Selectielijst Natuur- en landschapsbeheer voor de neerslag van handelingen van de Minister van LNV en taakvoorgangers (vanaf 1945)

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 12-11-2000 t/m heden

Selectielijst Natuur- en landschapsbeheer voor de neerslag van handelingen van de Minister van LNV en taakvoorgangers (vanaf 1945)

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op artikel 5, tweede lid, onder b, van de Archiefwet 1995;

De Raad voor Cultuur gehoord (advies van de Raad voor Cultuur van 25 februari 2000, nr. arc-99.1670/2);

Besluiten:

Artikel 2

Van de `Lijst houdende opgaaf van voor vernietiging in aanmerking komende stukken in de archieven van het Ministerie van Landbouw en Visserij en in de archieven van de onder dat Ministerie ressorterende commissies en ambtenaren' (vastgesteld bij beschikking van de Minister van Landbouw en Visserij en de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk, nr. PAZ 400, Afdeling Post- en Archiefzaken d.d. 29 december 1966 en beschikking nr. 133349, Afdeling Oudheidkunde en Natuurbescherming d.d. 3 februari 1967, laatstelijk gewijzigd bij beschikkingen van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, nrs. R&B/OSTA/99/469 en R&B/OSTA/99/471 d.d. 3 augustus 1999 (gepubliceerd in de Staatscourant nr. 216 van 9 november 1999)) worden categorieën 21 en 114 ingetrokken voor wat betreft het natuur- en landschapsbeheer.

Van de `Lijst van voor vernietiging in aanmerking komende archiefbescheiden van het onder het Ministerie van Landbouw en Visserij ressorterende Staatsbosbeheer en van de onder deze dienst ressorterende consulentschappen, houtvesterijen, commissies en ambtenaren, alsmede van het Rijksinstituut voor Natuurbeheer en het Rijksinstituut voor Onderzoek in de Bos- en Landschapsbouw `De Dorschkamp'' (vastgesteld bij beschikking van de Minister van Landbouw en Visserij en de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk, nr. PAZ 240 d.d. 9 november 1976 en nr. Dir.MMA/Ar 186.335 d.d. 17 november 1976, laatstelijk gewijzigd bij beschikking van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, nr. 98.146 RWS/JW d.d. 4 maart 1998 (gepubliceerd in de Staatscourant nr. 51 van 16 maart 1998)) worden de rubrieken Natuurbeheer (1.853.2) en Landschapsbouw (1.853.217) geheel ingetrokken en de overige categorieën voor wat betreft het natuur- en landschapsbeheer.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende selectielijst en toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst.

Den Haag, 27 september 2000

De

Staatssecretaris

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
namens deze,
de

Algemene Rijksarchivaris

,

M.W. van Boven

De

Minister

van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
namens deze,
de

directeur Facilitaire Dienst

,

M.H. Wunderink

Selectielijst Natuur- en landschapsbeheer

Voor de neerslag van handelingen van:

  • 1. de minister van LNV en taakvoorgangers (vanaf 1945)

  • 2. Staatsbosbeheer als ZBO (vanaf 1998)

Geldt o.a. voor:

  • Directie Internationale Zaken

  • Directie Juridische Zaken

  • Dienst Landelijk Gebied

  • Directie Natuurbeheer

  • LASER

  • Regionale beleidsdirecties

  • Staatsbosbeheer als onderdeel van LNV

  • Staatsbosbeheer als ZBO

September 2000

Rijksarchiefdienst

  • Inhoud

  • Inleiding

  • Toelichting op de voorliggende selectielijst

  • Pivot bij LNV

  • Toelichting op het nieuwe archiefselectiebeleid van de rijksoverheid

  • Deel 1 Handelingen van de minister van LNV en taakvoorgangers

    • Hoofdstuk 2: Beleid, advisering, onderzoek en verantwoording

      • 2.1 Algemene beleidsbepaling

      • 2.2 Algemene beleidsadvisering

      • 2.3 Onderzoek

      • 2.4 Verantwoording, bezwaar en beroep

    • Hoofdstuk 3: Wet- en regelgeving

    • Hoofdstuk 4: Uitvoeringsinstrumenten

      • 4.1 Toelating en subsidiëring niet-terreinbeherende instellingen natuurbescherming

      • 4.2 Bijdragen landschapsbeleidsplannen

      • 4.3 Landschaps(verzorgings)bijdragen

      • 4.4 Bevordering instandhouding landgoederen (Natuurschoonwet 1928)

      • 4.5 Aanwijzing natuurmonumenten

      • 4.6 Begrenzing natuurontwikkelingsprojecten

      • 4.7 Onteigening

      • 4.8 Grondverwerving natuurgebieden

      • 4.9 Staatsdeelneming natuurgebieden

      • 4.10 Overheidsbeheer van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

      • 4.11 Achterstallig onderhoud historische tuinen, parken en buitenplaatsen

      • 4.12 Aanschaf, instandhouding en beheer natuurgebieden door niet-overheidsorganisaties

      • 4.13 Vergunning- en ontheffingverlening Natuurbeschermingswet

      • 4.14 Verklaring van geen bezwaar cultuurtechnische werken

      • 4.15 Aanmoedigingsprijzen

      • 4.16 Educatie

      • 4.17 Voorlichting

      • 4.18 Aanduiding en afsluiting beschermde natuurmonumenten

      • 4.19 Aanwijzing bevoegdheid tot betreding van natuurterreinen

    • Hoofdstuk 5: Handhaving en monitoring

      • 5.1 Handhaving

      • 5.2 Monitoring

    • Hoofdstuk 6: Internationaal overleg

      • 6.1 Nationale voorbereiding internationaal overleg

      • 6.2 Informeel overleg

      • 6.3

        • Geformaliseerd overleg

        • Bilateraal overleg

        • Verenigde Naties

        • IUCN

        • Conventie van Ramsar

        • Benelux

        • Conventie van Bern

        • Europese Gemeenschap (EG)

        6.4 Verplichtingen krachtens internationale afspraken

  • Deel 2 Handelingen van actoren onder de archiefzorg van LNV

    • Boschraad

    • Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL)

    • Centrale Commissie voor de Natuurbescherming

    • (Centrale) Landinrichtingscommissie

    • Commissie van advies bezwaarschriften particuliere cultuurtechnische werken

    • Commissie Beheer Landbouwgronden (CBL)

    • Commissie voor de bezwaarschriften

    • Commissie voor Natuur- en Milieueducatie

    • Commissie voor de Opvoeding tot de Natuurbeschermingsgedachte / Commissie voor Natuurbeschermingseducatie (CBNE)

    • Natuurbeschermingsraad

    • Natuurwetenschappelijke Commissie (NWC)

    • Provinciale Commissies Beheer Landbouwgronden

    • Raad voor het natuurbeheer

    • Rijksinstituut voor Natuurbeheer

    • Staatstoezicht op de Bosschen

    • Stichting Beheer Landbouwgronden (SBL)

    • Stichting Landschapsbeheer Nederland

    • Stuurgroep Particuliere Natuurschoonwet-landgoederen

    • Toetsingscommissie(s) natuurprijs

    • Voorlopige Commissie Nationale Parken (VCNP)

    • Voorlopige Natuurbeschermingsraad

  • Deel 3 Handelingen van Staatsbosbeheer

    • 2.3 Onderzoek

    • 4.2 Bijdragen landschapsbeleidsplannen

    • 4.3 Landschaps(verzorgings)bijdragen

    • 4.4 Bevordering instandhouding landgoederen (Natuurschoonwet 1928)

    • 4.5 Aanwijzing natuurmonumenten

    • 4.8 Grondverwerving natuurgebieden

    • 4.10 Overheidsbeheer van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

    • 4.12 Aanschaf, instandhouding en beheer natuurgebieden door niet-overheidsorganisaties

    • 5.2 Monitoring

  • Bijlage

    • Nog niet vastgestelde handelingen buiten de archiefzorg van LNV

    • Commissaris van de Koningin

    • Coördinatiecommissie Internationale Milieuvraagstukken (CIM)

    • Coördinatiecommissie Ontwikkelingssamenwerking (COCOS)

    • Coördinatiecommissie Verenigde Naties en Geassocieerde Organisaties (COCO-VNGO)

    • Gedeputeerde Staten

    • Minister van Financiën

    • Minister van VROM

    • Raad voor Milieu- en Natuuronderzoek (RMNO)

    • Rijksplanologische Dienst

Inleiding

De voorliggende selectielijst geldt voor alle actoren onder de archiefzorg van zowel de minister van LNV als Staatsbosbeheer. Elke actor selecteert de neerslag van zijn handelen binnen het beleidsterrein Natuur- en landschapsbeheer voortaan met deze lijst. Voor handelingen op andere beleidsterreinen gelden andere selectielijsten.

Enkele in het oog springende kenmerken van een selectielijst zijn de volgende.

  • -

    De selectielijst vervangt de tot nu toe gebruikte vernietigingslijsten en blijft in de huidige vorm maximaal twintig jaar geldig.

  • -

    De lijst geldt voor alle directies en diensten die bij dit beleidsterrein betrokken zijn.

  • -

    De lijst beschrijft geen documenten, maar handelingen.

  • -

    De lijst geldt voor alle vormen van neerslag die resulteren uit de beschreven handelingen: papieren documenten, elektronische bestanden, audiovisuele producten enz.

  • -

    De lijst noemt niet alleen de handelingen waarvan de neerslag vernietigd kan worden, maar ook de handelingen waarvan de neerslag bewaard moet blijven.

Hieronder volgen toelichtingen op respectievelijk de selectielijst, het project Pivot/LNV en het achterliggende nieuwe selectiebeleid van de rijksoverheid.

Toelichting op de voorliggende selectielijst

Geldigheid van deze selectielijst

Voor het ministerie van LNV is de selectielijst Natuur- en landschapsbeheer van toepassing voor:

  • 1. Handelingen van de actor `minister van LNV' (uitgevoerd door met name directie Natuurbeheer en Staatsbosbeheer tot 1998, en daarnaast door Dienst Landelijk Gebied, directie Internationale Zaken, directie Internationale Zaken, regionale beleidsdirecties en LASER).

  • 2. Handelingen van andere actoren onder de archiefzorg van LNV, voor zover die momenteel nog bestaan of onder LNV ressorteren (zoals BBL, CBL, SBB tot 1998 en Raad voor het Natuurbeheer).

    Voor Staatsbosbeheer is de selectielijst Natuur- en landschapsbeheer van toepassing voor handelingen van de actor `directeur Staatsbosbeheer' in de periode vanaf 1998.

    De overige zorgdragers waarvan in dit rapport handelingen zijn opgenomen zijn de ministers van Financiën, VROM en Buitenlandse Zaken en Gedeputeerde Staten van de provincies. De desbetreffende handelingen zijn nog niet vastgesteld.

    De vastgestelde selectielijst vormt de formele grondslag voor bewerking van archiefbestanden tot vernietiging dan wel overbrenging naar de Rijksarchiefdienst. Tevens wordt de lijst toegepast in het informatiebeheer van enerzijds alle LNV-onderdelen die bij dit beleidsterrein betrokken zijn, en anderzijds van Staatsbosbeheer.

    De lijst heeft overigens geen betrekking op het interne functioneren van de genoemde actoren; daarvoor worden beleidsterreinoverstijgende onderzoeken toegepast naar de aandachtsgebieden financiën, personeel, organisatie, huisvesting, informatievoorziening en voorlichting.

    De selectielijst treedt in werking twee dagen na publicatie in de Staatscourant en blijft in de huidige vorm hoogstens 20 jaar geldig.

Intrekking van bestaande vernietigingslijsten

Bij vaststelling van deze selectielijst vervallen de volgende onderdelen uit vernietigingslijsten:

  • 1. Uit de Algemene Vernietigingslijst van LNV (laatste wijziging: Stcrt. 1999, 216) vervallen de categorieën 21 (publicaties en voorlichting) en 114 (congressen en conferenties) met betrekking tot natuur- en landschapsbeheer.

