Kraamzorg

[Regeling vervallen per 31-03-2007 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2007.]
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 19-06-2001 t/m 31-12-2006

Kraamzorg

De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Sinds 1 januari 2001 is in artikel 11, eerste lid, onderdeel g, ten 2e, van de Wet op de omzetbelasting 1968 (de Wet), voorzien in een BTW-vrijstelling voor daadwerkelijke thuiszorg, ongeacht of daarmee winst wordt beoogd. Voor niet-winstbeogende kraamzorg geldt een vrijstelling op grond van artikel 11, eerste lid, onderdeel f, van de Wet jo. artikel 7 en bijlage B, onderdeel b, post 9 van het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968.

De in artikel 11, eerste lid, onderdeel g, 2e, van de Wet opgenomen vrijstelling is nauw verbonden met de regelgeving op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten inzake thuiszorg. Dit betekent dat kraamzorg, zijnde een verstrekking in het kader van de Ziekenfondswet (Wet van 15 oktober 1964, Stb. 392), strikt genomen niet in deze vrijstelling kan delen.

Ik keur echter goed dat op het verlenen van daadwerkelijke kraamzorg, indien daarmee winst wordt beoogd, de in artikel 11, eerste lid, onderdeel g, 2e, van de Wet, opgenomen vrijstelling wordt toegepast. Het moet gaan om kraamzorg ten huize van de cliënt, waarbij onder kraamzorg wordt begrepen de verzorging van moeder en kind, verstrekt door een tot het verlenen van die zorg opgeleid persoon, gedurende in de regel ongeveer tien dagen, te rekenen vanaf de dag van de bevalling. Het in de vrijstellingsbepaling genoemde indicatiebesluit is voor de toepassing van de vrijstelling voor kraamzorg niet van belang.

De vrijstelling is alleen van toepassing voor het verlenen van daadwerkelijke kraamzorg. Dit betekent dat indien een ondernemer, al dan niet op eigen naam (zie artikel 4, derde lid, van de Wet), bemiddelt bij het verlenen van kraamzorg, de vrijstelling niet van toepassing is. Ingeval de betaling door de cliënt via de bemiddelaar loopt, behoeft deze geen omzetbelasting te voldoen over de ter zake van de verleende daadwerkelijke kraamzorg doorbetaalde gelden.

Naar boven