Selectielijst beleidsterrein Monumentenzorg 1945-1990

[Regeling vervallen per 06-01-2012.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 11-04-2003 t/m 05-01-2012

Selectielijst beleidsterrein Monumentenzorg 1945-1990

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, mr. drs. C.H.J. van Leeuwen,

Gelet op artikel 5, tweede lid, onder b, van de Archiefwet 1995;

De Raad voor Cultuur gehoord (advies van de Raad voor Cultuur van 3 juni 1997, nr. arc-97.6500/1);

Besluit:

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende selectielijst en toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst.

Den Haag, 12 maart 2003

De

Staatssecretaris

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
namens deze,
de

Algemene Rijksarchivaris

,

M.W. van Boven

Basis selectiedocument beleidsterrein monumentenzorg 1945-1990

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

Inleiding

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

Het PIVOT-rapport Van monumentale waarde. Een institutioneel onderzoek naar de rijksoverheidsbemoeienis met monumentenzorg, 1945-1990 is in 1995 gereed gekomen. Het rapport is het resultaat van institutioneel onderzoek bij het voormalige ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en behandelt de periode 1945-1990. Het onderzoek is uitgevoerd in 1992-1993. Op basis van het Rapport Institutioneel Onderzoek (RIO) ontwikkelen de algemene rijksarchivaris, voor deze de projectleider PIVOT, en vertegenwoordigers van de minister waaronder Cultuur ressorteert (sinds 1 januari 1995 de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) een selectie-instrumentarium. Dit concept Basis Selectie Document (BSD) is daarvan het product. Het BSD maakt het mogelijk het handelen van de rijksoverheid op het beleidsterrein monumentenzorg te beoordelen en omvat de resultaten, met afwegingen, van het selectieproces.

Als bijlage bij het BSD is een selectielijst gevoegd, zoals bedoeld in artikel 3 van het Archiefbesluit (26 maart 1968, Stb. 200) en het Besluit algemene richtlijnen vaststelling vernietigingslijsten archiefbescheiden (KB 19 mei 1972, no. 7, Stcrt. 109).

Algemene uitgangspunten bij de selectie

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

De selectie richt zich op de (administratieve) neerslag van het handelen door overheidsorganen, die vallen onder de werking van de artikelen 5, 13 en 37 van de Archiefwet 1962 (19 juli 1962, Stb. 313). De hoofddoelstelling van de selectie is een onderscheid te maken tussen te bewaren en te vernietigen gegevens, die de neerslag zijn van het handelen van bedoelde organen. De te bewaren gegevens moeten een 'reconstructie van het overheidshandelen op hoofdlijnen ten opzichte van haar omgeving' mogelijk maken. Zoals de minister van WVC bij de behandeling van de nieuwe Archiefwet in de Tweede Kamer op 13 april 1994 heeft gemeld, is het onderhavige BSD opgesteld tegen de achtergrond van de selectiedoelstelling van de Rijksarchiefdienst/PIVOT, die luidt: het mogelijk maken van de reconstructie van het overheidshandelen op hoofdlijnen. Door het Convent van rijksarchivarissen is deze doelstelling vertaald als het selecteren van handelingen van de overheid om bronnen voor de kennis van de Nederlandse samenleving en cultuur veilig te stellen voor blijvende bewaring.

De handelingen worden geselecteerd en gewaardeerd op hun bijdrage aan de realisering van die selectiedoelstelling. Aan de orde is derhalve de vraag: 'welke gegevens, behorende bij welke handeling, berustend bij welke actor, dienen te worden bewaard ten einde het handelen van de overheid ten opzichte van haar omgeving, op hoofdlijnen, in het taakgebied cultuur en het beleidsterrein monumentenzorg te kunnen reconstrueren?'. Een antwoord op deze vraag kan worden gegeven, indien is geformuleerd wat wordt verstaan onder het begrip 'hoofdlijnen van het handelen'. Op deze vraag wordt hieronder ingegaan.

Doelstellingen en taken van de rijksoverheid met betrekking tot het taakgebied cultuur en het beleidsterrein monumentenzorg

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

Het beleidsterrein monumentenzorg maakt onderdeel uit van het taakgebied cultuur. Dit taakgebied van de rijksoverheid is afgeleid van haar cultuurpolitieke doelstellingen. In de Staatsalmanak van 1990 (pp. U18-U20) worden drie hoofdbeleidsterreinen vermeld:

1. cultuurbeheer

2. kunsten

3. media, letteren en bibliotheken.

In het onderhavige BSD is het beleidsterrein monumentenzorg, als een vorm van cultuurbeheer, in handelingen beschreven waarna deze zijn gewaardeerd. Het doorgeven aan latere generaties van cultuur-historisch waardevolle objecten en stads- en dorpsgezichten is één van de voornaamste doelstellingen van de monumentenzorg. Door passieve en actieve maatregelen, i.c. bescherming en restauratie, wordt getracht dit doel te bereiken. De belangrijkste doelstelling van het rijksoverheidsbeleid op het beleidsterrein monumentenzorg is het behoud van het cultureel erfgoed, i.c. van monumentale objecten, oude dorpskernen en stadsgezichten. Daarnaast is het streven gericht op openstelling en publiekmaking en tracht de overheid het wetenschappelijk onderzoek te stimuleren. De overheidsinterventie is primair gericht op de instandhouding van gebouwde en archeologische monumenten waaraan een bijzondere culturele waarde wordt toegekend. Hieronder worden zowel openbare gebouwen, woonhuizen, kastelen, kerken en molens, als stads- en dorpsgezichten, grachten, wegen, straten, pleinen en bruggen verstaan, alsmede historische parken, tuinen en buitenplaatsen. Ook archeologische monumenten, zowel aan de oppervlakte zichtbare objecten als grafheuvels en hunebedden, als niet zichtbare terreinen met sporen van vroegere bewoning en begraving en in de (zee)bodem aanwezige scheepswrakken behoren tot de zorg van de rijksoverheid tot bescherming en instandhouding van monumenten.