  • 2. Uit de vernietigingslijst van LNV voor Staatsbosbeheer (incl. consulentschappen en houtvesterijen), Rijksinstituut voor Natuurbeheer en Rijksinstituut `De Dorschkamp' (Stcrt. 1976, 248) vervallen de rubrieken `Natuurbeheer' en `Landschapsbouw' geheel en de overige categorieën alleen met betrekking tot natuur- en landschapsbeheer.

Indeling van deze selectielijst

De handelingen van de voornaamste actor op dit beleidsterrein, de minister van LNV (inclusief taakvoorgangers) zijn samengebracht in deel 1 van deze lijst. Daar zijn ze nader onderverdeeld volgens dezelfde indeling als het gelijknamige rapport en met dezelfde nummering.

In deel 1 wordt bij elke handeling van de actor 'minister van LNV' vermeld welke organisatieonderdelen daarbij betrokken zijn. Hierbij worden de volgende afkortingen gebruikt:

DLG (Dienst Landelijk Gebied), DN (directie Natuurbeheer), IZ (directie Internationale Zaken), JZ (directie Juridische Zaken), LASER (Dienst landelijke service bij regelingen van het ministerie van LNV), RBD's (regionale beleidsdirecties), SBB (Staatsbosbeheer).

Deel 2 beschrijft de handelingen van andere actoren onder de archiefzorg van LNV. Het archief van ieder van die actoren valt onder de beheersverantwoordelijkheid van een directie of dienst van LNV. Daarom is ook hier, net als in deel 1, bij elke handeling een afkorting opgenomen van een dienstonderdeel.

In deel 3 staan de handelingen van Staatsbosbeheer. Voor de overzichtelijkheid zijn beide perioden hier samengebracht, dus zowel de periode dat Staatsbosbeheer onder LNV viel als de periode vanaf 1998 dat het extern verzelfstandigd is als ZBO en als zodanig archiefwettelijk zorgdrager is.

In de bijlage zijn de handelingen opgenomen van actoren buiten de archiefzorg van LNV. Deze handelingen zijn nog niet vastgesteld en kunnen dus nog niet dienen als grondslag voor vernietiging dan wel overbrenging naar de Rijksarchiefdienst. De reden om ze toch op te nemen in deze lijst is dat ze wel beschreven zijn in het gelijknamige rapport van institutioneel onderzoek.

Informatie over de actoren en de context van de beschreven handelingen

De actoren waarvan in deze lijst handelingen zijn opgenomen, worden nader beschreven in het bijbehorende onderzoeksrapport. Daarin is tevens een beschrijving opgenomen van de context van het beleidsterrein.

Het formeel doorlopen traject van vaststelling

Op 29 juli 1999 heeft de directeur Facilitaire Dienst van het ministerie van LNV de ontwerp-selectielijst aangeboden aan de staatssecretaris van OC&W, die er vervolgens advies over heeft gevraagd aan de Raad voor Cultuur. De Raad heeft tegelijk een verslag gekregen van het bij LNV gevoerde driehoeksoverleg over de waarderingen van de handelingen. Vanaf 28 september 1999 lag de ontwerp-selectielijst gedurende acht weken ter publieke inzage bij de registratiebalie van het Algemeen Rijksarchief en in de bibliotheken van het ministerie van LNV, Staatsbosbeheer, het ministerie van OC&W en de rijksarchieven in de provincie. De terinzagelegging was aangekondigd in Staatscourant 185 van 27 september 1999.

Tijdens het bovengenoemde driehoeksoverleg was, op verzoek van de Archiefcommissie van het Koninklijk Nederlands Historisch Genootschap, een op het beleidsterrein deskundige historicus aanwezig. Van andere organisaties of individuele burgers werd gedurende de terinzagelegging geen reactie ontvangen.

De Bijzondere Commissie Archieven van de Raad voor Cultuur heeft de ontwerp-selectielijst besproken tijdens de vergadering van 7 december 1999. Bij de voorbereiding van het advies is het verslag van het driehoeksoverleg en de reactie van de historicus mede in beschouwing genomen. Op 25 februari bracht de Raad advies uit aan de Staatssecretaris van OC&W (kenmerk arc-99.1670/2) dat behoudens enkele tekstuele correcties geen aanleiding heeft gegeven tot wijziging van de ontwerp-selectielijst.

Pivot bij LNV

De voorliggende selectielijst en het bijbehorende onderzoeksrapport zijn producten van het projectteam Pivot/LNV.

Het project

Vooruitlopend op de nieuwe Archiefwet stelde de Rijksarchiefdienst in 1991 Pivot in: Project Invoering Verkorting Overbrengingstermijn. Het project is gericht op de selectie van overheidsarchieven vanaf 1945, en gaat uit van institutioneel onderzoek op alle beleidsterreinen waarbij het Rijk betrokken is. Pivot is een interdepartementaal project op basis van convenanten tussen de Rijksarchiefdienst en alle ministeries en Hoge Colleges van Staat. Het convenant voor LNV werd op 9 december 1992 gesloten tussen de secretaris-generaal van LNV en de Algemene Rijksarchivaris.

Hoofdpunten van de gehanteerde methodiek van institutioneel onderzoek:

  • Een onderzoek richt zich niet op een organisatie, maar op de volle breedte van een beleidsterrein.

  • De wet- en regelgeving die samenhangt met het beleidsterrein staat in principe centraal als bron, aangevuld met literatuur en interviews met beleidsambtenaren.

  • De zelfstandig handelende partijen worden aangeduid als 'actoren'.

  • Daden die gebaseerd zijn op een zelfstandige bevoegdheid van een actor worden aangeduid als 'handelingen'.

  • De periode van onderzoek strekt zich in principe uit van 1945 tot heden, hoewel ook relevante ontwikkelingen of wetgeving van voor 1945 beschreven worden.

De beleidsterreinen

De LNV-beleidsterreinen zijn in het Pivot-project als volgt gedefinieerd:

  • -

    Landbouw: Agrarisch markt- en prijsbeleid en voedselvoorziening, Gewasbescherming, Gezondheid en welzijn van dieren, Grondprijsbeleid, Landbouwkwaliteitsbeleid, Landbouwstructuurbeleid, Landinrichting, Meststoffenbeleid, Pachtbeleid

  • -

    Natuurbeheer: Flora en fauna, Natuur- en landschapsbeheer, Relatienotabeleid

  • -

    Visserij: Binnenvisserij, Zee- en kustvisserij

  • -

    Overige LNV-beleidsterreinen: Agrarische handelspolitiek en exportbevordering, Agrarisch onderwijs, Algemeen LNV-beleid, Bosbouwbeleid, Openluchtrecreatie

    Voor deze beleidsterreinen is LNV primair verantwoordelijk, en daarom is afgesproken dat LNV de desbetreffende selectielijsten opstelt (en dan ook voor de actoren buiten de eigen archiefzorg). De meeste van deze selectielijsten zijn inmiddels afgerond (al dan niet formeel vastgesteld).

    Staftaken zijn onderdeel van rijksbrede beleidsterreinen. Hiervoor worden selectielijsten opgesteld door het ministerie dat het desbetreffende rijksbeleid coördineert.

  • -

    Rijksbrede beleidsterreinen: Financiën, Huisvesting, Informatievoorziening, Overheidspersoneel, Organisatie, Voorlichting

    Relevant zijn ook nog bepaalde selectielijsten voor beleidsterreinen buiten de primaire verantwoordelijkheid van LNV. Het gaat om terreinen waarop een of meer LNV-actoren een inbreng leveren. Voor de neerslag van die inbreng geldt de desbetreffende selectielijst. Voorbeelden:

  • -

    Overige relevante beleidsterreinen: Buitenlands beleid, Sociale voorzieningen, Staatsdeelnemingen, Politiebeleid, Waterstaat, Invoerrechten en accijnzen, Arbeidsomstandigheden

Inbreng van LNV-directies en diensten bij de totstandkoming van de lijsten

Het team van Pivot/LNV onderzoekt alle LNV-beleidsterreinen in nauwe samenwerking met de betrokken directies en diensten. De inbreng van de organisatieonderdelen bestaat uit het geven van interviews, het toetsen van concepten en het deelnemen aan overleg met de Rijksarchiefdienst. Deze inbreng wordt geleverd door deskundigen inzake het beleidsterrein en inzake de archiefvorming.

Producten van Pivot

  • 1. Rapport van institutioneel onderzoek (RIO)

    Dit rapport bevat alle handelingen van de overheidsactoren binnen het beschreven beleidsterrein, binnen de grenzen van de onderzochte periode. Daarnaast bevat het relevante contextinformatie over deze handelingen, zoals een schets van de historische ontwikkelingen, een karakterisering van de opgevoerde actoren, een aanduiding van de organisatorische ontwikkelingen binnen het voornaamste betrokken ministerie en een opsomming van de geraadpleegde wet- en regelgeving die geldt binnen het beleidsterrein. Na vaststelling wordt het rapport gedrukt.

  • 2. Basisselectiedocument (BSD)

    Een basisselectiedocument (BSD) bevat dezelfde handelingen van dezelfde actoren als het bijbehorende rapport, maar dan gegroepeerd per actor. 'BSD' is overigens een informele term, in tegenstelling tot het officiële begrip 'selectielijst' uit het Archiefbesluit.

  • 3. Selectielijst

    Een selectielijst is het formeel vastgestelde gedeelte van een BSD. De lijst geeft aan iedere handeling een `waardering': een keuze voor al dan niet bewaren van de neerslag, met bij de V-handelingen een vernietigingstermijn. Selectielijsten van LNV noemen bij iedere handeling tevens de directies die daarbij betrokken zijn. De reikwijdte van een selectielijst hangt samen met de zorgdragers die hem indienen. Wanneer alle zorgdragers die voorkomen in een BSD tegelijk de selectielijst zouden indienen, dan vallen BSD en selectielijst dus samen.

Toepassing van de selectielijsten

  • 1. Bewerking en overbrenging van de archieven tot 1985

    Met de vastgestelde selectielijst vindt de selectie en bewerking van de archiefbestanden plaats. De bestanden met cultuurhistorische waarde worden overgebracht naar de Rijksarchiefdienst en de rest is vernietigbaar. Het ministerie van LNV heeft met de Centrale Archief Selectiedienst (CAS) een raamconvenant afgesloten, op basis waarvan LNV archieven aan kan bieden ter selectie en bewerking. Bij de bewerking en overbrenging voert de Facilitaire Dienst de coördinatie namens LNV, maar de desbetreffende directies en diensten zijn opdrachtgever voor de bewerkingen, vanwege hun archiefverantwoordelijkheid.

  • 2. Voorkoming van het ontstaan van nieuwe achterstanden in overbrenging

    De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de directies en diensten. Een essentieel element bij het voorkomen van nieuwe achterstanden is de invoering van de selectielijsten in het informatiebeheer, zowel voor de papieren documenten als voor elektronische bestanden en audiovisuele materialen. De inbreng van de FD bestaat uit de ontwikkeling van een methodiek voor invoering en de advisering over toepassing daarvan.

Toepassing van de onderzoeksrapporten

  • 1. Achtergrondinformatie voor beter beheer en selectie van archief

    De selectiebeslissingen worden gebaseerd op de contextbeschrijving in het bijbehorende rapport. Die beschrijving kan verder dienen als input voor een archiefstructuur die aansluit op de beleidsprocessen.

  • 2. Informatiebron voor beleidsmedewerkers

    Voor beleidsmedewerkers kunnen de rapporten dienen als naslagwerk. Per beleidsterrein geven ze een compact overzicht van de geldende wet- en regelgeving, de organisatie, de maatschappelijke context en de actoren binnen en buiten LNV, en dat over een periode van ongeveer vijftig jaar. Uniek is de specifieke combinatie van een brede invalshoek, een grote hoeveelheid feitelijke gegevens en een objectieve analyse vanuit het perspectief van de overheid. De nauwe samenwerking met materiedeskundigen van binnen en buiten het ministerie verzekert de betrouwbaarheid van de rapporten.

