen 2 en 3 genoemde functionarissen van SenterNovem oefenen de bij dit besluit verleende bevoegdheden uit met inachtneming van de als bijlage bij dit besluit opgenomen algemene instructie.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

  • 1 Het document waarin een besluit of handeling, genomen respectievelijk verricht op grond van dit besluit, wordt vastgelegd, dient in ieder geval een verwijzing te bevatten naar de Regeling personenvervoer van deur tot deur en op maat en het Programma Mobiliteits-Management 2003.

  • 2 Een document als bedoeld in het eerste lid van dit artikel vermeldt aan het slot:

    ‘DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT, namens deze:’ gevolgd door de functieaanduiding, de naam en de handtekening van de betrokken functionaris van SenterNovem.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

  • 1 In elk op grond van dit besluit tot mandaatverlening genomen besluit in eerste aanleg wordt vermeld dat belanghebbenden binnen zes weken na de dag waarop het besluit bekend gemaakt is, bezwaar kunnen maken door indiening van een bezwaarschrift gericht aan de Minister van Verkeer en Waterstaat,

    per adres SenterNovem, programmabureau Move

    t.a.v. de afdeling juridische zaken

    Postbus 17

    6130 AA Sittard.

  • 2 In elk besluit op bezwaar wordt vermeld dat belanghebbenden binnen zes weken na de dag waarop het besluit op bezwaar bekend gemaakt is, beroep kunnen instellen bij de sector Bestuursrecht van de Arrondissementsrechtbank die op grond van artikel 8:7, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht ter zake bevoegd is.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat en machtiging SenterNovem ter uitvoering van het Programma MobiliteitsManagement 2003.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

K.M.H. Peijs

Bijlage als bedoeld in artikel 4

[Regeling vervallen per 08-06-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]

Algemene instructie

1. De in de artikelen 2 en 3 bedoelde functionarissen verzenden op verzoek een afschrift van de aanvraag, van het op een aanvraag genomen besluit, van een daartegen gericht bezwaarschrift en van het op het bezwaarschrift genomen besluit aan de Minister van Verkeer en Waterstaat. Afschriften van de op een beroepsprocedure betrekking hebbende stukken worden aan de minister gezonden.

2. De in artikel 3 bedoelde functionarissen voeren in het kader van een beroepsprocedure nauw overleg met de betrokken ambtelijke diensten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat over de in te nemen standpunten.

3. De in artikel 2 bedoelde functionarissen onderzoeken regelmatig ten aanzien van ieder besluit tot subsidieverlening of er omstandigheden zijn op grond waarvan het besluit moet worden ingetrokken of gewijzigd.

4. De in de artikelen 2 en 3 bedoelde functionarissen treden ten minste eenmaal per kwartaal in overleg met de directie Regionale Bereikbaarheid en Veilig Transport van het Directoraat-Generaal Mobiliteit over hun uitvoering van het Programma MobiliteitsManagement 2003.

5. De in de artikelen 2 en 3 van het besluit bedoelde functionarissen richten hun administratie zodanig in, dat daarin alle van belang zijnde vastleggingen en bewijsstukken ten behoeve van het besluitvormings-, uitvoerings-, controle- en verantwoordingsproces zijn opgenomen. Zij verschaffen de minister desgevraagd alle inlichtingen die betrekking hebben op de uitoefening van de bij dit besluit verleende bevoegdheden.

6. De in de artikelen 2 en 3 bedoelde functionarissen signaleren tijdig problemen die zijn gerezen in het kader van de uitvoering van de Regeling personenvervoer van deur tot deur en op maat en melden deze tijdig aan het hoofd van de directie Regionale Bereikbaarheid en Veilig Transport.

Naar boven