De overheid beschermt deze onroerende monumenten tegen verminking en vernietiging. De interventie van de overheid behelst in beginsel een systeem van bescherming van objecten door deze via inschrijving in een register te erkennen als een object van overheidszorg. Naast bescherming verleent de rijksoverheid subsidie ten behoeve van restauratie van gebouwde monumenten. De lagere overheden dragen ook zelf bij in de kosten van de bescherming. De minister draagt de eindverantwoordelijkheid voor de uitoefening van de bepalingen in de Monumentenwet 1961 - en diens opvolger van 1988 - die de bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten mogelijk maakt.

Lange tijd bleef de bemoeienis op het gebied van de gebouwde monumentenzorg beperkt tot het instrument van subsidieverlening. Tot de invoering van de Tijdelijke wet Monumentenzorg in 1950 beschikte men niet over voldoende bevoegdheden om aantasting, vernietiging of vernieling van monumenten te verhinderen. Formele wetgeving op het terrein van de monumentenzorg begon pas in 1961, toen het systeem van de tijdelijke regelingen definitief werd vervangen door een Monumentenwet. Met de totstandkoming van deze wet werd de bescherming van afzonderlijke monumenten, alsook van stads- en dorpsgezichten als een wettelijke taak van de rijksoverheid aanvaard. De toestemming van de minister was vereist in alle gevallen waarin met subsidie werd gerestaureerd of waar een beschermd monument in het geding was. Het uitvoerend beleid van de minister is in handen gelegd van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek.

De hoofdlijnen van de rijksoverheidsbemoeienis op het beleidsterrein monumentenzorg kunnen derhalve worden geformuleerd als de zorg voor het beheer en behoud van gebouwde en archeologische monumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten. Deze zorg kan worden onderscheiden in de volgende deelprocessen:

1. het aanwijzen

2. het beschrijven

3. instandhouding en restauratie.

Uit het rapport Van monumentale waarde blijkt dat de minister waaronder cultuur ressorteert, niet de enige actor is die handelingen verricht op het beleidsterrein monumentenzorg. In de periode 1945-1990 is het beleidsterrein monumentenzorg en het taakgebied cultuur ondergebracht bij de minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (vanaf 1965) en de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (sinds 1982). De minister van Verkeer en Waterstaat, de minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid / Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieuhygiëne, de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Landbouw zijn ook actoren op het beleidsterrein monumentenzorg. De Rijkscommissies voor de Monumentenzorg en het Oudheidkundig Bodemonderzoek en de opvolgers (Voorlopige) Monumentenraad / Raad voor het Cultuurbeheer zijn de voornaamste adviserende en beleidsbepalende instellingen op het beleidsterrein. Verder verricht een tweetal commissies handelingen, t.w. de Rijksplanologische Commissie (en haar voorganger de Vaste Commissie van de Rijksdienst voor het Nationale Plan) en de WVC-Schadebeoordelingscommissie. Tenslotte zijn ook de Raad van State en de Kroon als actor betrokken bij monumentenzorg doordat zij als beroepsinstantie fungeren inzake beslissingen genomen krachtens de Monumentenwet en bij KB de leden van de Monumentenraad / Raad voor het Cultuurbeheer benoemen.

Algemene selectiecriteria

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

Tegen de achtergrond van de beschreven hoofdlijnen kan met behulp van algemene selectiecriteria een waardering worden toegekend aan de handelingen. Algemene selectiecriteria zijn van toepassing op alle handelingen van de actoren, ongeacht op welk beleidsterrein van de overheid deze handelingen worden verricht. De algemene criteria worden hieronder vermeld. In een bijlage worden per actor de handelingen opgesomd. Na het selectiewaardering is aangegeven op welk criterium dit waardering is gebaseerd. Tevens is vermeld in welke periode de betreffende handeling is verricht en welk volgnummer de handeling in het RIO Van monumentale waarde heeft. In drie gevallen zijn handelingen uit het RIO gesplitst om een verschillende waardering te kunnen geven (RIO nrs. 26, 34 en 98 in BSD nrs. 88, 89, 93, 94, 114 en 115).

Naast algemene criteria kunnen in de basis selectiedocumenten specifieke criteria worden geformuleerd voor handelingen die op grond van de algemene criteria niet kunnen worden gewaardeerd. In dit basis selectiedocument is hiervan geen gebruik gemaakt.

Handelingen die worden gewaardeerd met B (ewaren)

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

1. Handelingen die betrekking hebben op beleidsvoorbereiding, -bepaling en -evaluatie

Toelichting: 1. Beleidsbepaling komt tot stand via parlementaire behandeling

2. Hieronder tevens begrepen handelingen gericht op politieke besluitvorming of waarbij een belangenafweging plaatsvindt.

