Modelstatuten onderlinge verzekeringsmaatschappijen gewijzigd zonder wijziging aftrekbaarheid [...] op winstaandelen welke aan verzekerden toekomen

[Regeling vervallen per 29-12-2018.]
Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 08-05-1996 t/m 28-12-2018

Modelstatuten onderlinge verzekeringsmaatschappijen gewijzigd zonder wijziging aftrekbaarheid van het recht op winstaandelen welke aan verzekerden toekomen

De plaatsvervangend Directeur-Generaal der Belastingen heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Inleiding

[Regeling vervallen per 29-12-2018]

Op grond van artikel 9, eerste lid, onderdeel d Wet Vpb’69 komen bij het bepalen van de winst mede in aftrek aandelen in de winst van een verzekeringsonderneming welke aan verzekerden krachtens hun verzekering toekomen. Uit de parlementaire geschiedenis inzake dit wetsartikel blijkt dat de terminologie ‘winstaandelen welke aan verzekerden krachtens hun verzekering toekomen’ zo moet worden uitgelegd dat er een recht op dit winstaandeel is. Van een recht is slechts sprake indien met zoveel woorden in het verzekeringscontract of statutaire bepaling is opgenomen dat verzekerden recht op premiereductie in de vorm van een winstaandeel hebben. Bovendien moet de reductie aan de verzekerden toekomen.

In de uitvoeringspraktijk is gebleken dat in het verleden de toepassing van artikel 9, eerste lid, onderdeel d, Wet Vpb’69 bij onderlinge verzekeringsmaatschappijen niet altijd dezelfde is geweest. Dit hield wellicht mede verband met onduidelijkheid over de bovenvermelde begrippen ‘recht’ en ‘toekomen’. Om deze onduidelijkheid weg te nemen heeft de Belastingdienst overleg gevoerd met de belangenvereniging van onderlinge verzekeringsmaatschappijen, de Federatie van onderlinge verzekeringsmaatschappijen in Nederland (de FOV). Dit heeft ertoe geleid dat de FOV, ten behoeve van haar leden, nieuwe modelstatuten heeft opgesteld waarin rekening is gehouden met de uitkomsten van het overleg met de Belastingdienst. In Infobulletin 1992, nr. 92/588 zijn de in dit verband relevante artikelen 21 tot en met 23 van de nieuwe modelstatuten van onderlinge verzekeringsmaatschappijen gepubliceerd.

Op verzoek van de Verzekeringskamer is de tekst van de hierboven bedoelde artikelen 22 en 23 deels gewijzigd. De wijziging moet als louter redactioneel worden gezien; materieel is geen wijziging beoogd. De Belastingdienst heeft op dit verzoek positief geadviseerd.

Gewijzigde tekst

[Regeling vervallen per 29-12-2018]

De tekst van de artikelen 21 tot en met 23 luidt in het vervolg aldus:

Artikel 21 (recht op winstaandeel)

21.1. Indien het totaal van de over een boekjaar ontvangen baten een overschot boven de lasten mochten opleveren, hebben de leden recht op dit overschot, naar evenredigheid van hun aandeel in de premie over het afgelopen boekjaar, tenzij de algemene vergadering op voorstel van het bestuur/de directie besluit (een deel van) dit overschot toe te voegen aan de algemene reserve.

21.2. .......

Artikel 22 (tegoedschrijving op ledenrekening)

22.1. Aan de leden te restitueren overschotten worden aan hen uitgekeerd door tegoedschrijving op de ledenrekening ten name van de betrokken leden, tenzij de algemene vergadering op voorstel van het bestuur/directie, besluit tot een andere wijze van verrekening.

22.2. Elke betaling van de ledenrekening voor andere doeleinden dan voor individuele opzegging van het lidmaatschap vindt niet eerder plaats dan 30 dagen na melding ervan aan de Verzekeringskamer; de Verzekeringskamer kan tegen deze voorgenomen betaling bedenkingen naar voren brengen aan welke bedenkingen de onderlinge tegemoet dient te komen.

22.3. Voor zover de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 dat toestaat wordt bij beëindiging van het lidmaatschap het aandeel in de ledenrekening van het betrokken lid met hem vereffend binnen een jaar na afloop van het boekjaar, waarin of waarmee het lidmaatschap eindigt.

22.4. Omslagen als bedoeld in artikel 23 kunnen van het aandeel in de ledenrekening worden afgeboekt.

22.5. In geval van liquidatie van de onderneming kan vereffening van de ledenrekening eerst plaatsvinden, nadat alle andere schulden zijn voldaan.

22.6. Over de aandelen in de ledenrekening wordt jaarlijks een rente vergoed, waarvan het percentage jaarlijks door de algemene vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgesteld.

Artikel 23 (verwerking nadelig saldo)

23.1. Indien de premies en andere inkomsten over het boekjaar niet voldoende zijn voor betaling der schaden en kosten, besluit het bestuur:

  • a. het nadelig saldo geheel of gedeeltelijk ten laste van de algemene reserve te brengen, en/of

  • b. dit nadelig saldo geheel of gedeeltelijk om te slaan over alle leden en degenen, die in het afgelopen boekjaar opgehouden hebben lid te zijn naar evenredigheid van hun aandeel in de premie over het afgelopen boekjaar.

  • c. de sub b genoemde omslag eerst te verrekenen met een eventueel aanwezig saldo op de ledenrekening. Hierbij is artikel 22.2. van overeenkomstige toepassing. Indien de Verzekeringskamer op grond van voornoemd artikel deze verrekening niet toestaat wordt het nadelig saldo op de sub a genoemde wijze verwerkt.

23.2. Het besluit van het bestuur als bedoeld in lid 1 kan worden uitgevoerd tenzij door de algemene vergadering binnen ** dagen na het bestuursbesluit, met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen, zelf een besluit over het dekken van het nadelig saldo is genomen.

Ingangsdatum

[Regeling vervallen per 29-12-2018]

Aangezien het om een louter redactionele wijziging gaat keurt de Verzekeringskamer goed dat de statuten pas behoeven te worden gewijzigd bij een eerstvolgende aanpassing van de statuten om andere redenen, mits dit uiterlijk voor 1 januari 1999 gebeurt. In deze benadering kan ik mij vinden.

Naar boven