Besluit tekenbevoegdheid vertrouwensfuncties en veiligheidsonderzoeken ministerie van Binnenlandse Zaken

[Regeling vervallen per 01-02-2004.]
Geraadpleegd op 23-04-2024.
Geldend van 01-02-1997 t/m 31-01-2004

Besluit tekenbevoegdheid vertrouwensfuncties en veiligheidsonderzoeken ministerie van Binnenlandse Zaken

De Minister van Binnenlandse zaken in overeenstemming met de Minister van Defensie,

Gezien het Besluit tekenbevoegdheid ministerie van Binnenlandse Zaken 1996;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

In deze beschikking wordt onder tekenbevoegdheid verstaan de bevoegdheid om namens de minister besluiten te nemen, stukken af te doen en uitgaande brieven te ondertekenen.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

  • 2 Bij verhindering van het hoofd van de Binnenlandse Veiligheidsdienst heeft diens plaatsvervanger tekenbevoegdheid.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

Aan de minister is voorbehouden:

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

Het hoofd van de Binnenlandse Veiligheidsdienst kan bij schriftelijk aan de minister mede te delen beschikking:

  • 1. ten aanzien van de daarin aangewezen bevoegdheden, tekenbevoegdheid opdragen aan een of meer als zodanig aangewezen, onder hem ressorterende functionarissen;

  • 2. ten aanzien van de in artikel 2, eerste lid, onder b, bedoelde bevoegdheid, in verband met de vervulling van vertrouwensfuncties op de burgerluchthavens, tekenbevoegdheid verlenen aan de commandant van de Koninklijke marechaussee, die deze bevoegdheid in overeenstemming met het hoofd van de Binnenlandse Veiligheidsdienst, bij schriftelijk aan de minister van Binnenlandse Zaken mede te delen beschikking kan opdragen aan een of meer als zodanig aangewezen onder de commandant van de Koninklijke marechaussee ressorterende functionarissen.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

De tekenbevoegdheid wordt uitgeoefend met dien verstande dat:

  • 1. geen beslissingen worden genomen ten aanzien van zaken van principiële aard;

  • 2. de bestaande richtlijnen en gebruiken omtrent voorparaaf en medeparaaf in overleg en overeenstemming met medebelanghebbende afdelingen in acht zijn genomen;

  • 3. de binnen het ministerie geldende instructies omtrent het voorleggen en afdoen van stukken zijn gevolgd;

  • 4. geen stukken worden ondertekend, die bij de ontvanger de indruk kunnen wekken, dat de ondertekenaar persoonlijk een beslissing neemt, welke door de minister moet worden genomen.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

Het hoofd van de Binnenlandse Veiligheidsdienst brengt iedere twee maanden aan de minister schriftelijk verslag uit over de wijze waarop van de aan hem en door hem verleende tekenbevoegdheid gebruik is gemaakt.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 februari 1997.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-02-2004]

Dit besluit kan worden aangehaald als ’Besluit tekenbevoegdheid vertrouwensfuncties en veiligheidsonderzoeken ministerie van Binnenlandse Zaken’.

Deze beschikking zal in afschrift worden gezonden aan de Algemene Rekenkamer, de ministers en belanghebbende functionarissen.

Deze beschikking zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken,

H.F. Dijkstal

Naar boven