3. Hieronder worden handelingen gericht op het sluiten van internationale verdragen en uitvoeringsregelingen

Neerslag: beleidsnota's aan de Tweede Kamer, archieven van besluitvormende organisatie-onderdelen bij Defensie, zoals de Defensieraad en de krijgsmachtdeelraden, neerslag van processen m.b.t. het sluiten van internationale verdragen en overeenkomsten

2. Handelingen gericht op externe verantwoording of verslaglegging

Toelichting: Verslaglegging naar andere actoren over het gevoerde beleid

Neerslag: Jaarverslagen, voorbereiding van antwoorden op kamervragen, neerslag van voorbereiding van rapportages aan Tweede Kamer, etc.

3. Adviezen gericht op de hoofdlijnen van het beleid

Toelichting: Adviezen die gebruikt kunnen worden bij beleidsvoorbereiding, -bepaling of -evaluatie

Neerslag: Adviezen en rapportages van commissies en overlegorganen.

4. Handelingen gericht op het stellen van regels direct gerelateerd aan de hoofdlijnen van het beleid

Toelichting: Hieronder ook begrepen pseudo-wetgeving

Neerslag: Ministeriële regelingen en interne voorschriften

5. Handelingen gericht op de (her)inrichting van de beleidsorganisatie, belast met primaire bedrijfsprocessen

Neerslag: Reorganisatieprocessen, instelling en opheffing van beleidsorganen en directies

6. Uitvoerende handelingen die onmisbaar zijn voor de reconstructie van het overheidshandelen op hoofdlijnen

Toelichting: 1. Hieronder worden begrepen handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop de uitvoering plaatsvindt en die direct gerelateerd zijn aan de hoofdlijnen van het overheidshandelen.

2. Hieronder worden ook begrepen precedenten of produkten t.o.v. de omgeving die tot stand zijn gekomen in afwijking van gereglementeerde en voorgeschreven criteria of in bepaalde mate voorbeeldgevend zijn voor de uitvoering van de handeling

7. Uitvoerende handelingen die het algemeen democratisch functioneren mogelijk maken

Toelichting: Hieronder begrepen de handelingen van Hoge Colleges van Staat, het beantwoorden van kamervragen

Neerslag: Kroonbeschikkingen en adviezen van de Raad van State, Algemene Rekenkamer e.d.

8. Uitvoerende handelingen die onttrokken zijn aan democratische controle en direct zijn gerelateerd aan hoofdlijnen van beleid

Toelichting: Hieronder worden onder meer begrepen handelingen waarop de uitzonderingsgronden van de WOB van toepassing zijn

9. Uitvoerende handelingen die direct zijn gerelateerd aan of direct voortvloeien uit voor Nederland bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten

Toelichting: Hierbij moet worden gedacht aan handelingen verricht in het kader van de Tweede Wereldoorlog, de politionele acties, de watersnoodramp van 1953, de gijzelingsacties e.d.

Bijzonder selectiecriterium

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

Gelet op het cultuurhistorische belang van monumenten is voor het beleidsterrein Monumentenzorg een bijzonder selectiecriterium ontwikkeld volgens welke voor blijvende bewaring in aanmerking komen: de neerslag van uitvoerende handelingen die onmisbaar zijn voor de reconstructie van de bepalende cultuurhistorische (architectuur- en bouwhistorische en archeologische) kenmerken van objecten van monumentale waarde (B 10).

Uitzonderingsclausule

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

Ingevolge artikel 5, onder e, van het Archiefbesluit 1995 kan neerslag van bepaalde, als te vernietigen gewaardeerde handelingen betreffende personen en/of gebeurtenissen van bijzonder cultureel of maatschappelijk belang, van vernietiging worden uitgezonderd. Bewerkingsplannen, aan de hand waarvan de daadwerkelijke selectie van archieven plaatsvindt, dienen te voorzien in procedures daarvoor.

Vaststelling BSD

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

In november 1995 is het ontwerp-BSD door de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en van Welzijn, Volksgezondheid en Sport aan de Staatssecretaris van OC&W aangeboden, waarna deze het ter advisering heeft ingediend bij de Raad voor Cultuur (RvC). Van het gevoerde driehoeksoverleg over de waarderingen van de handelingen is een verslag gemaakt, dat tegelijk met het ontwerp-BSD naar de RvC is verstuurd. Vanaf 18 december 1995 lag het ontwerp-BSD gedurende acht weken ter publieke inzage bij de informatiebalie in de studiezaal van het Algemeen Rijksarchief evenals in de bibliotheken van de universiteiten, het Ministerie van OC&W en de rijksarchieven in de provincie, hetgeen was aangekondigd in de Staatscourant nr. 245 van 18 december 1995. Tijdens deze periode is van (historische) organisaties of individuele burgers is geen commentaar ontvangen.

In de vergadering van de Bijzondere Commissie Archieven van de RvC is het ontwerp-BSD behandeld, waarbij ook het verslag van het driehoeksoverleg bij de voorbereiding van het advies is meegenomen.