Toelichting op het nieuwe archiefselectiebeleid van de rijksoverheid

Het selectiebeleid van de rijksoverheid en dus ook van LNV is enkele jaren geleden drastisch veranderd. Voorheen vond selectie plaats op documentniveau aan de hand van vernietigingslijsten, en daarnaast kon toestemming gevraagd worden voor incidentele vernietiging. Cultuurhistorisch waardevolle gedeelten van archieven moesten binnen 50 jaar overgebracht worden naar de Rijksarchiefdienst. Na invoering van de nieuwe Archiefwet (1996) is de selectiepraktijk als volgt veranderd:

  • De termijn van overbrenging is verkort tot 20 jaar.

  • Ieder overheidsorgaan moet selectielijsten opstellen.

  • Een selectielijst beschrijft geen documenten, maar handelingen.

  • Een selectielijst geldt voor alle vormen van neerslag die resulteren uit de beschreven handelingen: papieren documenten, elektronische bestanden en audiovisuele materialen.

  • Een selectielijst beperkt zich niet langer tot wat vernietigd moet worden, maar noemt eveneens wat bewaard moet worden.

  • Een selectielijst beschrijft het complete overheidshandelen binnen een heel beleidsterrein.

  • Incidentele vernietiging is niet meer mogelijk.

Handelingen en hun cultuurhistorische waarde

Tot voor kort bestonden er voor de archiefselectie alleen negatieve criteria, want vernietigingslijsten gaven per overheidsinstelling slechts aan welke bestanden niet in aanmerking kwamen voor overbrenging naar een Rijksarchief. Deze criteria werden toegepast op documentniveau. Afgezien van de bewerkelijkheid van deze microselectie bestonden de voornaamste nadelen van deze werkwijze uit de onoverzichtelijkheid van datgene dat wel overgebracht zou moeten worden, het gebrek aan inzicht in de grondslagen van het handelen waaruit die bestanden resulteren, en het gebrek aan inzicht in de samenhang tussen de taken van actoren die op eenzelfde beleidsterrein actief zijn.

Om deze bezwaren te ondervangen werd de methode institutioneel onderzoek ontwikkeld, waarmee de beleidsontwikkelingen en het handelen van alle relevante actoren over de hele bandbreedte van een beleidsterrein beschreven worden. Op deze basis kan een effectievere (macro)selectie plaatsvinden aan de hand van positieve criteria.

Een selectielijst beschrijft het handelen van overheidsactoren op een bepaald beleidsterrein. De handelingen worden vervolgens beoordeeld op de mate waarin ze cultuurhistorische waarden weerspiegelen. Zodoende kan de Rijksarchiefdienst de gegevensbestanden overnemen die een reconstructie mogelijk maken van het overheidshandelen op hoofdlijnen in relatie tot haar omgeving.

De cultuurhistorische waarde van een handeling wordt bepaald aan de hand van zes algemene criteria, die in het volgende schema genoemd worden. Een handeling die voldoet aan een van de criteria wordt aangemerkt met B (bewaren). De neerslag van die handeling wordt dan volgens de archiefwettelijke normen van goede, geordende en toegankelijke staat overgebracht naar de Rijksarchiefdienst. Daar blijven de archieven onder klimatologisch verantwoorde condities voor onbepaalde tijd bewaard als onderdeel van het nationale culturele erfgoed, openbaar voor raadpleging en historisch onderzoek.

De handelingen die niet voldoen aan een van de selectiecriteria worden aangemerkt met V, wat staat voor vernietigen. De neerslag van ieder van deze handelingen krijgt een vernietigingstermijn. De archiefvormende organisatie bepaalt daarvan zelf de duur, die afhankelijk van de belangen van verantwoording en bedrijfsvoering doorgaans uiteenloopt van 1 tot 20 jaar.

Wanneer een handeling geselecteerd wordt voor overbrenging naar de Rijksarchiefdienst, dan wordt in principe de complete neerslag van die handeling bewaard. Een reconstructie van het overheidshandelen zou immers niet lukken wanneer alleen de eindproducten bewaard werden. Zo is van bv. regelingen en beleidsnota's juist de totstandkomingsfase interessant, vanwege de aanvankelijke bedoelingen, de discussies en de afgekeurde versies.

Algemene selectiecriteria

De cultuurhistorische waarde van handelingen wordt getoetst aan de onderstaande algemene selectiecriteria. Wanneer een handeling aan een van de onderstaande criteria voldoet, dan komt de neerslag ervan in aanmerking voor overbrenging naar de Rijksarchiefdienst (B).

Algemene selectiecriteria

Toelichting

1. Handelingen die betrekking hebben op de voorbereiding en bepaling van het beleid op hoofdlijnen

Agendavorming, analyse van informatie, beleidsadvisering, beleidsvoorbereiding of -planning, besluitvorming over de inhoud van beleid, terugkoppeling van beleid. Zowel de keuze als de specificatie van de doeleinden en instrumenten

2. Handelingen die betrekking hebben op de evaluatie van het beleid op hoofdlijnen

Beschrijving en beoordeling van de inhoud, het proces of de effecten van beleid, toetsing van en toezicht op beleid. Niet perse leidend tot consequenties zoals bij terugkoppeling van beleid.

3. Handelingen die betrekking hebben op de verantwoording aan andere actoren van de hoofdlijnen van het beleid

Ook verslaglegging ten aanzien van de beleidsmatige hoofdlijnen

4. Handelingen die betrekking hebben op de (her)inrichting van organisaties belast met het beleid op hoofdlijnen

Instelling, wijziging, opheffing en werkwijze van organen, organisaties of onderdelen daarvan

5. Handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop beleidsuitvoering op hoofdlijnen plaatsvindt

Onder beleidsuitvoering wordt de toepassing verstaan van instrumenten om de gekozen doeleinden te bereiken

6. Handelingen die betrekking hebben op beleidsuitvoering op hoofdlijnen, voorzover die in direct verband staan met voor Nederland bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten

Zoals wanneer de ministeriële verantwoordelijkheid is opgeheven en/of in noodsituaties

Uitzondering op de algemene selectiecriteria

De neerslag van handelingen die als vernietigbaar zijn aangemerkt kan soms worden uitgezonderd van vernietiging. Deze mogelijkheid gaat terug op artikel 5, onder e, van het Archiefbesluit 1995. Het gaat om bestanden die samenhangen met personen en/of gebeurtenissen van bijzonder cultureel of maatschappelijk belang. De toepassing van dit uitzonderingscriterium vindt plaats gedurende de bewerking voor overbrenging en in overleg tussen de zorgdrager, het Algemeen Rijksarchief en de bewerkers.

Deel 1. Handelingen van de minister van LNV en taakvoorgangers

N.B. De handelingen zijn nader onderverdeeld volgens dezelfde indeling als het rapport Natuur- en landschapsbeheer

Hoofdstuk 2. Beleid, advisering, onderzoek en verantwoording

2.1 Algemene beleidsbepaling

(1).

Handeling: Het formuleren en evalueren van beleidsstandpunten inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Product: Nota landelijke gebieden 1983, Structuurschema Natuur- en Landschapsbehoud 1986, Structuurschema Groene Ruimte

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Opmerking: Zie voor het opstellen van Planologische Kernbeslissingen (PKB) het Pivot-rapport `Ruimtelijke Ordening'

(2).

Handeling: Het deelnemen aan commissies, werkgroepen, advies- en overlegorganen inzake natuur- en landschapsbeheer waarvan de minister noch het voorzitterschap, noch het secretariaat uitoefent maar waarin de minister wel vertegenwoordigd is

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 5 jaar

2.2 Algemene beleidsadvisering

(3).

Handeling: Het instellen en opheffen van vaste adviescommissies inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Product: Instellingsbesluiten Voorlopige natuurbeschermingsraad (Stcrt. 1946, 112) en Raad voor het Natuurbeheer (Stb. 1994, 326)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 2

(4).

Handeling: Het instellen en opheffen van ad-hocadviescommissies en werkgroepen inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 4

Opmerking: Een voorbeeld is de in 1993 ingestelde Landelijke Werkgroep Natuurterreinen Uiterwaarden (LWNU)

(5).

Handeling: Het benoemen, schorsen of ontslaan van de (adviserende) leden van adviescommissies inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Grondslag: O.a. Instellingsbeschikking Voorlopige Natuurbeschermingsraad, artt. 2 en 3; Natuurbeschermingswet, art. 3, lid 2 en 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 76 jaar na geboortedatum

(6).

Handeling: Het goedkeuren van de werkwijze van commissies op het terrein van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 5 jaar na opheffing

(8).

Handeling: Het aanwijzen van personen die ambtshalve lid zijn van de Voorlopige Natuurbeschermingsraad

Periode: 1946-1967

Grondslag: Instellingsbesluit VNBR, art. 2, lid 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 76 jaar na geboortedatum

(9).

Handeling: Het vaststellen van de bezoldiging of toelage voor de (adjunct-)secretaris van de (Voorlopige) Natuurbeschermingsraad en het uitkeren daarvan

Periode: 1946-1996

Grondslag: Instellingsbesluit VNBR, art. 3, lid 4; Natuurbeschermingswet, art. 4

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 76 jaar na geboortedatum

(10).

Handeling: Het verstrekken van onkostenvergoedingen en vacatiegelden aan de leden van de (Voorlopige) Natuurbeschermingsraad en zijn commissies en aan de (adjunct-)secretarissen

Periode: 1946-1996

Grondslag: Instellingsbesluit VNBR, art. 3, lid 4; Natuurbeschermingswet, art. 4

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 76 jaar na geboortedatum

(12).

Handeling: Het toevoegen van een of meer adjunct-secretarissen aan de Natuurbeschermingsraad

Periode: 1968-1996

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 3, lid 5

Waardering: V, 76 jaar na geboortedatum

Opmerking: Op verzoek van de Natuurbeschermingsraad

(13).

Handeling: Het vaststellen van aanvullende bepalingen omtrent de werkwijze van de Natuurbeschermingsraad

Periode: 1968-1996

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 3, lid 8

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 4

2.3 Onderzoek

(17).

Handeling: Het instellen en opheffen van onderzoeksinstellingen inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Product: Instellingsbeschikking Rijksinstituut voor Natuurbeheer (Stcrt. 1969, 176)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 4

(20).

Handeling: Het vaststellen van onderzoeksprogramma's inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1969-

Grondslag: Instellingsbeschikking Rijksinstituut voor Natuurbeheer, art. 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

(21).

Handeling: Het voorbereiden van intern (wetenschappelijk) onderzoek en het vaststellen van onderzoeksrapporten inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

(22).

Handeling: Het voorbereiden en begeleiden van extern (wetenschappelijk) onderzoek inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Sinds 1999 kan dit ook onderzoek door DLO betreffen

(23).

Handeling: Het verstrekken van opdrachten en het vaststellen van eindrapportages van extern (wetenschappelijk) onderzoek inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1, 2

Opmerking: Sinds 1999 kan dit ook onderzoek door DLO betreffen

2.4 Verantwoording, bezwaar en beroep

(24).

Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 3

(25).

Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 3

(26).

Handeling: Het informeren van de Nationale Ombudsman en parlementaire onderzoekscommissies naar aanleiding van klachten over de gevolgen of de uitvoering van het beleid inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 3

Opmerkingen:

  • (Zie ook Pivot-rapport `Behoorlijk behandeld' over de Nationale Ombudsman

  • (Parlementair onderzoek gebeurt meestal door de Commissies voor de Verzoekschriften

(27).

Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 5 jaar

(28).

Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen inzake natuur- en landschapsbeheer en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures voor administratiefrechtelijke organen

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 3

Opmerking: Zie ook Pivot-rapport `Drie maal `s Raads recht' over de Raad van State

(29).

