Wet tot herziening van de Wet wapens en munitie

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-01-1997 t/m heden

Wet van 16 november 1995, tot herziening van de Wet wapens en munitie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet wapens en munitie te herzien vanwege gewijzigde inzichten en nieuwe ontwikkelingen op het terrein van wapens en munitie, alsmede in verband daarmee het Wetboek van Strafvordering en de Wet politieregisters te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel VI

  • 1 Bevoegd tot het verlenen van een erkenning, een ontheffing, een consent, een vergunning, een verlof en een Europese schietwapenpas, aangevraagd vóór de inwerkingtreding van deze wet, is het bestuursorgaan dat daartoe bevoegd was overeenkomstig het recht zoals dat gold voor de inwerkingtreding van deze wet.

  • 2 Een erkenning, een ontheffing, een consent, een vergunning, een verlof en een Europese schietwapenpas, verleend vóór de inwerkingtreding van deze wet, blijft geldig totdat de geldigheidsduur zou zijn verstreken overeenkomstig het recht zoals dat gold voor de inwerkingtreding van deze wet.

  • 3 De geldigheidsduur van een erkenning, een ontheffing, een consent, een vergunning, een verlof en een Europese schietwapenpas, verleend vóór de inwerkingtreding van deze wet, kan worden verlengd overeenkomstig het recht zoals dat geldt na de inwerkingtreding van deze wet.

Artikel VII

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage , 16 november 1995

Beatrix

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Uitgegeven de vijfde december 1995

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven