Regeling geneeskundige instanties, geneeskundigen en medische verklaringen voor de luchtvaart

[Regeling vervallen per 01-01-2017.]
Geraadpleegd op 16-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 28-02-2004 en zichtdatum 29-04-2024.
Geldend van 28-02-2004 t/m 30-09-2004

Regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat houdende regels voor de medische verklaringen en de autorisatie van geneeskundige instanties en geneeskundigen

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 30, 31, 32, 33, 34, 35 van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart;

Besluit:

Hoofdstuk 1. Algemeen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. adviescommissie:

commissie, bedoeld in artikel 32, tweede lid, van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart;

b. gevestigd medisch instituut:

een organisatie met klinische onderzoeks- en trainings-faciliteiten die experts, waaronder luchtvaartmedische experts, beschikbaar heeft op het voor deze regeling relevante gebied van luchtvaartgeneeskunde en de daarbij gebruikte faciliteiten;

c. keuringen klasse 1:

keuringen, uitgevoerd voorafgaand aan de beslissing van de minister over de afgifte van een medische verklaring klasse 1;

d. keuringen klasse 2:

keuringen, uitgevoerd voorafgaand aan de beslissing van de minister over de afgifte van een medische verklaring klasse 2;

e. keuringen klasse 3:

keuringen, uitgevoerd voorafgaand aan de beslissing van de minister over de afgifte van een medische verklaring klasse 3;

f. minister:

minister van Verkeer en Waterstaat.

Hoofdstuk 2. Geautoriseerde geneeskundige instanties

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De minister kan, met inachtname van artikel 2.4, zesde lid, van de wet, op aanvraag aan een geneeskundige instantie een eerste autorisatie afgeven, als deze:

    • a. aan artikel 4, onder a-l, voldoet,

    • b. feitelijk een kwaliteitssysteem voor de interne organisatie volgens het ISO-9002 model in ontwikkeling heeft dat binnen achttien maanden operationeel zal zijn en binnen achttien maanden nadat een eventuele autorisatie heeft plaatsgevonden een ISO9002 certificaat, afgegeven door een door de Raad van Accreditatie voor ISO-9002 certificaties geaccrediteerde certificeringsinstelling, indient, en

    • c. de vergoeding voor de kosten van de handelingen ten behoeve van een aanvraag tot afgifte van een autorisatie, volgens het op het moment van de aanvraag geldende tarief, heeft voldaan.

  • 2 Een aanvraag tot het afgeven van een eerste autorisatie wordt, vergezeld van de in het aanvraagformulier verlangde bescheiden, gedaan op een door de minister verstrekt aanvraagformulier.

  • 3 Een autorisatie wordt voor een periode van ten hoogste drie jaar afgegeven.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De minister kan op aanvraag opnieuw een autorisatie afgeven, als de geneeskundige instantie:

    • a. aan artikel 4 voldoet, en

    • b. de vergoeding voor de kosten van de handelingen ten behoeve van een aanvraag tot afgifte van een autorisatie, volgens het op het moment van de aanvraag geldende tarief, heeft voldaan.

  • 2 Een aanvraag tot het opnieuw afgeven van een autorisatie wordt, vergezeld van de in het aanvraagformulier verlangde bescheiden, gedaan op een door de minister verstrekt aanvraagformulier.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een geneeskundige instantie kan een autorisatie verkrijgen wanneer hij voldoet aan de volgende eisen:

  • a. een vestiging hebben binnen Nederland,

  • b. behoren tot of samenwerken met een gevestigd medisch instituut of ziekenhuis,

  • c. zich bezighouden met luchtvaartgeneeskunde en gerelateerde activiteiten,

  • d. een geneeskundige in dienst hebben in een leidinggevende positie, die

    • 1. in het bezit is van een autorisatie voor keuringen van alle klassen, en 2° verantwoordelijk is voor het coördineren en accorderen van de verwerking vankeuringsresultaten en het accorderen en ondertekenen van adviesrapportages;

  • e. gebruik maken van geneeskundigen voor het feitelijke keuren die voldoen aan de eisen als vervat in artikel 7, onderdeel a, onder 2°,

  • f. gebruik maken van apparatuur, geschikt voor het uitvoeren van keuringen klasse 1, 2 en 3,

  • g. keuringen uitvoeren en de hieruit resulterende adviesrapportages opstellen met inachtneming van artikel 13, eerste lid,

  • h. als instantie een medische keuring van elke klasse in principe binnen een dag afronden,

  • i. zonodig het uitvoeren van tussentijdse beoordelingen en het melden van de hieruit resulterende oordelen zoals bedoeld in artikel 19, tweede en derde lid, artikel 20, tweede en derde lid, artikel 21, tweede en derde lid,

  • j. als een opdracht, genoemd in artikel 15, tweede lid onder a , wordt gegeven, hieraan gevolg geven,

  • k. artikel 11, artikel 13, tweede lid, en indien van toepassing artikel 14 in acht nemen,

  • l. de op basis van deze Regeling te versturen rapporten of andere gegevens op een naar het oordeel van de minister noodzakelijke wijze versturen, met inachtneming van de Wet Persoonsregistratie, en

  • m. in het bezit zijn van een geldig ISO-9002 certificaat voor de interne organisatie, afgegeven door een door de Raad van Accreditatie voor ISO-9002 certificaties geaccrediteerde certificeringsinstelling.

Hoofdstuk 3. Geautoriseerde geneeskundigen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De minister kan, met inachtname van artikel 2.4, zesde lid, van de wet, op aanvraag aan een geneeskundige een eerste autorisatie afgeven voor het uitvoeren van medische keuringen klasse 1, 2 en 3, of klasse 2, als deze:

    • a. aan artikel 7 onder a-j voldoet, en

    • b. de vergoeding voor de kosten van de handelingen ten behoeve van een aanvraag tot afgifte van een autorisatie, volgens het op het moment van de aanvraag geldende tarief, heeft voldaan.

    • c. de vergoeding voor de afgifte van een autorisatie, volgens het tarief genoemd in de Regeling tarieven voor de luchtvaart, heeft voldaan.

  • 2 Een aanvraag tot het afgeven van een eerste autorisatie wordt, vergezeld van de in het aanvraagformulier verlangde bescheiden, gedaan op een door de minister verstrekt aanvraagformulier.

  • 3 Een autorisatie wordt voor een periode van ten hoogste drie jaar afgegeven.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • De minister kan op aanvraag opnieuw een autorisatie afgeven, als de geneeskundige:

    • a. aan artikel 7 voldoet, en

    • b. de vergoeding voor de kosten van de handelingen ten behoeve van een aanvraag tot afgifte van een autorisatie, volgens het op het moment van de aanvraag geldende tarief, heeft voldaan.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een geneeskundige kan een autorisatie verkrijgen wanneer hij voldoet aan de volgende eisen:

  • a voorafgaand aan de autorisatie voldoende luchtvaartgeneeskundige training hebben ontvangen, alsmede voldoende praktische kennis van en ervaring met de manier waarop de bevoegdheden worden uitgeoefend waarvoor een medische verklaring noodzakelijk is hebben opgedaan, blijkend uit:

    • 1º. als het een autorisatie voor het uitvoeren van alleen keuringen klasse 2 betreft:

      • a. het bezit van een certificaat van een instelling die de cursus ‘elementaire training in de luchtvaartgeneeskunde’, als in JAR-FCL 3.090 lid d sub 1 onder (i) en (ii), aanbiedt, aangevend dat onder de verantwoordelijkheid van die instelling de genoemde cursus met goed gevolg is doorlopen, en

      • b. het met goed gevolg hebben doorlopen van een door de minister geaccordeerde adaptatiecursus: geneeskundige voor recreatieve luchtvaart, als in bijlage 1a bij deze regeling.

    • 2º. als het een autorisatie voor het uitvoeren van medische keuringen klasse 1, 2 en 3 betreft:

      • a) het voldoen aan de eisen onder sub a1,

      • b) het bezit van een certificaat van een instelling die de cursus ‘training in de luchtvaartgeneeskunde voor gevorderden’, als in JAR-FCL 3.090 lid d sub 2 onder (i) en (ii), aanbiedt, aangevend dat onder de verantwoordelijkheid van die instelling de genoemde cursus met goed gevolg is doorlopen, en

      • c) het met goed gevolg hebben doorlopen van een door de minister geaccordeerde adaptatiecursus: geneeskundige voor luchtverkeersdienstverleners, als in bijlage 1b bij deze regeling,

  • b gebruik maken van apparatuur, geschikt voor het uitvoeren van medische keuringen van de klasse waarvoor de autorisatie geldt,

  • c keuringen uitvoeren en de hieruit resulterende adviesrapportages opstellen met inachtneming van artikel 13, eerste lid, met een minimum van tien keuringen per jaar,

  • c [Red: Abusievelijk is een tweede onderdeel c opgenomen.] een keuring van elke klasse waarvoor de autorisatie geldt in principe binnen een dag afronden,

  • d de op basis van deze Regeling te versturen rapporten of andere gegevens op een naar het oordeel van de minister noodzakelijke wijze versturen, met inachtneming van de Wet Persoonsregistratie, of werkzaam zijn binnen een geautoriseerde geneeskundige instantie,

  • e zonodig het uitvoeren van tussentijdse beoordelingen en het melden van de hieruit resulterende oordelen zoals bedoeld in artikel 19, tweede en derde lid, artikel 20, tweede en derde lid, artikel 21, tweede en derde lid,

  • f als een opdracht, genoemd in artikel 15, tweede lid onder a, wordt gegeven, hieraan gevolg geven,

  • g artikel 11, artikel 13, tweede lid, en indien van toepassing artikel 14 in acht nemen,

  • h gedurende de autorisatieperiode minimaal twintig uur door de minister goedgekeurde herhalingstraining in de luchtvaartgeneeskunde, als in bijlage 1c, volgen, en

  • i in het bezit zijn van een geldig ISO-9002 certificaat voor de interne organisatie, afgegeven door een door de Raad van Accreditatie voor ISO-9002 certificaties geaccrediteerde certificeringsinstelling.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een autorisatie van een geneeskundige vervalt van rechtswege op de eerste dag van de maand nadat de geneeskundige de leeftijd van zeventig jaar heeft bereikt.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Als een geautoriseerde geneeskundige zijn hoofdvestiging heeft in een niet-JAA Staat of een niet-Eurocontrol Staat is zijn bevoegdheid voor wat betreft keuringen klasse 1 of 2, onderscheidenlijk klasse 3, beperkt tot het verrichten van medische keuringen in het kader van een reguliere verlenging van een medische verklaring.

Hoofdstuk 4. Medische keuringen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Om in aanmerking te kunnen komen voor een eerste afgifte of een verlenging van een medische verklaring, laat een persoon zich medisch keuren bij een geautoriseerde geneeskundige instantie respectievelijk geneeskundige.

  • 2 In afwijking van het eerste lid kan van het zich medisch laten keuren bij een geautoriseerde geneeskundige instantie respectievelijk geneeskundige worden afgezien, als het de verlenging van een medische verklaring klasse 2 betreft, deze medische verklaring niet anders zal worden gebruikt dan in combinatie met een bewijs van bevoegdheid RPL(G) respectievelijk RPL(FB), en de betrokkene met gunstige uitslag een keuring heeft ondergaan die tenminste een gelijke geldigheidsduur heeft als de medische verklaring na verlenging, voor zover die keuring heeft plaatsgehad:

    • a. volgens de ICAO-eisen elders in een ICAO-Staat voor de afgifte van een bewijs van bevoegdheid of medische verklaring, geldig voor zweefvliegtuigen, vliegtuigen, helikopters of ballonnen, respectievelijk voor de afgifte van een bewijs van bevoegdheid of medische verklaring, geldig voor vliegtuigen, helikopters of ballonnen; of

    • b. in Nederland of elders voor een vliegende functie bij de krijgsmacht.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Keuringen klasse 1 en 3 worden uitgevoerd:

    • a. bij een geautoriseerde geneeskundige instantie als het een keuring betreft ten behoeve van een voor het eerst af te geven medische verklaring, of

    • b. bij een geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige als het een keuring betreft ten behoeve van een te verlengen medische verklaring.

  • 2 Keuringen klasse 2 worden bij een geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige uitgevoerd.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De keurling voldoet, voorafgaand aan de keuring bij de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige waar de keuring plaatsvindt, aan de volgende eisen:

    • a toont zijn voorafgaande medische verklaring, voorzover van toepassing,

    • b toont een geldig legitimatiebewijs,

    • c verstrekt een waarheidsgetrouwe anamnese,

    • a [Red: Abusievelijk is de nummering a in plaats van d.] vult in en ondertekent een door de minister vastgesteld aanvraagformulier voor de afgifte van een medische verklaring, volgens de instructies zoals ontvangen bij de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige, en

    • e voldoet de door de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige voor de minister te innen vergoeding voor de kosten van de handelingen ten behoeve van de aanvraag tot de afgifte of verlenging van een medische verklaring, volgens het op het moment van de aanvraag geldende tarief.

  • 2 Als de keurling niet aan het eerste lid voldoet, vindt geen medische keuring plaats en zal geen medische verklaring kunnen worden afgegeven door de minister.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De medische keuringen klasse 1, 2 en 3 worden uitgevoerd en de hieruit resulterende adviesrapportages aan de minister worden opgesteld met inachtneming van de medische eisen, voorgeschreven keuringsmethoden, voorgeschreven procedures, alsmede de eisen gesteld aan de adviesrapportage, zoals bedoeld in:

    • a. JAR-FCL 3 subdeel B voor klasse 1, JAR-FCL 3 subdeel C voor klasse 2, alsmede appendix 1 bij deze regeling voor klasse 3, en

    • b. bijlage 2 bij deze regeling.

  • 2 De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige int de vergoeding voor de kosten van de handelingen ten behoeve van de aanvraag tot de afgifte of verlenging van een medische verklaring en draagt deze af aan de minister.

Artikel 13a

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Ten behoeve van de eerste afgifte of de verlenging van een medische verklaring uitsluitend te gebruiken in combinatie met een bewijs van bevoegdheid RPL(G), worden in afwijking van artikel 13, eerste lid, de medische keuringen klasse 2 en de hieruit resulterende adviesrapportages aan de minister uitgevoerd met inachtneming van de medische eisen en de procedure als opgenomen in bijlage 4 bij deze regeling.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Als een houder van een medische verklaring klasse 1 of 3:

    • a. deze meer dan vijf jaar heeft laten verlopen, wordt hij gekeurd als betrof het een eerste keuring voor een door de minister af te geven medische verklaring,

    • b. deze meer dan negentig dagen maar minder dan vijf jaar heeft laten verlopen laat hij zich keuren bij een geautoriseerde geneeskundige instantie, of

    • c. deze minder dan negentig dagen heeft laten verlopen gelden voor de houder geen bijzondere regels.

  • 2 Als een houder van een medische verklaring klasse 2:

    • a. deze meer dan vijf jaar heeft laten verlopen, wordt hij gekeurd als betrof het een eerste keuring ten behoeve van een door de minister af te geven medische verklaring;

    • b. deze minder dan vijf jaar heeft laten verlopen gelden voor de houder geen bijzondere regels.

