Uitvoeringsregeling Rijksoctrooiwet 1995

[Regeling vervallen per 01-04-2010.]
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 17-12-2005 t/m 31-03-2010

Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 22 april 2003, nr. WJZ 3010434, houdende vormvoorschriften inzake de octrooiaanvrage en de vertaling van Europese octrooien (Uitvoeringsregeling Rijksoctrooiwet 1995)

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 24, vierde lid, en 52, tweede lid, van de Rijksoctrooiwet 1995;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

In deze regeling wordt onder `wet' verstaan: de Rijksoctrooiwet 1995.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

  • 1 De aanvrage om octrooi en het bij een aanvrage om octrooi behorende uittreksel worden ingediend in tweevoud. De bij een aanvrage om octrooi behorende beschrijving en tekeningen worden ingediend in drievoud.

  • 2 Een aanvrage om octrooi en de daarbij behorende beschrijving zijn bij voorkeur ingericht overeenkomstig door het bureau daarvoor vastgestelde standaardformulieren.

  • 3 Een aanvraag om octrooi en de daarbij behorende documenten kunnen elektronisch worden ingediend met gebruikmaking van door het bureau beschikbaar gestelde software, mits wordt voldaan aan de bij deze regeling behorende bijlage. Elektronische indiening met gebruikmaking van een elektronische drager gaat vergezeld van een papieren document, inhoudende naam en adres van de indiener of diens gemachtigde, tezamen met een uitputtende inventarisatie van de op de elektronische drager opgenomen documenten.

  • 4 Andere documenten dan bedoeld in het derde lid kunnen elektronisch worden ingediend voor zover dit mogelijk is gemaakt.

Artikel 2a

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Op een aanvraag als bedoeld in artikel 2, derde lid, zijn niet van toepassing de artikelen 4, onderdelen a, uitgezonderd het voorschrift de beschrijving op formaat A4 (29,7 × 21 cm) te plaatsen, b en c, 5, onderdelen a, uitgezonderd het voorschrift de tekening op formaat A4 (29,7 × 21 cm) te plaatsen, b en c, en 6, onderdeel a, uitgezonderd het voorschrift het uittreksel op formaat A4 (29,7 × 21 cm) te plaatsen.

Artikel 2b

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Van aanvragen en documenten die zowel elektronisch als op papier zijn ingediend, wordt de papieren versie onmiddellijk teruggezonden onder de mededeling dat de elektronisch versie in behandeling zal worden genomen.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

  • 1 De aanvrage om octrooi vermeldt naast hetgeen in artikel 24, eerste lid, onder a en b, van de wet is voorgeschreven:

    • a. indien een gemachtigde is gesteld: diens naam, woonplaats en adres;

    • b. indien het een afzonderlijke aanvrage als bedoeld in artikel 28 van de wet betreft: de datum van indiening en het volgnummer van de oorspronkelijke aanvrage.

  • 2 De korte aanduiding, bedoeld in artikel 24, eerste lid, onder d, van de wet, mag geen fantasienaam bevatten. Indien de bij de aanvrage behorende beschrijving aan het slot conclusies van verschillende categorieën bevat, blijkt dit duidelijk uit de korte aanduiding.

  • 3 De aanvrage bevat een opsomming van de bijlagen met vermelding van de aard van ieder stuk.

  • 4 Indien de aanvrage door meer dan één persoon is ingediend, wordt een voor de aanvragers gemeenschappelijk domicilie vermeld. Indien geen gemachtigde is gesteld, wordt tevens aangegeven door welke aanvrager zij gemeenschappelijk vertegenwoordigd worden.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

De bij een aanvrage om octrooi behorende beschrijving voldoet aan de volgende voorschriften:

  • a. de beschrijving is gesteld op één zijde van één of meer bladen buigzaam, sterk, wit, glad, niet-glanzend, ongekreukt, ongescheurd, niet-gevouwen en duurzaam papier van het formaat A4 (29,7 x 21 cm);

  • b. de beschrijving is met een donkere onuitwisbare inkt getypt of gedrukt, dit zodanig dat zij in een onbeperkt aantal exemplaren rechtstreeks kan worden gereproduceerd door middel van fotografie, elektrostatische werkwijzen, foto-offset en microfilm;

  • c. in getypte of gedrukte tekst wordt 11/2 regelafstand gebruikt;

  • d. de gehele tekst is weergegeven in letters waarvan de hoofdletters ten minste 0,21 cm hoog zijn;

