Bijlage Programma nieuw energieonderzoek (NEO)
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
A. Doelstellingen en afbakening
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
Doelstellingen
Het doel van het energieprogramma nieuw energieonderzoek (hierna: het programma) is
het stimuleren van energieonderzoek dat nieuw is en dat kan bijdragen aan de verduurzaming
van de energiehuishouding. Het programma richt zich op niet-conventionele ideeën.
Aan projecten in het kader van het programma wordt als eis gesteld dat:
-
het betreffende onderzoek buiten de conventionele kaders en speerpunten plaatsvindt;
-
het hetzij ideeën betreft die niet al veelvuldig zijn onderzocht of niet reeds in
lopende onderzoeksprogramma's zijn opgenomen, hetzij nieuwe combinaties van conventionele
ideeën;
-
het onderzoek van belang kan zijn voor de verduurzaming van de energiehuishouding,
waarmee wordt bedoeld een schone, betrouwbare en betaalbare energiehuishouding; Energiehuishouding
is breder dan energievoorziening: het gaat hier om de hele keten van bron, via conversie
en infrastructuur tot gebruik;
-
het gaat om projecten die een hoge technologische risicograad hebben en/of waarvan
het onderwerp pril is;
-
projecten innovatief zijn;
-
een project uiteindelijk moet kunnen leiden tot een nieuw energieonderzoeksgebied.
Afbakening
In het kader van het programma is verstrekking van subsidie mogelijk voor projecten
gericht op onderzoek naar energie. Het dient te gaan om haalbaarheidsprojecten of
onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten zoals omschreven in artikel 1 van het Besluit
subsidies energieprogramma's. Projecten met betrekking tot kernfusie en projecten
met betrekking tot nucleair onderzoek vallen niet in het kader van dit programma.
Toelichting
De overheid wil energieonderzoek stimuleren om een duurzame energievoorziening dichterbij
te brengen. Met de nota `EOS' (Energie Onderzoek Strategie) zet de overheid nieuwe
lijnen uit voor publiek gefinancierd energieonderzoek in Nederland. De Nederlandse
strategie en het instrumentarium voor het publiek gefinancierde energieonderzoek richten
zich meer dan voorheen op een beperkt aantal speerpunten (energieonderzoeksgebieden).
Om te voorkomen dat daardoor het onderzoeksveld verschraalt, onderstreept EOS tegelijkertijd
het belang van een (beperkte) stimulans voor niet-conventioneel onderzoek, buiten
de speerpunten om. Technologische doorbraken moeten het soms hebben van niet-conventionele
ideeën en projecten.
Het programma stimuleert en ondersteunt daarom nieuwe, niet-conventionele ideeën die
zich richten op de verduurzaming van de energiehuishouding in Nederland. Bij de inschatting
van de mogelijke bijdrage aan de verduurzaming van de energiehuishouding, kan de mate
waarin het bedrijfsleven betrokken is bij het voorgestelde project van belang zijn.
Een indicatie dat het om prille ideeën gaat, of ideeën met een hoog technologisch
risico, kan zijn als ze niet voor ondersteuning door andere energieprogramma's op
grond van het Besluit subsidies energieprogramma's in aanmerking komen, bijvoorbeeld
omdat (nog) geen besparingspotentiëlen te berekenen zijn.
Bij de inschatting van de mogelijkheid tot opening van een nieuw onderzoeksgebied
speelt onder meer de innovativiteit van een project, dat wil zeggen de mate waarin
sprongsgewijze verbeteringen ten opzichte van de huidige stand der techniek tot stand
gebracht wordt, een rol.
B. Beoordeling
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
-
1. Aanvragen die niet voldoen aan het Besluit subsidies energieprogramma's of niet passen
in de afbakening van onderdeel A van dit programma, worden door de minister afgewezen.
-
2. Aanvragen betreffende haalbaarheidsprojecten, die voldoen aan de voorschriften van
het Besluit subsidies energieprogramma's en die passen in de afbakening van onderdeel
A van dit programma, worden door de minister getoetst aan de voorwaarden van onderdeel
C van dit programma.
-
3. De minister wint omtrent aanvragen betreffende onderzoeks- of ontwikkelingsprojecten
die voldoen aan de voorschriften van het Besluit subsidies energieprogramma's en die
passen in de afbakening van onderdeel A van dit programma, advies in bij de Adviescommissie
nieuw energieonderzoek.
-
4. De commissie geeft de minister een negatief advies over de aanvragen, bedoeld onder
3 van dit onderdeel, die op grond van onderdeel C van dit programma niet voor subsidie
in aanmerking komen.
