Besluit vaststelling bedragen per eenheid voor het uitkeringsjaar 1996

[Regeling vervallen per 01-02-2005.]
Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 11-04-1997 t/m 31-01-2005

Besluit vaststelling bedragen per eenheid voor het uitkeringsjaar 1996

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en de Staatssecretaris van Financiën;

gelet op artikel 9 van de Invoeringswet Financiële-verhoudingswet en artikel 13 van de Financiële-Verhoudingswet 1984;

gezien de adviezen van de Raad voor de gemeentefinanciën (van 10 oktober 1990, 67547 Rgf 81/28, 10 juni 1992, 205814 Rgf 175/68, 9 juni 1993, RGF 07.33/003.003, 22 september 1993, Rgf 08.20/001.003, 3 juni 1994, Rgf 02.20/005.003, 8 september 1994, Rgf 14.21/007.003, 21 juni 1995, Rgf 14.10/001.006, 7 augustus 1995, Rgf 14.10/001.013 en 1 december 1995, Rgf 14.11/015.003);

Besluiten:

1.

[Regeling vervallen per 01-02-2005]

Voor het uitkeringsjaar 1996 worden de bedragen per eenheid voor de algemene verdeelmaatstaven, bedoeld in artikel 13, eerste lid, onderdeel a, van de Financiële-Verhoudingswet 1984 als volgt vastgesteld:

Algemene verdeelmaatstaven, zoals vermeld in artikel 10 van de Financiële-Verhoudingswet 1984

Bedrag 1996 in guldens

a

het voor alle gemeenten gelijke bedrag

38.300,00

b

het bedrag per hectare land en binnenwater

26,35

c

het bedrag per hectare buitenwater

6,25

d

het bedrag per vierkante meter grondoppervlakte van de in de bebouwde kommen gelegen bebouwing

0,30

e

het bedrag per inwoner

40,85

f

het bedrag per woonruimte groep A:

 
 

schijf 1

107,00

 

schijf 2

165,90

 

schijf 3

210,95

 

schijf 4

296,55

 

schijf 5

226,70

 

groep B:

 
 

schijf 1

349,00

 

schijf 2

226,70

 

groep C:

 
 

schijf 1

396,00

 

schijf 2

226,70

 

groep D:

 
 

schijf 1

426,80

 

schijf 2

226,70

 

groep E:

 
 

schijf 1

590,30

 

schijf 2

226,70

g

het bedrag per centimeter gemiddelde hoogte van de bebouwing waarmee de 25 centimeter wordt overschreden

0,41

2.

[Regeling vervallen per 01-02-2005]

Voor het uitkeringsjaar 1996 worden de bedragen per eenheid voor de

verfijningen, bedoeld in artikel 13, eerste lid, onderdeel b, van de Financiële-Verhoudingswet 1984 als volgt vastgesteld:

Paragraaf nummer van het Besluit verfijningen algemene uitkering 1984

(Tijdelijke) verfijning

Bedrag per eenheid in de desbetreffende paragraaf voorgesteld door de letters

Bedrag 1996 in guldens

2.1

Omvangrijke opgave woningbouw

C

200,00

   

D

200,00

2.2

Waddeneilanden A

A

50.000,00

   

C

90,00

   

E

45,00

2.3

Bodemgesteldheid

B

 
   

groep 1

3,00

   

groep 2

5,00

   

groep 3

7,00

2.4

Sociale structuur

D

326,74

   

H

70,00

   

I

8.200,00

   

K

 
   

schijf 1

5,50

   

schijf 2

30,80

   

schijf 4

25,50

2.6

Historische kernen

B

 
   

groep 1

5.040,00

   

groep 2

10.080,00

   

D

15,00

2.7

Wijziging gemeentelijke indeling

F

2.000,00

   

J

70.000,00

3.15

Rioleringen

D

81,00

3.16

Verfijning laag inkomen

B

149,50

3.

[Regeling vervallen per 01-02-2005]

Deze regeling treedt in werking één maand na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

4.

[Regeling vervallen per 01-02-2005]

Afschrift van deze regeling en de daarbij behorende toelichting wordt gezonden aan de Algemene Rekenkamer.

De

Staatssecretaris

van Binnenlandse Zaken,

A. G. M. van de Vondervoort

De

Staatssecretaris

van Financiën,

W.A.F.G. Vermeend

Naar boven