Bijlage 1
[Regeling vervallen per 01-01-2004]
A. Reïntegratie van arbeidsgehandicapten
[Regeling vervallen per 01-01-2004]
Het doel van dit onderdeel is een bijdrage te leveren aan de verhoging en het behoud
van arbeidsparticipatie door mensen die als gevolg van ziekte, een functionele stoornis
of hun leeftijd (55+) beperkingen ondervinden in het uitvoeren van hun werk en daardoor
(gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn of dreigen te raken. Om het doel te bereiken
is gekozen voor de inzet van vernieuwende materiële werkaanpassingen (persoonlijke
hulpmiddelen, speciaal gereedschap, cursussen, aanpassingen aan meubilair, aan machines
of aan werkruimten of gebouwen), waarbij gebruik wordt gemaakt van nieuwe of bestaande
technologie. Voorstellen voor projecten moeten binnen één van de volgende aandachtsgebieden
passen:
-
• optimalisering van de werkplek door individuele instelbaarheid of door afwisseling
in werkhouding en taken;
-
• materiële werkaanpassingen ter ondersteuning van perceptie, cognitie en leren;
-
• verbetering van de bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid van de werkplek.
De drie aandachtsgebieden zijn ontleend aan het document 'Oplossingsrichtingen voor
nieuwe materiële werkaanpassingen' dat op 27 april 1999 is verschenen en wordt uitgegeven
in de publicatiereeks van het programma Technologie en Samenleving van het Ministerie
van Economische Zaken.
Om voor subsidie in aanmerking te komen dienen voorgestelde projecten te resulteren
in een werkend prototype van een innovatieve materiële werkaanpassing. Innovatief
houdt daarbij in dat een soortgelijk product (nog) niet verkrijgbaar is en ook (nog)
niet in ontwikkeling is. Om een goede afstemming van vraag en aanbod te waarborgen
dient een gebruikerstest deel uit te maken van de projectactiviteiten.
Voorgestelde projecten moeten zoveel mogelijk gericht zijn op de arbeids(re)integratie
van een relatief grote groep mensen met een (dreigende) arbeidshandicap. In het projectplan
dient onder meer een onderbouwde raming van mogelijke besparingen op uitgaven voor
sociale zekerheid te zijn opgenomen. Materiële werkaanpassingen die universeel toepasbaar
zijn en derhalve ook kunnen worden ingezet voor mensen zonder handicap, hebben een
pre ('design for all').
De projectindieners behoeven niet zelf ervaren of betrokken te zijn bij (re)integratieprocessen
van arbeidsgehandicapten. In de projectvoorstellen moet op enigerlei wijze enige vorm
van samenwerking tot uitdrukking komen met intermediairen als patiëntenverenigingen,
de gehandicaptenraad, arbeidsbureaus, sectorraden, werkgeversverenigingen of Arbo-diensten.
B. Preventie van arbeidsuitval van arbeidsuitval
[Regeling vervallen per 01-01-2004]
Het doel van dit onderdeel is een bijdrage te leveren aan het voorkomen of verminderen
van blijvende schade aan mensen bij het uitvoeren van hun werk. Het gaat om arbeidsrisico's
waarmee een groot deel van de beroepsbevolking te maken heeft en die omvangrijke dan
wel ernstige gevolgen hebben in termen van gezondheidsklachten, medische consumptie,
ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid.
Om dit doel te bereiken is in dit onderdeel ervoor gekozen de risico's in het arbeidsproces
te verkleinen door middel van technologische vernieuwingen.
Dat kan zijn door a.) de verbetering van bedrijfsmiddelen en b.) de verbetering van
arbo-onvriendelijke productieprocessen. In beide gevallen wordt gebruik gemaakt van
technologie. Het gaat veelal om technologie die elders reeds beschikbaar is en die
met relatief beperkte middelen geschikt kan worden gemaakt voor nieuwe toepassingen.
Projecten dienen zich te richten op arbeidsrisico's die veroorzaakt worden door:
-
• overbelasting van het menselijke bewegingsapparaat, in het bijzonder bij het tillen;
-
• repeterende bewegingen (met uitzondering van RSI);
-
• schadelijk geluid;
-
• stof (zoals hout-, meel- en kwartsstof);
-
• oplosmiddelen (met mogelijk OPS, OrganoPsychoSyndroom, als gevolg).
Oplossingen voor eventuele andere arbeidsrisico's worden niet uitgesloten.
Geschikte projecten dienen te resulteren in een innovatieve oplossing (product- of
procesverbetering), die substantieel bijdraagt aan het voorkomen of aanzienlijk verminderen
van één van de genoemde arbeidsrisico's. Innovatief houdt daarbij in dat een soortgelijke
oplossing (nog) niet verkrijgbaar is en ook (nog) niet in ontwikkeling is. De voorgestelde
oplossing moet:
-
• effecten op 'langetermijngezondheid' hebben;
-
• de schade zoveel mogelijk aan de bron bestrijden (bijvoorbeeld het geluidsarm maken
van een machine is beter dan het werken met oorbeschermers);
-
• praktisch bruikbaar zijn; de ontwikkelaar dient oog te hebben voor de gebruikssituatie;
een gebruikerstest zal in vele gevallen onderdeel van het project uitmaken;
-
• economisch rendabel zijn. Maak de kosten en baten (b.v. efficiency) voor de gebruikers
zo goed mogelijk inzichtelijk. Hieruit valt af te leiden of de oplossing economisch
rendabel is.
-
• bij voorkeur overdraagbaar zijn naar andere bedrijven en bedrijfstakken.
De projectaanvrager dient bij het formuleren van een voorstel verder rekening te houden
met de volgende aandachtspunten:
-
• Klachten. Maak een goede analyse van de klachten en arbo-problemen die worden aangepakt.
Een belangrijke randvoorwaarde is dat het probleem erkend wordt door de potentiële
eindgebruikers én afnemers.
-
• Zichtbaar. De voordelen van een nieuw bedrijfsmiddel moeten zichtbaar zijn voor de
gebruikers. Formuleer zoveel mogelijk meetbare doelstellingen aan de hand waarvan
de effectiviteit of de haalbaarheid van de oplossing gemeten kan worden.
-
• Gebruiksonderzoek wordt gezien als een essentiële stap om een goed, daadwerkelijk
arbo-vriendelijk bedrijfsmiddel te maken. Reserveer in een project financiële middelen
voor gebruikersonderzoek en verschillende gebruikerstesten in een praktijksituatie.