Op 3 juni 1997 bracht de RvC advies uit (kenmerk arc-97.6500/1), hetwelk aanleiding heeft gegeven tot de volgende wijzigingen in het BSD:

- handeling 10 ingetrokken en vervangen door vier nieuwe handelingen (151-154);

- handeling 11

- handelingen 21 (RIO-nr. 30), 28 (RIO-nr. 46), 43 (RIO-nr. 77), 45 (RIO-nr. 79) en 47 (RIO-nr. 81): waardering gewijzigd van V in B (10);

- handelingen 29 (RIO-nr. 47), 30 (RIO-nr. 48), 48 (RIO-nr. 82) en 50 (RIO-nr. 85): waardering gewijzigd van V in Beschikking: B (10), overige stukken V 10 jaar;

- handelingen 51 (RIO-nr. 86), 63 (RIO-nr. 108), 64 (RIO-nr. 109), 65 (RIO-nr. 110), 66 (RIO-nr. 111), 67 (RIO-nr. 113), 68 (RIO-nr. 114), 71 (RIO-nr. 117), 72 (RIO-nr. 118), 73 (RIO-nr. 119) en 74 (RIO-nr. 120): waardering gewijzigd van V in Goedkeuring plan architect / vaststelling subsidiabele kosten / geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10), overige stukken V 10 jaar.

Daarnaast is de waardering van handeling 17 (RIO-nr. 21), die bij de terinzagelegging op V was gesteld, gewijzigd naar B (4) overeenkomstig de inzichten die sinds het advies van de Raad met betrekking tot de totstandkoming van jaarplannen zijn ontwikkeld.

1. Actoren waarvan het archief valt onder de zorg van de minister van Cultuur

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

1.1. Actor minister van Cultuur

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

(1) RIO-nr. 1

Handeling: Het voorbereiden en bepalen van het beleid op het gebied van de monumentenzorg

Periode: 1945 -

Waardering: B (1)

(2) RIO-nr. 2

Handeling: Het evalueren van het beleid op het gebied van de monumentenzorg

Periode: 1945 -

Waardering: B (1)

(3) RIO-nr. 3

Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van ministeriële organisatie-eenheden op het gebied van de monumentenzorg

Periode: 1945 -

Waardering: B (5)

(4) RIO-nr. 4

Handeling: Het bepalen van de (her)inrichting van de rijksdiensten voor de monumentenzorg en het oudheidkundig bodemonderzoek

Periode: 1945 -

Waardering: B (5)

(5) RIO-nr. 5

Handeling: Het informeren van de Staten-Generaal betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945 -

Waardering: B (2)

(6) RIO-nr. 6

Handeling: Het informeren van de Rijkscommissies voor de Monumentenzorg en het Oudheidkundig Bodemonderzoek / (Voorlopige) Monumentenraad / Raad voor het Cultuurbeheer betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945 -

Waardering: V 5 jaar

(7) RIO-nr. 7

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers betreffende de monumentenzorg

Grondslag: Grondwet 1887, art. 8 / Grondwet 1983, art. 5

Periode: 1945 -

Waardering: V 3 jaar

(8) RIO-nr. 8

Handeling: Het informeren van instellingen in binnen- en buitenland betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945 -

Waardering: V 5 jaar

(9) RIO-nr. 9

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945 -

Waardering: B (2)

(151.)

Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945-

Product: Offerte, brieven, rapport

Waardering: B (1, 3)

(152.)

Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945-

Product: Notities, notulen, brieven

Waardering: V 10 jaar

(153.)

Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945-

Waardering: V 5 jaar

(154.)

Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende de monumentenzorg

Periode: 1945-

Product: Rekeningen, declaraties

Waardering: V 10 jaar

(11) RIO-nr. 12

Handeling: Het bevorderen van de kennis van en de waardering voor monumenten en historische stads- en dorpsgezichten door middel van het geven van voorlichting en het ter beschikking stellen van onderzoeksresultaten

Periode: 1945 -

Waardering: V 5 jaar

(12) RIO-nr. 13

Handeling: Het toekennen van subsidies aan organisaties op het gebied van de monumentenzorg

Grondslag: Comptabiliteitswet 1927

Periode: 1945 -

Waardering: B (6)

(13) RIO-nr. 14

Handeling: Het bekostigen van (wetenschappelijk) onderzoek door derden op het terrein van de monumentenzorg

Grondslag: Comptabiliteitswet 1927

Periode: 1945 -

Waardering: B (6)

(14) RIO-nr. 17

Handeling: Het erkennen van lokale instellingen voor het verrichten van oudheidkundig bodemonderzoek

Grondslag: Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1940, art. 6 / Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1950, art. 18

Periode: 1945 - 1961

Waardering: B (6)

(15) RIO-nr. 18

Handeling: Het informeren van de daarvoor in aanmerking komende rijksinstellingen en erkende lokale instellingen inzake (toevals)vondsten

Grondslag: Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1940, art. 8 / Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1950, art. 5

Periode: 1945 - 1961

Waardering: V 5 jaar

(16) RIO-nr. 19

Handeling: Het informeren van de daarvoor in aanmerking komende rijksinstellingen bij te verrichten oudheidkundig bodemonderzoek

Grondslag: Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1940, art. 10, 11 en 15 / Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1950, art. 7

Periode: 1945 - 1961

Waardering: V 5 jaar

(17) RIO-nr. 21

Handeling: Het goedkeuren van een jaarlijks programma van opgravingen door de daarvoor in aanmerking komende rijksinstellingen

Grondslag: Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1940, art. 11

Periode: 1945 - 1946

Waardering: B (4)