  • 3 In de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, of het eerste lid, onderdeel b, voor zover de houder van een medische verklaring deze langer dan twee jaar heeft laten verlopen, of het tweede lid onderdeel a, of het tweede lid onderdeel b, voor zover de houder van een medische verklaring deze langer dan een jaar heeft laten verlopen, vraagt de keurende geautoriseerde geneeskundige instantie onderscheidenlijk geneeskundige voorafgaand aan de medische keuring de medische gegevens van de keurling die berusten bij de minister op.

Hoofdstuk 5. Medische verklaringen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De minister kan, al dan niet onder beperkingen, een medische verklaring klasse 1, 2 of 3 afgeven of verlengen, als:.

    • a. hij een aanvraagformulier daartoe heeft ontvangen,

    • b. hij een adviesrapportage van een geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige daartoe heeft ontvangen,

    • c. voldaan is aan artikel 13, eerste lid, en

    • d. de gezondheidstoestand van de aanvrager zodanig is dat met afgifte of verlenging de veiligheid niet in gevaar kan worden gebracht.

  • 2 Ten behoeve van het besluit als bedoeld in het eerste lid kan de minister:

    • a. de keurende geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige opdragen nadere noodzakelijke gegevens aan te leveren of nader onderzoek te laten uitvoeren, of,

    • b. nader onderzoek door een derde laten uitvoeren.

  • 3 Als de gekeurde alleen onder beperkingen in aanmerking zou kunnen komen voor een medische verklaring of een verlenging daarvan, geeft de minister slechts dan een medische verklaring af of verlengt deze slechts dan, nadat aandacht is geschonken aan:

    • a. het eventuele medische gebrek van de gekeurde in relatie tot diens activiteiten,

    • b. de vaardigheden en ervaring van de gekeurde voor wat betreft diens activiteiten,

    • c. een praktische test, indien noodzakelijk, en

    • d. de relevantie van het afgeven van een medische verklaring onder beperkingen.

  • 4 Als een medische verklaring of een verlenging daarvan alleen kan worden afgegeven onder oplegging van meer dan een beperking, geschiedt dit niet dan nadat de minister aandacht heeft besteed aan de som van de effecten van de betreffende beperking(en) of voorwaarde(n) op de vliegveiligheid.

  • 5 De minister kan onder meer de volgende beperkingen aan een af te geven of te verlengen medische verklaring verbinden, die als het beperkingen ten aanzien van een medische verklaring klasse 1 of 2 betreft ,worden aangevuld met de tussen haken geplaatste drieletter JAR-FCL codes:

    • a. slechts geldig gedurende een in de medische verklaring aangegeven aantal maanden (TML);

    • b. slechts geldig als een corrigerende bril of corrigerende contactlenzen, noodzakelijk voor een veilige uitoefening van de functie van de houder, worden gedragen (VDL);

    • c. slechts geldig als een corrigerende bril of corrigerende contactlenzen bij de hand worden gehouden (VNL);

    • d. slechts geldig als tijdens de uitoefening van een dienst corrigerende glazen worden gedragen welke geschikt zijn om de betreffende operationele taak uit te voeren;

    • e. slechts geldig voor vluchten binnen het luchtruim van JAA-Staten (VCL);

    • f. slechts geldig voor VFR-vluchten bij dag (VCL);

    • g. slechts geldig als wordt geopereerd als of met een tweede vlieger (OML);

    • h. slechts geldig als wordt geopereerd als tweede vlieger (OCL);

    • i. slechts geldig als wordt geopereerd met een tweede vlieger, gekwalificeerd voor de betreffende klasse of het betreffende type luchtvaartuig, die de taak heeft om de gezagvoering over te nemen ingeval de houder van deze medische verklaring incapabel wordt, en in een luchtvaartuig met dubbele besturing (OSL);

    • j. slechts geldig voor in de medische verklaring aangegeven vliegtuigtypen (OAL);

    • k. slechts geldig als geen passagiers worden vervoerd (OPL);

    • l. slechts geldig als een in de medische verklaring aangegeven prothese wordt gebruikt (APL);

    • m. slechts geldig als een in de medische verklaring aangegeven soort handbesturing wordt gebruikt (AHL);

    • n. slechts geldig als een in de medische verklaring aangegeven oogbescherming wordt gebruikt (AGL);

    • o. variatie- ICAO Annex 1 PARA 1.2.4.8 (VAR); of

    • p. slechts geldig in combinatie met een nationaal bewijs van bevoegdheid zonder JAA-status.

    In een medische verklaring kunnen voorts speciale instructies worden opgenomen.

  • 6 Als een medische verklaring onder beperkingen wordt afgegeven of verlengd, of als de afgifte of verlenging wordt geweigerd, geschiedt dit niet zonder dat dit met redenen omkleed wordt aangegeven aan de keurende geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige waar de voorafgaande keuring is verricht.

  • 7 Als de medische verklaring op grond van het vierde lid van dit artikel slechts geldig is gedurende een aantal maanden, kan de minister aangeven onder welke voorwaarden de geldigheid na het verlopen van het betreffende aantal maanden kan worden verlengd, hetzij voor wederom een beperkt aantal maanden, hetzij voor de rest van de geldigheid zoals deze zou hebben gegolden als in eerste instantie geen beperking was opgelegd.

  • 8 Een medische verklaring wordt niet afgegeven, voordat de vergoeding voor de handelingen ten behoeve van de aanvraag tot de afgifte of verlenging van een medische verklaring is voldaan.

Artikel 15a

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 In afwijking van artikel 15, eerste lid, kan de minister, al dan niet onder beperkingen, een medische verklaring klasse 2 verlengen, als:

    • a. hij een aanvraagformulier daartoe heeft ontvangen, en

    • b. voldaan is aan artikel 10, tweede lid.

  • 2

Een op basis van het eerste lid verlengde medische verklaring bevat in ieder geval de beperking `slechts geldig in combinatie met een bewijs van bevoegdheid RPL(G)' respectievelijk `slechts geldig in combinatie met een bewijs van bevoegdheid RPL(FB)'.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De minister stelt het model van de medische verklaring vast.

  • 2 De medische verklaring omvat in ieder geval de volgende gegevens:

    • a. referentienummer,

    • b. klasse 1, 2 of 3,

    • c. volledige naam, geboortedatum en nationaliteit van de houder,

    • d. datum en plaats van de eerste keuring van de houder,

    • e. datum en plaats van de laatste uitgebreide keuring van de houder,

    • f. datum van de laatste electrocardiogram,

    • g. datum van de laatste audiogram,

    • h. beperkingen of voorwaarden waaronder de medische verklaring is afgegeven,

    • i. datum van de keuring die ten grondslag ligt aan de medische verklaring,

    • j. handtekening van de minister, en

    • k. handtekening van de houder.

Artikel 17

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Als de houder van een medische verklaring zich tot 45 dagen voor het verstrijken van de termijn van geldigheid medisch laat keuren zal de geldigheidsduur van een af te geven verlengde medische verklaring worden gerekend vanaf de verloopdatum van de eerstgenoemde medische verklaring.

  • 2 Als de houder van een medische verklaring zich niet tot 45 dagen voor het verstrijken van de termijn van geldigheid medisch laat keuren zal de geldigheidsduur van een af te geven verlengde medische verklaring worden gerekend vanaf de datum van de door de aanvrager feitelijk ondergane keuring.

Hoofdstuk 6. Tussentijdse handelingen met betrekking tot een medische verklaring

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 18

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

In het geval van:

  • a. het bewustzijn van enige tussentijdse verslechtering van hun medische gesteldheid,

  • b. een ernstige verwonding, of

  • c. een ziekte van 21 dagen of langer;

waardoor hun gezondheidstoestand zodanig is, dat zij niet meer in staat zijn de werkzaamheden, waarvoor een bewijs van bevoegdheid is verleend, te verrichten, melden houders van een medische verklaring dit onverwijld aan de minister. Luchtverkeersleiders en AFISO’s doen dit door tussenkomst van hun bedrijfsarts.

Artikel 19

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Houders van een medische verklaring laten onverwijld door een geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige beoordelen of hun gezondheidstoestand nog zodanig is dat zij in staat zijn de werkzaamheden, waarvoor hen een bewijs van bevoegdheid is verleend, te verrichten, in het geval van:

    • a. twijfel omtrent het gestelde in artikel 18,

    • b. een ziekenhuisopname van meer dan twaalf uur,

    • c. een medische ingreep, al dan niet onder lokale of regionale verdoving of verdoving door middel van een ruggemergprik,

    • d. het voorgeschreven zijn van regelmatig gebruik van medicijnen, of

    • e. het voorgeschreven zijn van regelmatig gebruik van corrigerende bril, glazen of lenzen.

    Luchtverkeersleiders en AFISO’s doen dit door tussenkomst van hun bedrijfsarts.

  • 2 De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige vormt zich een oordeel, in het licht van de relevante medische eisen, keuringsmethoden en procedures bedoeld in artikel 13, eerste lid, en bijlage 2, tweede paragraaf, over de vraag of de gezondheidstoestand van de houder van de medische verklaring zodanig is, dat deze al dan niet in staat is de werkzaamheden, waarvoor hem een bewijs van bevoegdheid is verstrekt, te verrichten.

  • 3 De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige meldt het oordeel onverwijld gemotiveerd aan de minister en aan de houder van de medische verklaring. De motivering bevat in ieder geval een verwijzing naar de relevante medische eisen, keuringsmethoden en procedures bedoeld in artikel 13, eerste lid, en bijlage 2, tweede paragraaf.

Artikel 20

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Als zwangerschap is geconstateerd melden houders van een medische verklaring dit onverwijld aan een geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige. Luchtverkeersleiders en AFISO’s doen dit via hun bedrijfsarts.

  • 2 De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige vormt zich een oordeel, in het licht van de relevante medische eisen, keuringsmethoden en procedures bedoeld in artikel 13, eerste lid, en bijlage 2, tweede paragraaf, in hoeverre, voor welke periode en onder welke voorwaarden de gezondheidstoestand van de houder van de medische verklaring nog zodanig is, dat deze in staat is de werkzaamheden, waarvoor haar een bewijs van bevoegdheid is verstrekt, te verrichten.

  • 3 De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige meldt het oordeel onverwijld gemotiveerd aan de minister en aan de houder van de medische verklaring. De motivering bevat in ieder geval een verwijzing naar de relevante medische eisen, keuringsmethoden en procedures bedoeld in artikel 13, eerste lid, en bijlage 2, tweede paragraaf.

Artikel 21

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Houders van een op basis van artikel 2.4, zevende lid, van de wet ongeldige medische verklaring laten, als zij van mening zijn dat hun gezondheidstoestand weer zodanig is dat zij in staat zijn de werkzaamheden waarvoor hen een bewijs van bevoegdheid is verleend te verrichten, dit door een geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige beoordelen. Luchtverkeersleiders en AFISO’s doen dit via hun bedrijfsarts.

  • 2 De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige vormt zich een oordeel, in het licht van de relevante medische eisen, keuringsmethoden en procedures bedoeld in artikel 13, eerste lid, en bijlage 2, tweede paragraaf, over de vraag of de gezondheidstoestand van de houder van de medische verklaring zodanig is, dat deze al dan niet in staat is de werkzaamheden, waarvoor hem een bewijs van bevoegdheid is verstrekt, weer te verrichten.

  • 3 De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige meldt het oordeel onverwijld gemotiveerd aan de minister en aan de houder van de medische verklaring. De motivering bevat in ieder geval een verwijzing naar de relevante medische eisen, keuringsmethoden en procedures bedoeld in artikel 13, eerste lid, en bijlage 2, tweede paragraaf.

Hoofdstuk 7. Adviescommissie

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 22

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De Adviescommissie hoort indien noodzakelijk de belanghebbenden binnen twee weken na ontvangst van het bezwaarschrift door de Adviescommissie.

  • 2 Het horen door de Adviescommissie kan door de voorzitter worden opgedragen aan drie of meer leden, die geen deel uitmaken van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en niet werkzaam zijn onder de verantwoordelijkheid van de minister.

  • 3 De in het tweede lid bedoelde leden van de Adviescommissie doen de overige leden binnen twee weken na het horen een verslag van het horen toekomen.

  • 4 De Adviescommissie brengt binnen vier weken na het eventuele horen van de belanghebbenden advies uit aan de minister.

  • 5 De Adviescommissie beslist over het uit te brengen advies met meerderheid van stemmen. Als de stemmen staken, is de stem van de voorzitter beslissend.

  • 6 Voor het uitbrengen van advies komt de Adviescommissie in plenaire zitting bij elkaar. Ieder lid van de Adviescommissie is in principe gerechtigd een stem uit te brengen over een uit te brengen advies. Als een of meer leden niet in de gelegenheid zijn om ter zitting te verschijnen, wordt gestemd bij meerderheid van stemmen van de aanwezige leden, met inachtneming van een quorum van drie leden.

  • 7 Leden van de Adviescommissie zullen niet deelnemen aan het horen van een persoon en geen stem uitbrengen voor het advies over een persoon, waarmee zij in een medische, persoonlijke of zakelijke relatie stonden of staan.

Hoofdstuk 8. Algemene verplichtingen voor houders en aanvragers van een medische verklaring

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 23

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Aanvragers van een medische verklaring, of houders van een medische verklaring die werkzaamheden uitvoeren waarvoor hen een bewijs van bevoegdheid of bevoegdverklaring is verleend, zijn vrij van:

    • a. enige afwijking, congenitaal of verworven,

    • b. enige actieve, latente, acute of chronische invaliditeit, en

    • c. enige wond, letsel of restverschijnselen van een operatie; zodanig dat het een mate van functionele uitval met zich mee kan brengen die interfereert met de veilige uitoefening van de werkzaamheden waarvoor hen een bewijs van bevoegdheid of bevoegdverklaring is verleend.

  • 2 Aanvragers van een medische verklaring, of houders van een medische verklaring die werkzaamheden uitvoeren waarvoor hen een bewijs van bevoegdheid of bevoegdverklaring is verleend, lijden niet aan enige ziekte of invaliditeit, welke hen waarschijnlijk plotseling onbekwaam zou maken om de werkzaamheden waarvoor hen een bewijs van bevoegdheid of bevoegdverklaring is verleend, veilig te verrichten.

Artikel 24

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Houders van een medische verklaring zullen de werkzaamheden waarvoor hen een bewijs van bevoegdheid of bevoegdverklaring is verleend niet uitvoeren, wanneer zij een al dan niet voorgeschreven medicatie of verdovend middel gebruiken, inclusief die welke gebruikt worden voor de behandeling van een ziekte of stoornis, als zij zich bewust zijn van enige bijwerking, die onverenigbaar is met de veilige uitoefening van de bevoegdheden van hun bewijs van bevoegdheid of bevoegdverklaring.

  • 2 Houders van een medische verklaring nemen in acht dat alle procedures, die het gebruik van een algemeen of spinaal anaestheticum noodzakelijk maken, ongeschiktheid ten gevolge zullen hebben gedurende tenminste 48 uur.

  • 3 Houders van een medische verklaring nemen in acht dat alle procedures die een topische of regionale anesthesie noodzakelijk maken, ongeschiktheid ten gevolge hebben gedurende tenminste 12 uur.

Artikel 25

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Houders van een medische verklaring leveren deze onverwijld in bij de minister in geval van:

  • a. het verlopen van de medische verklaring, of

  • b. ongeldigheid van de medische verklaring.

