Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000

Geraadpleegd op 01-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-10-2013.
Geldend van 01-10-2013 t/m 31-12-2013

Wetstechnische informatie voor Artikel 7

Informatie geldend op 01-10-2013

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die betrekking hebben op dit artikel

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000
    Artikelen: 5, 11

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar het hoofdstuk, paragraaf e.d. waar dit artikel deel van uitmaakt

Verwijzingen naar Hoofdstuk II

  1. Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000
    Artikel 39

Overzicht van wijzigingen voor Artikel 7

(geldig op 01-10-2013)

Opmerking

Dit besluit is gewijzigd in verband met de invoering van digitaal procederen. Zie voor de procedures en gerechten waarvoor digitaal procederen geldt het Overzicht gefaseerde inwerkingtreding op www.rijksoverheid.nl/KEI.
Ontstaansbron Inwerkingtreding
Datum van inwerkingtreding Terugwerkende kracht Betreft Ondertekening Bekendmaking Kamerstukken Ondertekening Bekendmaking Opmerking
01-10-2023 Wijziging 15-09-2023 Stb. 2023, 311 15-09-2023 Stb. 2023, 311
01-09-2022 Wijziging 07-07-2022 Stb. 2022, 295 07-07-2022 Stb. 2022, 295 Alg. 1
01-09-2017 Wijziging 13-07-2016 Stb. 2016, 293 01-05-2017 Stb. 2017, 174 Inwtr. 2
01-01-2000 Nieuwe-regeling 21-12-1999 Stb. 1999, 580 21-12-1999 Stb. 1999, 580

Opmerkingen

  1. Artikel IV van Stb. 2022/295 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.1)
  2. Treedt in werking voor zover het betreft vorderingsprocedures bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland, waarin partijen niet in persoon kunnen procederen en met uitzondering van procedures die worden ingesteld op grond van de artikelen 254, 438, tweede tot en met vijfde lid, 486, eerste lid, 613, 642q, 771 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, artikel 27 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 122 van de Faillissementswet en de Onteigeningswet.
    Treedt eveneens in werking voor vorderingsprocedures bij de Hoge Raad.2)