(18) RIO-nr. 23

Handeling: Het bepalen dat vondsten ter beschikking worden gesteld ten behoeve van de daarvoor in aanmerking komende centrale rijksverzamelingen

Grondslag: Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1940, art. 14 / Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1950, art. 22

Periode: 1945 - 1961

Waardering: V 10 jaar

(19) RIO-nr. 25

Handeling: Het beschikken in zaken van beroep tegen beslissingen inzake geschillen voortvloeiende uit de Regelingen betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1940 en 1950 en waarbij de Voorlopige Monumentenraad partij is

Grondslag: Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1940, art. 16 / Regeling betreffende het oudheidkundig bodemonderzoek 1950, art. 25

Periode: 1945 - 1961

Waardering: B (7)

(20) RIO-nr. 29

Handeling: Het stellen van regels ten aanzien van de werkzaamheden van de Voorlopige Monumentenraad en zijn afdelingen

Grondslag: KB instelling Voorlopige Monumentenraad 1946, art. 6.1

Periode: 1946 - 1961

Waardering: B (4)

(21) RIO-nr. 30

Handeling: Het verlenen van vergunningen voor het slopen of veranderen van onroerende goederen vermeld in de 'Voorlopige Lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst'

Grondslag: Tijdelijke Wet Monumentenzorg 1950, art. 1

Periode: 1950 - 1961

Waardering: B (10)

(22) RIO-nr. 31

Handeling: Het aanwijzen of benoemen en ontslaan van voorzitters, leden en secretarissen van de (Voorlopige) Monumentenraad en zijn afdelingen

Grondslag: KB instelling Voorlopige Monumentenraad 1946, art. 2.3, 3.1, 4.3 en 4.4 / Monumentenwet 1961, art. 4.2, 4.3, 5.2 en 5.3

Periode: 1946 - 1988

Waardering: Stukken waaraan rechtspositionele gevolgen zijn verbonden: V 75 jaar na geboorte;

overige stukken: V 5 jaar

(23) RIO-nr. 33

Handeling: Het bij Amvb stellen van regels over de wijze waarop overleg wordt gevoerd met betrekking tot beslissingen ten aanzien van kerkelijke monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 2.3

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (4)

(24) RIO-nr. 37

Handeling: Het geven van voorschriften betreffende de werkwijze en bevoegdheden van de Monumentenraad en zijn afdelingen

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 6

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (4)

(25) RIO-nr. 39

Handeling: Het vaststellen van de lijst van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 8 en 9

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (1)

(26) RIO-nr. 42

Handeling: Het vaststellen van de inrichting van de registers van beschermde monumenten en van beschermde stads- en dorpsgezichten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 10.1 en 21.1

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (4)

(27) RIO-nr. 45

Handeling: Het doen aanbrengen van wijzigingen in het register van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 11

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (1)

(28) RIO-nr. 46

Handeling: Het verlenen van vergunningen voor afbraak, verplaatsen, wijzigen, herstellen of ingebruiknemen van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 14, 15.1, 15.2, 15.3, en 16

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (10)

(29) RIO-nr. 47

Handeling: Het toekennen van een schadevergoeding indien een vergunning is geweigerd of indien bijzondere voorwaarden aan de vergunning zijn verbonden

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 15.4

Periode: 1961 - 1988

Waardering: Beschikking: B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(30) RIO-nr. 48

Handeling: Het doen terugbrengen in de vroegere toestand van een beschermd monument op kosten van de overtreder, indien is gehandeld in strijd met het verbod beschermde monumenten te beschadigen of te vernielen

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 17, 18 en 19

Periode: 1961 - 1988

Waardering: Beschikking: B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(31) RIO-nr. 51

Handeling: Het te zamen met de minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid / Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieuhygiëne aanwijzen en intrekken van de aanwijzing van beschermde stads- en dorpsgezichten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 20 / Monumentenwet 1988, art. 35

Periode: 1961 -

Waardering: B (1)

(32) RIO-nr. 54

Handeling: Het aanwijzen en intrekken van de aanwijzing van diensten, instellingen en personen, bevoegd tot het verrichten of doen verrichten van graafwerk ten behoeve van het opsporen of onderzoeken van monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 22

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (6)

(33) RIO-nr. 56

Handeling: Het toewijzen van bij opgraving gevonden roerende monumenten die eigendom zijn van de Staat, aan depots voor bodemvondsten

Grondslag: [Monumentenwet 1961, art. 23] / Monumentenwet 1988, art. 45

Periode: 1961 -

Waardering: B (6)

(34) RIO-nr. 57

Handeling: Het bepalen dat rechthebbenden moeten dulden dat op hun terrein graafwerk wordt verricht ten behoeve van opsporen of onderzoeken van monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 23.1

Periode: 1961 - 1988

Waardering: V 5 jaar

(35) RIO-nr. 58

Handeling: Het bepalen dat roerende monumenten gevonden bij bevoegd verricht graafwerk in bruikleen worden afgestaan ter openbare bezichtiging

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 23.2

Periode: 1961 - 1988

Waardering: V 5 jaar

(36) RIO-nr. 61

Handeling: Het bij het doen van vondsten geven van voorschriften voor of het geheel of gedeeltelijk stilleggen van graaf- of baggerwerk dat niet tot doel heeft het opsporen of onderzoeken van monumenten, ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 25.1 / Monumentenwet 1988, art. 49.1