Hoofdstuk 9. Algemene bevoegdheden voor geautoriseerde geneeskundige instanties en geneeskundigen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 26

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een geneeskundige, verantwoordelijk voor het coördineren van de verwerking van keurings- en beoordelingsresultaten alsmede het accorderen en ondertekenen van rapporten, wordt toegang verleend tot de medische documentatie die berust bij de minister en die relevant is voor de medische keuringen en beoordelingen die de geneeskundige uitvoert, hetzij worden uitgevoerd bij de geautoriseerde geneeskundige instantie waar de geneeskundige werkzaam is, op basis van deze regeling.

Hoofdstuk 10. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Artikel 27

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 1999.

Artikel 28

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling geneeskundige instanties, geneeskundigen en medische verklaringen voor de luchtvaart.

Artikel 29

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De volgende regelingen en besluiten worden met betrekking tot vliegers en leerling vliegers van luchtvaartuigen in de categorie vliegtuigen zoals bedoeld in artikel 2, tweede lid, van het Besluit Bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart, niet van toepassing verklaard:

  • a. Regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 22 juni 1998, nr. LI/848 Rijksluchtvaartdienst, houdende eisen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen (Stcrt. 1988, 137);

  • b. Beschikking van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 12 juni 1985, nr. LI/4455 houdende benoeming geneeskundige en aanwijzing geneeskundige instanties voor keuringen;

  • c. Herkeuringsregeling burgerluchtvaart;

  • d. Regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 24 mei 1988, nr. LI 3635, houdende aanwijzing Nationaal Lucht- en Ruimtevaartgeneeskundig Centrum voor herkeuringen, welke verband houden met het verkrijgen en behouden van zweefvliegbewijzen (Stcrt. 1988, 105);

  • e. Regeling van de Directeur-Generaal van de Rijksluchtvaartdienst van 27 januari 1988, nr. LI/717, houdende regels voor het verlenen van vrijstelling van vliegmedische keuringen (Stcrt. 1988, 28).

Artikel 30

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De volgende regelingen worden ingetrokken:

    • a. Regeling medische eisen voor luchtverkeersleiders;

    • b. Regeling aanwijzing geneeskundigen voor luchtverkeersleiders;

    • c. Regeling medische keuring burgerluchtverkeersleider;

    • d. Regeling herbeoordelingscommissie burgerluchtverkeersdienstverlening.

  • 2 De beschikking van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 23 december 1993, nr. DGRLD/JBZ/L 93.012171, houdende benoeming herbeoordelingscommissie medische keuring burgerluchtverkeersdienstverlening (Stcrt. 1993, 250) wordt ingetrokken.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlagen, die ter inzage worden gelegd bij de Directie Luchtvaartinspectie te Hoofddorp.

Den Haag, 30 augustus 1999

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos

Bijlage 1a. Adaptatiecursus geneeskundige voor recreatieve luchtvaart

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze cursus beslaat een dagdeel en wordt in overleg met de KNVvL en de Medische Commissie Zweefvliegen gegeven.

Zij bestaat uit de volgende onderdelen:

  • 1. Omgeving recreatieve luchtvaart

  • 2. Verschil in regelgeving voor privé-vliegers en de overige beoefenaars van de recreatie luchtvaart

  • 3. Specifieke fysiologie voor de recreatieve luchtvaart

  • 4. Algemene geneeskundige onderwerpen in relatie tot de eisen en incapaciteit

  • 5. Ongevallen

  • 6. Slot (examen en kritiek cursisten)

Bijlage 1b. Adaptatiecursus geneeskundige voor luchtverkeersdienstverleners

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze cursus beslaat een dag en wordt in overleg met de LuchtverkeersIeiding Nederland bij de Luchtverkeersleiding Nederland gegeven.

Zij bestaat uit de volgende onderdelen:

  • 1. Werkomgeving luchtverkeersdienstverlening

  • 2. Oogheelkunde

  • 3. Keel-, neus- en oorheeIkunde, stem en spraak

  • 4. Algemene geneeskundige onderwerpen in relatie tot de eisen en incapacitatie

  • 5. Psychologie en psychiatrie, met inbegrip van de alcoholproblematiek en specifieke belasting van de luchtverkeersleiding

  • 6. Human factors

  • 7. Bezoek plaatselijke, naderings- en algemene luchtverkeersleiding

  • 8. Slot (examen en kritiek cursisten)

Bijlage 1c. Herhalingstraining in de luchtvaartgeneeskunde

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De herhalingstraining in de luchtvaartgeneeskunde beslaat ten minste 20 uur.

Onderdelen:

  • 1. Een onder toezicht van de minister gegeven cursus van minimaal 6 uur, waarin aandacht wordt besteed aan:

    • de regelgeving;

    • ontwikkelingen op het terrein van de luchtvaartgeneeskunde;

    • casuïstiek.

  • 2. De overige 14 uren kunnen worden ingevuld op de volgende manier:

    • a. bijwonen van het jaarlijkse congres van de Academy of Aviation and Space Medicine (de volle 4 dagen gelden voor 10 uur);

    • b. Bijwonen van de jaarlijkse wetenschappelijke bijeenkomst van de Aerospace Medical Association (de volle 4 dagen gelden voor 10 uur);

    • c. bijwonen van een wetenschappelijke bijeenkomst van de Nederlandse Vereniging voor Luchtvaartgeneeskunde, als de tijdens de bijeenkomst gegeven voordracht een luchtvaartgeneeskundig onderwerp betreft (het bijwonen van een bijeenkomst geldt voor 1 uur);

    • d. Nascholings-middagen of -avonden, georganiseerd door of in overleg met de minister (het bijwonen hiervan geldt per middag of avond voor 1 uur);

    • e. VIiegervaring (maximaal 5 uur per 3 jaar), hetgeen kan worden ingevuld op de volgende manieren:

      • 1. jump seat (5 sectoren gelden voor 1 uur);

      • 2. vluchtnabootser (4 uur vluchtnabootser geldt voor 1 uur);

      • 3. een vliegtuig besturen (4 uur besturen geldt voor 1 uur);

    • f. Meelopen van een dienst met een luchtverkeersleider (4 uur observatie geldt voor 1 uur).

De feitelijke invulling van de betreffende 14 uren zal op verzoek van de minister moeten worden overlegd.

Bijlage 2. Keuring en adviesrapportage door geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1. Procedure voorafgaand aan de keuring

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Controle

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Voorafgaand aan de keuring controleert de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige van de keurling de voorafgaande medische verklaring, alsmede een geldig legitimatiebewijs.

Daarnaast wordt een door de keurling meegebrachte anamnese ingenomen en gecontroleerd, en wordt mondeling bij de keurling geïnformeerd of er naar diens mening nog bijzonderheden aanwezig zijn die van belang kunnen zijn bij de keuring.

De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige maakt aan de keurling duidelijk dat de door de keurling te leveren informatie zo compleet en duidelijk moet zijn als mogelijk.

Het geldige legitimatiebewijs dient om de identiteit van de keurling te verifiëren.

Als de keurling niet in het bezit is van een voorafgaande medische verklaring, vraagt de geneeskundige instantie of geneeskundige om nadere instructies van de minister en volgt deze op.

Echter, als de keurling verschijnt voor een keuring in het kader van een eerste afgifte van een medische verklaring, kan worden volstaan met het vaststellen van de identiteit, door middel van het geldige legitimatiebewijs.

De voorafgaande medische verklaring wordt gecontroleerd op beperkingen.

Als de beperking ‘speciale instructies-neem contact op voor nadere instructies van de minister’ op een door de Nederlandse minister afgegeven medische verklaring voorkomt, vraagt de geneeskundige instantie of geneeskundige om nadere instructies van de minister en volgt deze op.

Als de beperking ‘special instructions-contact AMS’ op een door een andere JAA-Staat afgegeven medische verklaring met JAA-status voorkomt, verzoekt de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige aan de minister om met de door die Staat ingestelde AMS in contact te treden. Instructies van de minister die uit dit in contact treden volgen worden door de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige opgevolgd.

Aan de hand van de voorafgaande medische verklaring wordt gecontroleerd welke keuringsitems bij de betreffende medische keuring aan de orde dienen te komen.

Door de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige wordt de anamnese en de mondelinge informatie die wordt verkregen van de keurling nader geïnterpreteerd en wordt in dit kader bezien of er bij de keuring bijzondere nadere aandachtspunten in acht dienen te worden genomen.

Als bij de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige de indruk bestaat dat de keurling op enigerlei wijze valse informatie verstrekt, vraagt de geneeskundige instantie of geneeskundige om nadere instructies van de minister en volgt deze op.

Invullen aanvraagformulier voor medische verklaring

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Hierna wordt de keurling het door de minister vastgestelde aanvraagformulier voor een medische verklaring -verder formulier te noemen- ter hand gesteld, compleet met de handleiding voor de invulling.

De keurling wordt dan geïnstrueerd het formulier in te vullen, maar dit nog niet te tekenen, totdat hij daar opdracht toe ontvangt.

Het formulier wordt gezamenlijk met de keurling doorgenomen, zonodig onder nadere toelichting.

Als de keurling vervolgens naar de overtuiging van de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige het formulier volledig en leesbaar heeft ingevuld, wordt de keurling verzocht het formulier te dateren en te tekenen, waarna de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige zelf tekent als getuige.

Als de keurling weigert om het formulier volledig in te vullen of weigert te tekenen, informeert de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige de keurling dat door de weigering geen geldige aanvraag voor de afgifte van een medische verklaring door de minister tot stand kan komen en dat daardoor de afgifte van een medische verklaring niet tot de mogelijkheden behoort.

Door de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige wordt het ingevulde en getekende aanvraagformulier nader geïnterpreteerd en wordt in dit kader bezien of er bij de keuring bijzondere nadere aandachtspunten in acht dienen te worden genomen.

Als bij de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige de indruk bestaat dat de keurling op enigerlei wijze valse informatie verstrekt, vraagt de geneeskundige instantie of geneeskundige om nadere instructies van de minister en volgt deze op.

2. Medische keuring

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige keurt de keurling met inachtneming van de medische eisen, keuringsmethoden en procedures zoals bedoeld in:

  • JAR-FCL 3 subdeel B voor keuringen klasse 1;

  • JAR-FCL 3 subdeel C voor keuringen klasse 2;

  • Appendix 1 bij de regeling voor keuringen klasse 3.

Hierbij wordt het volgende in acht genomen:

Voor klasse 1 en 2:

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een nadere overweging van de minister, na indiening van de keuringsrapportage, wordt noodzakelijk geacht als een van de volgende zinsneden volgens JAR-FCL subdeel B of C van toepassing is:

    • ‘een geschiktverklaring kan door de AMS worden overwogen’,

    • ‘kunnen geschikt verklaard worden door de AMS’,

    • ‘kunnen als geschikt beschouwd worden door de AMS’, of

    • ‘moet doorverwezen worden naar de AMS’.

  • 2 Wanneer volgens JAR-FCL subdeel B of C de zinsnede ‘kan door de AMS worden vereist’, hetzij de zinsnede ‘die voor de AMS aanvaardbaar zijn’, van toepassing is, moet tijdens of - indien mogelijk in het algemeen - voorafgaand aan de keuring bindend advies met betrekking tot de context van deze zinsneden worden gevraagd bij de minister.

  • 3 Voor AMS wordt minister gelezen.

Voor klasse 3:

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Wanneer volgens appendix 1 bij deze regeling de zinsnede ‘als de minister hiermee akkoord gaat’, hetzij de zinsnede ‘voor de minister aanvaardbaar’, van toepassing is, moet tijdens of - indien mogelijk in het algemeen - voorafgaand aan de keuring bindend advies met betrekking tot de context van deze zinsneden worden gevraagd bij de minister.

  • 2 Een nadere overweging van de minister, na indiening van de keuringsrapportage, wordt noodzakelijk geacht als de zinsnede ‘de minister zou kunnen overwegen’ volgens appendix 1 bij deze regeling van toepassing is.

  • 3 Als tijdens een keuring op basis van de in appendix 1 bij deze regeling gegeven medische eisen, keuringsmethoden en procedures ongeschiktheid wordt vastgesteld, maar er volgens de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige bijzondere omstandigheden zijn om toch eventueel tot afgifte van een medische verklaring door de minister te komen, wordt dit, na overleg met de betrokken bedrijfsgeneeskundige, ter nadere overweging aan de minister voorgelegd.

Voor alle klassen:

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De coördinatie en accordering van de verwerking van de keuringsresultaten binnen een geautoriseerde geneeskundige instantie moet geschieden onder verantwoordelijkheid van een geneeskundige die in het bezit is van een autorisatie voor keuringen van alle klassen, bedoeld in artikel 4, onder d, van de regeling.

3. Adviesrapportage aan de minister

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Op basis van de keuring en met inachtneming van de medische eisen, keuringsmethoden en procedures zoals bedoeld in paragraaf 2 hierboven (‘Medische keuring’) stelt de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige een adviesrapportage aan de minister op.

De systematiek van deze adviesrapportage is als volgt:

Per relevant keuringsitem; de feitelijke rapportage

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

- Als voor wat betreft een bepaald keuringsitem op basis van de voorgeschreven medische eisen, keuringsmethoden en procedures geen nadere overweging van de minister noodzakelijk wordt geacht, stelt de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige hiervoor een - eventueel met redenen omkleed - advies aan de minister op, luidend geschikt, geschikt onder welke beperkingen 1, of ongeschikt.

- Als voor wat betreft een bepaald keuringsitem op basis van de voorgeschreven medische eisen, keuringsmethoden en procedures wel een nadere overweging van de minister noodzakelijk wordt geacht, geeft de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige dit aan, vergezeld van een met redenen omkleed advies aan de minister - geschikt, geschikt onder welke beperkingen, ongeschikt - om tot de nadere overweging te komen 2. In het geval van een klasse 3 keuring wordt in het advies in ieder geval voldoende rekening gehouden met de vraag of geconstateerde tekortkomingen van zodanige aard zijn, dat zij de veiligheid van de luchtverkeersdienstverlening niet nadelig kunnen beïnvloeden, en met de kennis, bedrevenheid en ervaring van betrokkene.

All-over

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Nadat alle relevante keuringsitems zijn afgehandeld, stelt de geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige een all-over adviesrapportage aan de minister op.

Als de keurling op (een) bepaald(e) keuringsitem(s) - op basis van de voorgeschreven medische eisen, keuringsmethoden en procedures - zonder meer ongeschikt wordt geacht, hetgeen leidt tot algehele ongeschiktachting, dan word (t)(en) dit/deze item(s) nogmaals aangehaald, met een verwijzing naar het deel van de keuringsrapportage waarin het/de keuringsitem(s) word(t)(en) behandeld.

Dan volgt het all-over advies: ongeschikt; geen medische verklaring afgeven.

Als er keuringsitems aanwezig zijn waarvoor een nadere overweging van de minister - op basis van de voorgeschreven medische eisen, keuringsmethoden en procedures - noodzakelijk wordt geacht om de medische geschiktheid van de keurling te bepalen, worden deze items nogmaals aangehaald, met een verwijzing naar het deel van de keuringsrapportage waarin het keuringsitem wordt behandeld.

Wordt (dus) voor wat betreft de overige keuringsitems de keurling geschikt geacht, dan wordt dit all-over aangegeven.

Dan volgt het all-over advies:

  • deels geschikt, eventueel onder beperkingen,

  • deels geschiktheid, eventueel onder -welke- beperkingen, ter nadere overweging door de minister; afgifte medische verklaring ter nadere overweging door de minister.