  • e. grafische symbolen en tekens, en chemische of wiskundige formules zijn nauwkeurig weergegeven en mogen zo nodig met de hand worden geschreven of getekend;

  • f. aan het hoofd van de beschrijving is de korte aanduiding, bedoeld in artikel 24, eerste lid, onder d, van de wet, vermeld;

  • g. conclusies als bedoeld in artikel 24, eerste lid, onder e, van de wet beginnen op een nieuw blad en zijn doorlopend genummerd;

  • h. elke vijfde regel van elk blad van de beschrijving is genummerd, waarbij de nummers worden aangebracht in de rechterhelft van de linkermarge;

  • i. de bladen van de beschrijving zijn doorlopend genummerd in Arabische cijfers, waarbij de nummers van de bladen zijn geplaatst boven aan de bladzijden in het midden;

  • j. de bladen van de beschrijving hebben rondom onbeschreven randen van ten minste de volgende afmetingen: bovenmarge 2 cm, rechtermarge 2 cm, linkermarge 2,5 cm, benedenmarge 2 cm;

  • k. de beschrijving geeft aan welke uitkomst op het gebied van de nijverheid met de uitvinding wordt beoogd, met afbakening van het nieuwe ten opzichte van de stand van de techniek;

  • l. de tot de beschrijving behorende conclusies wijzen datgene wat nieuw is en waarvoor het uitsluitend recht verlangd wordt, nauwkeurig aan;

  • m. de beschrijving en de conclusies, behorende bij een afzonderlijke aanvrage als bedoeld in artikel 28 van de wet, kunnen worden begrepen zonder raadpleging van de oorspronkelijke aanvrage;

  • n de beschrijving is nauwkeurig en juist gesteld, zo kort mogelijk en zonder nutteloze herhalingen, vrij van raderingen en veranderingen en van boven elkaar geschreven en tussengeschreven woorden;

  • o. maten en gewichten zijn in de beschrijving aangegeven volgens het metrieke stelsel, temperaturen in graden Celsius, scheikundige elementen, verbindingen en grootheden, met inbegrip van natuurkundige en technische grootheden, op een wijze als in de internationale praktijk is aanvaard;

  • p. de beschrijving bevat geen andere figuren dan natuurwetenschappelijke, wiskundige of technische formules en tekens;

  • q. de onder p genoemde figuren worden, indien zij bij het drukken te veel ruimte in beslag zouden nemen of andere moeilijkheden zouden opleveren, afzonderlijk als tekening overgelegd;

  • r. indien de aanvrage betrekking heeft op een nucleotide- of aminozuur-sequentie:

    • 1°. bevat de beschrijving van de uitvinding een sequentie-opsomming die voldoet aan de door de Wereldorganisatie voor de Intellectuele Eigendom opgestelde standaarden;

    • 2°. wordt de aanvrage, indien daarvoor een nieuwheidsonderzoek wordt verlangd, vergezeld van een elektronische gegevensdrager die de onder 1° bedoelde sequentie-opsomming bevat in een machine-leesbare vorm die voldoet aan de door het Europees Octrooibureau vastgestelde criteria.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

De bij een aanvrage om octrooi behorende tekeningen voldoen aan de volgende vormvoorschriften:

  • a. zij zijn gesteld op één zijde van één of meer bladen buigzaam, sterk, wit, glad, niet-glanzend, ongekreukt, ongescheurd, niet-gevouwen en duurzaam papier van het formaat A4 (29,7 x 21 cm);

  • b. zij zijn in al hun onderdelen uitgevoerd in krachtige en gelijkmatig getrokken duurzame lijnen van een enkele donkere kleur, dit zodanig dat zij in een onbeperkt aantal exemplaren rechtstreeks kunnen worden gereproduceerd door middel van fotografie, elektrostatische werkwijzen, foto-offset en microfilm;

  • c. de bladen van de tekeningen hebben rondom onbeschreven randen van ten minste de volgende afmetingen: bovenmarge 2 cm, rechtermarge 2 cm, linkermarge 2,5 cm, benedenmarge 2 cm;

  • d. de afzonderlijke figuren zijn duidelijk van elkaar gescheiden en doorlopend genummerd;

  • e. de tekeningen zijn duidelijk en bevatten niet meer dan voor een juist begrip van de uitvinding nodig is;

