Opheffing Rijks Geologische Dienst en programma-adviescommissie Rijks Geologische
Dienst
De Minister van Economische Zaken,
Overwegende, dat er een Rijks Geologische Dienst is die onder het Ministerie van Economische
Zaken ressorteert,
dat deze dienst tot taken heeft:
- -
het verzamelen, bewaren en zo mogelijk publiceren en op andere wijze toegankelijk
maken van geologische gegevens en het verrichten van geologische speur- en ontwikkelingswerk,
voor zover een en ander voor de geologie van Nederland van belang is;
- -
het samenstellen en verzorgen van geologische kaarten van Nederland;
- -
het uitvoeren van opdrachten en geven van adviezen op geologisch gebied aan overheidsinstanties
en particulieren in binnen- en buitenland;
- -
het interpreteren en bewerken van gegevens welke, bij de exploratie en productie van
delfstoffen in de zin van de mijnwetgeving dan wel anderszins, beschikbaar komen;
- -
het adviseren van de Minister van Economische Zaken in geologische aangelegenheden,
in het bijzonder inzake de exploratie en productie van delfstoffen in de zin van de
mijnwetgeving,
dat er een Instituut TNO Grondwater en Geo-Energie is, dat deel uitmaakt van de Nederlandse
Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek TNO en dat als taak heeft
het door middel van aardwetenschappelijk en daarmee verband houdend technologisch
onderzoek bijdragen tot een duurzaam beheer van de ondergrond en de ondergrondse natuurlijke
bestaansbronnen,
dat de doelmatigheid van de kennisinfrastructuur op het gebied van de geowetenschappen
kan worden vergroot door beide organisaties - overeenkomstig het op 14 juni 1996 door
het kabinet vastgestelde pricipebesluit dienaangaande - samen te voegen in een nieuw
instituut, het Nederlands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen (NITG), zodanig
dat de nieuwe organisatie deel uitmaakt van TNO,
dat de staat en TNO daartoe op 13 mei 1997 een overeenkomst hebben gesloten,
dat ter uitvoering van deze overeenkomst de Rijks Geologische Dienst per 1 september
1997 zal worden opgeheven,
dat bij beschikking van de Minister van Economische Zaken van 21 december 1981 (Stcrt.
248) een programma-adviescommissie Rijks Geologische Dienst is ingesteld die tot taak
heeft de directeur van de Rijks Geologische Dienst te adviseren met betrekking tot
de door deze dienst uit te voeren werkprogramma’s voor zover deze betrekking hebben
op de ondiepe ondergrond van Nederland en op het Nederlandse deel van het continentaal
plat,
dat de advisering van het nieuwe instituut NITG binnen de organisatiestructuur van
TNO gewaarborgd is door de instelling van een programma-adviesraad en een wetenschappelijke
adviesraad,