Als er - op basis van de voorgeschreven medische eisen, keuringsmethoden en procedures - geen keuringsitems aanwezig zijn waarvoor een nadere overweging van de minister noodzakelijk wordt geacht en de keurling all-over geschikt wordt geacht (eventueel onder beperkingen), wordt dit kort aangegeven (eventueel met algemene verwijzing naar de itemsgewijze keuringsrapportage). Dan volgt het all-over advies: geschikt, eventueel onder -welke- beperkingen; medische verklaring, eventueel onder -welke- beperkingen, afgeven.

Formulier

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De adviesrapportage aan de minister moet op een door de minister vastgesteld formulier worden gesteld.

Accorderen en ondertekenen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De adviesrapportage aan de minister moet, als deze wordt opgesteld bij een geautoriseerde geneeskundige instantie, worden geaccordeerd en ondertekend onder verantwoordelijkheid van een leidinggevende geautoriseerde geneeskundige, zoals bedoeld in artikel 4, onder d. In het kader van een eerste afgifte van een medische verklaring moet deze de adviesrapportage ook feitelijk accorderen en ondertekenen.

4. Verzending aanvraagformulier voor medische verklaring en adviesrapportage

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De geautoriseerde geneeskundige instantie of geneeskundige verzendt het aanvraagformulier voor de medische verklaring, zoals ingevuld door de keurling, en de adviesrapportage binnen vijf dagen aan de minister.

Appendix 1. Medische eisen, keuringsmethoden en procedures klasse 3

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze appendix wordt gelezen in samenhang met bijlage 2 van de Regeling geneeskundige instanties, geneeskundigen en medische verklaringen voor de luchtvaart.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling wordt ongeschikt verklaard wanneer deze niet vrij is van elke aangeboren of verkregen cardiovasculaire afwijking die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden.

  • 2 Bij elke keuring wordt een standaard twaalf-afleidingen elektrocardiogram in rust gemaakt.

  • 3 Inspanningselektrocardiografie is uitsluitend geïndiceerd op klinische gronden, overeenkomstig het eerste lid van bijlage A.

  • 4 Om de risico analyse te vergemakkelijken wordt, met inachtneming van het tweede en derde lid van bijlage A, het cholesterol gehalte bepaald bij

    • a. de initiële keuring en vervolgens;

    • b. eens per zes jaar, tot de eerste keuring na het bereiken van de veertigjarige leeftijd en vervolgens;

    • c. eens per vijf jaar.

  • 5 Een keurling met perifeer vaatlijden wordt ongeschikt verklaard, voor of na chirurgische behandeling, tenzij er geen significante functionele beschadiging bestaat en coronair lijden of significante atheromen elders zijn uitgesloten.

  • 6 Een keurling met een afwijking aan een van de hartkleppen wordt ongeschikt verklaard, tenzij

    • a. het een gering hartklepgebrek betreft en

    • b. met gunstig resultaat cardiologisch geëvalueerd is overeenkomstig het elfde lid van bijlage A.

  • 7 Een keurling waarbij een hartklep is vervangen of hersteld, wordt ongeschikt verklaard, tenzij deze met gunstig resultaat cardiologische geëvalueerd is overeenkomstig het twaalfde en dertiende lid van bijlage A.

  • 8 Een keurling die systematisch is behandeld met een anticoagulans wordt ongeschikt verklaard, tenzij deze gedurende korte tijd behandeld wordt overeenkomstig het veertiende lid van bijlage A.

  • 9 Een keurling met een afwijking van het pericard, myocard of endocard wordt ongeschikt verklaard, totdat uit cardiologische evaluatie overeenkomstig het vijftiende lid van bijlage A blijkt dat deze afwijking geen verhoogd risico inhoudt.

  • 10 Een keurling met een congenitaal hartgebrek, voor en na chirurgische behandeling, wordt ongeschikt verklaard, tenzij

    • a. het een geringe afwijking betreft en

    • b. met gunstig resultaat cardiologisch is onderzocht overeenkomstig het zestiende lid van bijlage A.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 De bloeddruk wordt opgenomen overeenkomstig de techniek vermeld in het vierde lid van bijlage A.

  • 2 Als de bloeddruk bij voortduring hoger is dan 160 mm Hg systolisch en 95 mm Hg diastolisch, met of zonder behandeling, wordt de keurling ongeschikt verklaard.

  • 3 a. Medicatie ter controle van de bloeddruk is overeenkomstig het vijfde lid van bijlage A en moet te verenigen zijn met de veilige uitoefening van de functie.

    b. Bij aanvang van de medicamenteuze behandeling wordt een luchtverkeersleider tijdelijk ongeschikt verklaard, tot dat duidelijk is dat de medicatie geen significante bijwerkingen heeft.

  • 4 Aanvragers met ernstige verschijnselen van orthostatische hypotensie worden ongeschikt verklaard.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 a. Een keurling waarbij een coronair afwijking verondersteld wordt, wordt verder onderzocht.

    b. Een keurling met een asymptomatische, geringe, coronair afwijking wordt geschikt verklaard, met inachtneming van het zesde lid van bijlage A.

  • 2 Een keurling met een symptomatisch coronair lijden wordt ongeschikt verklaard.

  • 3 Een keurling wordt ongeschikt verklaard na een myocard infarct, tenzij wordt voldaan aan het zevende lid van bijlage A.

  • 4 Een keurling waarbij een bevredigend herstel wordt aangetoond na coronaire by-pass chirurgie of vaatplastiek, wordt geschikt verklaard overeenkomstig het achtste lid van bijlage A.

5.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een significante verstoring van het atrium ritme, hetzij paroxysmaal of bij voortduring, wordt ongeschikt verklaard in afwachting van cardiologische evaluatie overeenkomstig het negende en tiende lid van bijlage A.

  • 2 Een keurling met een asymptomatische sinus bradycardie of tachycardie wordt geschikt verklaard als er geen significante afwijking aan ten grondslag ligt.

  • 3 Een keurling met tekenen van sinoatriële afwijkingen wordt alleen geschikt verklaard na een gunstige evaluatie overeenkomstig het negende en tiende lid van bijlage A.

  • 4 Een keurling met een asymptomatisch geïsoleerd uniform ventriculair ectopisch complex wordt geschikt verklaard, mits deze bij frequente complexen of complexen met een afwijkende vorm een volledige cardiologische evaluatie ondergaat overeenkomstig het negende lid van bijlage A.

  • 5 a. Wanneer er geen andere afwijkingen zijn, wordt een keurling met een incompleet bundel tak block of stabiele linker as deviatie geschikt verklaard.

    b. Een keurling met een compleet rechter of linker bundeltak blok wordt cardiologisch geëvalueerd wanneer dit blok zich voor de eerste maal voordoet, overeenkomstig het negende en tiende lid van bijlage A.

  • 6 Een keurling met ventriculaire prae-excitatie wordt ongeschikt verklaard tenzij, uit cardiologische evaluatie overeenkomstig het negende lid van bijlage A, blijkt dat de keurling geschikt is.

  • 7 Een keurling met een endocardiale pacemaker wordt ongeschikt verklaard tenzij, uit cardiologische evaluatie overeenkomstig het tiende lid van bijlage A, blijkt dat de keurling geschikt is.

6.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een afwijking van het ademhalingsstelsel, congenitaal of verkregen, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Röntgenonderzoek van hart en longen in het anterior/posterior vlak is vereist, als het op klinische of epidemiologische gronden geïndiceerd is.

  • 3 a. Een longfunctietest wordt bij iedere keuring verricht overeenkomstig het eerste lid van bijlage B.

    b. Een keurling met een significant gestoorde longfunctie wordt beoordeeld overeenkomstig het eerste lid van bijlage B.

7.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een ernstige chronische obstructieve longziekte of ernstig emphyseem wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Een keurling met een reactieve luchtwegziekte of astma bronchiale die medicatie nodig heeft, wordt beoordeeld overeenkomstig het tweede lid van bijlage B.

  • 3 Een keurling met een actieve ontsteking van de ademhalingsorganen wordt tijdelijk ongeschikt verklaard.

  • 4 Een keurling met sarcoïdosis wordt ongeschikt verklaard, overeenkomstig het derde lid van bijlage B.

  • 5 Een keurling met een spontane pneumothorax wordt ongeschikt verklaard tenzij voldaan wordt aan het vierde lid van bijlage B.

  • 6 Een keurling die een grote thorax-operatie heeft ondergaan wordt ongeschikt verklaard gedurende minimaal drie maanden na de operatie en zolang als noodzakelijk is overeenkomstig het vijfde lid van bijlage B.

8.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met een afwijking van het spijsverteringsstelsel of de adnexae, congenitaal of verkregen, waarvan een functiebeperking het gevolg is die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

9.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een aandoening van de spijsverteringsorganen die medicatie behoeft of met pancreatitis, wordt ongeschikt verklaard in afwachting van de resultaten van onderzoek overeenkomstig het eerste lid van bijlage C.

  • 2 Een keurling met multiple galstenen of één enkele symptomatische grote galsteen wordt ongeschikt verklaard totdat behandeling met succes heeft plaatsgevonden met inachtneming van het tweede lid van bijlage C.

  • 3 Een keurling, die bij de initiële keuring een acute of inflammatoire darmziekte heeft in de voorgeschiedenis of met een klinische diagnose van een acute of inflammatoire darmziekte, wordt ongeschikt verklaard, tenzij wordt voldaan aan het derde lid van bijlage C.

  • 4 Een keurling die een acute of inflammatoire darmziekte ontwikkelde, wordt beoordeeld overeenkomstig het derde lid van bijlage C.

  • 5 Een keurling mag geen breuken te hebben, die incapaciterende symptomen tot gevolg kunnen hebben.

  • 6 Een keurling met een nasleep van ziekte of chirurgisch ingrijpen in een deel van het spijsverteringsstelsel of haar adnexae, waarvan een plotselinge ongeschiktheid het gevolg kan zijn, in het bijzonder een obstructie veroorzaakt door strictuur of compressie, wordt ongeschikt verklaard.

  • 7 Een keurling die een operatie aan het spijsverteringsstelsel of haar adnexae heeft ondergaan waarbij totale of gedeeltelijke verwijdering of omleiding van deze organen heeft plaatsgehad, wordt ongeschikt verklaard gedurende minimaal drie maanden na de operatie of zolang als noodzakelijk is met inachtneming van het vierde lid van bijlage C.

10.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een structurele metabole, voedings- of endocriene afwijking, congenitaal of verkregen, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Een keurling met een metabole, voedings- of endocriene disfunctie wordt beoordeeld overeenkomstig het eerste lid van bijlage D.

  • 3 Een keurling met diabetes mellitus wordt beoordeeld overeenkomstig het tweede en derde lid van bijlage D.

  • 4 Een keurling met een insuline-afhankelijke diabetes wordt ongeschikt verklaard.

11.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een hematologische afwijking, congenitaal of verkregen, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Een keurling met significant vergrote lymfeklieren, lokaal of algemeen of met een bloedziekte wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het eerste lid van bijlage E.

  • 3 a. Het hemoglobine gehalte wordt bij iedere medische keuring bepaald;

    b. Een keurling met een significante anemie wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het tweede lid van bijlage E.

  • 4 Een keurling met sickle cell disease wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het tweede lid van bijlage E.

  • 5 a. Een keurling met acute leukemie wordt ongeschikt verklaard;

    b. Een keurling van een initiële medische keuring met een chronische leukemie wordt ongeschikt verklaard.

    c. Voor tussentijdse beoordeling of herhalingskeuring geldt het derde lid van bijlage E.

  • 6 Een keurling met een significante miltvergroting wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het vierde lid van bijlage E.

  • 7 Een keurling met een significante polycythemie wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het vijfde lid van bijlage E.

  • 8 Een keurling met een stollingsstoornis wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het zesde lid van bijlage E.

12.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een structurele afwijking of ziekte van het urineweg systeem of haar adnexae, congenitaal of verkregen, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2

    • a. Een keurling met een nierziekte wordt ongeschikt verklaard;

    • b. Urine-onderzoek maakt deel uit van elke keuring;

    • c. In de urine mogen geen afwijkingen voorkomen, die een goede uitoefening van de operationele functie belemmeren;

    • d. Bijzondere aandacht wordt besteed aan ziekten die de urinewegen en de geslachtsorganen betreffen, met inachtneming het eerste lid van bijlage F.

  • 3 Een keurling met een of meerdere stenen in de urinewegen wordt ongeschikt verklaard. Geschiktverklaring wordt overwogen met inachtneming van het tweede lid van bijlage F.

  • 4

    • a. Een keurling met een nasleep van ziekte of chirurgisch ingrijpen aan de nieren of een ander deel van het urogenitaal stelsel, die aanleiding kan geven tot plotselinge incapacitatie, in het bijzonder een obstructie veroorzaakt door strictuur of compressie, wordt ongeschikt verklaard;

    • b. Een keurling met een status na een genezen nephrectomie zonder hypertensie of uremie kan geschikt verklaard worden, overeenkomstig het derde lid van bijlage F.

  • 5 Een keurling die een belangrijke operatie aan urogenitaal stelsel of haar adnexae heeft ondergaan waarbij totale of gedeeltelijke verwijdering of omleiding van deze organen heeft plaatsgehad, wordt ongeschikt verklaard gedurende minimaal drie maanden na de operatie of zolang als noodzakelijk is, met inachtneming van het derde en vierde lid van bijlage C en het vierde lid van bijlage F.

13.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een voorgeschiedenis of klinische diagnose van een sexueel overdraagbare ziekte of infectie, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Bijzondere aandacht wordt besteed aan een voorgeschiedenis of klinische tekenen van:

    • a. HIV positiviteit;

    • b. verminderde functie van het immuun systeem;

    • c. infectieuze hepatitis;

    • d. syphilis;

    met inachtneming van bijlage G.

14.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een functionele of structurele gynaecologische of verloskundige aandoening, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor zij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Een keurling met een voorgeschiedenis van ernstige menstruatie stoornissen die niet door behandeling te beïnvloeden zijn, wordt ongeschikt verklaard.

  • 3

    • a. Zwangerschap heeft tijdelijke ongeschikt verklaring tot gevolg. Als bij verloskundige evaluatie de zwangerschap volledig normaal blijkt te zijn, wordt de keurling geschikt verklaard tot het einde van de 36e week van de zwangerschap, overeenkomstig het eerste lid van bijlage H;

    • b. Betrokkene kan haar taak als luchtverkeersleider weer uitoefenen nadat duidelijk is dat zij volledig hersteld is na de bevalling of beëindiging van de zwangerschap.

  • 4 Een keurling die een belangrijke gynaecologische operatie heeft ondergaan wordt ongeschikt verklaard gedurende minimaal drie maanden na de operatie of zolang als noodzakelijk is, met inachtneming van het tweede lid van bijlage H.

15.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een functionele of structurele afwijkingen van botten, gewrichten, spieren en pezen, congenitaal of verkregen, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden , of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 De bouw en functie van het bewegingsapparaat moet voldoende zijn om onder normale werkomstandigheden zijn functie veilig uit te oefenen. Een keurling met onvoldoende functie van zijn bewegingsapparaat wordt ongeschikt verklaard met inachtneming van het eerste lid van bijlage I.

  • 3 Een keurling met een nasleep van ziekte, ongeval of een congenitale afwijking van de botten, gewrichten, spieren of pezen met of zonder chirurgische behandeling wordt beoordeeld overeenkomstig het eerste, tweede en derde lid van bijlage I.