Handeling: Het voeren van verweer bij de Raad van State inzake besluiten krachtens de Natuurbeschermingswet

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 19

Dienstonderdeel: DN (tot 1996), RBD's (1998- )

Waardering: B, 2, 3

Opmerking: Namens de minister tussen 1996 en 1998 uitgevoerd door Gedeputeerde Staten en sindsdien op vergelijkbare basis door de regionale LNV-beleidsdirecties

Hoofdstuk 3: Wet- en regelgeving

(32).

Handeling: Het opstellen, wijzigen en intrekken van de Natuurschoonwet 1928

Periode: 1945-

Product: Natuurschoonwet 1928 (Stb. 1928, 63)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Opmerking: Samen met de minister van Financiën

(33).

Handeling: Het stellen van regels inzake de voorwaarden voor rangschikking als NSW-landgoed en de bij een verzoek tot rangschikking te overleggen stukken

Periode: 1989-

Grondslag: Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1989 (Stb. 252), art. 1, lid 3, art. 2, lid 2; Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1995 (Stb. 582), art. 1, lid 4

Product: Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928 (Stb. 1990, 612)

Dienstonderdeel: DN, Laser

Waardering: B, 5

Opmerkingen:

  • ( Samen met de minister van Financiën

  • ( De regels kunnen bij of krachtens amvb gesteld worden

  • ( Voor wat betreft de inhoud van de bijlagen bij het verzoek deels gemandateerd aan Laser

(34).

Handeling: Het opstellen, wijzigen en intrekken van aanschrijvingen en circulaires die betrekking hebben op de Natuurschoonwet

Periode: 1945-

Product: Aanschrijving van de minister van Landbouw en Vissserij en de staatssecretaris van Financiën inzake kamperen op NSW-landgoederen (12-9-1985)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Samen met de minister van Financiën

(36).

Handeling: Het opstellen, wijzigen en intrekken van de Natuurbeschermingswet

Periode: 1945-

Product: Natuurbeschermingswet (Stb. 1967, 572) en wijzigingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

(37).

Handeling: Het opstellen, wijzigen en intrekken van aanschrijvingen en circulaires die betrekking hebben op de Natuurbeschermingswet

Periode: 1968-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(38).

Handeling: Het leveren van bijdragen aan de opstelling, wijziging en intrekking van de Wet deelneming Grevelingen

Periode: c. 1983-

Product: Wet deelneming Grevelingen (Stb. 1985, 409)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Hoofdstuk 4. Uitvoeringsinstrumenten

4.1 Toelating en subsidiëring niet-terreinbeherende instellingen natuurbescherming

(39).

Handeling: Het opstellen van een bijdrageregeling voor niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties in het kader van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1989-

Product: Subsidieregeling niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties (Stcrt. 1989, 154)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(40).

Handeling: Het toelaten van niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties in het kader van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1989-

Grondslag: Subsidieregeling niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 2, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

(41).

Handeling: Het stellen van (nadere) regels inzake de inrichting en organisatie van niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties die bijdragen ontvangen in het kader van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1989-

Grondslag: Subsidieregeling niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 14, lid 2

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

(42).

Handeling: Het vaststellen of intrekken van een bijdrage voor niet-terreinbeherende organisaties in het kader van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1989-

Grondslag: Subsidieregeling niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 5, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: De handeling bestaat o.a. uit het goedkeuren van het werkplan en personeelsplan en het verstrekken van voorschotten aan ntbo's met liquiditeitsproblemen

(43).

Handeling: Het goedkeuren van de bestemming van het batig liquidatiesaldo van een ntbo die opgeheven wordt

Periode: 1989-

Grondslag: Subsidieregeling niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 26

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 10 jaar na opheffing

(44).

Handeling: Het verlenen van ontheffingen van (verbods)bepalingen uit de subsidieregeling ntbo

Periode: 1989-

Grondslag: Subsidieregeling niet-terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 16

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

4.2 Bijdragen landschapsbeleidsplannen

(45).

Handeling: Het opstellen van een bijdrageregeling voor financiële steun aan gemeenten bij het opzetten van landschapsbeleidsplannen

Periode: 1985-1993

Product: Regeling bijdragen landschapsbeleidsplannen (Stcrt. 1985, 131), Subsidiebrief Stichting landschapsbeheer Nederland

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Sinds 1993 door Stichting Landschapsbeheer Nederland

(46).

Handeling: Het aanwijzen van deskundige bureaus die landschapsbeleidsplannen opstellen voor gemeenten

Periode: 1987-1993

Grondslag: Regeling bijdragen landschapsbeleidsplannen, art. 1, onder b

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Tussen 1985-1987 door Staatsbosbeheer

(47).

Handeling: Het toekennen van bijdragen aan gemeenten voor de kosten voor het laten opstellen van een landschapsbeleidsplan

Periode: 1987-1993

Grondslag: Regeling bijdragen landschapsbeleidsplannen, art. 9

Dienstonderdeel: SSB

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Tussen 1985-1987 door Staatsbosbeheer en sinds 1993 door de Stichting Landschapsbeheer Nederland

(48).

Handeling: Het vaststellen van een bijdrage aan de Stichting Landschapsbeheer Nederland voor het uitvoeren van de Regeling landschapsbeleidsplannen

Periode: 1993-

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

4.3 Landschaps(verzorgings)bijdragen

(49).

Handeling: Het opstellen van bijdrageregelingen voor landschapsverzorging

Periode: 1972-

Product: Bijdragenregeling landschap (Stcrt. 1972, 110), Beschikking landschapsverzorgingsbijdrage (Stcrt. 1982, 1)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(50).

Handeling: Het toekennen van een bijdrage ten behoeve van de landschapsverzorging

Periode: 1987-

Grondslag: Bijdrageregeling landschap; Beschikking landschapsverzorgingsbijdrage, art. 2, lid 2

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerkingen:

  • ( Bijdragen kunnen bijv. toegekend worden in het kader van de bestrijding van iepziekte of perevuur

  • ( Uitgevoerd door Staatsbosbeheer tussen 1972-1987

(51).

Handeling: Het erkennen van deskundige bureaus die beplantingsprogramma's voor landschapsverzorging opstellen

Periode: 1982-

Grondslag: Beschikking landschapsverzorgingsbijdrage, art. 3, lid 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

4.4 Bevordering instandhouding landgoederen (Natuurschoonwet 1928)

(52).

Handeling: Het rangschikken van onroerende goederen als NSW-landgoed of het intrekken van de rangschikking

Periode: 1945-

Grondslag: Natuurschoonwet 1928, art. 2, lid 2 en art. 3, lid 2; Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1989 (Stb. 252), art. 2, lid 3 en art. 3, lid 3 en 4; Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1995 (Stb. 582), art. 3a

Product: Gezamenlijke beschikkingen en verklaringen van de ministers van LNV en Financiën

Dienstonderdeel: DN (tot 1996), Laser (1997- )

Waardering: B, 5

Opmerkingen:

  • ( Een tijdelijke rangschikking is sinds 1995 mogelijk voor landgoederen die niet het voorgeschreven percentage bos of houtopstanden hebben of waarvan de aard afwijkt van de voorschriften. Na drie jaar moet het landgoed alsnog volledig aan de voorwaarden voldoen, een termijn die de minister van LNV in bijzondere omstandigheden met maximaal twee jaar kan verlengen. De eigenaar kan de ministers vragen om een verklaring dat het landgoed inmiddels volledig aan de NSW-voorwaarden voldoet

  • ( Sinds 1997 namens de minister van LNV uitgevoerd door Laser

(56).

Handeling: Het opstellen van voorwaarden inzake de velling van bossen of andere houtopstanden die behoren tot een NSW-landgoed

Periode: 1945-1989

Grondslag: Natuurschoonwet, art. 3, lid 2 onder d

Dienstonderdeel: DN, SBB

Waardering: V, na 50 jaar

Opmerking: Sinds 1990 geldt hiervoor het Rangschikkingsbesluit (Stb. 612)

(57).

Handeling: Het controleren of NSW-landgoederen nog voldoen aan de voorwaarden tot rangschikking en het toetsen van door landgoedeigenaren voorgenomen verrichtingen

Periode: 1945-1982 en 1986-

Grondslag: Natuurschoonwet 1928, art. 3, lid 2; Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1989 (Stb. 252), art. 3, lid 1 en 5, art. 4, lid 3 onder b

Dienstonderdeel: DN (tot 1982 en 1986-1996), SBB (1982-1985), Laser (1997- )

Waardering: V, na 25 jaar (bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerking: Tussen 1982-1985 uitgevoerd door Staatsbosbeheer. Sinds 1997 namens de minister van LNV uitgevoerd door Laser

(58).

Handeling: Het beslissen dat een landgoed zijn rangschikking als NSW-landgoed behoudt

Periode: 1989-

Grondslag: Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1989 (Stb. 252), art. 3, lid 2 en 5; Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1995 (Stb. 582), art. 3a

Product: Gezamenlijke beschikkingen van de ministers van LNV en Financiën

Dienstonderdeel: DN (tot 1996), Laser (1997- )

Waardering: V, na 25 jaar (bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerkingen:

  • ( Samen met de minister van Financiën

  • ( Bij overdracht, verdeling e.d. van het landgoed moet daartoe binnen zes maanden een verzoek aan de ministers worden gedaan. In bijzondere gevallen kan de minister van LNV die termijn verlengen

  • ( Sinds 1997 namens de minister van LNV uitgevoerd door Laser

(59).

Handeling: Het vaststellen van een kortere termijn waarbinnen een niet ernstig aangetast landgoed dat zijn rangschikking verliest opnieuw kan worden voorgedragen voor rangschikking

Periode: 1989-

Grondslag: Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1989 (Stb. 252), art. 4, lid 2

Product: Gezamenlijke beschikkingen van de ministers van LNV en Financiën

Dienstonderdeel: DN (tot 1996), Laser (1997- )

Waardering: V, na 25 jaar (bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerkingen:

  • ( Samen met de minister van Financiën

  • ( De standaardtermijn bedraagt tien jaar

  • ( Aan de kortere termijn kunnen voorwaarden verbonden worden

  • ( Sinds 1997 namens de minister van LNV uitgevoerd door Laser

(60).

Handeling: Het goedkeuren van de regels voor openstelling voor het publiek van een NSW-landgoed

Periode: 1945-

Grondslag: Natuurschoonwet 1928, art. 4, lid 3; Natuurschoonwet zoals gewijzigd in 1956 (Stb. 362), art. 7, lid 1

Product: Gezamenlijke beschikkingen van de ministers van LNV en Financiën

Dienstonderdeel: DN (tot 1996), Laser (1997- )

Waardering: V, na 25 jaar (bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerkingen:

  • ( Samen met de minister van Financiën

  • ( Sinds 1997 namens de minister van LNV uitgevoerd door Laser

(61).

Handeling: Het beslissen of een landgoed na successie, schenking of overdracht nog volgens de goedgekeurde regels is opengesteld voor het publiek

Periode: 1945-

Grondslag: Natuurschoonwet, art. 8

Product: Gezamenlijke beschikkingen van de ministers van LNV en Financiën

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerkingen:

  • ( Samen met de minister van Financiën

  • ( Bij een negatief oordeel vordert de minister van Financiën alsnog successierechten e.d. van de nieuwe eigenaar

4.5 Aanwijzing natuurmonumenten

(63).

Handeling: Het aanwijzen van een gebied als beschermd natuurmonument of staatsnatuurmonument dan wel het intrekken van die aanwijzing

Periode: 1945-

Grondslag: (sinds 1968:) Natuurbeschermingswet , art. 7, lid 1, art. 11, lid 1 en art. 21, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerkingen:

  • ( In overeenstemming met de minister van VROM

  • ( Wat de aanwijzing als beschermd natuurmonument betreft omvat de handeling tevens activiteiten die alleen door de minister van LNV worden verricht:

    • het besluiten tot het in overweging nemen van een aanwijzing, dan wel van een (gedeeltelijke) intrekking;

    • het bij nadere beschikking bepalen dat voorafgaand aan een aanwijzing onmiddellijk (deels) de rechtsgevolgen intreden, die de wet aan zo'n aanwijzing verbindt (alleen bij dringende noodzaak en als de bescherming niet al is geregeld bij het besluit tot het in overweging nemen van een aanwijzing);

    • het besluiten omtrent verlenging van de termijn waarin Gedeputeerde Staten de reacties toezenden die bij hen zijn ingekomen inzake zijn overweging tot aanwijzing, dan wel tot (gedeeltelijke) intrekking van zo'n aanwijzing

(68).

