Inhoudsopgave
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
1 Algemene bepalingen
2 Toezicht
3 Plaatsing en overplaatsing
4 Verpleging, behandeling en evaluatie
4.1 Inrichting verblijfsruimte
4.2 Inrichtingsbeleid inzake inspectie verblijfsruimte
4.3 Inrichtingsbeleid verboden voorwerpen
4.4 Verplegings- en behandelingsplan
4.5 Evaluatieverslag
4.6 Wettelijke aantekeningen
4.7 Verpleegdedossier
5 Controle en geweldgebruik
5.1 Inrichtingsbeleid wijze van legitimeren door verpleegden
5.2 Inrichtingsbeleid inzake onderzoek aan het lichaam en kleding
5.3 Inrichtingsbeleid inzake urinecontrole
5.4 Inrichtingsbeleid inzake onderzoek in het lichaam
5.5 Inrichtingsbeleid inzake gedwongen geneeskundige behandeling
5.6 Inrichtingsbeleid inzake gebruik mechanische middelen
5.7 Inrichtingsbeleid inzake gebruik geweld
6 Bewegingsvrijheid binnen de inrichting
6.1 Opnameprocedure
6.2 Inrichtingsbeleid inzake bewegingsvrijheid binnen de inrichting
6.2 Inrichtingsbeleid inzake intensieve zorg
6.3 Inrichtingsbeleid inzake afzondering
6.4 inrichtingsbeleid inzake separatie
7 Contact met de buitenwereld
7.1 Algemeen
7.2 Post
7.2.1 Verzending en ontvangst geprivilegieerde post
7.3 Bezoek
7.3.1 Geprivilegieerd bezoek
7.4 Telefoneren
7.4.1 Geprivilegieerd telefoneren
7.5 Contacten met de media
8 Verzorging, activiteiten, werkzaamheden en arbeid
8.1 Algemeen
8.2 Geestelijke verzorging
8.3 Medische verzorging
8.4 Voeding, kleding en schoeisel
8.5 Organisatie sociale verzorging en hulpverlening in de inrichting
8.6 Geld in de inrichting
8.7 Arbeid
9 Onderbrenging van een kind in de inrichting
10 Disciplinaire straffen
11 Verlof/proefverlof
11.1 Verlof
11.2 Procedures voorafgaand aan verlofverlening
11.3 Bijwonen gerechtelijke procedures
11.4 Proefverlof
11.5 Voorwaardelijke beëindiging van de verpleging
12 Informatie en hoorplicht
12.1 Informatieplicht
12.2 Hoorplicht
12.3 Mededeling beslissingen
13 Bemiddeling
14 Beklag
15 Beroep
15.1 Beroep van beslissingen waartegen beklag open staat
15.2 Beroep van beslissingen waartegen geen beklag open staat
16 Medezeggenschap en vertegenwoordiging
16.1 Verpleegdenraad
16.2 Vertegenwoordiging
17 Beëindiging verblijf van met hun instemming opgenomen verpleegden
7. Contact met de buitenwereld
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
7.1. Algemeen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
In de huisregels wordt informatie verstrekt over:
7.2. Verzending en ontvangst van brieven en stukken per post
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
In de huisregels wordt informatie verstrekt over:
- -
het recht brieven en stukken per post te verzenden en te ontvangen;
- -
voor wiens rekening de kosten komen van de verzending per post;
- -
welke controle kan worden uitgeoefend op enveloppen en andere poststukken op bijgesloten
voorwerpen en op welke wijze ;
- -
in welke gevallen en voor welke periode (tevens verlengingsmogelijkheid) controle
kan worden uitgeoefend op de inhoud van brieven of andere poststukken;
- -
de mogelijkheid dat de uitreiking of verzending van brieven of andere poststukken
en bijgesloten voorwerpen wordt geweigerd;
- -
hoe wordt gehandeld met niet uitgereikte brieven of andere poststukken of bijgesloten
voorwerpen.
Indien een personeelslid of medewerker speciaal is aangewezen om de post te controleren,
wordt in de huisregels aangegeven welke functionaris dat is.
7.2.1. Verzending en ontvangst geprivilegieerde post
In de huisregels wordt informatie verstrekt over:
- -
welke controle kan worden uitgeoefend op enveloppen en andere poststukken op bijgesloten
voorwerpen en op welke wijze;
- -
het verbod controle uit te oefenen op de inhoud van deze brieven of andere poststukken.
7.3. Bezoek
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
In de huisregels worden regels gesteld over:
In de huisregels kan informatie worden verstrekt over:
- -
welke frequentie van bezoek is toegestaan (tenminste gedurende een uur per week);
- -
op welke tijden en plaatsen bezoek kan worden ontvangen;
- -
op welke grond het mogelijk is het aantal bezoekers te beperken;
- -
op welke gronden het mogelijk is de toelating tot de verpleegde van bezoek of van
een bepaalde persoon of bepaalde personen te weigeren;
- -
op welke gronden toezicht tijdens het bezoek kan worden uitgeoefend, wat dat toezicht
inhoudt, dat tevoren aan de verpleegde mededeling wordt gedaan van de aard en reden
van het toezicht;
- -
de verplichting van iedere bezoeker zich te legitimeren;
- -
de mogelijkheid een onderzoek aan de kleding van bezoekers te laten plaatsvinden
op voorwerpen die gevaar kunnen opleveren voor de orde en veiligheid in de inrichting;
- -
de mogelijkheid dat een onderzoek ook betrekking heeft op door de bezoeker meegebrachte
voorwerpen;
- -
wat met dergelijke voorwerpen wordt gedaan door het hoofd van de inrichting;
- -
de bevoegdheid van het hoofd van de inrichting het bezoek binnen de daarvoor bestemde
tijd te beëindigen en op welke gronden dat mogelijk is.