16.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een medische voorgeschiedenis of klinische diagnose van enige psychiatrische ziekte of gebrek, acuut of chronisch, congenitaal of verkregen, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Met inachtneming van bijlage J, wordt bijzondere aandacht besteed aan:

    • a. psychose;

    • b. persoonlijkheidsstoornissen, met name als deze ernstig genoeg zijn om te resulteren in onaangept gedrag;

    • c. geestesgestoordheid en neurose;

    • d. alcoholisme;

    • e. gebruik of misbruik van psychotrope geneesmiddelen of andere stoffen met of zonder afhankelijkheid.

17.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een medische voorgeschiedenis of klinische diagnose van enige neurologische ziekte, acuut of chronisch, congenitaal of verkregen te hebben, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Met inachtneming van bijlage K, wordt bijzondere aandacht besteed aan:

    • a. progressieve ziekte van het zenuwstelsel;

    • b. epilepsie en convulsieve storingen;

    • c. aandoeningen met een sterke neiging tot cerebrale dysfunctie;

    • d. bewustzijnsstoornissen en bewustzijnsverlies;

    • e. schedel trauma.

  • 3 Electroëncephalografie wordt uitgevoerd bij de initiële keuring en als dit geïndiceerd wordt op klinische gronden of op grond van de voorgeschiedenis van de keurling.

18.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een afwijking van de functie van de ogen of hun adnexae of enige actieve pathologische aandoening, congenitaal of verkregen, acuut of chronisch, of enige nasleep van oogoperaties of trauma waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het eerste lid van bijlage L.

  • 2 Een uitgebreid ophthalmologisch onderzoek wordt uitgevoerd bij de initiële keuring met inachtneming van het tweede lid van bijlage L.

  • 3 Een routine oogonderzoek maakt deel uit van alle keuringen, met inachtneming van het derde lid van bijlage L.

  • 4 Een uitgebreid oogonderzoek wordt verricht overeenkomstig de herhalingskeuring en tussentijdse beoordeling met inachtnemening van het vierde lid van bijlage L met de volgende tussenpozen:

    • a. eens per zes jaar tot de eerste keuring na het bereiken van de veertigjarige leeftijd en vervolgens;

    • b. eens per twee jaar.

19.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1

    • a. Een keurling met een gezichtsscherpte in de verte, met of zonder correctie, van 6/9 of beter in elk oog afzonderlijk wordt geschikt verklaard.

    • b. Binoculair dient de gezichtsscherpte 6/6 of meer te bedragen (zie dit artikel lid 8).

    • c. Er worden geen eisen gesteld aan de ongecorrigeerde minimale gezichtsscherpte.

  • 2

    • a. Refractie afwijking wordt gedefinieerd als het verschil met emmetropie in dioptrieën in de meest ametrope meridiaan.

    • b. De refractie wordt bepaald volgens de standaard methode.

    • c. De keurling wordt geschikt beschouwd als hij voldoet aan de volgende refractie-eisen:

      • bij de initiële keuring mag de refractie afwijking niet meer dan ± 3 dioptrieën te bedragen met inachtneming van bijlage M;

      • . bij herhalingskeuring, wordt een keurling met een refractie afwijking boven +3 en -5 dioptrieën, na uitgebreid ophtalmologisch onderzoek geschikt verklaard. Operationele beperkingen kunnen opgelegd worden;

      • een keurling met een astigmatische component van meer dan 2.0 dioptrieën wordt ongeschikt verklaard;

      • het verschil in refractie afwijking tussen beide ogen (anisometropie) mag niet meer dan 2.0 dioptrieën bedragen.

    • d. De ontwikkeling van presbyopie wordt bij iedere keuring gevolgd.

    • e. Een keurling wordt onderworpen aan een beeldschermtest met een afstand van 60 cm. De vereiste gezichtsscherpte wordt gemeten, zo nodig met de voorgeschreven correctie, en bedraagt 0,5 voor elk oog afzonderlijk.

  • 3

    • a. Een keurling met een significante stoornis in het binoculair zien wordt ongeschikt verklaard.

    • b. Er worden geen eisen gesteld aan het diepte zien, met inachtneming van het derde lid van bijlage M.

  • 4 Een keurling met diplopie wordt ongeschikt verklaard.

  • 5 Een keurling met een abnormale convergentie wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het vierde lid van bijlage M.

  • 6 Een keurling waarbij de oogspieren niet in evenwicht zijn, gemeten met de gebruikelijke correctie, als deze is voorgeschreven, met heteroforieën groter dan:

    • a.

      • 1.0 prisma dioptrieën hyperforie op 6 meter;

      • 6.0 prisma dioptrieën esoforie op 6 meter;

      • 8.0 prisma dioptrieën exoforie op 6 meter,

        en

    • b.

      • 1.0 prisma dioptrieën hyperforie op 33 cm;

      • 6.0 prisma dioptrieën esoforie op 33 cm;

      • 12.0 prisma dioptrieën exoforie op 33 cm.

    wordt ongeschikt verklaard, tenzij de fusiebreedte voldoende is om asthenope klachten en diplopie te voorkomen.

  • 7 Een keurling met een abnormaal gezichtsveld wordt ongeschikt verklaard, met inachtneming van het derde lid van bijlage M.

  • 8 Een keurling die alleen aan de visuseisen kan voldoen met behulp van correctie, wordt alleen geschikt verklaard als de corrigerende lenzen een optimale visus verschaffen en zij geschikt zijn voor operationeel gebruik.

  • 9 Als een keurling corrigerende lenzen voor operationeel gebruik nodig heeft, wordt deze alleen geschikt verklaard wanneer

    • a. de corrigerende lenzen de keurling in staat te stellen aan de visuseisen te voldoen bij alle werkafstanden, en

    • b. niet meer dan één paar lenzen volstaat om aan de visuseisen te voldoen.

  • 10 De keurling is er voor verantwoordelijk dat een reserveset van gelijkelijk corrigerende lenzen onder handbereik is bij het verrichten van de werkzaamheden.

20.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Normaal kleurenonderscheidingsvermogen wordt gedefinieerd als het vermogen de Ishihara test of de test op Nagel’s anomaloscoop als een normale trichromaat uit te voeren, met inachtneming van het eerste lid van bijlage N.

  • 2

    • a. Een keurling wordt geschikt verklaard wanneer deze een normaal kleuren-onderscheidingsvermogen heeft of ‘colour safe’ is;

    • b. Een keurling die de Ishihara’s test onvoldoende doet kan als ‘colour safe’ beschouwd worden als hij uitgebreid kleurenonderzoek met een goedgekeurde methode voldoende doet met inachtneming van het tweede lid van bijlage N.

  • 3 Een keurling die de goedgekeurde kleurentest onvoldoende doet, wordt als ‘colour unsafe’ beschouwd en wordt ongeschikt verklaard.

21.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling met een afwijking in de functie van de oren, neus, sinussen of keel, inclusief mondholte en larynx, of actieve pathologie, congenitaal of verkregen, acuut of chronisch, of enige nasleep van chirurgisch ingrijpen of trauma, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 2. Een uitgebreid otorhinolaryngologisch onderzoek wordt verricht met inachtneming van het eerste en tweede lid van bijlage O bij:

    • a. de initiële keuring en vervolgens;

    • b. daarna eens per 6 jaar tot de eerste keuring na het bereiken van de veertigjarige leeftijd en vervolgens;

    • c. eens per twee jaar.

  • 3 Een routine keel-neus- en ooronderzoek wordt bij elke keuring verricht, met inachtneming van bijlage O.

  • 4 Een keurling met een van de volgende ziekten of afwijkingen wordt ongeschikt verklaard:

    • a. een actief ziekteproces, acuut of chronisch, van het binnen- of middenoor;

    • b. een niet genezen perforatie of dysfunctie van het trommelvlies, met inachtneming van het derde lid van bijlage O;

    • c. gestoorde vestibulair functie, met inachtneming van het vierde lid van bijlage O;

    • d. significante passagestoornis in de neus, of gestoorde sinus-functie;

    • e. significante misvorming of significante, acute of chronische infectie van de mondholte of bovenste luchtwegen;

    • f. significante stem- of spraakstoornis.

22.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1

    • a. Het gehoor wordt bij elke keuring getest;

    • b. De keurling die conversatiespraak niet met ieder oor afzonderlijk hoort op een afstand van 2 meter van de onderzoeker en met de rug naar de onderzoeker toegekeerd, wordt ongeschikt verklaard.

  • 2 Een audiogram wordt gemaakt met inachtneming van het eerste lid van bijlage P;

    • a. bij de initiële keuring en vervolgens;

    • b. eens per vier jaar tot het bereiken van de veertigjarige leeftijd en vervolgens;

    • c. eens per twee jaar.

  • 3

    • a. Bij de initiële keuring mag er voor elk oor afzonderlijk, geen gehoorsverlies groter dan 20 dB(HL) bestaan op de frequenties 500, 1000 and 2000 Hz, of van meer dan 35 dB(HL) op 3000 Hz;

    • b. Een keurling wiens gehoorsverlies binnen 5 dB van deze grenzen is, wordt tot het bereiken van de veertigjarige leeftijd ten minste eens per twee jaar en na het bereiken van de veertigjarige leeftijd ten minste eens per jaar getoetst op toon audiometrie.

  • 4

    • a. Bij een herhalingskeuring mag er voor elk oor afzonderlijk geen gehoorsverlies groter dan 35 dB zijn op de frequenties 500, 1000, en 2000 Hz, of groter dan 50 dB op 3000 Hz;

    • b. Een keurling wiens gehoorsverlies binnen 5 dB van deze grenzen is op de onderzochte frequenties, wordt ten minste jaarlijks getoetst met behulp van toonaudiometrie.

  • 5 Bij vernieuwing of verlenging van de medische geschiktverklaring kan de keurling met hypoacusis geschikt verklaard worden als het spraakaudiogram een goede verstaanbaarheid aangeeft, met inachtneming van het tweede lid van bijlage P.

23.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1

    • a. Een keurling met een psychologische afwijking, met name een beperking in operationele vaardigheden of enige relevante persoonlijkheidstrek, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden, wordt ongeschikt verklaard;

    • b. Een psychologische evaluatie, overeenkomstig in het eerste lid van bijlage Q, is vereist als er twijfel bestaat over de geschiktheid of persoonlijkheid van een keurling, met inachtneming van het tweede lid van bijlage Q.

  • 2 Als een psychologische evaluatie noodzakelijk geacht wordt zal de keuringsinstelling gebruik maken van haar eigen psychologische afdeling.

  • 3 De psycholoog rapporteert aan de keuringsafdeling met zijn oordeel en advies.

24.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een keurling wordt ongeschikt verklaard wanneer deze een dermatologische afwijking heeft, waarvan een functiebeperking het gevolg is, die de veiligheid onder normale werkomstandigheden nadelig kan beïnvloeden of waardoor hij plotseling ongeschikt kan worden.

  • 2 Met inachtneming van bijlage R wordt bijzondere aandacht besteed aan de volgende afwijkingen en ziekten:

    • a. exogeen en endogeen eczeem;

    • b. ernstige psoriasis;

    • c. bacteriële infecties;

    • d. geneesmiddel allergieën;

    • e. bulleuze afwijkingen;

    • f. maligne huidafwijkingen;

    • g. urticaria.

Bijlage A. Eisen voor het hart en vaat-stelsel als bedoeld in artikel 2 tot en met 5

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Inspanningselektrocardiografie is vereist :

  • a. als dit geïndiceerd wordt bij verdenking op hart- en vaatlijden,

  • b. ter verduidelijking van een elektrocardiogram in rust,

  • c. op aanwijzing van een specialist die aanvaardbaar is voor de minister.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Het bepalen van serum lipiden is ‘case finding’, duidelijke afwijkingen worden onderzocht en blijven onder controle.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een opeenstapeling van risicofactoren zoals roken, familie anamnese, afwijkingen in de bloedvetten en hypertensie, maken cardiovasculaire evaluatie noodzakelijk.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • a. De systolische bloeddruk wordt opgenomen bij het optreden van de Korotkoff tonen (fase I) en de diastolische bloeddruk bij het verdwijnen hiervan (fase II);

  • b. De bloeddruk wordt twee keer gemeten;

  • c. Als de bloeddruk verhoogd is of als de hartfrequentie verhoogd is, worden meerdere metingen verricht.

5.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Anti-hypertensie behandeling vindt plaats als de minister hiermee akkoord gaat. Algemeen aanvaarde medicijnen zijn:

  • a. diuretica,

  • b. beta blockers,

  • c. ACE remmers,

  • d. Calciumantagonisten.

6.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Bij verdenking op asymptomatisch coronairlijden, is inspannings elektrocardiografie vereist. Zonodig gevolgd door thalliumscintigrafie of coronair angiografie.

7.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een klachtenvrije keurling die zijn risicofactoren, als deze aanwezig zijn, voldoende gereduceerd heeft en geen medicatie nodig heeft tegen ischemische klachten wordt 9 maanden na het myocardinfarct geschikt verklaard als:

  • a. inspanning elektrocardiografie bevredigend is;

  • b. hij links een ventriculaire ejectie fractie van meer dan 50% heeft zonder duidelijk abnormale wandbeweging met een normale rechter ventrikel ejectie fractie.

  • c. hij een bevredigend 24-uurs ambulant ECG heeft; en

  • d. coronair angiografie minder dan 30% stenose vertoont in een vat buiten het infarct gebied en er geen verminderde myocard functie kan worden aangetoond in het verzorgingsgebied van een dezer vaten;

  • e. jaarlijkse cardiovasculaire herbeoordeling plaatsvindt, inclusief inspannings elektrocardiografie of inspannings scintigrafie. Coronair angiografie is vereist 5 jaar na het infarct, tenzij de het elektrocardiogram bij maximale inspanning onveranderd is gebleven.

8.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een klachtenvrije keurling die zijn risicofactoren, als deze aanwezig zijn, voldoende heeft gereduceerd en geen medicatie nodig heeft tegen ischemische klachten wordt geschikt verklaard 6 maanden of zoveel eerder als medisch verantwoord na by-pass chirurgie of angioplastiek als:

  • a. inspannings elektrokardiografie bevredigend is;

  • b. hij een ventriculiare ejectie fractie van meer dan 50% heeft zonder duidelijk abnormale wandbeweging, met een normale rechter ventrikel ejectie fractie;

  • c. hij een bevredigend 24-uurs ambulant ECG heeft; en

  • d. bij coronair angiografie de vaten open zijn met een goede doorstroming, minder dan 30% stenose in een belangrijk vat aantoonbaar is, er geen tekenen van verandering in het uiterlijk van het behandelde bloedvat zijn en er geen verminderde myocard functie kan worden aangetoond in het verzorgingsgebied van een dezer vaten;

  • e. jaarlijkse cardiovasculaire herbeoordeling plaatsvindt, inclusief inspannings ECG of inspannings scintigrafie;

  • f. Coronair angiografie wordt verricht 5 jaar na de ingreep.

9.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een significante ritme of geleidingsstoornis wordt geëvalueerd door een cardioloog die aanvaardbaar is voor de minister. Een dergelijke evaluatie kan bestaan uit een of meer van de volgende punten:

  • a. elektrocardiografie in rust en bij inspanning;

  • b. 24-uurs ambulante elektrocardiografie;

  • c. 2D Doppler echocardiografie;

  • d. elektrofysiologisch onderzoek.