Handeling: Het toekennen van een schadevergoeding aan belanghebbenden die, ten gevolge van de aanwijzing van een beschermd natuurmonument of de weigering een vergunning te verlenen, op niet-redelijke wijze geschaad worden

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 18, lid 1

Dienstonderdeel: DN (tot 1997), RBD's (1998- )

Waardering: V, na 10 jaar (stukken m.b.t. Waddenzee na 20 jaar; stukken bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerking: Tussen 1996 en 1998 namens de minister uitgevoerd door Gedeputeerde Staten, tot het desbetreffende mandaat in 1998 met terugwerkende kracht ongedaan werd gemaakt. Sinds 1998 met machtiging van de minister uitgevoerd door de regiodirecties van LNV

4.6 Begrenzing natuurontwikkelingsprojecten

(69).

Handeling: Het opstellen van regelingen met betrekking tot de begrenzing van natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-

Product: Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten (Stcrt. 1991, 123)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(75).

Handeling: Het stellen van voorwaarden met betrekking tot de begrenzingsplannen voor natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-

Grondslag: Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten, art. 3, lid 2 en 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Deel van deze handeling maakt uit:

  • -

    het aangeven van het aantal hectaren per provincie waarvoor ten hoogste een begrenzingsplan vast kan worden gesteld;

  • -

    de projecten waarvoor bij voorrang een begrenzingsplan moet worden opgesteld;

  • -

    het bedrag dat jaarlijks uit de kas bestemd is voor natuurontwikkelingsprojecten

(77).

Handeling: Het goedkeuren van (de wijziging van) een begrenzingsplan van een natuurmonument

Periode: 1993-

Grondslag: Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 3, lid 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

4.7 Onteigening

(78).

Handeling: Het opstellen van een wetsvoorstel tot onteigening van een onroerend goed in het belang van het natuurbeheer

Periode: 1959-

Grondslag: Onteigeningswet zoals gewijzigd in 1959 (Stb. 23), art. 142

Product: Wet van 25 april 1963 tot onteigening in het belang der natuurbescherming van percelen, erfdienstbaarheden en andere zakelijke rechten in de gemeente Melick en Herkenbosch, in het natuurgebied `Meijnweg' (Stb. 1963, 611)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Deel van deze handeling is het registeren van beschouwingen van Gedeputeerde Staten (Onteigeningswet, art. 146)

(80).

Handeling: Het verbieden van handelingen die het karakter aantasten van een natuurgebied dat de staat voornemens is te onteigenen, dan wel het intrekken of verlengen van dat verbod

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 31

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerkingen:

  • ( Het betreft handelingen die schadelijk zijn voor het natuurschoon of voor de natuurwetenschappelijke betekenis

  • ( Verlenging gebeurt bij koninklijk besluit

(81).

Handeling: Het verlenen van ontheffingen inzake handelingen die verboden zijn in een natuurgebied dat de staat voornemens is te onteigenen

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 31, lid 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 50 jaar

4.8 Grondverwerving natuurgebieden

(82).

Handeling: Het beslissen over de aankoop, verkoop of ruil van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(83).

Handeling: Het uitvoeren van aankoop-, verkoop- en ruiltransacties van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-1946

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 6 jaar na vervallen eigendom

Opmerkingen:

  • ( Deze handeling omvat o.a. het aanwijzen van een driemanschap dat gronden taxeert en het (laten) taxeren van gronden

  • ( Tussen 1946-1982 uitgevoerd door Stichting Beheer Landbouwgronden en sinds 1983 door Bureau Beheer Landbouwgronden; vanaf 1945 tevens uitgevoerd door Staatsbosbeheer

(84).

Handeling: Het verlenen van bijdragen aan gemeenten voor de verwerving van natuurgebieden

Periode: 1950-1970

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 15 jaar

(86).

Handeling: Het bepalen dat vanaf een bepaald tijdstip geen beroep kan worden gedaan op de koopplicht in natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-

Grondslag: Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten, art. 18; Regeling beheersovereenkomsten en natuurontwikkeling, art. 52

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Deze bepaling is opgenomen omwille van de budgettaire beheersbaarheid van de koopplicht die aan het BBL is opgelegd

4.9 Staatsdeelneming natuurgebieden

(87).

Handeling: Het mede oprichten en vormgeven van een schap van natuurgebieden

Periode: 1985-

Grondslag: Wet deelneming Grevelingen, art. 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Bij deze handeling kunnen ook andere ministers betrokken zijn, zoals de minister van VROM

(88).

Handeling: Het toetreden tot de raad van bestuur van een schap van natuurgebieden

Periode: 1985-

Bron: Wet deelneming Grevelingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, 76 jaar na geboortedatum

4.10 Overheidsbeheer van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

(89).

Handeling: Het voorbereiden van het beleid inzake het beheer van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(91).

Handeling: Het aangaan van zakelijke rechten met betrekking tot staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. erfpacht, opstal en erfdienstbaarheden

(92).

Handeling: Het aangaan van relatieve rechten met betrekking tot staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 15 jaar

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(93).

Handeling: Het opstellen van beheersplannen voor staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(94).

Handeling: Het exploiteren en onderhouden van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 15 jaar

(95).

Handeling: Het geven van voorlichting over de instandhouding en het onderhoud van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 15 jaar

4.11 Achterstallig onderhoud historische tuinen, parken en buitenplaatsen

(96).

Handeling: Het opstellen van bijdrageregelingen voor het opheffen van achterstallig onderhoud in historische parken, tuinen en buitenplaatsen

Periode: 1981-

Product: Regeling Subsdiëring achterstallig onderhoud historische parken en tuinen van buitenplaatsen en landgoederen in 1981 (Stcrt. 1981, 29), Regeling Subsdiëring achterstallig onderhoud historische parken en tuinen van buitenplaatsen en landgoederen in 1982 (Stcrt. 1982, 56), Beschikking bijdragen achterstallig onderhoud historische parken, tuinen en buitenplaatsen (Stcrt. 1983, 199)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(97).

Handeling: Het periodiek vaststellen van bijdragen voor het opheffen van achterstallig onderhoud in historische parken, tuinen en buitenplaatsen

Periode: 1981-

Grondslag: Subsidiëring achterstallig onderhoud historische parken en tuinen van buitenplaatsen en landgoederen in 1981; Subsdiëring achterstallig onderhoud historische parken en tuinen van buiten plaatsen en landgoederen in 1982; Beschikking bijdragen achterstallig onderhoud historische parken, tuinen en buitenplaatsen, art. 2

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

4.12 Aanschaf, instandhouding en beheer natuurgebieden door niet-overheidsorganisaties

(98).

Handeling: Het vaststellen van een beheersplan voor (een deel van) een beschermd natuurmonument en het aan eigenaren en gebruikers vergoeden van kosten en lasten die daaruit voor hen resulteren

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 14

Dienstonderdeel: DN (tot 1997), RBD's (1998- )

Waardering: V, na 10 jaar (bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerking: Tussen 1996 en 1998 namens de minister uitgevoerd door Gedeputeerde Staten, tot het desbetreffende mandaat in 1998 met terugwerkende kracht ongedaan werd gemaakt. Sinds 1998 met machtiging van de minister uitgevoerd door de regiodirecties van LNV

(100).

Handeling: Het goedkeuren van beheersplannen voor natuurgebieden

Periode: 1977-

Grondslag: Beschikking natuurbijdragen, art. 6, lid 2; Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 13, lid 3

Dienstonderdeel: DN (1977- ), SBB (tot 1987)

Waardering: V, na 15 jaar

Opmerking: Tot 1987 tevens door Staatsbosbeheer

(101).

Handeling: Het opstellen, wijzigen en intrekken van (bijdragen)regelingen inzake de aanschaf, het instandhouden en het beheer van natuurterreinen

Periode: 1976-

Product: Beschikking natuurbijdragen (Stb. 1976, 256), Regeling effectgerichte maatregelen in natuurterreinen (Stcrt. 1989, 163), Regeling bijdragen particulier terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties (Stcrt.1993, 137)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(102).

Handeling: Het stellen van nadere regels inzake de aanschaf, het instandhouden en het beheer van natuurgebieden

Periode: 1976-

Grondslag: Beschikking natuurbijdragen, art. 6, lid 1; Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 12, lid 1

Product: Richtlijnen voor beheersplannen, projectenlijsten van tbo's

Dienstonderdeel: DN (1976- ), SBB (tot 1987)

Waardering: B, 5

Opmerking: Tot 1987 tevens door Staatsbosbeheer

(103).

Handeling: Het stellen van nadere regels aan de inrichting en organisatie van instellingen die bijdragen ontvangen in het kader van de aanschaf, het instandhouden en beheer van natuurgebieden

Periode: 1976-

Grondslag: Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 38, lid 2

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(104).

Handeling: Het toekennen of intrekken van (bijzondere) bijdragen aan de eigenaren en/of gebruikers van natuurgebieden voor de aanschaf, het instandhouden en het beheer

Periode: 1976-

Grondslag: Beschikking natuurbijdragen, art. 6, lid 3; Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 17, lid 1

Dienstonderdeel: DN (1976- ), SBB (tot 1987)

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerkingen:

( De handeling omvat tevens aanwijzingen inzake het beheer door eigenaars of gebruikers, of goedkeuring van een tbo-project

( Tot 1987 tevens door Staatsbosbeheer

(105).

Handeling: Het verlenen van vergoedingen voor het (mede) richten van de bedrijfsvoering van landbouwbedrijven op natuur- en landschapsbeheer binnen daartoe aangewezen gebieden

Periode: 1993-

Grondslag: Natuurbeschermingswet zoals gewijzigd in 1992 (Stb. 424), art. 25a, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

(106).

Handeling: Het stellen van nadere regels inzake de verlening van vergoedingen voor het (mede) richten van de bedrijfsvoering van landbouwbedrijven op natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1993-

Grondslag: Natuurbeschermingswet zoals gewijzigd in 1992 (Stb. 424), art. 25a, lid 2

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

4.13 Vergunning- en ontheffingverlening Natuurbeschermingswet

(108).

Handeling: Het verlenen van vergunningen voor het verrichten van handelingen die schadelijk zijn voor het natuurschoon of voor de natuurwetenschappelijke betekenis van natuurmonument of die een beschermd natuurmonument ontsieren

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 12, lid 1

Dienstonderdeel: DN (tot 1997), RBD's (1998- )

Waardering: V, na 5 jaar (stukken m.b.t. Waddenzee na 20 jaar; stukken bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerking: Tussen 1996 en 1998 namens de minister uitgevoerd door Gedeputeerde Staten, tot het desbetreffende mandaat in 1998 met terugwerkende kracht ongedaan werd gemaakt. Sinds 1998 met machtiging van de minister uitgevoerd door de regiodirecties van LNV

(112).

Handeling: Het verlenen van ontheffingen inzake het verbod een beschermd (staats)natuurmonument te verontreinigen, planten te verwijderen, dieren te verontrusten of schade aan de natuur aan te brengen

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 16, lid 2 onder c en art. 21, lid 4

Dienstonderdeel: DN (tot 1997), RBD's (1998- )

Waardering: V, na 5 jaar (stukken m.b.t. Waddenzee na 20 jaar; stukken bij centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerking: Tussen 1996 en 1998 namens de minister uitgevoerd door Gedeputeerde Staten, tot het desbetreffende mandaat in 1998 met terugwerkende kracht ongedaan werd gemaakt. Sinds 1998 met machtiging van de minister uitgevoerd door de regiodirecties van LNV

4.14 Verklaring van geen bezwaar cultuurtechnische werken

(113).