-
5. De commissie geeft inzake de aanvragen, bedoeld onder 3 van dit onderdeel, waarover
de commissie geen negatief advies als bedoeld onder 4 van dit onderdeel heeft gegeven,
een advies over de volgorde van rangschikking aan de hand van het criterium, bedoeld
in onderdeel D van dit programma.
-
6. De minister kan afwijken van een advies van de commissie, indien een advies van de
commissie in strijd is met het Besluit subsidies energieprogramma's dan wel op onzorgvuldige
wijze tot stand is gekomen.
Toelichting
Haalbaarheidsprojecten worden behandeld in volgorde van ontvangst. Onderzoeks- of
ontwikkelingsprojecten worden in een tenderprocedure met elkaar vergeleken. De Adviescommissie
nieuw energieonderzoek adviseert de minister over de volgorde waarin deze aanvragen
worden gerangschikt.
C. Voorwaarden
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
Geen subsidie wordt verstrekt:
-
1. indien het project niet past binnen de doelstellingen, opgenomen in onderdeel A;
-
2. voor zover projectkosten zijn gemaakt vóór de indiening van de aanvraag;
-
3. indien het onaannemelijk is dat een haalbaarheidsproject binnen een jaar en een onderzoeks-
of ontwikkelingsproject binnen twee jaar na subsidieverlening kan worden voltooid;
-
4. indien onvoldoende vertrouwen bestaat in de haalbaarheid van het project.
Toelichting
Ad 1.
Indien bijvoorbeeld duidelijk is dat het project geen effect heeft op de verduurzaming
van de energiehuishouding of in het geheel niet innovatief is, kan de aanvraag op
grond van deze voorwaarde worden afgewezen en komt het project niet aanmerking voor
subsidie op grond van dit programma.
Ad 2.
Alleen kosten die worden gemaakt na de indiening van de aanvraag komen voor subsidie
in aanmerking. De kosten die voor de indiening van de aanvraag worden gemaakt, worden
bij de verlening van de subsidie buiten beschouwing gelaten. Met kosten gemaakt voor
de indiening van de aanvraag worden ook kosten bedoeld waarvoor reeds verplichtingen
zijn aangegaan, ook al zijn deze kosten nog niet betaald.
Ad 4.
Bij de beoordeling van de haalbaarheid van een project kunnen worden betrokken de
belemmeringen en mogelijkheden voortvloeiend uit regelgeving, normen of certificatie.
Daarnaast zal een projectuitvoerder moeten beschikken over de noodzakelijke financiële
middelen en de benodigde organisatorische en technisch-wetenschappelijke kwaliteiten.
D. Criterium rangschikking
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
Rangschikking van de onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten vindt plaats op basis van
de bijdrage van het project aan de doelstellingen van het programma, opgenomen in
onderdeel A, waarbij het project dat hieraan het meeste bijdraagt het hoogste wordt
gerangschikt.
Toelichting
Kenmerk van dit programma is dat van tevoren niet goed valt aan te geven welke projecten
in aanmerking komen. Het gaat immers om nieuwe ideeën. Daarom is er voor gekozen de
ruimte voor de Adviescommissie om te rangschikken betrekkelijk groot te houden. De
Adviescommissie zal zich bij de rangschikking laten leiden door de doelstellingen,
genoemd in onderdeel A van dit programma.
E. Subsidiepercentages en maximumbedragen
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
F. Subsidieplafonds
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
De subsidieplafonds voor het in 2003 en 2004 verlenen van subsidies op grond van het
Programma nieuw energieonderzoek bedragen:
-
a. voor aanvragen inzake haalbaarheidsprojecten, ontvangen in de periode, bedoeld in
onderdeel G, onder 1, van dit programma, € 500.000;
-
b. voor aanvragen inzake onderzoeks- of ontwikkelingsprojecten, ontvangen in de periode,
bedoeld in:
-
1º onderdeel G, onder 2a, van dit programma, € 650.000;
-
2º onderdeel G, onder 2b, van dit programma, € 650.000.
G. Aanvraagperioden
[Regeling vervallen per 01-01-2010]
-
1. Aanvragen op grond van het Programma nieuw energieonderzoek voor haalbaarheidsprojecten
moeten worden ontvangen in de periode van 1 april 2003 tot en met 16 oktober 2003.
-
2. Als perioden na afloop waarvan de aanvragen op grond van het Programma nieuw energieonderzoek
voor onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten, die in die perioden zijn ontvangen, worden
behandeld, worden vastgesteld:
De aanvragen moeten worden ingediend bij:
Novem BV, Catharijnesingel 59, Utrecht
Postbus 8242, 3503 RE UTRECHT
Voor informatie: (030) 2393418,
neo@novem.nl, www.novem.nl