10.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

3 maanden na de inplant wordt in de gevallen beschreven in artikel 5, zevende lid, geschiktverklaring weer overwogen als:

  • a. er geen andere aandoening is die betrokkene ongeschikt maakt;

  • b. een bipolair geleidings systeem gebruikt is;

  • c. betrokkene niet pacemaker afhankelijk is;

  • d. inspannings elektrocardiografie tot aan Bruce stadium IV of equivalent, geen afwijkingen of tekenen van myocard ischemie vertoont. Scintigrafie is nuttig wanneer er een geleidingsstoornis is of door de pacemaker geïnduceerde complexen in het rust ECG worden gezien.

  • e. twee-dimensionale Doppler echocardiografie geen afwijkingen toont;

  • f. Holter onderzoek aantoont dat er geen neiging tot symptomatische of asymptomatische tachy-aritmie bestaat:

  • g. follow up na zes maanden door een cardioloog die aanvaardbaar is voor de minister, met een pacemaker check en Holter monitoring.

11.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Ongeïdentificeerde hartgeruisen worden door een cardioloog die aanvaardbaar is voor de minister geëvalueerd. Als zij significant worden geacht wordt verdere evaluatie m.b.v. 2D Doppler echocardiografie verricht.

12.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Een bicuspide aorta klep is acceptabel zonder verdere beperking als er geen andere hart- of aorta afwijking aangetoond kan worden. Tweejaarlijks echocardiografisch onderzoek is vereist.

b. Bij aorta stenose (minder dan 25 mm Hg drukverschil) wordt betrokkene geschikt verklaard met een operationele beperking. Jaarlijkse herbeoordeling door een cardioloog die aanvaardbaar is voor de minister is vereist.

c. Een geringe aorta klep insufficiëntie is acceptabel. Er mag geen aantoonbare afwijking bestaan aan de aorta ascendens bij twee-dimensionale Doppler echocardiografie. Jaarlijkse herbeoordeling door een cardioloog die aanvaardbaar is voor de minister is vereist.

d. Ziekten van de mitraal klep (reumatische mitraal stenose) heeft gewoonlijk ongeschiktverklaring tot gevolg.

e. Mitraal prolaps/mitraal insufficiëntie. Voor keurlingen met een geïsoleerde mid-systolische click is meestal geen functie beperking nodig. Een keurling met een ongecompliceerde geringe mitraalinsufficiëntie wordt mogelijk operationeel beperkt.

13. Hartklep chirurgie

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Een keurling met een geïmplanteerde kunstklep wordt ongeschikt verklaard.

b. Bij een keurling met een weefselklep wordt geschiktverklaring overwogen, 9 maanden of zoveel eerder als medisch verantwoord na de operatie als:

  • 1º. bij twee-dimensionale Doppler echocardiografie een normale klep- en ventrikelfunctie wordt waargenomen,

  • 2º. er een bevredigende fietsproef wordt uitgevoerd,

  • 3º. geen coronairlijden wordt aangetoond tenzij een bevredigende revascularisatie bereikt is,

  • 4º. geen cardioactieve medicatie nodig is,

  • 5º. jaarlijkse cardiologische herbeoordeling plaatsvindt door een cardioloog die aanvaardbaar is voor de minister,

  • 6º. zo nodig operationele beperkingen worden opgelegd.

14.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling wordt na het beëindigen van behandeling met anticoagulantia opnieuw beoordeeld.

15.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Een keurling met afwijkingen van het epicard/myocard en endocard, primair of secondair, wordt tijdelijk ongeschikt verklaard, totdat de klinische verschijnselen verdwenen zijn.

b. Voor cardiologische evaluatie wordt 2D Dopplerechocardiografie, inspannings elektrocardiografie, 24-uurs ambulante elektrocardiografie myocard scintigrafie en coronairangiografie verlangd.

c. Frequente herbeoordeling en een functiebeperking kunnen voor geschiktverklaring noodzakelijk zijn.

16.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Een keurling met een aangeboren hartgebrek, de geopereerden meegerekend, wordt ongeschikt verklaard, tenzij het hartgebrek functioneel onbeduidend is en geen medicatie nodig is.

b. Cardiologische evaluatie is vereist.

c. Doppler echocardiografie, inspanning elektrocardiografie en 24 uurs ambulante elektrocardiografie kan verlangd worden.

d. Regelmatige cardiologische herbeoordeling is noodzakelijk.

e. Functionele beperking kan na onderzoek noodzakelijk zijn.

Bijlage B. Eisen voor het ademhalingsstelsel als bedoeld in artikel 6 en 7

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Longfunctie onderzoek wordt elke keuring uitgevoerd.

b. Een FEV1/FVC ratio van minder dan 70% wordt onderzocht door een longarts.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met recidiverende astma-aanvallen wordt ongeschikt verklaard, tenzij de situatie stabiel is, de longfunctie test acceptabele waarden geeft en behandeling te verenigen is met een veilige uitoefening van de functie.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met actieve sarcoïdosis wordt ongeschikt verklaard, tenzij

  • a. er uitgebreid onderzoek verricht is met het oog op systemische uitbreiding; en

  • b. de ziekte beperkt is tot lymfadenopathie van de hilus en betrokkene geen medicatie nodig heeft.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Spontane pneumothorax.

a. Geschiktverklaring na een volledig genezen enkele spontane pneumothorax wordt overwogen na een jaar, na een volledige evaluatie. Na genezing van succesvol chirurgisch ingrijpen is eerdere geschiktverklaring mogelijk.

b. Een recidief van een spontane pneumothorax heeft ongeschikt verklaring tot gevolg. Geschiktverklaring wordt overwogen na genezing van succesvol chirurgisch ingrijpen.

5.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Geschiktverklaring na thoraxchirurgie wordt overwogen na een volledig herstel en volledige pulmonale evaluatie. Operationele beperkingen kunnen noodzakelijk zijn.

Bijlage C. Eisen voor het spijsverteringsstelsel als bedoeld in artikel 8 en 9

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Recidiverende dyspepsie waarvoor medicatie vereist is wordt röntgenologisch of door middel van endoscopie onderzocht. Hemoglobine gehalte bepaling en feces onderzoek wordt verricht. Als ulceratie of ontsteking is aangetoond moet deze genezen zijn voordat betrokkene weer geschikt wordt verklaard.

b. Pancreatitis leidt tot ongeschikt verklaring. Geschiktverklaring wordt overwogen als de oorzaak of obstructie verdwenen is. (b.v. medicatie, galsteen)

c. Alcohol kan dyspepsie en pancreatitis veroorzaken. Het is noodzakelijk het alcohol gebruik of misbruik te evalueren.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Bijzondere aandacht is vereist voor afwijkingen die tot ongeschikt verklaring leiden.

b. Bij een enkele asymptomatische galsteen wordt geschiktverklaring overwogen.

c. Iemand met asymptomatische multiple galstenen wordt in afwachting van onderzoek of behandeling geschikt verklaard met een operationele beperking.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Chronische darmaandoeningen met ontsteking (ileïtis regionalis, colitis ulcerosa, diverticulitis) leiden tot ongeschikt verklaring. Geschiktverklaring wordt overwogen als er een volledige remissie bestaat en wanneer er medicatie gebruikt wordt, deze minimaal is.

Operationele beperking kan noodzakelijk zijn.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een grote buikoperatie leidt tot tijdelijke ongeschikt verklaring gedurende minimaal drie maanden. Eerder weer geschikt verklaren wordt overwogen als betrokkene volledig is genezen, asymptomatisch is en er slechts een uiterst gering risico van secundaire complicaties of recidief bestaat.

Bijlage D. Eisen voor metabole, voedings- en endocriene stoornissen als bedoeld in artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Metabole, voedings of endocriene dysfunctie heeft ongeschikt verklaring tot gevolg. Herkeuring of herhalingskeuring wordt overwogen als de aandoening asymptomatisch is, klinisch gecompenseerd en stabiel is, met of zonder substitutie therapie, en regelmatig wordt gecontroleerd door een specialist op dit terrein.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Glucosurie en abnormale bloedsuiker waarden worden onderzocht. Geschiktverklaring wordt overwogen als een normale glucose tolerantie kan worden aangetoond (lage nierdrempel) of bij een gestoorde glucose tolerantie zonder diabetische pathologie en volledig onder controle met behulp van dieet en een regelmatige controle.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Het gebruik van medicijnen tegen diabetes heeft ongeschikt verklaring tot gevolg. In enkele gevallen wordt het gebruik van biguaniden toegestaan.

Bijlage E. Eisen voor hematologie als bedoeld in artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Lymfeklier vergroting wordt onderzocht. Geschiktverklaring wordt overwogen na een volledig genezen ontstekingsproces of bij een behandeld Hodgkin’s lymfoom dat volledig in remissie is.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Anemie aangetoond door een verlaagd hemoglobine gehalte wordt onderzocht. Een onbehandelbare anemie heeft ongeschikt verklaring tot gevolg. Geschiktverklaring wordt overwogen kunnen worden wanneer

  • a. de primaire oorzaak adequaat behandeld is (b.v. ijzer gebrek of B12 gebrek);

  • b. het hematocriet een stabiele waarde van meer dan 32% heeft bereikt, en

  • c. een lichte vorm van thalassaemie of hemoglobinopathie gediagnostiseerd is, en zonder voorgeschiedenis van crises en zonder relevante beperkingen aangetoond wordt.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

In geval van een chronische leukemie wordt geschiktverklaring overwogen als het een lymfatische leukemie betreft in de stadia O, I (en mogelijk II) zonder anemie en met minimale behandeling, of een ‘hairy cell’ leukemie. Betrokkene moet stabiel zijn met een normaal hemoglobine en normaal aantal bloedplaatjes. Regelmatige controle is noodzakelijk.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Miltvergroting wordt onderzocht. Geschiktverklaring wordt overwogen als

  • a. de vergroting minimaal en stabiel is, en

  • b. geen bijkomende pathologie aantoonbaar is, of als de miltvergroting minimaal is en samenhangt met een andere acceptabele aandoening zoals Hodgkin’s lymfoom.

5.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Polycythemie wordt onderzocht. De minister zou een beperkte geschiktverklaring kunnen overwegen als de toestand stabiel is en geen bijkomende pathologie kan worden aangetoond.

6.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Stollingsstoornissen worden onderzocht. Geschiktverklaring wordt overwogen als er geen voorgeschiedenis of verwachting van ernstige bloedingen of trombose of embolie bestaat.

Bijlage F. Eisen voor het urogenitaal stelsel als bedoeld in artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Op afwijkingen bij urine-onderzoek volgt onderzoek.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Asymptomatische steentjes of een anamnese met nierkolieken worden onderzocht. Na succesvolle behandeling wordt onbeperkte geschiktverklaring overwogen. Bij een asymptomatisch parenchym-steentje wordt geschiktverklaring overwogen.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een grote urologische operatie leidt tot tijdelijke ongeschikt verklaring gedurende ten minste drie maanden. De minister zou eerdere geschiktverklaring kunnen overwegen als betrokkene volledig asymptomatisch is en er slechts een uiterst gering risico van secundaire complicaties of recidief bestaat.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met een niertransplantatie of na volledige verwijdering van de blaas wordt bij de keuring ongeschikt verklaard. Geschiktverklaring wordt overwogen als:

  • a. 12 maanden na de niertransplantatie, waarbij de nierfunctie goed is en waarbij het transplantaat verdragen wordt met slechts minimale doseringen immunosuppressiva; en

  • b. na een volledige verwijdering van de blaas als er geen functionele problemen, infectie of primaire pathologie zijn.

In beide gevallen kan een operationele functiebeperking noodzakelijk zijn.

Bijlage G. Eisen voor sexueel over-draagbare ziekten en andere infecties als bedoeld in artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

HIV positieven worden geschikt verklaard afhankelijk van de resultaten van een frequente controle. Een keurling met AIDS of een ‘AIDS related complex’ of een ‘AIDS dementia complex’ wordt ongeschikt verklaard.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met syfilis wordt ongeschikt verklaard. Geschiktverklaring wordt overwogen als betrokkene goed behandeld is en volledig genezen is van de primaire of secundaire stadia.

Bijlage H. Eisen voor gynaecologie en verloskunde als bedoeld in artikel 14

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een zwangere wordt geschikt verklaard gedurende de eerste 36 weken van de zwangerschap na een gunstige verloskundige evaluatie. Maandelijkse verloskundige controle is vereist.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een grote gynaecologische operatie leidt tot tijdelijke ongeschikt verklaring gedurende minimaal 3 maanden. Als betrokkene volledig asymptomatisch is en er slechts een uiterst gering risico van secundaire complicaties of recidief is, wordt overwogen betrokkene eerder weer geschikt te verklaren.

Bijlage I. Eisen voor het bewegingsap-paraat als bedoeld in artikel 15

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een abnormale lichaamsbouw of stoornis van de motoriek maakt een functie onderzoek noodzakelijk.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Weer geschikt verklaren bij het ontbreken van een lichaamsdeel, met of zonder prothese, wordt overwogen na een bevredigende functietest. Operationele beperkingen kunnen noodzakelijk zijn.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met ontstekingen, infiltraten, traumatische of degeneratieve afwijkingen van het bewegingsapparaat wordt geschikt verklaard, als de aandoening in remissie is en de keurling geen medicatie gebruikt die tot ongeschikt verklaring leidt. Geschiktverklaring wordt voorafgegaan door een functietest. Operationele beperkingen kunnen noodzakelijk zijn.

Bijlage J. Psychiatrische eisen als bedoeld in artikel 16

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met een psychose in de voorgeschiedenis wordt ongeschikt verklaard, tenzij de minister ervan overtuigd is dat de oorspronkelijke diagnose onjuist of onzorgvuldig was.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met vastgestelde neurose wordt ongeschikt verklaard, tenzij de minister anders besluit na onderzoek door een psychiater die aanvaardbaar is voor de minister en nadat psychotrope medicatie minstens drie maanden gestopt is.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met een zelfdestructieve handeling of herhaald onaangepast gedrag wordt ongeschikt verklaard. Geschiktverklaring wordt overwogen na een uitgebreide beschouwing of zonodig na psychologisch of psychiatrisch onderzoek.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met misbruik van alcohol, psychotrope medicijnen of stoffen met of zonder afhankelijkheid wordt ongeschikt verklaard, tenzij betrokkene gedurende een gecontroleerde periode van twee jaar geen alcohol misbruik heeft gehad of zonder medicijnen of drugs is geweest. Operationele beperkingen kunnen noodzakelijk zijn.

Eerdere beperkte geschiktverklaring wordt overwogen na:

  • a. minimaal 4 weken intramurale behandeling;

  • b. onderzoek door een psychiater die voor de minister aanvaardbaar is; en

  • c. vaste controle afspraken met bloedonderzoek en rapportage over de voortgang.

De operationele beperkingen worden na 18 maanden na het weer geschikt verklaren heroverwogen.

