Instelling werkgroep Vergroening van het fiscale stelsel II

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-07-2000 t/m heden

Instelling werkgroep Vergroening van het fiscale stelsel II

De Staatssecretaris van Financiën, de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de Minister van Economische Zaken, de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

Overwegende dat het wenselijk is een nieuwe werkgroep vergroening van het fiscale stelsel in te stellen;

Besluiten:

§ 1. Instelling en taak

Artikel 2

  • 1 De werkgroep heeft als taak te bezien welke mogelijkheden in vervolg op de in deze kabinetsperiode gerealiseerde fiscale maatregelen op gebied van milieu, natuur daaronder begrepen, kunnen worden ingezet binnen het fiscale stelsel die het belang van de bescherming van het milieu dienen en een duurzame ontwikkeling van de economie bevorderen. Dit gebeurt mede op basis van evaluatie van al bestaande groene belastingmaatregelen.

  • 2 De werkgroep zal vanuit de in lid 1 genoemde invalshoek onderzoek doen naar milieuschadelijke subsidies in de vorm van belastinguitgaven.

  • 3 De werkgroep rapporteert in één rapportage, zoveel mogelijk in de vorm van concrete voorstellen die nationaal realiseerbaar zijn. Indien de werkgroep dat wenst kan zij tussenrapporten uitbrengen.

  • 4 De verwachte effecten van de voorstellen dienen zo concreet mogelijk zichtbaar te worden gemaakt.

  • 5 De werkgroep fungeert als klankbord voor de implementatie van de voorstellen uit de rapportages van de werkgroep Vergroening van het fiscale stelsel.

Artikel 3

Bij het doen van voorstellen neemt de werkgroep de volgende voorwaarden in acht:

  • -

    de te ontwikkelen voorstellen dienen inpasbaar te zijn binnen het fiscale stelsel. Dit betekent onder meer dat de voorstellen zorgvuldig moeten worden afgewogen op hun uitvoeringsaspecten en hun handhaafbaarheid, en op hun inpasbaarheid in de internationale context, waarbij tevens voorstellen kunnen worden gedaan om eventuele knelpunten weg te nemen;

  • -

    de te ontwikkelen voorstellen dienen te passen in het Europese beleid inzake de staatssteun;

  • -

    de voorstellen moeten naar het mogelijke bijdragen aan de aanvaardbaarheid van de belastingwetgeving.

§ 2. Samenstelling en werkwijze

Artikel 4

  • 1 Tot lid, tevens voorzitter van de werkgroep wordt benoemd: mr. J.C. de Waard.

  • 2 Tot leden, tevens secretarissen, van de werkgroep worden benoemd: mw. mr. C.M. de Berg en D. Blansjaar.

  • 3 Tot leden van de werkgroep worden benoemd:

    ir. A.N. Bleijenberg

    mw. drs. A.J.F.M. Deckers

    mr. J.H. Enter

    prof. dr. C. van Ewijk

    prof. H. Folmer

    mw. dr. J. de Groene

    prof. dr. W.A. Hafkamp

    J.H.A Hendriks

    dr. J.J.H. Jacobs

    prof. dr. J.H. Jans

    drs. A.H.M. de Jong

    drs. E.W.A. Klerken

    prof. dr. H.A. Kogels

    mw. dr. A. Kolk

    mr. A. Leder

    H. Leemreize

    drs. F.H. von Meijenfeldt

    mw. mr. H. Neppérus

    prof. dr. P. Rietveld

    mw. drs. L. van Rijn-Vellekoop

    ir. J.P. van Soest

    prof. dr. L.G.M. Stevens

    prof. dr. J.W. Velthuijsen

    prof. dr. H. Verbruggen

    mr. W. Visser

    mr. Th. O. Vreugdenhil

    drs. J.L. de Vries

    mr. J.G.S. Warmerdam

Artikel 5

Ter uitvoering van haar taak kan de werkgroep zich rechtstreeks wenden tot derden voor het verkrijgen van inlichtingen en hen zo nodig ter vergadering uitnodigen om hen hun mening nader uiteen te laten zetten.

Artikel 6

De werkgroep brengt haar rapportage uiterlijk in juli 2001 aan de Staatssecretaris van Financiën, de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de Minister van Economische Zaken, de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij uit.

Artikel 7

De werkgroep brengt op verzoek van de Staatssecretaris van Financiën, de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de Minister van Economische Zaken, de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij tussentijds verslag uit.

§ 3. Overige bepalingen

Artikel 8

De leden van de werkgroep, voor zover geen ambtenaar, ontvangen vacatiegelden alsmede een vergoeding voor de reis- en verblijfskosten volgens de bestaande rijksregelingen, voor zover niet uit anderen hoofde een vergoeding van deze kosten wordt verleend uit ‘s Rijks kas.

Artikel 9

Een ieder die betrokken is bij de werkzaamheden van de werkgroep en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan behoudens voor zover wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij deze werkzaamheden de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.

Artikel 10

  • 1 Dit besluit wordt bekend gemaakt in de Staatscourant.

  • 2 Afschrift van dit besluit wordt gezonden aan de Algemene Rekenkamer.

‘s-Gravenhage, 12 mei 2000

De

Staatssecretaris

van Financiën,

W.J. Bos

De

Minister

van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J.P. Pronk

De

Minister

van Economische Zaken,

A. Jorritsma-Lebbink

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos

De

Staatssecretaris

van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

G.H. Faber

Naar boven