Handeling: Het in het kader van de natuurbescherming opstellen van een verklaring van geen bezwaar inzake de bouw van een cultuurtechnisch werk

Periode: 1945-

Grondslag: Natuurbeschermingsbeschikking, artt. 1-3 en 8-17

Dienstonderdeel: DN, SBB

Waardering: V, na 15 jaar

Opmerkingen:

( Tot 1982 werd deze handeling gezamenlijk uitgevoerd door de minister van OKW (later CRM) en de minister van Landbouw en Visserij

( De verklaring kan namens de minister(s) worden afgeven door de directeur SBB of door houtvesters

4.15 Aanmoedigingsprijzen

(115).

Handeling: Het instellen van een aanmoedigingsprijs inzake natuur- en landschapsbeheer, het opstellen van criteria en het instellen van beoordelingscommissies

Periode: 1945-

Bron: Interview

Product: O.a. Regeling instelling beoordelingscommissie gemeentelijke natuurprijs (Stcrt. 1993, 9)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

4.16 Educatie

(117).

Handeling: Het formuleren en evalueren van meerjaren- of kaderplannen inzake natuureducatie

Periode: 1945-

Product: Meerjarenplan natuur- en milieueducatie in het onderwijs 1991-1995 (TK 20 487, nr. 10), Kaderplan natuur- en milieueducatie 1993-1999 (TK 20 487 nr. 11)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1, 2

Opmerking: Indien van toepassing gebeurt dit samen met andere betrokken ministers

(118).

Handeling: Het opstellen en evalueren van ontwikkelings- of projectplannen inzake natuureducatie

Periode: 1945-

Product: Natuur- en milieueducatie in nationale parken, Natuur- en milieueducatie in het waddengebied, Didactiekontwikkeling natuur- en milieueducatie natuur (i.s.m. VROM en O&W)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Eventueel tezamen met andere ministers en provinciale overheden

(119).

Handeling: Het coördineren van de uitvoering van programma's en projecten inzake natuureducatie

Periode: 1945-

Bron: Advies inzake een beleidsplan voor de educatie betreffende het natuurlijke milieu en het waardevolle cultuurlandschap: de stand van zaken na drie jaren (Ed. CNB / 1978)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerkingen:

  • ( Samen met de commissie Natuur- en Milieueducatie. Eventueel in samenwerking met andere ministers en provinciale overheden

  • ( De handeling kan tevens betrekking hebben op het subsidiëren van organisaties die uitvoering geven aan projecten en ontwikkelingsplannen inzake natuureducatie

4.17 Voorlichting

(121).

Handeling: Het opstellen en evalueren van meerjarenplannen inzake de voorlichting op het beleidsterrein natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Interview

Product: Bedrijfseconomisch voorlichtingsplan, Beleidskader communicatie

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1, 2

(122).

Handeling: Het opstellen van een jaarprogrammering inzake de voorlichting op het beleidsterrein natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(123).

Handeling: Het opstellen en evalueren van een communicatieplan voor een onderwerp op het beleidsterrein natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Interview

Product: Communicatieplan bos en natuur

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(124).

Handeling: Het geven van opdrachten tot het vervaardigen van voorlichtingsmiddelen inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

(125).

Handeling: Het organiseren van congressen, conferenties en andere speciale bijeenkomsten die betrekking hebben op het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Grondslag: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 5 jaar

Opmerkingen:

  • ( Voorbeeld van een congres is dat over de relatie tussen natuur en economie

  • ( De handeling omvat o.a. het uitnodigen van sprekers, het opstellen van de congresprotocollen, etc.

(126).

Handeling: Het verrichten van (opinie)onderzoek naar de mening van de bevolking of een doelgroep inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Interview

Product: O.a. Natuurbeleid in de peiling

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(127).

Handeling: Het redigeren en publiceren van tijdschriften die betrekking hebben op het beleidsterrein natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Interview

Product: O.a. Nieuwsbrief groene ruimte

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5 voor het gedrukte materiaal; de rest vernietigen na 5 jaar

4.18 Aanduiding en afsluiting beschermde natuurmonumenten

(128).

Handeling: Het vaststellen en (laten) aanbrengen van de kentekens die een beschermd natuurmonument aanduiden

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 15

Dienstonderdeel: DN, RBD's

Waardering: V, na 50 jaar

(129).

Handeling: Het (gedeeltelijk) afsluiten van een beschermd natuurmonument of staatsnatuurmonument

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, artt. 15, 17 en 21, lid 5

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: Art. 17 fungeert als juridische basis om de toegang tot een bepaald water te verbieden. Bij het verbod om zich op een bepaald terrein te bevinden kan de minister verwijzen naar het Wetboek van Strafrecht

4.19 Aanwijzing bevoegdheid tot betreding van natuurterreinen

(130).

Handeling: Het aanwijzen van ambtenaren die bevoegd zijn tussen zonsopgang en zonsondergang alle beschermde natuurgebieden te betreden en het vaststellen van een model van een legitimatiebewijs

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, artt. 30 en 5

Product: Beschikking controleurs Natuurbeschermingswet (Stcrt. 1974, 147), Regeling van de minister van Landbouw en Visserij (Stcrt. 1987, 130)

Dienstonderdeel: DN (tot 1997), RBD's (1998- )

Waardering: V, na 50 jaar

Opmerking: In 1996 berustte deze bevoegdheid bij Gedeputeerde Staten (ter uitoefening namens de minister), tot het desbetreffende mandaat in 1998 met terugwerkende kracht ongedaan werd gemaakt. Sinds 1998 zijn de regiodirecties van LNV daartoe bevoegd met machtiging van de minister

Hoofdstuk 5. Handhaving en monitoring

5.1 Handhaving

(131).

Handeling: Het aanwijzen van toezichthouders en opsporingsambtenaren ten behoeve van de naleving van de wet- en regelgeving inzake het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Grondslag: (sinds 1968:) Natuurbeschermingswet, art. 28, lid 1

Product: Beschikking aanwijzing opsporingsambtenaren Natuurbeschermingswet (Stcrt. 1984, 169)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: De Natuurbeschermingswet bevestigt de algemene opsporingsbevoegdheid van de personen die daartoe aangewezen zijn bij het Wetboek van Strafvordering, zoals de ambtenaren van de invoerrechten en accijnzen

(132).

Handeling: Het opzetten en evalueren van inspectieprojecten inzake de naleving van de wet- en regelgeving inzake het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Product: Project `Versterking handhaving groene wetgeving'

Dienstonderdeel: AID

Waardering: B, 5

Opmerking: Deze handeling wordt verricht door inspecteurs AID

(133).

Handeling: Het op kosten van de overtreder doen wegnemen, beletten, verrichten of in vorige toestand herstellen van hetgeen in strijd met de Natuurbeschermingswet wordt gehouden, gemaakt, ondernomen, nagelaten of weggenomen

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 29, lid 1

Dienstonderdeel: DN (tot 1997), RBD's (1998- )

Waardering: V, na 20 jaar (centrale beleidsdirectie Natuurbeheer na 50 jaar)

Opmerking: Tussen 1996 en 1998 namens de minister uitgevoerd door Gedeputeerde Staten, tot het desbetreffende mandaat in 1998 met terugwerkende kracht ongedaan werd gemaakt. Sinds 1998 met machtiging van de minister uitgevoerd door de regiodirecties van LNV

5.2 Monitoring

(134)

Handeling: Het (mede) ontwerpen van systemen inzake het monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Product: Monitoringssysteem groene ruimte, Naar een Monitoringssysteem Groene Ruimte

Dienstonderdeel: DN, SBB

Waardering: B, 2

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn, zoals het ministerie van VROM met de projectgroep Monitoring Groene Ruimte

(135)

Handeling: Het (laten) opzetten en onderhouden van systemen inzake het monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, SBB

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn

(136)

Handeling: Het (laten) monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, SBB

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn

(137)

Handeling: Het opstellen van overzichten van de gegevens welke zijn verkregen door het monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, SBB

Waardering: B, 2

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn

Hoofdstuk 6. Internationaal overleg

6.1 Nationale voorbereiding internationaal overleg

(139).

Handeling: Het formuleren van beleidsstandpunten inzake internationaal natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Product: Programma Internationaal Natuurbeheer (PIN) 1996-2000 (TK 1994-1995, 24 408, nr. 1 en 2)

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Opmerking: Andere betrokken ministeries zijn o.a. die van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking, Economische Zaken, VROM, en Verkeer en Waterstaat

(140).

Handeling: Het departementaal voorbereiden van verdragen die betrekking hebben op natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Product: Overeenkomst inzake watergebieden van internationale betekenis, etc. (Ramsar, 1971), Verdrag inzake het behoud van wilde dieren en planten en hun natuurlijke leefmilieu in Europa (Bern 1979)

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Opmerking: Overleg op basis van eenmaal tot stand gekomen verdragen valt onder de handelingen in rubriek 6.3

(141).

Handeling: Het inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens overleg van de Coördinatiecommissie Internationale Milieuvraagstukken (CIM)

Periode: 1970-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

(142).

Handeling: Het inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens bijeenkomsten in het kader van de Coördinatie Commissie Ontwikkelingssamenwerking (COCOS)

Periode: 1970-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

(143).

Handeling: Het inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens overleg in het kader van de Coördinatie Commissie Verenigde Naties (COCO-VNGO)

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

6.2 Informeel overleg

(147).

Handeling: Het uitwisselen van kennis inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens internationale (ad-hoc)conferenties en symposia

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: V, na 5 jaar

(148).

Handeling: Het voeren van niet-geformaliseerd bilateraal en multilateraal overleg inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

6.3 Geformaliseerd overleg

Bilateraal overleg

(149).

Handeling: Het voeren van geformaliseerd bilateraal overleg inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Verenigde Naties

(150).

Handeling: Het opstellen en inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens bijeenkomsten in het kader van de Verenigde Naties

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

IUCN

(151).

Handeling: Het opstellen en inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens bijeenkomsten in het kader van de IUCN

Periode: 1945-

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Conventie van Ramsar

(152).

Handeling: Het opstellen en inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens bijeenkomsten in het kader van de Ramsar-conventie

Periode: c. 1970-

Bron: Overeenkomst van Ramsar (Trb. 1975, 84)

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Benelux

(153).

Handeling: Het opstellen en inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens bijeenkomsten in het kader van de Benelux

Periode: c. 1975-

Bron: Benelux-overeenkomst op het gebied van natuurbehoud en landschapsbescherming (Trb. 1982, 97)

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Conventie van Bern

(154).

Handeling: Het opstellen en inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens bijeenkomsten in het kader van het Verdrag van Bern

Periode: c. 1975-

Bron: Verdrag inzake het behoud van wilde dieren en planten en hun natuurlijk leefmilieu in Europa (Trb. 1980, 60)

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Europese Gemeenschap (EG)

(155).

Handeling: Het opstellen en inbrengen van bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer tijdens overleg in het kader van de EG

Periode: c. 1990-

Bron: J. Schreur e.a., Basisboek Milieurecht, milieuhygiëne, water, natuur en landschap, p. 333

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

6.4 Verplichtingen krachtens internationale afspraken

(156).

Handeling: Het notificeren van internationale organen of andere landen over de situatie in Nederland inzake het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1967-

Grondslag: Verdragen (o.a. Verdrag van Ramsar, art. 3, lid 2)

Dienstonderdeel: DN, IZ

Waardering: B, 1

Opmerking: De notificaties kunnen bijv. betrekking hebben op de aantasting van het ecologische karakter van een op Nederlands grondgebied gelegen aangewezen natuurgebied

Deel 2. Handelingen van actoren onder de archiefzorg van LNV

Boschraad

(53).