Bijlage K. Neurologische eisen als bedoeld in artikel 17

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Aanvragers die lijden aan een neurologische aandoening met een naar alle waarschijnlijkheid progressief ziekteverloop worden ongeschikt verklaard.

b. Aanvragers die lijden aan een neurologische aandoening met een aanvalsgewijze of episodisch ziekteverloop worden ongeschikt verklaard. Goedkeuring wordt overwogen als na volledige evaluatie blijkt dat er een gering functieverlies behorend bij een stationaire ziekte is geconstateerd.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een keurling met ‘actieve’ epilepsie wordt ongeschikt verklaard. Onder actieve epilepsie wordt verstaan dat in de voorafgaande twee jaren één of meer epileptische aanvallen hebben plaatsgehad of betrokkene behandeld is met anti-epileptica. Een of meer epileptische aanvallen na de leeftijd van 5 jaar hebben ongeschikt verklaring tot gevolg. Als ooit de diagnose epilepsie, op goede gronden gesteld is, wordt geschiktverklaring overwogen na een aanvalsvrije- en medicatievrije periode van 10 jaar. Na het ontstaan van een eenmalige epileptische aanval onder provocatieve omstandigheden wordt geschiktverklaring overwogen na een aanvalsvrije periode van 3 jaar.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Aanvragers met EEG-afwijkingen van onbetwistbaar epileptiforme aard worden ongeschikt verklaard.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Aanvragers met bewustzijnsstoornissen van onbegrepen aard worden ongeschikt verklaard. Na een bewustzijnsstoornis wordt een keurling geschikt verklaard als de bewustzijnsstoornis verklaard kan worden door een eenmalige oorzaak en als een volledige neurologische evaluatie heeft plaats gevonden.

5.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Geschiktverklaring na een schedel- of hersenletsel wordt overwogen na volledig herstel en ná neurologische evaluatie, als er

  • a. zich geen epileptische aanvallen hebben voorgedaan,

  • b. geen mentale functiestoornissen zijn,

  • c. geen uitvalsverschijnselen zijn die het veilig uitoefenen van de functie onmogelijk maken.

Bijlage L. Ophthalmologische eisen als bedoeld in artikel 18

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Refractieve chirurgie heeft ongeschikt verklaring tot gevolg. Geschiktverklaring wordt overwogen 12 maanden na de datum van de ingreep als:

  • a. de prae-operatieve refractie afwijking minder dan 5 dioptrieën was,

  • b. een voldoende stabiele refractie bereikt is (minder dan 0.5 dioptrieën variatie gedurende de dag): en

  • c. glare gevoeligheid niet verhoogd is,

  • d. er nauwelijks haze aanwezig is.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Bij de initiële keuring wordt een uitgebreid oogonderzoek uitgevoerd door of onder begeleiding en supervisie van een oogarts die aanvaardbaar is voor de minister.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Bij iedere keuring wordt het gezichtsvermogen onderzocht en worden de ogen onderzocht met het oog op eventuele pathologie. Bij afwijkingen of twijfel wordt overlegd met een oogarts.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Met tussenpozen zoals aangegeven in artikel 18, vierde lid maakt een uitgebreid oogonderzoek deel van de herhalingskeuring of tussentijdse beoordeling. Deze keuringen worden uitgevoerd door of onder begeleiding en supervisie van een oogarts die aanvaardbaar is voor de minister.

Bijlage M. Visus eisen als bedoeld in artikel 18 en 19

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Geschiktverklaring is afhankelijk van de refractie afwijking

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Als de refractie afwijking tussen -3/-5 dioptrieën is, wordt betrokkene geschikt verklaard als:

  • a. er geen pathologie van betekenis kan worden aangetoond;

  • b. een optimaal correctie hulpmiddel overwogen is, zoals contactlenzen.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • a. Eenogigheid heeft ongeschikt verklaring tot gevolg. Geschiktverklaring wordt overwogen als de onderliggende ziekte volgens een oogarts die aanvaardbaar is voor de minister acceptabel is en de keurling de functietest bevredigend uitvoert;

  • b. Bij verminderd centraal zien, in één oog, minder dan de grenzen aangegeven in artikel 19, wordt geschiktverklaring overwogen als het binoculaire gezichtsveld normaal is en de onderliggende pathologie acceptabel is volgens een oogarts die aanvaardbaar is voor de minister. Het goed uitvoeren van een praktische functietest is vereist en er kan een operationele beperking opgelegd worden.

  • c. Als de gezichtsscherpte in één oog onder de normen vermeld in artikel 19, wordt geschiktverklaring overwogen als een evaluatie door een oogarts die aanvaardbaar is voor de minister heeft plaatsgevonden en de onderliggende pathologie acceptabel is en het gezichtsvermogen van het andere oog voldoende is. Op indicatie ondergaat betrokkene een functie test.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Convergentie buiten het normale gebied wordt geaccepteerd als deze het nabijzien niet beperkt bij het lezen en bij het werken met of aan een beeldscherm.

Bijlage N. Kleurenonderscheidingsvermogen als bedoeld in artikel 20

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Men is geslaagd voor de Ishihara test als alle cijfers goed opgenoemd worden zonder onzekerheid of aarzeling (minder dan 3 seconden per plaat).

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Wanneer men niet slaagt voor de Ishihara test, wordt men onderzocht met behulp van:

  • a. een anomaloscoop (Nagel equivalent).

    Men is voor deze test geslaagd wanneer de kleurenmatch trichromatisch is en binnen of op 4 eenheden op de schaal ligt.

  • b. lantaarn-test met Holmes Wright, Beynes en Spectrolux. Men is voor deze test geslaagd als de test foutloos wordt uitgevoerd.

Bijlage O. Otorhinolaryngologische eisen als bedoeld in artikel 21

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Bij de initiële keuring wordt een uitgebreid KNO-onderzoek uitgevoerd door of onder begeleiding en supervisie van een KNO-arts die aanvaardbaar is voor de minister.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Bij keuringen worden alle afwijkende- en twijfelgevallen voorgelegd aan een KNO-arts die aanvaardbaar is voor de minister.

b. Met tussenpozen zoals aangegeven in artikel 21, tweede lid, maakt een uitgebreid KNO-onderzoek deel uit van de keuring. Deze keuring wordt uitgevoerd door of onder begeleiding en supervisie van een KNO-arts die aanvaardbaar is voor de minister.

3.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een enkele droge perforatie, die niet door een infectie is ontstaan en die de normale functie van het oor niet belemmert, wordt voor geschiktverklaring geaccepteerd.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. De aanwezigheid van een spontane of positie nystagmus leidt tot een volledige vestibulaire evaluatie door een KNO-arts die aanvaardbaar is voor de minister.

b. Bij de initiële keuring worden een afwijkende calorische of rotatie respons niet geaccepteerd. Bij tussentijdse beoordeling of herhalingskeuring worden afwijkende calorische responsies in de klinische context beoordeeld.

Bijlage P. Eisen voor het gehoor als bedoeld in artikel 22

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Het toonaudiogram beslaat ten minste de 6 octaaf gebieden van 250-8000 Hz.

b. In deze frequentiegebieden wordt de drempelwaarde bepaald bij de volgende frequenties:

250 Hz, 500 Hz, 1.000 Hz, 2.000 Hz, 3.000 Hz, 4.000 Hz, 6.000 Hz en 8.000 Hz.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Als in lawaai dat overeenkomt met de normale werkomstandigheden voldoende gehoor kan worden aangetoond, met of zonder hoorapparaat, wordt geschiktverklaring overwogen.

Bijlage Q. Psychologische eisen als bedoeld in artikel 23

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Psychologische evaluatie bestaat uit het verzamelen van een aantal biografische data, het testen van geschiktheid zowel als het doen van persoonlijkheidsonderzoek.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Psychologische evaluatie is nodig als de keuringsinstantie informatie ontvangt die twijfel oproept omtrent de geestelijke gezondheid of persoonlijkheid van iemand.

Bijlage R. Dermatologische eisen als bedoeld in artikel 24

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Elke huidaandoening die pijn, ongemak, irritatie of jeuk veroorzaakt kan de luchtverkeersleider afleiden van zijn taak en zo de veilige uitoefening van zijn functie belemmeren.

2.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Een dermatologische behandeling, met behulp van straling of farmacologisch kan systemische effecten veroorzaken. Deze effecten worden beoordeeld en kunnen een door de arts opgelegde operationele beperking opleveren of ongeschikt verklaring tot gevolg hebben.

3. Kwaadaardige en prae-maligne huidaandoeningen.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

a. Een melanoom, plaveiselcel epithelioom, M. Bowen en M. Paget hebben ongeschikt verklaring tot gevolg.

Geschiktverklaring wordt overwogen als aangetoond kan worden dat de laesie, als het nodig is, in het geheel verwijderd is en betrokkene adequaat gecontroleerd wordt.

b. Basaal Cel Epithelioom, soms Basaal Cel Carcinoom of Ulcus Rodens genoemd Keratoacanthoom en actinische keratosen moeten behandeld en/of geëxcideerd worden om geschikt verklaard te blijven.

4.

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Andere huidaandoeningen:

  • a. Acuut of uitgebreid chronisch eczeem,

  • b. Reticulosen van de huid,

  • c. Dermatologische aspecten van een algemene aandoening, en vergelijkbare aandoeningen worden eerst behandeld, en in het geval van een algemene aandoening dient in overweging te worden genomen of de aandoening tot ongeschiktverklaring kan leiden.

Bijlage 3. bij de Regeling geneeskundige instanties, geneeskundigen en medi-sche verklaringen voor de luchtvaart

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Instructies voor geneeskundigen met betrekking tot het uitvoeren van medi-sche keuringen en het opstellen van adviesrapportages, bedoeld in artikel 13, eerste lid, van deze regeling

LENGTE

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De lengte dient te worden opgemeten zonder schoenen in centimeters tot de naaste centimeter.

GEWICHT

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Het gewicht dient te worden bepaald inclusief binnenshuis gedragen kleding in kilogrammen tot de naaste kilogram.

OOGKLEUR

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De kleur van de ogen van de aanvrager dient te worden aangegeven volgens de volgende lijst: bruin, blauw, groen, hazelnootbruin, grijs, veelkleurig.

HAARKLEUR

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De kleur van het haar van de aanvrager dient te worden aangegeven volgens de volgende lijst: bruin, zwart, rood, blond, kaal.

BLOEDDRUK

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Bloeddrukmetingen dienen te worden opgetekend als fase 1 voor de Systolische druk en fase 5 voor de diastolische druk. De aanvrager dient rustig te zitten. Registraties in mm Hg.

POLS (RUSTEND)

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De polsslag dient te worden opgenomen in slagen per minuut en het ritme dient te worden opgetekend als regelmatig of onregelmatig. Nader commentaar moet zo nodig afzonderlijk opgetekend worden.

HOOFD, GEZICHT, NEK, HOOFDHUID

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin in ieder geval dient te worden meegenomen: uiterlijk, bereik van de nek en gezichtsbewegingen, symmetrie.

MOND, KEEL, TANDEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: uiterlijk van de mondholte, beweeglijkheid van het palatum, gebied rond de tonsillen, farynx en ook tandvlees, tanden en tong.

NEUS, SINUSSEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: uiterlijk en elk spoor van nasale obstructie of gevoeligheid van sinussen bij palpatie.

OREN, TROMMELVLIEZEN, BEWEEGLIJKHEID VAN DE TROMMELVLIEZEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: otoscopie van het uitwendig oor, de gehoorgang en het trommelvlies.

De beweeglijkheid van het trommelvlies wordt beoordeeld door middel van de valsalva manoeuvre of door middel van pneumatische otoscopie.

OGEN - OOGKAS EN ADNEXA, GEZICHTSVELD

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: uiterlijk, positie en beweging van de ogen en hun omgevende structuren in het algemeen, inclusief oogleden en conjunctiva. De gezichtsveldcontroles dienen te worden uitgevoerd door middel van campimetri, perimetrie of confrontatie.

OGEN - PUPILLEN EN OPTISCHE FUNDI

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: uiterlijk, grootte, reflexen, de roodreflex en fundoscopie.

Maak een bijzondere aantekening van cornealittekens.

OGEN - OOGBEWEEGLIJKHEID, NYSTAGMUS

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: bewegingsbereik van de ogen in alle richtingen; bewegingssymetrie van beide ogen; oogspierbalans; convergentie; accommodatie; nystagmus.

LONGEN, BORSTKAS, BORST

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: inspectie van de borstkas op misvormingen, operatielittekens, afwijkingen van de ademhalingsbeweging, auscutatie van ademgeluiden. Het lichamelijk onderzoek van borsten van vrouwelijke aanvragers dient slechts na verkregen toestemming te worden uitgevoerd.

HART

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: de puntstoot en plaats ervan, het luisteren naar geruis in de arteria carotis, palpatie op trillingen.

VAATSTELSEL

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: onderzoek naar spataderen, de aard, grootte en heftigheid van de pols, perifere pulsaties, tekenen van perifere circulatiestoornis.

ABDOMEN, HERNIA, LEVER, MILT

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: onderzoek van het abdomen; palpatie van interne organen; met name onderzoek op liesbreuken.

ANUS, RECTUM

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Onderzoek alleen uit te voeren na verkregen toestemming.

UROGENITAALSTELSEL

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: nierpalpatie. Inspectie/palpatie van de mannelijke/vrouwelijke voortplantingsorganen alleen na verkregen toestemming.

ENDOCRIENSTELSEL

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: inspectie, palpatie met het oog op hormonale afwijkingen/onbalans; schildklier.

BOVENSTE EN ONDERSTE LEDEMATEN, GEWRICHTEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: volledig bereik van beweging van gewrichten en ledematen, elke misvorming, zwakte of verlies ervan, alsmede tekenen van artritis.

RUGGENGRAAT, ANDERE SKELETMUSKULATUUR

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: bewegingsbereik, gewrichtsafwijkingen.

NEUROLOGIE - REFLEXEN, ETC

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: reflexen, gevoel, kracht, vestibulair stelsel - balans, proef van Romberg, etcetera

PSYCHIATRIE

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: uiterlijk, adequate stemming/gedachte, ongewoon gedrag.

HUID, LYMFEVAATSTELSEL, IDENTIFICATIEKENMERKEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Waarin dient te worden meegenomen: onderzoek van de huid; inspectie, palpatie op lymfeklierafwijkingen, etcetera. Beschrijf in het kort littekens, tatoeëringen, moedervlekken, etcetera, welke voor identificatiedoeleinden zouden kunnen worden gebruikt.

ALGEMEEN SYSTEMETISCH

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Alle overige gebieden, stelsels en voedingstoestand dienen aan de orde te komen.

HET ZIEN IN DE VERTE OP 5/6 METER

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Elk oog moet afzonderlijk onderzocht worden en daarna beide tegelijk, eerst zonder correctie, dan met bril (indien gebruikt) en als laatste met contactlenzen (indien gebruikt).

Geef de gezichtsscherpte aan. De gezichtsscherpte moet op 5 of 6 meter getest worden met de bij de afstand behorende kaart.

HET ZICHT OP DE MIDDELLANGE AFSTAND OP 1 METER

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Elk oog moet afzonderlijk onderzocht worden en dan beide tegelijk, eerst zonder correctie, dan met bril (indien gebruikt) en als laatste met contactlenzen (indien gebruikt).

Geef de gezichtsscherpte aan, zoals het vermogen om de N14 op 100 cm te lezen.

HET DICHTBIJ ZIEN OP 30 - 50 CM

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Elk oog moet afzonderlijk onderzocht worden en dan beide tegelijk, eerst zonder correctie, dan met bril ( indien gebruikt) en als laatste met contactlenzen (indien gebruikt).

Geef de gezichtsscherpte aan, als het vermogen om de N5 op 30 - 50 cm te lezen.

Bifocale contactlenzen, die alleen het dichtbij zien corrigeren, zijn niet aanvaardbaar.

BRILLEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Aangegeven dient te worden of de aanvrager een bril draagt.