Periode: 1961 -

Waardering: B (4)

(37) RIO-nr. 66

Handeling: Het aanwijzen van en intrekken van de aanwijzing van opsporings-ambtenaren belast met het toezicht op de uitvoering van de Monumentenwet 1961

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 31.1 / Beschikking opsporingsambtenaren Monumentenwet 1972

Periode: 1961 - 1988

Waardering: V 5 jaar

(38) RIO-nr. 69

Handeling: Het op verzoek van belanghebbenden afvoeren van in de 'Voorlopige Lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst' vermelde onroerende zaken

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 34.2

Periode: 1961 - 1988

Waardering: B (1)

(39) RIO-nr. 71

Handeling: Het aanwijzen van onroerende monumenten als beschermd monument

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 3 en 4

Periode: 1989 -

Waardering: B (1)

(40) RIO-nr. 72

Handeling: Het aanhouden van een register van beschermde monumenten voor elke gemeente

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 6

Periode: 1989 -

Waardering: B (1)

(41) RIO-nr. 74

Handeling: Het aanhouden van een landelijk register van beschermde monumenten niet gelegen binnen het grondgebied van enige gemeente

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 7

Periode: 1989 -

Waardering: B (1)

(42) RIO-nr. 76

Handeling: Het aanbrengen van wijzigingen in het register van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 8 en 9

Periode: 1989 -

Waardering: B (1)

(43) RIO-nr. 77

Handeling: Het verlenen van vergunningen voor wijziging, afbraak of verwijdering van archeologische monumenten of monumenten in gebruik bij de minister van Defensie die tevens een militaire bestemming hebben

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 14, 17, 18 en 19

Periode: 1989 -

Waardering: B (10)

(44) RIO-nr. 78

Handeling: Het voordragen voor schorsing van door de gemeenteraad vastgestelde verordeningen op het gebied van de monumentenzorg

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 15.2

Periode: 1989 -

Waardering: V 5 jaar

(45) RIO-nr. 79

Handeling: Het adviseren van burgemeester en wethouders over de aanvraag om vergunning tot wijziging, afbraak of verwijdering van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 16.2

Periode: 1989 -

Waardering: B (10)

(46) RIO-nr. 80

Handeling: Het aanhouden van een openbaar register van verleende vergunningen voor wijziging, afbraak of verwijdering van monumenten niet gelegen binnen het grondgebied van enige gemeente

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 20.1

Periode: 1989 -

Waardering: B (1)

(47) RIO-nr. 81

Handeling: Het intrekken van verleende vergunningen voor wijziging, afbraak of verwijdering van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 21.2

Periode: 1989 -

Waardering: B (10)

(48) RIO-nr. 82

Handeling: Het toekennen van een schadevergoeding indien een vergunning is geweigerd of indien bijzondere voorwaarden aan de vergunning zijn verbonden

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 22, 24, 27 en 29

Periode: 1989 -

Waardering: Beschikking: B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(49) RIO-nr. 83

Handeling: Het instellen van een schadebeoordelingscommissie met het oog op de beoordeling van verzoeken om schadevergoeding

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 23

Periode: 1989 -

Waardering: B (5)

(50) RIO-nr. 85

Handeling: Het doen terugbrengen in de vroegere toestand van een beschermd monument op kosten van de overtreder, indien is gehandeld in strijd met het verbod beschermde monumenten te beschadigen of te vernielen en voor zover de minister het vergunningverlenend gezag is

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 30, 31, 32 en 33

Periode: 1989 -

Waardering: Beschikking: B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(51) RIO-nr. 86

Handeling: Het verstrekken van subsidie ten behoeve van herstel en instandhouding van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 34.1, 34.3

Periode: 1989 -

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(52) RIO-nr. 87

Handeling: Het bij Amvb vaststellen van regels met betrekking tot het aanvragen, toekennen en verantwoorden van subsidies ten behoeve van herstel en instandhouding van beschermde monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 34.2, 34.4

Periode: 1989 -

Waardering: B (4)

(53) RIO-nr. 88

Handeling: Het verlenen van vergunningen aan een rijksdienst, een instelling van wetenschappelijk onderwijs of een gemeente voor het verrichten van opgravingen

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 39 en 40

Periode: 1989 -

Waardering: B (6)

(54) RIO-nr. 89

Handeling: Het bepalen dat rechthebbenden moeten dulden dat op hun terrein graafwerk wordt verricht in het belang van archeologisch onderzoek

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 42

Periode: 1989 -

Waardering: V 10 jaar

(55) RIO-nr. 90

Handeling: Het aanmerken en intrekken van het aanmerken van een gebouw of een gedeelte van een gebouw als depot voor bodemvondsten voor het op verantwoorde wijze onderbrengen van roerende monumenten

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 44

Periode: 1989 -

Waardering: V 10 jaar na intrekken van aanmerken

(56) RIO-nr. 91

Handeling: Het voordragen tot benoeming en ontslag bij KB van leden van de Monumentenraad

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 51.2

Periode: 1989

Waardering: Stukken waaraan rechtspositionele gevolgen zijn verbonden: V 75 jaar na geboorte;

overige stukken: V 5 jaar

(57) RIO-nr. 93

Handeling: Het benoemen en ontslaan van de secretaris van de Monumentenraad

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 53.2

Periode: 1989

Waardering: V 75 jaar na geboorte datum

(58) RIO-nr. 95

Handeling: Het goedkeuren van door de Monumentenraad / Raad voor het Cultuurbeheer vastgestelde regels ten aanzien van zijn werkwijze en inrichting