  • f. dwarsdoorsneden zijn voorzien van schuine arceringen, zonder dat hierdoor het duidelijk onderscheiden van verwijzingstekens en lijnen wordt verhinderd;

  • g. bij het bepalen van de schaal van de tekeningen wordt rekening gehouden met de graad van ingewikkeldheid van de figuren, waarbij de schaal als voldoende wordt aangemerkt indien bij een fotografische reproductie op tweederde van de grootte de bijzonderheden van de tekening zonder moeite gezien kunnen worden;

  • h. verwijzingstekens ter aanduiding van de figuren of onderdelen van figuren worden alleen gebruikt voor zover een goed begrip van de beschrijving dit vereist, en komen overeen met de verwijzingstekens die in de beschrijving voorkomen, waarbij dezelfde onderdelen in verschillende figuren worden aangegeven met dezelfde verwijzingstekens;

  • i. ingeval in de beschrijving varianten van de uitvinding worden beschreven, wordt in de met deze varianten overeenkomende figuren gebruik gemaakt van een systeem, waarbij dezelfde kenmerken in verschillende figuren worden aangeduid door samenhangende verwijzingscijfers, zodat bij voorbeeld algemeen kenmerk “15” in varianten wordt aangeduid met “115”, “215”, enzovoorts;

  • j. een verwijzingsteken wordt niet voor verschillende onderdelen gebezigd, ook niet in verschillende figuren, en het bijvoegen van accenten of cijfers bij de verwijzingstekens wordt zoveel mogelijk vermeden;

  • k. de tekeningen bevatten geen verklarende tekst met uitzondering van in het Nederlands gestelde aanduidingen als water, stoom, II-II (voor een doorsnede), open, dicht en, wat elektrische blokschema's of fabricageschema's betreft, de aanduidingen nodig voor een goed begrip daarvan.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Het bij een aanvrage om octrooi behorende uittreksel voldoet aan de volgende vereisten:

  • a. het is met een donkere, onuitwisbare inkt getypt of gedrukt op duurzaam wit papier van het formaat A4 (29,7 x 21 cm);

  • b. het is in de Nederlandse taal gesteld en bevat ten minste 50 en ten hoogste 250 woorden dan wel ten hoogste 150, indien het uittreksel een figuur bevat;

  • c. het bevat in beginsel slechts één figuur die op een afzonderlijk blad A4 wordt ingediend.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

  • 1 De in artikel 52 van de wet bedoelde vertalingen van Europese octrooischriften en de verbeterde vertalingen daarvan worden in tweevoud ingediend.

  • 2 De artikelen 4 en 5 zijn van overeenkomstige toepassing op de vertalingen en verbeterde vertalingen van de beschrijving en de tekeningen van Europese octrooischriften.

  • 3 Op elke bladzijde van de vertalingen wordt het publicatienummer van de Europese octrooiaanvrage, die tot verlening van het Europees octrooi geleid heeft, vermeld.

  • 4 Op de in dit artikel bedoelde documenten is artikel 2, derde en vierde lid, van overeenkomstige toepassing. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat daarvan buiten toepassing blijven de artikelen 4, onderdelen a, uitgezonderd het voorschrift de beschrijving op formaat A4 (29,7 × 21 cm) te plaatsen, b en c, en 5, onderdelen a, uitgezonderd het voorschrift de tekening op formaat A4 (29,7 × 21 cm) te plaatsen, b en c.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 mei 2003.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling Rijksoctrooiwet 1995.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 22 april 2003

De

Staatssecretaris

van Economische Zaken,

J.G. Wijn

Bijlage Deze bijlage behoort bij artikel 2 van de Uitvoeringsregeling Rijksoctrooiwet 1995

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Voorwaarden en vereisten voor het indienen van aanvragen om octrooi, vertalingen van Europese octrooien, en andere documenten in elektronische vorm als bedoeld in artikel 2 van de Uitvoeringsregeling Rijksoctrooiwet 1995

Te gebruiken software

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Voor het indienen van aanvragen om octrooi, vertalingen van Europese octrooien, en andere documenten in elektronische vorm dient gebruik te worden gemaakt van de NL epoline® software die Octrooicentrum Nederland (het bureau, bedoeld in de ROW 1995) beschikbaar stelt, tenzij wordt besloten ook het gebruik van andere software toe te laten.