Handeling: Het adviseren van de betrokken ministers inzake de rangschikking van een onroerend goed als NSW-landgoed

Periode: 1945-1948

Grondslag: Natuurschoonwet, art. 3

Dienstonderdeel: SBB

Waardering: B, 5

Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL)

(82).

Handeling: Het beslissen over de aankoop, verkoop of ruil van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

Opmerking: Voor 1983 uitgevoerd door Stichting Beheer Landbouwgronden

(83).

Handeling: Het uitvoeren van aankoop-, verkoop- en ruiltransacties van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, 6 jaar na vervallen eigendom

Opmerkingen:

  • ( Deze handeling omvat o.a. het aanwijzen van een driemanschap dat gronden taxeert en het (laten) taxeren van gronden

  • ( Voor 1983 uitgevoerd door Stichting Beheer Landbouwgronden

(82).

Handeling: Het verlenen van bijdragen aan gemeenten voor de verwerving van natuurgebieden

Periode: 1950-1970

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 15 jaar

(89).

Handeling: Het voorbereiden van het beleid inzake het beheer van gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

(91).

Handeling: Het aangaan van zakelijke rechten met betrekking tot gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. erfpacht, opstal en erfdienstbaarheden

(92).

Handeling: Het aangaan van relatieve rechten met betrekking tot gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(93).

Handeling: Het opstellen van beheersplannen voor gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(94).

Handeling: Het exploiteren en onderhouden van gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

(95).

Handeling: Het geven van voorlichting over de instandhouding en het onderhoud van gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1983-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

Centrale Commissie voor de Natuurbescherming

(114).

Handeling: Het adviseren van de betrokken ministers inzake het opstellen van verklaringen van geen bezwaar met betrekking tot de bouw van een cultuurtechnisch werk

Periode: 1945-1977

Grondslag: Natuurbeschermingsbeschikking, art. 4

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

(Centrale) Landinrichtingscommissie

(73).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV over het opstellen van regelingen inzake de begrenzing van natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-

Bron: Toelichting Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten (Stcrt. 1991, 123)

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

Opmerking: Van toepassing op een gebied waarvoor herinrichting, ruilverkaveling of aanpassingsinrichtingen uit hoofde van de Landinrichtingswet worden voorbereid

(74).

Handeling: Het adviseren van de Provinciale Commissie Beheer Landbouwgronden inzake het voorontwerp-begrenzingsplan

Periode: 1991-

Grondslag: Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten, art. 4 onder b

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

Opmerking: Van toepassing op een gebied waarvoor herinrichting, ruilverkaveling of aanpassingsinrichtingen uit hoofde van de Landinrichtingswet worden voorbereid

Commissie van advies bezwaarschriften particuliere cultuurtechnische werken

(114).

Handeling: Het adviseren van de betrokken ministers inzake het opstellen van verklaringen van geen bezwaar met betrekking tot de bouw van een cultuurtechnisch werk

Periode: 1977-1978

Grondslag: Natuurbeschermingsbeschikking, art. 4

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Commissie Beheer Landbouwgronden (CBL)

(72).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV over het opstellen van regelingen inzake de begrenzing van natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-

Bron: Toelichting Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten (Stcrt. 1991, 123)

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

(85).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake het bepalen dat vanaf een bepaald tijdstip geen beroep kan worden gedaan op de koopplicht in natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-

Grondslag: Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten, art. 18; Regeling beheersovereenkomsten en natuurontwikkeling, art. 52

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

(107).

Handeling: Het aan de minister van LNV kenbaar maken van een mening over nadere regels inzake de verlening van vergoedingen voor natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1993-1996

Grondslag: Natuurbeschermingswet zoals gewijzigd in 1992 (Stb. 424), art. 25a, lid 3

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

Opmerking: De inbreng van de CBL verviel per 1-1-1997 krachtens de Aanpassingswet herziening adviesstelsel (Stb. 1997, 63)

Commissie voor de bezwaarschriften

(114).

Handeling: Het adviseren van de betrokken ministers inzake het opstellen van verklaringen van geen bezwaar met betrekking tot de bouw van een cultuurtechnisch werk

Periode: 1978-

Grondslag: Natuurbeschermingsbeschikking, art. 4

Dienstonderdeel: JZ

Waardering: V, na 10 jaar

Commissie voor Natuur- en Milieueducatie

(119).

Handeling: Het coördineren van de uitvoering van programma's en projecten inzake natuureducatie

Periode: 1945-

Bron: Advies inzake een beleidsplan voor de educatie betreffende het natuurlijke milieu en het waardevolle cultuurlandschap: de stand van zaken na drie jaren (Ed. CNB / 1978)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerkingen:

  • ( Eventueel in samenwerking met andere ministers en provinciale overheden

  • ( De handeling kan tevens betrekking hebben op het subsidiëren van organisaties die uitvoering geven aan projecten en ontwikkelingsplannen inzake natuureducatie

Commissie voor de Opvoeding tot de Natuurbeschermingsgedachte / Commissie voor Natuurbeschermingseducatie (CBNE)

(120).

Handeling: Het adviseren van de minister inzake het opstellen en evalueren van plannen op het terrein van de natuureducatie

Periode: 1951-1991

Bron: International Union for the Conservation of Nature and Natural Resources (IUCN)

Product: Advies inzake een beleidsplan voor de educatie betreffende het natuurlijke milieu en het waardevolle cultuurlandschap: de stand van zaken na drie jaren (Ed. CNB / 1978)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Opmerkingen:

  • ( De IUCN is een verdrag uit 1948; zie verder hoofdstuk 6

  • ( In 1991 werd de commissie onderdeel van de Natuurbeschermingsraad

Natuurbeschermingsraad

(11).

Handeling: Het adviseren van de minister inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1968-1996

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 2, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

(66).

Handeling: Het adviseren van minister over de aanwijzing van een gebied als beschermd natuurmonument of staatsnatuurmonument dan wel over de intrekking van die aanwijzing

Periode: 1968-1996

Grondslag: Natuurbeschermingswet , art. 9, lid 6, art. 11, lid 2 en art. 21, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(71).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV over het opstellen van regelingen inzake de begrenzing van natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-1996

Bron: Toelichting Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten (Stcrt. 1991, 123)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(99).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake een beheersplan voor (een deel van) een beschermd natuurmonument

Periode: 1968-1996

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 14, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

(110).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV en Gedeputeerde Staten inzake het verlenen van een vergunning of ontheffing die zou leiden tot ernstige aantasting van een beschermd natuurmonument

Periode: 1968-1996

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 13, lid 3

Dienstonderdeel; DN

Waardering: V, na 10 jaar

Natuurwetenschappelijke Commissie (NWC)

(64).

Handeling: Het aanmerken van gebieden die bescherming verdienen vanwege hun grote waarde voor natuur en landschap

Periode: 1945-1968

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

Opmerking: In 1969 werd de commissie een onderdeel van de Natuurbeschermingsraad

(90).

Handeling: Het adviseren van Staatsbosbeheer bij het beheer van natuurgebieden

Periode: 1945-1968

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: In 1969 werd de commissie een onderdeel van de Natuurbeschermingsraad

Provinciale Commissies Beheer Landbouwgronden

(75).

Handeling: Het opstellen van een voorontwerp-begrenzingsplan voor een natuurontwikkelingsproject

Periode: 1991-

Grondslag: Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten, artt. 3 - 14

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

Raad voor het natuurbeheer

(15).

Handeling: Het adviseren van het bevoegde gezag inzake beleid m.b.t. natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1994-

Grondslag: Besluit Raad voor het natuurbeheer, art. 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Opmerking: Het bevoegde gezag bestaat in dit geval uit de Eerste en Tweede Kamer, de betrokken ministers, de provinciale en gemeentelijke overheden en de besturen van de waterschappen

(30).

Handeling: Het adviseren van het bevoegde gezag inzake het opstellen van wet- en regelgeving met betrekking tot natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1994-

Grondslag: Besluit raad voor het natuurbeheer, art. 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Opmerking: Het bevoegde gezag is hier de Eerste en Tweede Kamer, de betrokken ministers, de provinciale en gemeentelijke overheden en de besturen van de waterschappen

(138).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake internationaal natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1994-

Bron: Programma Internationaal Natuurbeheer (PIN) 1996 - 2000 (TK 1994-1995, 24 408, nr. 1 en 2)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Rijksinstituut voor Natuurbeheer

(18).

Handeling: Het (jaarlijks) aan de minister van LNV doen van een onderzoeksvoorstel met betrekking tot natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1969-

Grondslag: Instellingsbeschikking Rijksinstituut voor Natuurbeheer, art. 3

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Opmerkingen:

( Bij het Rijksinstituut voor het Natuurbeheer is een programmeringscommissie werkzaam. De minister levert de voorzitter

( Het voorstel past in een plan van werkzaamheden van aangewezen onderzoeksinstellingen

Staatstoezicht op de Bosschen

(54).

Handeling: Het adviseren van de betrokken ministers inzake de rangschikking van een onroerend goed als NSW-landgoed

Periode: 1945-1947

Grondslag: Natuurschoonwet, art. 3

Dienstonderdeel: SBB

Waardering: B, 5

Stichting Beheer Landbouwgronden (SBL)

(82).

Handeling: Het beslissen over de aankoop, verkoop of ruil van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1946-1982

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

(83).

Handeling: Het uitvoeren van aankoop-, verkoop- en ruiltransacties van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1946-1982

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, 6 jaar na vervallen eigendom

Opmerking: Deze handeling omvat o.a. het aanwijzen van een driemanschap dat gronden taxeert en het (laten) taxeren van gronden

(82).

Handeling: Het verlenen van bijdragen aan gemeenten voor de verwerving van natuurgebieden

Periode: 1950-1970

Bron: Interview

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 15 jaar

(89).

Handeling: Het voorbereiden van het beleid inzake het beheer van gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1946-1982

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

(91).

Handeling: Het aangaan van zakelijke rechten met betrekking tot gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1946-1982

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. erfpacht, opstal en erfdienstbaarheden

(92).

Handeling: Het aangaan van relatieve rechten met betrekking tot gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1946-1982

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(93).

Handeling: Het opstellen van beheersplannen voor gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1946-1982

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(94).

Handeling: Het exploiteren en onderhouden van gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1946-1982

Grondslag: Rijksbegrotingen

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

(95).

Handeling: Het geven van voorlichting over de instandhouding en het onderhoud van gronden die zijn verworven in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Dienstonderdeel: DLG

Waardering: V, na 6 jaar

Periode: 1946-1982

Grondslag: Rijksbegrotingen

Stichting Landschapsbeheer Nederland

(45).

Handeling: Het opstellen van een bijdrageregeling voor financiële steun aan gemeenten bij het opzetten van landschapsbeleidsplannen

Periode: 1993-

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 5

(47).

Handeling: Het toekennen van bijdragen aan gemeenten voor de kosten voor het laten opstellen van een landschapsbeleidsplan

Periode: 1993-

Grondslag: Regeling bijdragen landschapsbeleidsplannen, art. 9

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Tussen 1985-1987 door Staatsbosbeheer en tussen 1987-1993 door de minister van LNV

Stuurgroep Particuliere Natuurschoonwet-landgoederen

(62).

Handeling: Het adviseren van de ministers inzake de uitvoering van maatregelen voor de duurzame instandhouding van de cultuurhistorische, natuurwetenschappelijke, landschappelijke en recreatieve waarden van landgoederen

Periode: 1979-

Grondslag: Instellingsbeschikking Stuurgroep particuliere Natuurschoonwet-landgoederen

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Toetsingscommissie(s) natuurprijs

(116).

Handeling: Het vaststellen wie een aanmoedigingsprijs krijgt inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Grondslag: Interview

Dienstonderdeel: DN

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Voorbeeld van zo'n toetsingscommissie is de Beoordelingscommissie gemeentelijke natuurprijs

Voorlopige Commissie Nationale Parken (VCNP)

(14).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1980-1998

Bron: Instellingsbesluit VCNP (oktober 1980, nr. 2425)

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Voorlopige Natuurbeschermingsraad

(7).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake de bescherming van de natuur en van het landschapsschoon

Periode: 1946-1967

Grondslag: Instellingsbesluit VNBR, art. 1, lid 1

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

(35).