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 54.1 / Wet Raad voor het Cultuurbeheer 1989, art. 8 en 9

Periode: 1989 -

Waardering: B (1)

(59) RIO-nr. 96

Handeling: Het aanwijzen van personen belast met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de Monumentenwet 1988 bepaalde

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 58.1

Periode: 1989 -

Waardering: V 5 jaar

(60) RIO-nr. 97

Handeling: Het verlenen van vergunningen voor wijziging, afbraak of verwijdering van monumenten in afwachting van de vaststelling van gemeentelijke verordeningen op het gebied van de monumentenzorg

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 59.1

Periode: 1989 -

Waardering: B (10)

(61) RIO-nr. 104

Handeling: Het voordragen tot benoeming en ontslag bij KB van de voorzitter van de Raad voor het Cultuurbeheer

Grondslag: Wet Raad voor het Cultuurbeheer 1989, art. 7.1

Periode: 1990 -

Waardering: Stukken waaraan rechtspositionele gevolgen zijn verbonden: V 75 jaar na geboorte;

overige stukken: V 5 jaar

(62) RIO-nr. 107

Handeling: Het benoemen en ontslaan van secretarissen en leden van de Raad voor het Cultuurbeheer

Grondslag: Wet Raad voor het Cultuurbeheer 1989, art. 10

Periode: 1990 -

Waardering: V 75 jaar

(63) RIO-nr. 108

Handeling: Het verlenen van subsidie aan eigenaren tot instandhouding van monumenten van geschiedenis en kunst

Grondslag: Voorwaarden waarop subsidie wordt verleend aan Monumenten van Geschiedenis en Kunst 1936

Periode: 1945 - 1985

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(64) RIO-nr. 109

Handeling: Het verlenen van subsidie aan eigenaren tot instandhouding en onderhoud van wind- en waterradmolens

Grondslag: Voorwaarden waarop subsidie wordt verleend voor de instandhouding en onderhoud van windmolens 1958 / Subsidieregelingen onderhoud wind- en waterradmolens 1969, 1984 en 1986

Periode: 1961 - 1989

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(65) RIO-nr. 110

Handeling: Het verlenen van een rijksbijdrage aan eigenaren terzake van het verrichten van werkzaamheden in verband met het opheffen van achterstallig onderhoud in historische parken, tuinen en buitenplaatsen

Grondslag: Besluit subsidiëring achterstallig onderhoud historische parken, tuinen en buitenplaatsen 1981

Periode: 1981 - 1983

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(66) RIO-nr. 111

Handeling: Het te zamen met de minister van Landbouw verlenen van een rijksbijdrage aan eigenaren terzake van het verrichten van werkzaamheden in verband met het opheffen van achterstallig onderhoud in historische parken, tuinen en buitenplaatsen

Grondslag: Beschikking bijdragen achterstallig onderhoud historische parken, tuinen en buitenplaatsen 1983, art. 2 t/m 9

Periode: 1983 -

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(67) RIO-nr. 113

Handeling: Het jaarlijks verlenen van subsidie aan eigenaren in de onderhoudskosten van monumenten die technisch in goede staat verkeren

Grondslag: Voorlopige Regeling onderhoudssubsidie monumenten 1981, art. 1 t/m 11

Periode: 1981 - 1985

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(68) RIO-nr. 114

Handeling: Het verlenen van een rijksbijdrage aan gemeenten ten behoeve van de subsidiabele restauratiekosten van monumenten waarvoor de gemeente aan eigenaren subsidie verleent

Grondslag: Tijdelijke Bijdrageregeling restauratie monumenten 1983, art. 1 t/m 14

Periode: 1983 - 1985

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(69) RIO-nr. 115

Handeling: Het toetsen van door gemeenten ingediende meerjarenprogramma's

Grondslag: Rijkssubsidieregeling restauratie monumenten 1985, art. 4 / Tijdelijke Rijkssubsidieregeling instandhouding beschermde kerkgebouwen 1989

Periode: 1986 - 1989

Waardering: B (6)

(70) RIO-nr. 116

Handeling: Het reserveren van budgetten ten behoeve van gemeenten die meerjarenprogramma's hebben ingediend

Grondslag: Rijkssubsidieregeling restauratie monumenten 1985, art. 5 / Tijdelijke Rijkssubsidieregeling instandhouding beschermde kerkgebouwen 1989

Periode: 1986 - 1989

Waardering: V 2 jaar na vaststelling Rijksbegroting, indien van toepassing;

anders V 10 jaar

(71) RIO-nr. 117

Handeling: Het verlenen van subsidies in de kosten van restauratie aan eigenaren van monumenten voorkomende in gemeentelijke meerjarenprogramma's

Grondslag: Rijkssubsidieregeling restauratie monumenten 1985, art. 6 t/m 19 / Tijdelijke Rijkssubsidieregeling instandhouding beschermde kerkgebouwen 1989

Periode: 1986 - 1989

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(72) RIO-nr. 118

Handeling: Het verlenen van ontheffing van de verplichting het monument te verzekeren tegen brand-, storm- en bliksemschade