7.3.1. Geprivilegieerd bezoek
In de huisregels wordt informatie verstrekt over:
- -
wanneer en waar geprivilegieerd bezoek kan plaatsvinden (met uitzondering van de
Centrale Raad voor Strafrechtstoepassing en de commissie van toezicht, die te allen
tijde toegang tot de verpleegde hebben). Hierbij wordt vermeld het recht op consulaire
bijstand voor vreemdelingen (zoals vermeld in het Verdrag van Wenen van 24 april 1963;
art. 36)en de verplichting van het hoofd van de inrichting aan een dergelijk verzoek
van een vreemdeling gehoor te geven.
In de huisregels kan informatie worden verstrekt over:
7.4. Telefoneren
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
In de huisregels wordt informatie verstrekt over:
- -
het recht van de verpleegde in beginsel eenmaal per week gedurende 10 minuten een
of meer telefoongesprekken te voeren met personen buiten de inrichting;
- -
de tijden en plaatsen en het voor het gesprek of de gesprekken te gebruiken toestel;
- -
de mogelijkheid van toezicht op het telefoongesprek of de telefoongesprekken en in
welke gevallen dat kan plaatsvinden;
- -
de mogelijkheid het voeren van telefoongesprekken of een bepaald telefoongesprek
telkens voor een periode van ten hoogste vier weken te weigeren en in welke gevallen
dat mogelijk is;
- -
de mogelijkheid een telefoongesprek binnen de daarvoor bestemde tijd te beëindigen
en in welke gevallen dat mogelijk is.
7.4.1. Geprivilegieerd telefoneren
In de huisregels wordt informatie verstrekt over:
7.5. Contacten met de media
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
In de huisregels kan informatie worden verstrekt over:
- -
de mogelijkheid dat de verpleegde toestemming verkrijgt voor het voeren van een gesprek
met een vertegenwoordiger van de media en welke belangen daarbij in acht worden genomen;
- -
de mogelijkheid aan de toegang van een vertegenwoordiger van de media tot de inrichting
voorwaarden te verbinden;
- -
toezicht dat kan worden uitgeoefend op het contact met de vertegenwoordiger van de
media.
Hoofdstuk 18. Beloningsysteem verpleegden
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
18.1.
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
Het hoofd van de inrichting stelt een beloningsysteem in, met inachtneming van het
navolgende `model beloningsysteem verpleegden'.
18.2.
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
Het hoofd van de inrichting treft zoveel als mogelijk adequate voorzieningen om verpleegden
in staat te stellen opdrachten of werkzaamheden in het kader van de behandeling te
verrichten.
18.3. Model beloningsysteem verpleegden
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
Het hoofd van de inrichting kan verpleegden opdrachten/werkzaamheden in het kader
van de behandeling laten verrichten.
In het beloningsysteem van de inrichting wordt vermeld welke beloning is gekoppeld
aan welke opdrachten/werkzaamheden.
Het hoofd van de inrichting stelt voor iedere verpleegde vast, in hoeverre deze in
staat is opdrachten/werkzaamheden te verrichten in het kader van zijn behandeling.
De betrokken verpleegde kan in dit verband door het hoofd van de inrichting hetzij
als `geschikt voor opdrachten/werkzaamheden in het kader van de behandeling' hetzij
als `ongeschikt voor opdrachten/werkzaamheden in het kader van de behandeling' worden
aangemerkt.
In het verplegings- en behandelingsplan wordt opgenomen of de verpleegde als geschikt
of ongeschikt voor het verrichten van opdrachten/werkzaamheden in het kader van de
behandeling is aangemerkt.
De prestaties van de verpleegde ter zake van de verrichte opdrachten/werkzaamheden
worden periodiek beoordeeld. Een beoordeling vindt in ieder geval plaats voorafgaand
aan het moment dat betaling van de beloning zal plaatsvinden.
Desgewenst kan daarbij een puntensysteem worden gebruikt, waarbij punten kunnen worden
gegeven op onderdelen van het werkgedrag (zoals: ijver, verantwoordelijkheidsgevoel,
samenwerkingsgerichtheid, verzuim, werkweigering etc.). Een onderdeel van het puntensysteem
kan zijn, dat er financiële bonussen gegeven kunnen worden.
Indien een verpleegde door het hoofd van de inrichting in dit verband als ongeschikt
voor het verrichten van opdrachten/werkzaamheden in het kader van de behandeling is
aangemerkt, hanteert de inrichting het volgende uitgangspunt: de verpleegde die op
zichzelf bereid is opdrachten/werkzaamheden in het kader van de behandeling te verrichten
krijgt - ongeacht de arbeidsinspanning ten aanzien van (eventueel) aangepaste opdrachten/werkzaamheden
- een uitkering bestaande uit een bepaald deel, tenminste 70%, van hetgeen hij had
kunnen verdienen (uitgezonderd eventuele financiële bonussen) in het geval van gehele
geschiktheid.