Handeling: Het voorbereiden van de Natuurbeschermingswet

Periode: 1946-1967

Grondslag: Instellingsbesluit VNBR, art. 1, lid 2

Dienstonderdeel: DN

Waardering: B, 1

Deel 3. Handelingen van Staatsbosbeheer

N.B. De archieven van Staatsbosbeheer tot en met 1997 vallen onder de zorg van het ministerie van LNV, aangezien het tot dat moment onderdeel vormde van het ministerie. Zie art. 29 van de Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer (Stb. 1997, 514).

De handelingen zijn nader onderverdeeld volgens dezelfde indeling als het rapport Natuur- en landschapsbeheer.

2.3 Onderzoek

(16).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake het beleid m.b.t. natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Interview

Waardering: V, na 10 jaar

(20).

Handeling: Het vaststellen van onderzoeksprogramma's inzake natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1969-

Grondslag: Instellingsbeschikking Rijksinstituut voor Natuurbeheer, art. 3

Waardering: B, 1

4.2 Bijdragen landschapsbeleidsplannen

(46).

Handeling: Het aanwijzen van deskundige bureaus die landschapsbeleidsplannen opstellen voor gemeenten

Periode: 1985-1987

Grondslag: Regeling bijdragen landschapsbeleidsplannen, art. 1, onder b

Waardering: V, na 7 jaar

Opmerking: Sinds 1987 door minister van LNV

(47).

Handeling: Het toekennen van bijdragen aan gemeenten voor de kosten voor het laten opstellen van een landschapsbeleidsplan

Periode: 1985-1987

Grondslag: Regeling bijdragen landschapsbeleidsplannen, art. 9

Waardering: V, na 7 jaar

Opmerking: Sinds 1987 door de minister van LNV en sinds 1993 door de Stichting Landschapsbeheer Nederland

4.3 Landschaps(verzorgings)bijdragen

(50).

Handeling: Het toekennen van een bijdrage ten behoeve van de landschapsverzorging

Periode: 1972-1987

Grondslag: Bijdrageregeling landschap; Beschikking landschapsverzorgingsbijdrage, art. 2, lid 2

Waardering: V, na 7 jaar

Opmerkingen:

  • ( Bijdragen kunnen bijv. toegekend worden in het kader van de bestrijding van iepziekte of perevuur

  • ( Sinds 1987 uitgevoerd door de minister van LNV

4.4 Bevordering instandhouding landgoederen (Natuurschoonwet 1928)

(55).

Handeling: Het adviseren van de betrokken ministers inzake de rangschikking van een onroerend goed als NSW-landgoed

Periode: 1945-1982

Grondslag: Natuurschoonwet, art. 3, lid 1

Waardering: B, 5

(56).

Handeling: Het opstellen van voorwaarden inzake de velling van bossen of andere houtopstanden die behoren tot een NSW-landgoed

Periode: 1945-1989

Grondslag: Natuurschoonwet, art. 3, lid 2 onder d

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Sinds 1990 geldt hiervoor het Rangschikkingsbesluit (Stb. 612)

(57).

Handeling: Het controleren of NSW-landgoederen nog voldoen aan de voorwaarden tot rangschikking en het toetsen van door landgoedeigenaren voorgenomen verrichtingen

Periode: 1982-1985

Grondslag: Natuurschoonwet 1928, art. 3, lid 2

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Voor 1982 en na 1985 uitgevoerd door of namens het ministerie van LNV

4.5 Aanwijzing natuurmonumenten

(63).

Handeling: Het aanwijzen van een gebied als staatsnatuurmonument dan wel het intrekken van die aanwijzing

Periode: 1945-1967

Bron: Interview

Waardering: B, 5

4.8 Grondverwerving natuurgebieden

(82).

Handeling: Het beslissen over de aankoop, verkoop of ruil van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Waardering: B, 5

(83).

Handeling: Het uitvoeren van aankoop-, verkoop- en ruiltransacties van gronden in het belang van het natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1945-

Bron: Stichting beheer landbouwgronden 1946 t/m 1982. Overzicht van 37 jaar activiteiten op het landelijk gebied

Waardering: V, 6 jaar na vervallen eigendom

Opmerking: Deze handeling omvat o.a. het aanwijzen van een driemanschap dat gronden taxeert en het (laten) taxeren van gronden

(82).

Handeling: Het verlenen van bijdragen aan gemeenten voor de verwerving van natuurgebieden

Periode: 1950-1970

Bron: Interview

Waardering: V, na 15 jaar

4.10 Overheidsbeheer van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

(89).

Handeling: Het voorbereiden van het beleid inzake het beheer van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Waardering: B, 5

(91).

Handeling: Het aangaan van zakelijke rechten met betrekking tot staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. erfpacht, opstal en erfdienstbaarheden

(92).

Handeling: Het aangaan van relatieve rechten met betrekking tot staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(93).

Handeling: Het opstellen van beheersplannen voor staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Waardering: B, 5

Opmerking: Bijv. huur, pacht, jacht- en visrecht en ingebruikgeving

(94).

Handeling: Het exploiteren en onderhouden van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Waardering: V, na 5 jaar

(95).

Handeling: Het geven van voorlichting over de instandhouding en het onderhoud van staatsnatuurmonumenten en andere natuurterreinen

Periode: 1945-

Grondslag: Rijksbegrotingen

Waardering: V, na 5 jaar

4.12 Aanschaf, instandhouding en beheer natuurgebieden door niet-overheidsorganisaties

(100).

Handeling: Het goedkeuren van beheersplannen voor natuurgebieden

Periode: 1977-1987

Grondslag: Beschikking natuurbijdragen, art. 6, lid 2; Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 13, lid 3

Waardering: V, na 10 jaar

(102).

Handeling: Het stellen van nadere regels inzake de aanschaf, het instandhouden en het beheer van natuurgebieden

Periode: 1976-1987

Grondslag: Beschikking natuurbijdragen, art. 6, lid 1; Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 12, lid 1

Product: Richtlijnen voor beheersplannen, projectenlijsten van tbo's

Waardering: B, 5

(104).

Handeling: Het toekennen of intrekken van (bijzondere) bijdragen aan de eigenaren en/of gebruikers van natuurgebieden voor de aanschaf, het instandhouden en het beheer

Periode: 1976-1987

Grondslag: Beschikking natuurbijdragen, art. 6, lid 3; Regeling bijdragen particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, art. 17, lid 1

Waardering: V, na 7 jaar

Opmerking: De handeling omvat tevens aanwijzingen inzake het beheer door eigenaars of gebruikers, of goedkeuring van een tbo-project

5.2 Monitoring

(134).

Handeling: Het (mede) ontwerpen van systemen inzake het monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Product: Monitoringssysteem groene ruimte, Naar een Monitoringssysteem Groene Ruimte

Waardering: B, 1

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn, zoals het ministerie van VROM met de projectgroep Monitoring Groene Ruimte

(135).

Handeling: Het (laten) opzetten en onderhouden van systemen inzake het monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn

(136).

Handeling: Het (laten) monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Waardering: V, na 10 jaar

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn

(137).

Handeling: Het opstellen van overzichten van de gegevens welke zijn verkregen door het monitoren van de toestand van de natuur in Nederland

Periode: 1945-

Waardering: B, 1

Opmerking: Andere organisaties en instellingen kunnen bij deze handeling betrokken zijn

Bijlage Nog niet vastgestelde handelingen buiten de archiefzorg van LNV

Commissaris van de Koningin

(79).

Handeling: Het afgeven van een bevestiging dat de juiste procedure is gevolgd inzake de onteigening van een onroerend goed ten behoeve van de natuurbescherming

Periode: 1959-

Grondslag: Onteigeningswet zoals gewijzigd in 1959 (Stb. 23), art. 150 onder 2

Coördinatiecommissie Internationale Milieuvraagstukken (CIM)

(144).

Handeling: Het opstellen van Nederlandse bijdragen en standpunten ten behoeve van internationaal overleg over natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1970-

Coördinatiecommissie Ontwikkelingssamenwerking (COCOS)

(145).

Handeling: Het opstellen van Nederlandse bijdragen en standpunten ten behoeve van internationaal overleg inzake natuur- en landschapsbeheer in relatie met ontwikkelingssamenwerking

Periode: 1970-

Opmerking: De COCOS heeft als taak het voorbereiden van besluitvorming inzake ontwikkelingssamenwerking, schuldenproblematiek ontwikkelingslanden, etc. t.a.v. ontwikkelingslanden

Coördinatiecommissie Verenigde Naties en Geassocieerde Organisaties (COCO-VNGO)

(146).

Handeling: Het opstellen van Nederlandse bijdragen en standpunten inzake natuur- en landschapsbeheer ten behoeve van internationaal overleg in het kader van de Verenigde Naties en geassocieerde organisaties

Periode: 1945-

Opmerking: De COCO VNGO heeft als taak het ontwikkelen c.q. handhaven van een eenduidig beleid van Nederland in alle VN-organisaties met betrekking tot gezamenlijke onderwerpen die in die organisaties aan de orde komen

Gedeputeerde Staten

(31).

Handeling: Het adviseren van het bevoegde gezag inzake het opstellen van wet- en regelgeving met betrekking tot natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1986-

Bron: Natuurbeleidsplan

(65).

Handeling: Het opstellen van een beschouwing over de aanwijzing van een gebied als beschermd natuurmonument of staatsnatuurmonument dan wel over de intrekking van die aanwijzing

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet , art. 9, lid 4, art. 11, lid 2 en art. 21, lid 1

(70).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV over het opstellen van (bijdragen)regelingen inzake de begrenzing van natuurontwikkelingsprojecten

Periode: 1991-

Bron: Toelichting Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten (Stcrt. 1991, 123)

(76).

Handeling: Het vaststellen, wijzigen of intrekken van een (voorontwerp-)begrenzingsplan voor een natuurontwikkelingsproject

Periode: 1991-

Grondslag: Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten, artt. 3 - 14

Opmerking: Het voorontwerp-begrenzingsplan wordt opgesteld door de provinciale Commissie Beheer Landbouwgronden

(109).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake het verlenen van vergunningen welke zouden leiden tot aantasting van een beschermd natuurmonument

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 13, lid 1

Minister van Financiën

De handelingen van de minister van Financiën die voortvloeien uit de Natuurschoonwet 1928 zijn niet opgenomen in het voorliggende basisselectiedocument. Ze worden beschreven in het Pivot-rapport met betrekking tot het beleidsterrein belastingheffing krachtens heffingswetten (RIO Belastingen: de Geheiligde Schuld)

Minister van VROM

(63).

Handeling: Het aanwijzen van een gebied als beschermd natuurmonument of staatsnatuurmonument dan wel het intrekken van die aanwijzing

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet , art. 7, lid 1, art. 11, lid 1 en art. 21, lid 1

Opmerking: In overeenstemming met de minister van LNV

Raad voor Milieu- en Natuuronderzoek (RMNO)

(19).

Handeling: Het adviseren van betrokken ministers omtrent de hoofdlijnen van het onderzoek op het maatschappelijk aandachtsgebied natuur- en landschapsbeheer

Periode: 1979-

Bron: Voorbereidend rapport (RMNO, 1979)

Product: Programma van hoofdlijnen

Rijksplanologische Dienst

(67).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV over de aanwijzing van een gebied als beschermd natuurmonument of over de intrekking van die aanwijzing

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 9, lid 6 en art. 11, lid 2

(111).

Handeling: Het adviseren van de minister van LNV inzake het verlenen van vergunningen, met betrekking tot natuurmonumenten, waarvan de weigering deze te verlenen het algemeen belang zou schaden

Periode: 1968-

Grondslag: Natuurbeschermingswet, art. 13, lid 3

Naar boven