Grondslag: Rijkssubsidieregeling restauratie monumenten 1985, art. 14.2 en 14.3

Periode: 1986 - 1989

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(73) RIO-nr. 119

Handeling: Het verlenen van subsidie aan eigenaren in de periodieke onderhoudskosten van monumenten die in goede bouwkundige staat verkeren

Grondslag: Rijkssubsidieregeling onderhoud monumenten 1986, art. 1 t/m 16

Periode: 1986 - 1989

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(74) RIO-nr. 120

Handeling: Het verlenen van subsidie aan eigenaren, huurders of pachters in de periodieke onderhoudskosten van monumenten die in goede bouwkundige staat verkeren

Grondslag: Besluit Rijkssubsidiëring onderhoud monumenten 1989, art. 2 t/m 19

Periode: 1990 -

Waardering: Goedkeuring plan van de architect: B (10)

Vaststelling subsidiabele kosten: B (10)

Geldelijke verantwoording (`eindstaat'): B (10)

Overige stukken: V 10 jaar

(75) RIO-nr. 121

Handeling: Het vaststellen van modellen voor het onderhoudsplan en de -werkzaamheden, de subsidie-aanvrage en het overzicht van de verrichte onderhoudswerkzaamheden en -kosten terzake van het verlenen van subsidie in de periodieke onderhoudskosten van monumenten die in goede bouwkundige staat verkeren

Grondslag: Besluit Rijkssubsidiëring onderhoud monumenten 1989, art. 23

Periode: 1990 -

Waardering: B (4)

(76) RIO-nr. 122

Handeling: Het benoemen en ontslaan van leden van de WVC-Schadebeoordelingscommissie Monumentenwet 1988

Grondslag: Besluit WVC-Schadebeoordelingcommissie Monumentenwet 1988 van 13 maart 1990, art. 3

Periode: 1990 -

Waardering: Stukken waaraan rechtspositionele gevolgen zijn verbonden: V 75 jaar na geboorte;

overige stukken: V 5 jaar

(77) RIO-nr. 124

Handeling: Het goedkeuren van een reglement omtrent de werkwijze van de WVC-Schadebeoordelingcommissie Monumentenwet 1988

Grondslag: Besluit WVC-Schadebeoordelingcommissie Monumentenwet 1988 van 13 maart 1990, art. 5

Periode: 1990 -

Waardering: B (4)

(78) RIO-nr. 126

Handeling: Het aangaan van een verbintenis tot aanstelling en ontslag van monumentenwachters

Grondslag: Besluit monumentenwacht 1964, art. 8

Periode: 1965 -

Waardering: Stukken waaraan rechtspositionele gevolgen zijn verbonden: V 75 jaar na geboorte;

overige stukken: V 5 jaar

(79) RIO-nr. 127

Handeling: Het, al dan niet te zamen met de minister van Binnenlandse Zaken, stellen van nadere voorschriften inzake eisen en beoordeling van geschiktheid, wijze van keuring, opleiding, wijze van uitvoering van diensten en beloning en vergoeding van monumentenwachters

Grondslag: Besluit monumentenwacht 1964

Periode: 1965 -

Waardering: B (4)

(80) RIO-nr. 129

Handeling: Het bepalen van een standpunt ter voorbereiding van, deelnemen aan en rapporteren over internationaal overleg inzake bescherming van monumenten

Periode: 1945 -

Waardering: B (1)

(81) RIO-nr. 130

Handeling: Het voorbereiden en doen ratificeren van internationale verdragen en overeenkomsten inzake bescherming van monumenten

Periode: 1945 -

Waardering: B (1)

(82) RIO-nr. 131

Handeling: Het (doen) aanbrengen van het 'internationaal teken' ingevolge het Verdrag 1954 voor bescherming van cultuurgoed in geval van internationaal conflict

Periode: 1945-

Waardering: V 10 jaar

1.2. Actor Vaste Commissie van de Rijksdienst voor het Nationale Plan / Rijksplanologische Commissie

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

(123) RIO-nr. 50

Handeling: Het adviseren van Onze minister en de minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid / Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieuhygiëne inzake de aanwijzing en intrekking van de aanwijzing van beschermde stads- en dorpsgezichten

Grondslag: Monumentenwet 1961, art. 20 / Monumentenwet 1988, art. 35

Periode: 1961 -

Waardering: B (3)

1.3. Actor Schadebeoordelingscommissie ex art. 23 Monumentenwet 1988

[Regeling vervallen per 06-01-2012]

(124) RIO-nr. 84

Handeling: Het adviseren van Onze minister bij verzoeken om schadevergoeding indien een vergunning tot wijziging, afbraak of verwijdering van beschermde monumenten is geweigerd of indien bijzondere voorwaarden aan de vergunning zijn verbonden

Grondslag: Monumentenwet 1988, art. 22 / Besluit WVC-Commissie schadebeoordeling Monumentenwet 1988 van 13 maart 1990, art. 2.2

Periode: 1989 -

Waardering: V 10 jaar

(125) RIO-nr. 123

Handeling: Het vaststellen van een reglement omtrent de werkwijze van de Schadebeoordelingscommissie ex. art. 23 Monumentenwet 1988

Grondslag: Besluit WVC-Commissie schadebeoordeling Monumentenwet 1988 van 13 maart 1990, art. 5, 6 en 7

Periode: 1990 -

Waardering: B (3)

Naar boven