Te gebruiken hardware

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Er dient gebruik te worden gemaakt van een geldige, via Octrooicentrum Nederland verkregen smart-card en daarbij behorende card reader, of van een smart-card en reader die door Octrooicentrum Nederland is toegestaan.

Minimum hardware vereisten

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

  • Pentium II - 233 MHz of hoger

  • 64 MB RAM

  • 300 MB vrije hard-disk ruimte

  • Seriële and PS/2 poorten

Ondersteunde operating systems

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

  • Windows 98 (2nd edition) SE, ME

  • Windows NT, Windows 2000, Windows XP

Elektronische drager

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Bij indiening met behulp van een elektronische drager dient gebruik te worden gemaakt van een CD-R die voldoet aan ISO 9660:1988.

Toegestane formaten van elektronische documenten

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

XML

PDF

TIFF

JPEG

WIPO standard 25 voor sequentieopsommingen

Wijze van verpakking van het elektronische document

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Voor on-line ingediende documenten: WASP (Wrapped and Signed Package)

Voor via een elektronische drager ingediende documenten: WAD ( Wrapped Application Document).

De elektronische handtekening

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Langs elektronische weg ingediende documenten die door aanvrager of zijn gemachtigde moeten worden ondertekend, kunnen op de volgende wijzen worden ondertekend:

  • door middel van een facsimile handtekening, dat wil zeggen een facsimile kopie van de handtekening van de ondertekenaar in TIFF of JPEG formaat;

  • een tekstreeks handtekening, dat wil zeggen een reeks tekens voorafgegaan en gevolgd door een ‘slash’ (/), gekozen door ondertekenaar om zijn identiteit en zijn oogmerk om te ondertekenen te bevestigen, of

  • een hoogwaardige elektronische handtekening die met behulp van een elektronische Public Key Infrastructure (PKI) is gemaakt. De organisatie die deze handtekeningen uitgeeft moet door het Bureau zijn erkend. Een lijst met erkende organisaties is te vinden op de website van het Bureau.

Wijze van inzenden

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Documenten kunnen met de genoemde software zowel on line als via een elektronische drager worden ingediend.

Indien gebruik wordt gemaakt van een elektronische drager dient deze te samen met een document in papieren vorm waarin vermeld de indiener of zijn gemachtigde, zijn correspondentieadres en een inventarislijst van de op de drager opgenomen documenten, te worden ingediend.

Ontvangstbevestiging

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

De ontvangst van in elektronische vorm ingediende documenten wordt door Octrooicentrum Nederland uitsluitend langs elektronische weg bevestigd, onder vermelding van de naam van Octrooicentrum Nederland, datum en tijdstip van ontvangst, een lijst van de ingediende documenten, en een zogenaamde Message Digest (een unieke reeks tekens die tot stand komt door versleuteling van het totale ontvangen bericht met behulp van het certificaat van de inzender), een referentienummer en eventueel een aanvraagnummer. Elektronische bevestiging vindt alleen plaats als aan de hier boven genoemde voorwaarden en vereisten is voldaan.

Indien de bevestiging van ontvangst langs elektronische weg niet slaagt, zal deze zo spoedig mogelijk op een andere wijze aan de afzender worden toegezonden.

Onleesbare of onvolledige documenten

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Indien een elektronisch ingediend document onleesbaar of onvolledig is, zal het gedeelte dat onleesbaar of onvolledig is als niet ontvangen worden beschouwd.

Virussen en/of schadetoebrengende software

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Indien een ingediend document een virus of andere schadetoebrengende software bevat behoudt Octrooicentrum Nederland zich het recht voor een dergelijk document als onleesbaar te beschouwen en niet te openen of verwerken.

Indieningsdatum

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

De datum waarop Octrooicentrum Nederland van langs elektronische weg ingediende aanvragen ontvangt is de datum van indiening, mits de aanvrage voldoet aan de minimumeisen genoemd in artikel 29, eerste lid, van de Rijksoctrooiwet 1995.

Ondersteuning door helpdesk

[Regeling vervallen per 01-04-2010]

Octrooicentrum Nederland beschikt over een helpdesk ter beantwoording van vragen van de gebruikers van de elektronische indieningsoftware. De helpdesk is bereikbaar tussen 09.00 and 17.30 uur maandag tot vrijdag m.u.v. officiële feestdagen.

De helpdesk kan worden bereikt:

Telefonisch: +31703986655

Per fax: +31703900190

Per e-mail: publieksvoorlichting@octrooicentrum.nl

Naar boven