Indien gebruikt, dient te worden vermeld of het een unifocale, bifocale, varifocale of look-over is.

CONTACTLENZEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Aangegeven dient te worden of contactlenzen gedragen worden. Indien ze gedragen worden, vermeld dan het type uit de volgende lijst: harde, zachte, zuurstofdoorlaatbare of wegwerplenzen.

GEHOOR

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Het niveau van het gehoor, zoals dat op 2 meter bij ieder oor afzonderlijk getest is, dient te worden aangegeven.

URINEONDERZOEK

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Vermeld dient te worden of de resultaten van het urineonderzoek normaal zijn of niet. Indien geen abnormale bestanddelen gevonden zijn, vermeld dan NIL.

PULMONALE MAXIMALE UITADEMINGSSTROOMSNELHEID

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Indien vereist of op indicatie, dient de effectieve waarde verkregen in L/min te worden vermeld, alsmede of dat normaal is of niet voor lengte, leeftijd, geslacht en ras.

HEMOGLOBINE

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Het Hb-gehalte in g/dl dient te worden aangegeven. Vermeld dient te worden of dat een normale waarde is of niet.

KEEL-, NEUS- EN OORHEELKUNDIGE ANAMNESE

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Aangegeven dient te worden of er belangrijke gegevens uit de voorgeschiedenis zijn of redenen voor een speciale verwijzing.

KLINISCH ONDERZOEK

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Alle abnormale bevindingen dienen te worden aangegeven.

ADDITIONELE TESTS

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze tests dienen slechts te worden uitgevoerd, indien geïndiceerd op grond van de anamnese of klinische bevindingen en worden niet routinematig vereist. Alle opmerkingen en abnormale bevindingen dienen te worden weergegeven.

ZUIVERE TOON AUDIOMETRIE

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De waarden voor dB HL (Gehoorniveau) in elk oor bij alle aangegeven frequenties dienen te worden aangegeven.

KEEL -, NEUS - EN OORHEELKUNDIGE OPMERKINGEN EN AANBEVELINGEN

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Alle opmerkingen, abnormale bevindingen en beoordelingsresultaten dienen te worden weergegeven. Ook alle aanbevolen beperkingen dienen te worden opgegeven. Indien er enige twijfel bestaat omtrent bevindingen of aanbevelingen dient de onderzoeker voor advies de minister te raadplegen alvorens de adviesrapportage af te ronden.

Bijlage 4. Medische keuringseisen bestuurders zweefvliegtuigen, bedoeld in artikel 13a, eerste lid

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Algemeen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

1. De aanvrager mag niet lijden aan een ziekte, verwonding, handicap of (bij)werking van een al dan niet voorgeschreven geneesmiddel die ertoe kan leiden dat het voor de aanvrager onmogelijk is of plotseling onmogelijk kan worden om zijn functie, te weten het zweefvliegtuig besturen en/of de daaraan gekoppelde verplichtingen uitvoeren, veilig te kunnen uitoefenen.

Onderzoek van het zenuwstelsel

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

2. De aanvrager mag niet lijden of geleden hebben aan een aandoening die hem ongeschikt maakt om zijn functie veilig uit te oefenen, waaronder begrepen:

  • a. een psychose;

  • b. alcoholisme;

  • c. verslaving aan psychotrope stoffen;

  • d. elke stoornis van de persoonlijkheid, in het bijzonder wanneer deze zo ernstig is dat deze herhaaldelijk tot onaangepast gedrag heeft geleid;

  • e. een significante geestelijke afwijking of neurose.

Indien de medische conclusie is dat de tekortkomingen van de aanvrager om aan de vereisten te voldoen dusdanig zijn dat deze de veilige bediening van een zweefvliegtuig niet nadelig beïnvloeden, kan de aanvrager geschikt worden verklaard.

Een doorgemaakte acute toxische psychose hoeft niet tot ongeschiktverklaring te leiden, mits de aanvrager geen blijvende schade heeft ondervonden.

Aanbeveling: De aanvrager mag geen vastgestelde medische voorgeschiedenis of klinische diagnose hebben van een geestelijke afwijking, stoornis van de persoonlijkheid of neurose waarvan, op basis van de medische conclusie gesteld kan worden dat het waarschijnlijk is dat binnen twee jaar na het onderzoek de aanvrager niet in staat zal zijn het zweefvliegtuig veilig te bedienen.

3. De aanvrager mag niet lijden of geleden hebben aan:

  • a. een progressieve of niet-progressieve ziekte aan het zenuwstelsel, waarvan de gevolgen de veilige bediening van een zweefvliegtuig nadelig zouden kunnen beïnvloeden;

  • b. epilepsie;

  • c. enigerlei stoornis van het bewustzijn waarvoor geen bevredigende medische verklaring is aan te geven.

Hoofdletsels

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

4. Hoofdletsels, waarvan de gevolgen volgens medisch oordeel de veilige bediening van een zweefvliegtuig nadelig zouden kunnen beïnvloeden, hebben ongeschiktverklaring ten gevolge.

Hart en bloedvaten

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

5. De aanvrager mag niet lijden aan enige aangeboren of verkregen aandoening van het hart welke de veilige bediening van een zweefvliegtuig in gevaar zou kunnen brengen. Bij een doorgemaakt acute cardiale gebeurtenis (myocardinfarct, PTCA, stent-implantatie of CABG) wordt de aanvrager ongeschikt verklaard voor zes maanden. Daarna dient de cardioloog van de aanvrager informatie te verstrekken over de belastbaarheid van de aanvrager. Er mag geen ischaemie van de hartspier aantoonbaar zijn, anders dan op de plaats van de infarcering.

6. NYHA klasse 3 en 4 vormen een contra-indicatie voor een veilige bediening van een zweefvliegtuig.

7. Op indicatie dient een ECG te worden gemaakt.

8. De systolische en diastolische bloeddruk moet binnen acceptabele grenzen liggen.

9. De bloedvaten mogen geen functionele of structurele afwijkingen van betekenis vertonen.

Longen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

10. De aanvrager moet vrij zijn van (acuut optredende) functiestoornissen van de longen en van elke actieve ziekte van het longparenchym, mediastinum of de longvliezen die de ademfunctie aantasten. In daartoe aanleiding gevende gevallen moet een röntgenologisch borstonderzoek worden verricht.

11. Uitgebreide vervormingen van de borstwand gepaard gaande met collaps van de borstkas, alsmede afwijkingen ten gevolge van chirurgisch ingrijpen, waardoor de ademfunctie zodanig is verminderd dat de veilige besturing van een zweefvliegtuig in gevaar komt, hebben ongeschiktverklaring ten gevolge.

12. In geval van COPD of andere restrictieve longfunctiestoornis dient een FEV-1 meting te worden uitgevoerd. Bij een uitkomst van 50% of minder dient de aanvrager ongeschikt te worden verklaard.

13. Actieve longtuberculose heeft ongeschiktverklaring ten gevolge. Inactieve of genezen laesies, waarvan bekend is dat zij tuberculeus zijn, of waarvan vermoed wordt dat zij tuberculeus van oorsprong zijn, behoeven geen ongeschiktverklaring ten gevolge te hebben.

Maag en darmen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

14. Ziekten van spijsverteringsorganen en hun adnexae, gepaard gaande met een belangrijke functiestoornis van deze organen, hebben ongeschiktverklaring ten gevolge.

15. De aanvrager moet volkomen vrij zijn van ingewandsbreuken welke zouden kunnen leiden tot ongeschiktheid gedurende de vlucht.

16. Elke afwijking ten gevolge van een ziekte of een chirurgische ingreep in enig deel van het spijsverteringskanaal of zijn adnexae, die zou kunnen leiden tot plotselinge ongeschiktheid gedurende de vlucht, in het bijzonder elke obstructie door structuur of druk, heeft ongeschiktverklaring ten gevolge.

Operaties

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

17. De aanvrager die een abdominale operatie heeft ondergaan wordt de eerste drie maanden na de operatie ongeschikt verklaard. Deze ongeschiktheid duurt voort totdat de geneeskundige, mede op grond van de gegevens omtrent de bijzonderheden van de operatie, oordeelt, dat de gevolgen van de operatie geen plotselinge ongeschiktheid tijdens de vlucht zullen veroorzaken.

Metabole en endocriene systeem

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

18. Stofwisselings-, voedings- of hormonale stoornissen, die de veilige bediening van een zweefvliegtuig nadelig zouden kunnen beïnvloeden, leiden tot ongeschiktverklaring.

19. Suikerziekte welke zonder gebruikmaking van antidiabetische medicatie goed reguleerbaar is, vormt geen reden voor ongeschiktverklaring. Het gebruik van antidiabetische medicatie is niet toegestaan, met uitzondering van die orale antidiabetica die te verenigen zijn met een veilige bediening van een zweefvliegtuig en die onder gericht medisch toezicht zullen worden toegepast. Indien de aanvrager een goede instelling heeft op de orale antidiabetica en zich bewust is van de risico’s van hypoglycaemie en weet hoe te handelen in dergelijke gevallen kan de aanvrager geschikt worden verklaard. Hij dient dan wel een verklaring van zijn behandelend arts te kunnen overleggen dat de diabetes goed is gereguleerd en de toestand van de aanvrager stabiel is.

20. Ernstige of matige vergroting van de milt, waarbij deze onder de ribbenboog uitsteekt, plaatselijke en algemene lymfeklierzwellingen van betekenis alsmede bloedziekten hebben ongeschiktverklaring ten gevolge, tenzij deze de veilige bediening van een zweefvliegtuig niet nadelig zullen beïnvloeden. Zijn deze aandoeningen van voorbijgaande aard dan kan de aanvrager tijdelijk ongeschikt worden verklaard.

Aanbeveling: Sikkelcelanaemie is geen reden voor ongeschiktverklaring tenzij er positief medisch bewijs is voor het tegendeel.

Urinewegen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

21. Elk verschijnsel van een organische ziekte van de nieren, geslachtsorganen of urinewegen, welke de veilige bediening van een zweefvliegtuig nadelig zou kunnen beïnvloeden, leidt tot ongeschiktverklaring. Zijn deze ziekten van voorbijgaande aard dan kan de aanvrager tijdelijk ongeschikt worden verklaard.

22. Elke afwijking tengevolge van een ziekte of chirurgisch ingrijpen van de nieren en van de urinewegen, die zou kunnen leiden tot plotselinge ongeschiktheid gedurende de vlucht, in het bijzonder elke obstructie door strictuur of druk heeft ongeschiktverklaring ten gevolge. Gecompenseerde nephrectomie zonder hypertensie of uraemie behoeft geen ongeschiktverklaring ten gevolge te hebben.

23. Bij recente koliekaanvallen moet worden aangetoond dat er geen stenen meer aanwezig zijn of dat er geen verhoogd risico bestaat dat deze leiden tot plotselinge ongeschiktheid tijdens de vlucht (navragen bij behandelend arts).

Zwangerschap

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

24. Bij een ongecompliceerde zwangerschap is zweefvliegen in het eerste en tweede trimester toegestaan.

Orthopedie

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

25. Elke orthopedische aandoening of afwijking welke de veilige bediening van een zweefvliegtuig nadelig zou kunnen beïnvloeden, leidt tot ongeschiktverklaring.

Keel/neus/oren

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

26. Redenen tot ongeschiktverklaring zijn:

  • a. actieve pathologische processen van het binnenoor of middenoor, acuut of chronisch, waardoor de aanvrager zijn functie niet veilig kan uitoefenen;

  • b. blijvend ondoorgankelijke buizen van Eustachius;

  • c. blijvende aandoeningen van het vestibulair apparaat; aandoeningen van voorbijgaande aard hebben ten gevolge dat de aanvrager tijdelijk ongeschikt wordt verklaard;

  • d. een verminderd gehoor hoeft niet tot ongeschiktheid te leiden. Alleen bij de aanvangskeuring moet de aanvrager in een rustige omgeving, beide oren gebruikend, een normaal gesprek kunnen verstaan op een afstand van twee meter van de onderzoeker.

27. De luchtpassage door de neus moet ongestoord zijn. Belangrijke misvormingen, alsmede ernstige, acute of chronische aandoeningen van de mondholte of van de bovenste luchtwegen die de ademhaling belemmeren, hebben ongeschiktverklaring ten gevolge.

Gezichtsvermogen

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

28. Een actieve, acute of chronische pathologische toestand van een of beide ogen of van de adnexae, waardoor het functioneren in zulk een mate zou kunnen worden belemmerd, dat de veiligheid tijdens de vlucht in gevaar zou kunnen worden gebracht heeft ongeschiktverklaring ten gevolge.

29. De aanvrager moet een normaal blik- en gezichtsveld hebben.

30. De aanvrager moet een gezichtsscherpte in de verte hebben van ten minste 6/12 op elk oog afzonderlijk met of zonder correctie en van ten minste 6/9 met beide ogen met of zonder correctie. Er gelden geen beperkingen voor ongecorrigeerde gezichtsscherpte. Indien de vereiste gezichtsscherpte slechts verkregen kan worden met behulp van corrigerende lenzen, dan kan de aanvrager geschikt worden verklaard mits:

  • a. deze corrigerende lenzen gedragen worden tijdens de uitoefening van zijn functie; en

  • b. er aanvullend een passende bril met corrigerende glazen bij de hand wordt gehouden tijdens de uitoefening van zijn functie.

Noot: Bij twijfel dient een verklaring van de oogarts te worden overlegd. Zowel ongecorrigeerde als gecorrigeerde gezichtsscherpte worden normaal gemeten en vastgelegd bij elke herkeuring. Omstandigheden die een noodzaak voor een verklaring van de oogarts met zich meebrengen zijn: een wezenlijke afname in de ongecorrigeerde gezichtsscherpte, elke afname in de beste gecorrigeerde gezichtsscherpte en het ontstaan van een oogziekte, oogletsel of het ondergaan van een oogoperatie.

31. De aanvrager mag contactlenzen dragen om aan de vereiste gezichtsscherpte te voldoen mits:

  • a. de lenzen monofocaal en niet-getint zijn;

  • b. de lenzen goed verdragen worden;

  • c. een passende bril met voldoende corrigerende glazen bij de hand wordt gehouden gedurende de uitoefening van zijn functie.

Noot: Aanvragers die contactlenzen dragen hoeven niet bij elke herkeuring hun ongecorrigeerde gezichtsscherpte te laten meten mits de geschiedenis van het contactlensvoorschrift bekend is bij de keurend arts.

32. Amblyopie en één-ogigheid leidt tot ongeschiktverklaring, tenzij de aanvrager middels een vliegtest kan aantonen dat hij over voldoende gezichtsvermogen beschikt. De gezichtsscherpte van het (niet-amblyope) oog moet ten minste 6/9 bedragen met of zonder correctie.

33. De aanvrager die een operatie heeft ondergaan die de refractiestatus van het oog aantast, dient voor drie maanden ongeschikt te worden verklaard. Daarna dient de aanvrager opnieuw te worden gekeurd.

  1. Bij een advies ‘geschikt onder beperkingen’ wordt het volgende in ieder geval in aanmerking genomen: het medische gebrek van de keurling in relatie tot diens activiteiten, de vaardigheden en ervaring van de keurling in relatie tot diens activiteiten, het eventueel noodzakelijk zijn van een praktische test, de relevantie van het afgeven van een medische verklaring onder beperkingen. ^ [1]
  2. Idem als in noot 1. ^ [2]
Naar boven